Nieuws uit Aalst

--------- 't Principoilsjte vandaug es da ge ni te veil complementen mokt en genietj van 't leiven ! - - - - - - - Covid-19 : Blijf aub toch voorzichtig en denk aan uw medemens !! - - - - - - - Deel enkel berichten van officiële bronnen om fake news te vermijden !!! - - - - - - - -
Posts tonen met het label politiekers. Alle posts tonen
Posts tonen met het label politiekers. Alle posts tonen

vrijdag 28 januari 2022

Carla Galle

Carla Galle (Aalst, 10 mei 1948 - 20 januari 2022) was een Belgische zwemster en ambtenaar, alsook partijsecretaris van de SP. 


Hoewel 'zwemmen' voor Carla eigenlijk maar een late roeping bleek, nam ze tijdens haar sportcarrière onder meer deel aan de Olympische Zomerspelen in Mexico City 1968 en zwom er verschillende Belgische records. Om aan dit evenement te kunnen deelnemen heeft ze toen, in samenspraak met haar ouders, een jaar van haar studies opgeofferd.
Ze was reeds het jaar daarvoor geselecteerd en ze moest toen trainingskampen en stages zien te combineren met studeren. Gezien ze daardoor niet veel meer in België was, kon ze ook niet deelnemen aan de examens. 
Ze moest dus kiezen ...

Carla zag echter wel in dat niet alles in de sport mag gestoken worden. Ook persoonlijke ontwikkeling is heel belangrijk. Ze kreeg er grijs haar van toen ze zag dat bij sommige sporters (nu ook meer dan vroeger) alles op kant geschoven werd voor de sport. 
"Ze beseffen niet dat de paar jaren topsport eigenlijk maar een onderdeeltje van hun leven zullen zijn".

De spelen waren een succes. Ze werd er vierde op de 200 m vrije slag in een tijd van 2’40’’9 en ook op de 400 m vrije slag haalde ze een vierde plaats met een tijd van 5’55’2

Zoals reeds gezegd, het was een 'late roeping', dat zwemmen. 
Ze leerde het samen met haar broer toen ze tien jaar was. Haar ouders vonden het heel belangrijk dat de kinderen konden zwemmen, en wat nog belangrijker was, ze vond het zelf nog leuk ook. 

Zo geraakte ze bij de zwemclub 'Neptunus', en een jaartje later was ze al Belgisch kampioen. Carla was toen amper vijftien.


Natuurlijk moet er om prestatie te kunnen leveren ook getraind worden, en dat verliep toen uiteraard helemaal anders dan nu. 
Nu kennen we de écht professionele zwemmers die zich heelder dagen aan hun sport kunnen opofferen, maar 'in den tijd' moest alles nog gecombineerd worden met studies en/of werk. 

Tijdens het schooljaar trainde ze per dag zo'n twee uur. 
In de vakantieperiode kon ze zich per dag twee maal twee uur veroorloven. 

Het werd wel moeilijker toen ze verder ging studeren. Ze woonde in Aalst en studeerde in Gent, en na al dat gependel nog het bad induiken, is dan niet altijd even gemakkelijk. 


Tijdens haar zwem carrière zwom Carla volgende Belgische records bij mekaar (allemaal in een 25-meterbad):  
800 m vrije slag 11'06"50 (7 augustus 1966 - Aalst)
100 m vrije slag 1'05"90 (9 april 1967 - Mechelen)
200 m vrije slag 2'21"20 (22 mei 1968 - Aalst)
200 m wisselslag 2'34"30 (18 april 1970 - Sint Niklaas)
400 m wisselslag 5'29"90 (19 april 1970 - Sint Niklaas)
De tijden van toen kunnen écht niet meer vergeleken worden met die van tegenwoordig. Er was toendertijd nog geen enkel 50 meterbad in België en uiteraard was er ook nog geen deftige medische begeleiding zoals we die tegenwoordig wél kennen. 

De studies gingen verder en uiteindelijk werd ze licentiate politieke wetenschappen en werd ze door SP voorzitter Karel Van Miert ingehaald om de vernieuwing in de socialistische rangen mee te helpen verdedigen. 


Zij werd er in eerste instantie perschef en linkerhand, schreef speeches, organiseerde de kiescampagne, stelde het ledenblad samen en leidde de SP-televisieprogramma's in goede banen. Ondertussen mobiliseerde ze ook de vrouwen in de afdelingen om zich te laten gelden in de politieke 'mannenwereld'.

Daarna werd zij partijsecretaris van de sp.a, waar zij voorzitter Karel Van Miert intussen ook 'haar levenspartner' mocht noemen.

Haar moeder, Lena Cockuyt, was hoofdredactrice van de wereldomroep op de BRT, haar vader was boekhouder. Geen wonder dus dat het 'uitleggen' en 'cijferen' er al van jongs af inzaten. 
 
Carla heeft altijd een sociale bewogenheid gehad. Zij was in Aalst al voorzitster van de Jong-Socialisten, was lid van het afdelings- en federaal partijbestuur en in 1974 stond ze derde op de kamerlijst. 

Van 1991 tot 2013 stond zij aan het hoofd van BLOSO, de Vlaamse sportadministratie. 


Bloso stond voor ‘Bestuur voor Lichamelijke Opvoeding, Sport en Openluchtleven) en Carla werkte er dus meer dan 20 jaar als administrateur-generaal.

Onder haar leiding werd trouwens de leuze 'Als het kriebelt, moet je sporten' uitgebracht, en dit om te trachten de mensen wat meer in hun sporttenue te krijgen.

Hier een afbeelding van enkele stickers uit de reeks 'Als het kriebelt', toen uitgebracht door BLOSO.


Tegenwoordig is de naam van Bloso veranderd in ‘Sport Vlaanderen’.

Bloso was natuurlijk ook bekend omwille van de organisatie van ‘De Gordel’. De Gordel was het grootste door Bloso georganiseerde sportieve ééndagsevenement van Vlaanderen dat sinds 1981 elk jaar (en in 2012 de laatste keer in zijn oorspronkelijke formule) plaatsvond in het eerste weekend van september. Er vonden dan geleide fietstochten en groepswandelingen plaats. Met deze jaarlijks terugkerende sportmanifestatie wilde men het Vlaamse karakter van de rand rond het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Vlaamse Rand of de Groene Gordel, beklemtonen. 

We schrijven 19 mei 1981 als André Lerminiaux en Mija De Greef van de actiegroep ‘Wij houden van alle mensen die het Vlaams karakter van onze gemeente eerbiedigen’ in Sint-Genesius-Rode afspraak hebben met de mensen van Wielertoeristenclub 'De Hoek'. Bedoeling is met de ‘Bruine Ronde rond Brussel’ een fietstocht te organiseren langs achttien randgemeenten, waaronder de zes
faciliteitengemeenten.

De eerste gordel ging dus door op 27 september 1981 als een samenwerking van een lokale wielerclub, lokale socioculturele verenigingen en Vlaamse actiecomités.
Sint-Genesius-Rode, op dat moment de enige van de zes faciliteitengemeenten met een Nederlandstalig meerderheid, werd het startpunt voor een fietsevenement dat de problematiek van de randgemeenten onder de aandacht wilde brengen.  Micha Marah zong toen ‘Ik hou van alle zes

Vanaf de volgende edities groeide de gordel uit tot een breder gedragen initiatief en vanaf 1983 werd BLOSO de voornaamste trekker van het evenement. 


Van een 1000-tal deelnemers bij de eerste editie, is de gordel uitgebouwd tot een massa-evenement met tienduizenden ingeschreven fietsers en wandelaars. In 1993 werd een record aantal van 112.655 gordelaars geteld.
De Gordel werd een familie-evenement, en onder het motto 'de tofste zondag' kon iedereen een dagje genieten van hapjes, drankjes, optredens van verschillende artiesten, mooie landschappen, ambiance en natuurlijk ook ... sport ...

Tijdens deze 'Gordels' heb ik persoonlijk met haar kennisgemaakt en samengewerkt als één van de verantwoordelijken van Gordelcentrum Zaventem, waar ik instond voor de wandelparcours én de security tijdens de optredens.
Het moet gezegd worden, zonder BLOSO was er waarschijnlijk nooit een Gordel geweest zoals we die gekend hebben, maar dat was natuurlijk niet alles. Zonder de honderden vrijwilligers en sportfunctionarissen was er ook geen succesvolle Gordel geweest. 
Carla was in haar hoedanigheid wel één van de verantwoordelijken voor de organisatie, maar het frustreerde toen wel vele medewerkers, dat tijdens de diverse interviews die gegeven werden tijdens de nieuwsuitzendingen wel heel veel eer ging naar Bloso en veel minder naar die vrijwillige krachten. 
'Bloso dit' en 'Bloso dat' maar op één wiel kan je niet rijden natuurlijk!

Na 32 edities veranderde de gordel van opzet. 
Net vòòr de editie van 2012 verklaarde de BLOSO-administrateur-generaal dat het tijd werd om een andere aanpak toe te passen. 

Het politieke aspect zou verdwijnen en de voorbereidingen werden opgestart om op de eerste zondag van september 2013 opnieuw een groot sportief evenement te organiseren in de Rand rond Brussel. 
Het opzet van een Vlaams, sportief en recreatief evenement zou behouden blijven, maar meer gemeenten dan vroeger werden betrokken en de klemtoon lag ook veel meer op de toeristische troeven van de Groene gordelgemeenten.

De organisatie kwam in handen van vzw 'de Rand' die onder de noemer 'Gordelfestival' van 2013 tot 2017 het sportief event organiseerde. 
In 2018 werd de organisatie toevertrouwd aan 'Flanders Classics'. Vzw 'de Rand' en de Provincie Vlaams-Brabant blijven nog steeds betrokken bij de organisatie.

Het evenement is nog steeds een groot succes, maar de gloriedagen van toen zullen jammer genoeg niet meer terugkomen, denk ik.

Dat het er ook op politiek gebied niet altijd even rooskleurig en eerlijk aan toe ging, mag blijken uit het volgende. 

In 1994 brak het beruchte Agustaschandaal uit en werd Carla, samen met nog enkele andere leden uit de partijtop, aangeklaagd voor schriftvervalsing. De sp.a had smeergeld gekregen van de helikopterbouwer en daar kon geen 'pardon' voor gevraagd worden.

Volgens Karel Van Miert was zijn levensgezellin echter het slachtoffer geworden van een afrekening binnen de socialistische partij. Onze stadsgenote werd in 2002 (met uitstel) veroordeeld op grond van "valse verklaringen" van minister en gewezen partijvoorzitter Frank Vandenbroucke. 

Toen Vandenbroucke in 1989 voorzitter werd, wist hij al dat er in de socialistische partij verschillende ‘zwarte’ betalingen verricht werden. Omdat hij weinig vertrouwen had in de toenmalige nationale secretaris Carla Galle en boekhouder Van Biesen, stelde hij echter geen directe vragen, iets wat hij misschien beter wel gedaan had.

De normale procedure is immers omgekeerd: een voorzitter is net extra waakzaam als hij iets niet vertrouwt en dient niet te zwijgen omdat hij iets niet vertrouwt.
Soit, pas toen in 1991 Linda Blomme Galle opvolgde, vroeg Vandenbroucke Blomme om toch eens rond te horen of er eventueel betalingen in het zwart gebeurden. Dat bleek inderdaad het geval, maar ingrijpen … Dat gebeurde niet.

Uiteindelijk nam Frank voor de parlementsverkiezingen ontslag als minister van buitenlandse zaken. De onthullingen in de Agusta-affaire werden hem toen fataal. Hij bekende weet te hebben van een geheime kluis met 5 miljoen frank zwart geld bij de spaarbank Codep. Hij had financieel expert Etienne Mangé opgedragen het geld effectief te verbranden.

Het werd een heel lange procedure en pas in 2003 werd zij na een beroepsprocedure bij het Brussels Hof van beroep vrijgesproken in de zaak ‘zwart geld’.

Carla overleed na een lange ziekte op 20 januari 2022.


"Heeft er iemand bestuurlijk meer betekend voor de olympische topsport in dit land(sdeel)?", vraagt sportjournalist Hans Vandeweghe zich retorisch af op twitter.

‘De Tijd’ noemt haar zelfs de ‘moeder van de Vlaamse Topsport’;

Mooie namen dus voor een dame die het gemaakt heeft, zowel op sportief, politiek en privévlak.

Wie nog meer wil weten over 'zwemmen in Aalst' kan OP DEZE LINK klikken.


Bronnen

Sporza.be
De Post 12/04/1981 (interview van Ronny Driesmans)
sport-planet.eu
bloso/gordel : eigen info
twitter Kris De Coorde (Sport Vlaanderen)
fina.org
gisterennogvandaag.com
Olympics.com
olympiandatabase.com
Profiel van Carla Galle op Olympics at Sports-Reference.com
belswim.be/uploads/files/HistoBR25M20100217.pdf

vrijdag 28 augustus 2020

De Werf - Monument Priester Daens


Het monument werd plechtig ingehuldigd  op de herdenkingsdag 50 jaar na het overlijden van de priester. Het toenmalige Daenscomité had een wedstrijd uitgeschreven waaraan verschillende beeldhouwers deelnamen.
Het was Marc De Bruyn die de wedstrijd won met een maquette van een beeld dat uiteindelijk nog veel verschillen zou tonen met wat het uiteindelijk geworden is.
De figuur van Daens wordt omringd door twee arbeiders vooraan en een moeder met kind achteraan.


Het hoogtepunt van de herdenking was de oprichting van het monument aan de Werf. Het eerste concept van beeldhouwer Mark De Bruyn, een heel eenvoudig beeld, was intussen uitgegroeid tot een groot gedenkteken waarop priester Daens afgebeeld stond omringd door een arbeidersgezin. De onthulling werd gepland eind september. Er bestond wel angst dat het beeld niet klaar zou zijn tegen de vooropgestelde datum omdat de steen waaruit de beeldhouwer het monument zou houwen harder was dan verwacht.

Priester Daens kon, zoals het monument zou uitbeelden, beschouwd worden als de priester die hoop en troost bracht bij de arbeidersgezinnen. Hij deed dit met de wereldbrief van paus Leo XIII in de hand : Rerum Novarum.
De toestanden waarin de arbeiders moesten leven en werken waren een schande voor een christelijke samenleving, zoals hij het zelf altijd zegde. Naar oude daensistische traditie werd het herdenkingsmonument van priester Daens gefinancierd door zijn volgelingen. 

Het beeld werd plechtig onthuld op zondag 29 september 1957 op de Werf in Aalst.
De onthulling van het beeld betekende meteen de laatste etappe in de herdenkingsplechtigheden naar aanleiding van de 50ste verjaardag van het overlijden van de volksvriend.

Eerst was er al een intieme hulde gebracht op het graf van de priester. Dit gebeurde op 28 juli.

Op 29 september begon men met de onthulling van een herdenkingsvlag in de St Martinuskerk, de kerk waar de priester zijn eerste H. Mis vierde. In de namiddag was het dan de beurt aan de onthulling van het beeld.
Daens staat symbolisch met het gelaat in de richting van de proletarische Molendries.

Samen met Georges De Neve en Romain Eeman, veteranen die de strijd met priester Daens hadden meegemaakt, onthulde de 88- jarige Victor Van der Haegen het monument. 

Op de linkse foto is te zien dat de inhuldiging kon rekenen op een massale opkomst.
Op de rechtse foto is de heer Frans De Neve te zien. Hij was voorzitter van het inrichtend comité en droeg bij deze het monument over aan de stad Aalst.


Na de toespraak van Frans verklaarde burgemeester Blanckaert zijn dank aan het Feestcomité voor het genomen initiatief.
  
Het opschrift dat op de sokkel van het beeld staat, verwijst naar de toewijding die Daens steeds toonde : “Slaaf noch bedelaar mag de arbeider zijn, hij moet een vrij en welvarend man wezen”.


Begin jaren ’70 werd aangeklaagd dat er zich nog slechts een kleine cirkel beplanting rondom zijn standbeeld bevindt. De auto neemt al de rest in beslag.
In 1971 werd de vraag gesteld of het monument niet beter een andere plaats zou krijgen.
Het monument dat, vanuit verkeerstechnisch oogpunt dan, een echte ‘sta in de weg’ was, zou eventueel kunnen overgebracht worden naar een plaatsje achter de kapel van de Werf.

In 1974 werden op verschillende plaatsen in de buurt slogans ‘Neen aan VDB’ (Van Den Boeynants) geschilderd. Ook de werfkapel en het beeld ontsnappen niet. .
Hamers en sikkels werden aangebracht op de zijgevel van de kapel, op het voetstuk van het beeld en op de cc de werf.

Dat zelfde jaar stelde men, na onderzoek,  vast dat de verkeersproblemen niet van dien aard waren om het monument te verplaatsen.
Dat naar analogie van het standbeeld van Dirk Martens op de Grote Markt, want enkele jaren daarvoor had men ook al aangedrongen om ook dat beeld te verplaatsen naar het Stationsplein.
De argumentatie van het niet aanvaarden van de verplaatsing was dat het verplaatsen van historische monumenten ongetwijfeld in sommige omstandigheden verantwoord kan zijn, maar dat men niet te pas en te onpas aan moet komen draven met verkeerstechnische argumenten.
Het beeld bleef dus staan.

Op 1 april 1976 bezorgde men Priester Daens en zijn werkers, evenals de H. Joannes Nepomucenus een uilenhoed.


Deze foto is ook uit 1976. Hier is duidelijk te zien hoe het beeld toen op een ongelukkig klein pleintje dat dienst deed als rondpunt, stond.  Achteraan de vroegere fabriek Jelie die eigendom werd van de post, en tegenwoordig verbouwd is naar het administratief centrum van de stad.


In 1980 vinden we het beeld total overwoekend door de sparren aan de werf.
Opnieuw rezen stemmen om het beeld de nodige eerbied te geven en te verplaatsen, maar opnieuw bleef het staan waar het stond.

In 2004 kende Aalst Daens de titel van ereburger van de stad toe. Vele mensen waren eigenlijk verwonderd dat dit nog niet het geval was. Het was in elk geval een logische keuze.
Heel jammer was dat het beeld zich toen in niet al te propere staat bevond. Zwart van uitlaatgassen en groen van mossen vermengden zich op het beeld dat na al die jaren toch veel uitstraling was verloren.



In 1996 kende men een tumultueuze 1 meiviering.
De 1 mei-viering in Aalst werd ontsierd door het ultrarechtse Vlaams Blok. Meer dan 1000 aanhangers van deze partij trokken naar het monument en voor zo'n 2000 socialisten, die eerder op de dag al naar het monument trokken, stond de manifestatie van extreemrechts gelijk aan heiligschennis. Het Vlaams Blok hanteerde als leuze: 'Werk voor eigen volk eerst'.

Op 19 februari 2010 was het dan toch zo ver : Het standbeeld van priester Daens verhuisde van het Werfplein naar ... het Werfplein ... Enkele tientallen meters verder als waar het  stond, op een  plantsoen voor de kapel Onze-Lieve-Vrouw ter Druiven waar het tegenwoordig nog steeds te bewonderen is.
Het beeld moest verhuizen omdat het plein volledig vernieuwd werd. Het elf ton wegende beeld werd uitgegraven en werd door een mammoetkraan op een transportwagen gehesen.


Vijftig meter verder werd het dan op zijn nieuwe plaats neergezet.

April 2012 : Het Aalsterse bedrijf FT cleaning heeft het monument van priester Daens op het Werfplein opgepoetst. Het beeld uit witte zandsteen is gereinigd met biologische producten en kreeg ook een behandeling waardoor het veel beter bestand is tegen vuil en groenaanslag. Daens verhuisde twee jaar geleden omdat de hele omgeving rond het standbeeld werd heraangelegd. Die heraanleg van het Werfplein zat intussen in de afwerkingsfase.

Carnaval 2013 zorgde voor heel wat ongenoegen bij het Priester Daensfonds.
Het was de groep Eftepie, waarbij carnavalisten in SS-uniformen voor het Priester Daensmonument op het Werfplein staan om "het overdreven aanbrengen van Vlaams nationalistische symbolen" te hekelen en een vermeende deportatie van Franstaligen aan te kondigen” die voor heel wat commotie zorgde.

Het Priester Daensfonds herinnerde eraan dat het standbeeld voor priester Daens en het daensisme, opgericht in 1957, een monument is dat gefinancierd werd met vele giften van Aalsterse werknemers en van zij die zich inzetten voor sociale noden. "Het Priester Daensfonds vzw stelt dat enige associatie tussen het Daensmonument en het onderwerp en wijze van uitbeelding door deze losse carnavalsgroep onbestaande is. Een betere kennis van onze geschiedenis en van deze van Aalst in het bijzonder, zou er zeker toe bijdragen dat Daens enkel kan verbonden worden met democratie, sociale strijd, een rechtvaardiger samenleving en emancipatie van het Vlaamse volk."

Op 27/5/2013, amper een jaar na de grondige poetsbeurt, werden beschadigingen vastgesteld aan de werfkapel. Ook werden de muren beklad met schunnige tekeningen en teksten.

In 2014 vierden we in onze stad de 175ste  geboortedag van Adolf Daens, een priester en politicus die onlosmakelijk verbonden is met Aalst, maar wiens invloed over heel Vlaanderen voelbaar was. Op het einde van de 19de eeuw was hij het sociale en morele gezicht van een generatie, populair bij zowel arbeiders als intellectuelen.


Een mooie gelegenheid om het even kort te hebben over onze beroemde stadsgenoot.

Als twintiger trad Daens toe tot de jezuïetenorde en gaf hij er les in de filosofie en theologie. De priester kwam echter meermaals in conflict met zijn oversten. Toen zijn broer Pieter - een drukker - hem vroeg om het programma van de pas opgerichte Christene Volkspartij op te stellen, gaf hij zijn carrière een nieuwe wending. De priester werd politicus.
Eenmaal verkozen in de Kamer, in 1894, manifesteerde Daens zich als een luis in de pels van de gevestigde orde. Hij klaagde er constant de lamentabele werkomstandigheden van de Aalsterse arbeiders aan en hij pleitte voor dringende en ingrijpende politieke en economische hervormingen. Zijn verzet tegen het kolonialisme en pleidooien voor gelijke onderwijssubsidiëring leverden hem een schare aanhangers op, de zogenaamde ‘daensisten’. Naast vrienden bracht hem dit uiteraard ook heel wat vijanden op, onder wie de befaamde Charles Woeste.

Nog een opmerkelijk feit is dat Adolf Daens een van de eerste volksvertegenwoordigers was die Nederlands sprak in het parlement. In 1905 diende hij het eerste wetsvoorstel in om de Gentse universiteit te vernederlandsen. Tegen die tijd was zijn politieke spel echter bijna uitgespeeld. In 1906 verloor hij zijn Kamerzitje. 
Een jaar later stierf hij.

Een uitgebreide bio over deze beroemde priester is HIER te vinden.


Stijn Coninx zorgde er in 1992 voor dat ook de nieuwe generatie de priester-politicus kon ontdekken. Zijn film Daens kreeg in 1993 zelfs een Oscarnominatie. 
Twintig jaar eerder had Louis Paul Boon met zijn roman Pieter Daens al een literaire klassieker geschreven. 
En de blijvende sympathie van het grote publiek werd in 2005 nog eens onderstreept toen Daens in een VRT-poll de top vijf van grootste landgenoten haalde.

Op 7 juni 2015 heeft Aartsbisschop André Léonard in de Sint-Martinuskerk van Aalst priester Adolf Daens in ere hersteld. Priester Daens werd in zijn tijd uit zijn ambt ontzet en het is voor het eerst dat een kerkvorst zonder blikken of blozen toegeeft dat de kerk fout zat. Een historisch feit dat met de nodige aandacht werd gevolgd door de pers.


Léonard begon met te zeggen dat hij zelf van eenvoudige komaf was en dat de figuur van Daens hem altijd heeft geïntrigeerd.
Mijn voorouders waren dagloners, blootgesteld aan de willekeur van hun bazen. Mijn grootvader was slotenmaker en mijn vader was een autodidact, die werk vond bij de overheidsdienst Telefonie en Telegrafie in Namen. Hij was lid van de christelijke vakbond. Ik heb de film twee keer gezien, het boek van Louis Paul Boon over Daens heb ik verslonden. Het verhaal van de priester die zich heeft ingezet voor het volk, heeft mij diep geraakt”, zei hij.

Over Jezus hebben ze op een gegeven moment gezegd: hij heeft ze niet allemaal meer op een rij. De confraters van Daens binnen de kerk en de katholieke partij hebben hetzelfde gezegd over hem. Priester Daens heeft in zijn strijd voor het arme volk nochtans altijd zijn geloof bewaard en hij is trouw gebleven aan de leer van de kerk, ook al werd het hem verboden om missen op te dragen”, zei Léonard. “Het was een goede strijd voor de arbeiders, die schandelijk werden uitgebuit. Ze werden blootgesteld aan de misbruiken van hun bazen en aan de arrogantie van hun volksvertegenwoordigers, die hun taal - het Vlaams - misprezen”, ging hij verder.

André Léonard nam uit eerbied zijn mijter af voor Daens. 

Volgens hem heeft Daens zijn plaats in de hemel al lang verdiend. “Hij heeft mij niet nodig”, zei Léonard. 
Maar de kerkvorst zette vervolgens toch een paar zaken recht, voor eens en voor altijd. “Ik ben hier vandaag voor eerherstel. Spijtig genoeg werd priester Daens niet ondersteund door de bisschop en de aartsbisschop. Ze hebben hem niet geholpen maar veroordeeld. Hadden ze hem begeleid, wat een kans was dat geweest voor het geloof in de streek. Vandaar dat ik hier vandaag ben als aartsbisschop om Daens in ere te herstellen. Beter laat dan nooit”, aldus Léonard.
Een historische dag dus voor al wie zich laat inspireren door de ‘Grootste Aalstenaar’ aller tijden. Johan Velghe van het Priester Daensfonds wond er geen doekjes om. “Hier hebben generaties daensisten op gewacht. Het is de eerste keer dat een Belgisch kerkvorst Daens in ere herstelt.”

Op 19 juni 2016 werd een menselijke verbinding gemaakt tussen de Werfkapel en de Marokkaanse Moskee aan de Frits de Wolfkaai. Onder het teken van ‘verbinding’ werd op de twee verschillende locaties tegelijkertijd een wake gehouden. Beide plaatsen zijn dan misschien wel gescheiden door de Dender, ze blijven verbonden door een gedeelde solidariteit voor mensen op de vlucht en een gedeeld verzet tegen geweld.  Het initiatief ging uit van het ‘Vluchtelingenplatform regio Dender’.

In april 2017 is de eerste editie van de 'City Light Run' gelopen. Dat is een loop van iets meer dan 6 km door de straten van het centrum van de stad, maar ook door een aantal gebouwen. Zo doorkruisten de sportievelingen onder meer het Atheneum, het nieuwe stadhuis en ook de Werfkapel op het Werfplein.

4 juni 2017 : Met zo’n 500 militanten vierde het Vlaams Belang de Dag van de Arbeid in Aalst. Aan het standbeeld van priester Daens zette dé Vlaamse sociale volkspartij haar sociale eisen in
De pas nieuw verkozen raad van bestuur van het Priester Daensfonds, wees er op dat het dit jaar, 2017, zestig jaar geleden is dat het Daensmonument op het Aalsterse Werfplein ingehuldigd werd in 1957. ,,Dat eerbetoon werd bekostigd door vele giften van ‘de kleine man’. Vijftig jaar na zijn overlijden als een pauper, uitgespuwd door het establishment, in het hart gesloten van de Vlaming die niet langer slaaf noch bedelaar wenst te zijn, maar iedereen welvaart gunt, kreeg Daens zijn monument via de collectebus. De samenstelling van het toenmalig erecomité wijst nog altijd aan dat Daens van niemand is, maar wel van iedereen.

Datzelfde jaar 2017 was ook weer een jubileumjaar.
Naar aanleiding van de herdenking van het 110-jarig overlijden van Pieter Daens werd van het tijdschrift van de vzw Priester Daensfonds, “Daens Vandaag” een speciale uitgave uitgebracht met een interessant dossier over leven en werk van Pieter Daens. Deze speciale uitgave  was tegelijk een begeleiding van de  tentoonstelling over leven en werk van Pieter Daens in het Aalsters stedelijk museum – ’t Gasthuys – die kon bezocht worden van 8 september tot 30 december 2018 en een aanrader was.

In april 2018 voerde Jong N-VA Kanton Aalst voor het tweede jaar op rij haar “pre-1-mei”-actie aan het standbeeld van Priester Daens op het Werfplein. Er werden bloemen neergelegd onder de slogan “niet claimen, maar eren”.

Vele partijen claimen immers al jaren de erfenis van de sociaalbewogen Vlaamsgezinde priester, zoals recent CD&V. 
Jong N-VA vindt dit triest, gezien Daens juist rebelleerde tegen de partij van Woeste waar CD&V haar verre wortels in vindt. 
Het is beter de unieke erfenis van het Daensisme te eren en er inspiratie in te vinden zonder ze te claimen. “De Vlaamse strijd blijft een sociale strijd” klinkt het overtuigd bij Stijn Everaert en Lauri De Wever die in tandem als jongeren op de lijst van N-VA Aalst te vinden zijn.

De linkse betoging die werd georganiseerd tegen de komst van staatssecretaris Theo Francken dat jaar, maakte op de N-VA weinig indruk. Francken poseerde gewillig voor talloze selfies, terwijl de kleine schare actievoerders nauwlettend in de gaten werden gehouden.
De zaterdagmarkt werd overrompeld door een massa Vlaams-nationalisten voorgegaan door Theo Francken, minister Ben Weyts en burgemeester Christoph D'Haese, alsook de Aalsterse N-VA-schepenen en mandatarissen. 
Vooral Francken werd aangeklampt voor selfies en handtekeningen. 
We waren niet onder de indruk van de actie van links, die weinig of geen inhoud had”, reageerde burgemeester Christoph D'Haese (N-VA). “In tegenstelling tot de steunbetuiging van de Syrische christenen aan Theo Francken, die hem bedankten voor zijn hulp bij de hereniging van vele van hun gezinnen.
De systematische ontmenselijking van vluchtelingen door Theo Francken is een herkenbaar mechanisme dat in een duister verleden ook werd toegepast”, aldus Michael Bal van de Jongsocialisten, die een rubberen bootje inwijdde als 'monument voor de onbekende vluchteling.'

In 2019 werd de priester eventjes ‘monddood’ gemaakt door een actie van 11.11.11
11.11.11 komt op voor wat zij de ‘changemakers’ noemen. “Changemakers streven naar een duurzame en leefbare toekomst waarin iedereen een plaats krijgt. Ze doen dat elk op hun eigen manier. Ze strijden tegen ongelijkheid, klimaatverandering, uitbuiting door grote multinationals en ga zo maar door.

In Aalst is er met dat onderwerp natuurlijk ook extra aandacht voor priester Adolf Daens. “Daens was onze Aalsterse ‘changemaker’. Hij kwam letterlijk op voor een duurzame en leefbare toekomst waarin iedereen een plaats krijgt. Ook hij kreeg enorm veel tegenwind en kreeg letterlijk een spreekverbod opgelegd. 
Toch heeft hij altijd geprobeerd, samen met zoveel anderen, om iets in beweging te zetten ‘voor meer mensenrechten, democratie en een duurzame toekomst’. Priester Daens is dus hét voorbeeld van zo’n ‘changemaker.


Het beeld staat dus tegenwoordig nog steeds aan de Werfkapel, met zicht op de Dender en de Molendries.

Meer over de Werfkapel is HIER te lezen
Meer over Adolf Daens is HIER te lezen


Bronnen :

Alostum Religiosum” - Petrus Van Nuffel, uitgegeven in 1911
lapisarte.be
De Voorpost 9/4/1976
HLN 12/9/2019 – 8/6/2015
Het land van Aalst 11/7/1886
De Dendergalm 15/6/1890
De Denderbode 21/6/1896 – 6/7/1913
De Volksstem 18/5/1913
De Koornbloem 21/9/1957
De Morgen 7/2/2013
Het Belfort jaargang 5 – 1890, auteur Petrus Van Nuffel
Denderend Aalst 20/6/2014
De Gazet van Aalst 16/12/1950 – 3/10/1957
hthaaltert.be De Werkman 6/5/1887 – 27/6/1913
vlaamsbelang.org/tag/priester-daens/
persregiodender.be 30/4/2018
n-va.be
vlinks.be/?p=1052
Oostvlaamsche zanten, mededelingen van de bond der oostvlaamse folkloristen, mei-juni 1953
De Standaard 30/9/1957
foto Eftepie : Eftepie
foto 1976 via MadeInAalst 
Getuigenis Ph. De Paepe uit de Gazet van Aalst 11/5/1974
Het Belfort. Jaargang 5 uit 1890‏
Routeyou.com
archaeologiamedieaevalis.be 35
foto Daens monddood : Jean Pierre Swirko
so-lva.be archeologisch vooronderzoek December 2010

donderdag 19 december 2019

Anna Snel

Anna Snel (1872-1963), roepnaam Annette, was de dochter van twijndersgast Joannes Josephus en van Mathildis Meert, beiden afkomstig uit de Schaarbeekwijk.

In 1890, in volle strijd voor het algemeen stemrecht, zocht ze als 18-jarige contact met enkele Gentse socialisten om daar te kunnen deelnemen aan een betoging. 
Ze had lange tijd gespaard om de som van 5,05 frank (in die tijd een belangrijk bedrag) bijeen te sparen om de treinreis te kunnen betalen maar op het laatste moment verloor ze jammer genoeg het geld.
Een medestandster leende haar echter de benodigde som en de uitstap kon toch doorgaan. 
Toen ze achteraf haar belevenissen vertelde aan haar moeder kreeg ze een goeie 'rammeling'. Het was dus heel duidelijk dat ze thuis zeker niet gesteund werd in haar politieke ideeën.

In 1896 huwde ze met Theodoor De Wolf. 
Op dat ogenblik was ze textielarbeidster in de fabriek van Roos Geerinckx-Denayer. 

De ongeletterdheid in onze streek was toen nog heel groot. 
Op het moment van haar huwelijk kon ze, volgens de huwelijksakte, niet schrijven. 

Achtereenvolgens woonden ze in de Lange Ridderstraat en in de Moutstraat en later, tot 1937, in de straat die later haar naam zou dragen (straat tussen de Pontstraat en de Burchtstraat).

Het koppel kreeg twee kinderen, een zoon, Albert (°1897) en een dochter, Mathilde (°1903).

Heel snel was ze ook bijzonder actief in de socialistische vrouwenbond
Ze was er heel graag gezien en zeer populair wat bij haar eerste deelname aan de verkiezingen in 1921 reeds resulteerde in een zitje in de gemeenteraad. Geen enkele vrouw had dit haar ooit voorgedaan. 
Nog frappanter wordt dit huzarenstukje als je bedenkt dat op dat moment de vrouwen nog ruim 25 jaar moesten wachten op stemrecht. Ze mocht zich dus wel verkiesbaar stellen maar zelf niet (voor zichzelf) stemmen (!)

De toegang van vrouwen tot de politiek verliep in België wettelijk volgens een drietrapssysteem : van volledige uitsluiting door de kieswetgeving van 1831, via actief en passief gemeentelijk kiesrecht in 1920-21, tot provinciaal en parlementair kiesrecht vanaf 1948. 

Parallel hiermee was er dan natuurlijk ook een stijgende interesse en vanaf 1921 ook een toenemende deelname van vrouwen in de politiek.

Op 19 februari 1921 volgde een wet die vrouwen ook verkiesbaar maakte voor de gemeenteraden en pas vier maand na de gemeenteraadsverkiezingen, die op 24 april 1921 doorgingen, werd daar bij wet ook aan toegevoegd dat de verkozen vrouwen ook effectief de functies van burgemeester, schepen, gemeentesecretaris en gemeenteontvanger mochten uitoefenen.

Bij deze gemeenteraadsverkiezingen waren er in de hele provincie Oost-Vlaanderen 136 vrouwen kandidaat voor een zitje in de bestuursraad van hun respectievelijke gemeenten.
Procentueel uitgedrukt namen zij daarmee slechts 2,43 % van het totaal aantal Oost-Vlaamse kandidaten voor hun rekening.

Het pionierswerk van de vrouwen die zich in 1921 hadden kandidaat gesteld, kreeg bij de daaropvolgende verkiezingen niet echt een merkbare navolging.

Bij de volgende verkiezingen, op 10 oktober 1926, bleek immers de interesse van de vrouwen zelfs ietwat af te nemen. Er stelden zich in Oost-Vlaanderen toen 'amper' 105 vrouwen (of 1,84 %) kandidaat.

Na 1932 vermeerderde het aantal vrouwelijke kandidaten wel weer geleidelijk en bij de gemeenteraadsverkiezingen van 9 oktober 1932 en 1938 waren er respectievelijk 163 en 189 vrouwelijke kandidaten. Een duidelijke groei, maar toch vertegenwoordigden die cijfers nog altijd maar 2,54 % en 2,89 % van het totale aantal kandidaten.

In iets meer dan één vijfde van de gemeenten stond bij de gemeenteraadsverkiezingen van 1921 en 1926 tenminste één vrouw op de kandidatenlijsten. In de tweede helft van het interbellum gold dit voor ongeveer 30 % van de gemeenten. In meer dan één derde van de gemeenten met tenminste één vrouwelijke kandidate, waren er meteen meerdere vrouwen kandidaat. Maar dit aantal bleef meestal beperkt tot twee.

In een handvol gemeenten stelden er zich drie of vier vrouwen kandidaat, in steden zoals Aalst en Sint-Niklaas in bepaalde verkiezingsjaren meer dan vijf. 

De 'stunt' van Anna uit 1921 werd nog eens overgedaan in 1926 en ook in1932 werd ze opnieuw verkozen.

'Vrouwenrechten' werden haar stokpaardje en ze lanceerde en bepleitte ze op de gemeenteraad het idee dat vrouwen zes weken voor én zes weken na de bevalling een vergoeding zouden moeten krijgen. 
Dit voorstel werd pas in een veel later stadium goedgekeurd.

In 1937 maakte ze bekend dat ze de gemeenteraad zou verlaten. 
Haar dochter was intussen secretaresse geworden van politicus Paul-Henri Spaak en Anna had het plan opgevat om bij haar dochter in St-Gillis in te trekken. 
In de gemeenteraad werd ze opgevolgd door een nog jonge Frans Blanckaert. 

Vele jaren later keerde ze terug naar haar geboortestad en het was in de Osbroekstraat dat ze op 91-jarige leeftijd overleed.

Daar waar de vrouwen tegenwoordig toch nog steeds wat in de minderheid zijn op politiek gebied, zien we dit ook vertaald in de straatnamen.

Uit cijfers van de stad Aalst blijkt immers dat slecht 2,45 % van alle straatnamen verwijst naar een vrouw. De mannen zijn veel beter vertegenwoordigt: 16 % van alle straatnamen verwijst naar een bekende Aalsterse man.

In totaal zijn er 814 straten in Aalst en deelgemeenten.
130 van die straatnamen zijn genoemd naar een bekende Aalsterse man.
Vrouwen op straatnaamborden zijn zeldzamer. Er zijn namelijk maar twintig straatnaamborden die verwijzen naar een vrouw (dit is amper 2,45 procent van de straatnaamborden in Aalst).

Nette Coessens en Bertha Dedeken gingen haar vooraf, en Louise Mayart en Clara 't Roen
zouden haar binnenkort volgen.

De Anna Snelstraat is eigenlijk deel van de bouwfase 1955-1957 die de begijnhofomgeving grondig hertekende. In deze straat, evenals in de Ponstraat werden heel wat woningen voorzien met hun voorgevel naar de ‘buitenwereld’. 
Iedere woning beschikt over een privétuintje dat bij de hoekpanden afgesloten is met een witgeschilderde bakstenen muur.

Tot voor 2004 heette deze straat trouwens de Bertha Dedekenstraat.

Deze vrouw mocht er prat op gaan dat er in Groot Aalst maar liefst twee straten naar haar werden genoemd. Naast deze latere Anna Snelstraat is er immers ook sedert 1960 de Bertha Dedekenlaan in Erembodegem.

Bertha Dedeken werd in Erembodegem geboren op 11 februari 1881 en overleed in Aalst in 1955. Beroepshalve was ze lerares en later directrice in de Rijksschool van Aalst.

In het Belgisch Staatsblad van 1 september 1951 vinden we terug dat ze tot Ridder in de Leopoldsorde werd gekroond ter gelegenheid van haar oppensioenstelling.

Ze zal echter vooral bekendheid verwerven als dichteres en schrijfster van enkel succesvolle toneelstukken, zoals "Zielestrijd", "Het huis onder de bomen", "Kerstavond" , “Het verre dorp”, "Nelly" , … die op heel veel bijval konden rekenen in Aalst en omstreken.


Bronnen :

devolkswoningen.be
inventaris.onroerenderfgoed.be
licentiaatsverhandeling van Nathalie Botteldoorn, Vrouwen in de gemeenteraden van Oost-Vlaanderen, 1920-1940, KULeuven, departement Geschiedenis, 1996

dinsdag 22 oktober 2019

BURGEMEESTERS VAN AALST

Het oudst gekende schepencollege in Aalst dateert reeds van 1289. 
De vier schepenen toen waren : Goosen Van Der Pigle, Jan Persoen, Goosen van Scoudebroec en Goosen Placcaert. 
Van 1404 tot 1625 komt de familie De Bosch bijna onafgebroken voort op de lijsten met schepenen. Maar liefst vijf van deze telgen zouden ook 'voorschepen' worden. 

De titel 'burgemeester' werd in Aalst immers pas toegekend rond 1510. In de periode daarvoor had deze persoon de titel 'eerste schepen' of 'voorschepen'.
De functie van burgemeester en schepenen was toendertijd een pure prestigekwestie. De functies waren onderbetaald, en het waren dan natuurlijk ook enkel de rijke burgers die zich deze taak konden veroorloven. Het is pas vanaf de onafhankelijkheid van Belgie - in 1830 - dat we het in de recentere geschiedenis écht hebben over 'burgemeesters', en niet meer over 'baljuwen' en 'stadshouders'.

Hierbij een lijst van burgemeesters die de stad Aalst heeft gekend sedert 1830. Door op de namen te klikken, bekom je meer info …

2013 -  ...         Christoph D'Haese (N-VA)
2007 - 2012     Ilse Uyttersprot (CD&V) 
1988 - 2006     Annie De Maght (VLD) 
1987 - 1988     Maurice De Kerpel (CVP) 
1982 - 1987     Raymond Uyttersprot (CVP)
1976 - 1982     Louis D'Haeseleer (PVV) 
1971 - 1976     Marcel De Bisschop (CVP) 
1956 - 1971     Frans Blanckaert (BSP) 
1952 - 1956     Oscar Debunne (BSP) 
1947 - 1952     Jozef Borreman ( CVP) 
[1940 - 1944]  Victor Bocque (VNV). Niet opgenomen op de officiële lijst 
1933 - 1947     Alfred Nichels (BWP) 
1925 - 1932     Romain Moyersoen (katholiek) 
1925                Karel Leopold Van Opdenbosch (waarnemend) (daensist)
1925                Eugeen Bosteels (katholiek) 
1919 - 1925     Felix De Hert (katholiek) 
1919                Michel Geeraerdts (katholiek) 
1914 - 1918     Jaak Van Den Bergh (katholiek) 
1896 - 1914     MichelGheeraerdts (katholiek) 
1871 - 1896     Victor Van Wambeke (katholiek) 
1867 - 1871     Alexander Van Langenhove (liberaal) 
1848 - 1867     GuillaumeDe Geest (liberaal) 
1833 - 1848     Frederik Van Der Noot (katholiek) 
1830 - 1833     Jozef De Wolf (katholiek) 

Van de eerdere periode volgt hierbij een lijstje, echter zonder commentaren bij de burgemeesters (behalve nog bij Jean-Jacques Philippe Vilain XIII). 

Hier valt het op dat het ambt toen blijkbaar een estafettekoers was.
Het was inderdaad zo dat het ambt geen echte termijn had, maar dat men op jaarlijkse basis opnieuw moest kiezen tussen de kandidaten. Hier dus geen 'jaar per jaar' opsomming, maar een opsomming per naam met de jaartallen erbij ... kwestie van het toch nog iet of wat duidelijk te kunnen houden :-)
Gillis Allistoc
1422

Jan Boccaert
1466

Cornelis Cabeliau
1600 - 1601
1602 - 1603
1604 - 1605

Hendrik Vilain
1601 - 1602
1603 - 1604

Frans de Vremde
1605 - 1608
1609 - 1610
1611 - 1612
1613 - 1614
1618 - 1619
1622 - 1623
1624 - 1625
1628 - 1629

Pieter de Vos
1608 - 1609

Lodewijk Thiery
1610 - 1611
1612 - 1613

Joost Tollins
1614 - 1615

Philip du Bosch
1615 - 1616
1617 - 1618
1619 - 1620
1621 - 1622
1625 - 1626

Willem de Pannemaker
1616 - 1617
1620 - 1621

Hendrik de Smet
1623 - 1624
1626 - 1627
1629 - 1630
1631 - 1633
1635 - 1636
1637 - 1638
1639 - 1640
1642 - 1643
1646 - 1649
1657 - 1660

Jan Vilain
1627 - 1628
1630 - 1631
1633 - 1634
1636 - 1637
1640 - 1641
1645 - 1646

Cornelis le Boiteulx
1634 - 1635
1638 - 1639
1641 - 1642
1643 - 1645
1649 - 1651
1655 - 1657

Hendrik de Proost
1651 - 1652

Jan Frans Vilain
1652 - 1653
1667 - 1670
1673 - 1674
1680 - 1681
1682 - 1683
1685 - 1686

Adriaan de Pannemaker
1653 - 1655

Frans Vilain
1660 - 1662
1665 - 1666

Jan van der Varent
1662 - 1663
1674 - 1680

Frans van Oostendorp
1670 - 1672

Karel Simoens de Malvenda
1672 - 1673

Jan de Smet
1683 - 1685
1686 - 1689
1694 - 1695
1697 - 1699

Ignatius van Oostendorp
1689 - 1693
1695 - 1696

Jan Baptist Vilain
1693 - 1694
1696 - 1697
1699 - 1700

Maximiliaan van Oostendorp, heer van Brakel

1707 - 1717

Burgemeesters van Aalst : 2013 - ... Christoph D'Haese

Christoph D'Haese (°1967) is geboren en getogen in Aalst, en huidig burgemeester van de stad. 

Tot zijn achttiende liep hij school in het Sint-Jozefscollege in Aalst. Hoewel zijn grootste hobby het voetbal was, koesterde hij ook een interesse in de Nederlandse taal. Geen toeval dus dat hij op zijn achttiende een wedstrijd in welsprekendheid won. Vaak Bourgondiër, graag de benen onder tafel schuiven, maar wel altijd heel hard werken. Met het evenement ‘Aalst, Stad van mijn dromen’ – een grootschalige culturele happening – bewees hij zijn rethorisch en organisatorisch talent. Christoph houdt van het woord en is dan ook een dankbare en veel gevraagde gastspreker. Vaak ernstig, maar nooit om een kwinkslag verlegen.

Aan de KU Leuven studeerde hij rechten, gevolgd door een Erasmusopleiding aan de Universiteit van Straatsburg. Hij bleef plakken aan de Alma Mater toen hij er na zijn studies werkzaam bleef als assistent strafrecht, strafvordering en criminologie. Hij verzorgde verschillende wetenschappelijke publicaties. Gelijktijdig liep hij stage aan de Balie van Dendermonde met als stagemeester Marc Verwilghen. 

Tussen 1996 en 2013 was hij actief als advocaat aan de Balie van Dendermonde en pleitte hij in heel veel maatschappelijk relevante (straf-)dossiers, steeds op zoek naar het goede in de mens. Een lijn die hij later zou doortrekken in zijn politieke werk.

Zijn politieke roeping kwam er in 2006. Hij haalde toen maar liefst 1217 voorkeurstemmen vanop de 12e plaats van de Open VLD lijst. Hij werd verkozen en was gedurende de zes volgende jaren dus aktief als voorzitter van de Aalsterse gemeenteraad. 

Begin december 2011 kondigde hij zijn overstap aan naar de NV-A. 

Op 14 oktober 2012 won de NV-A (met Christoph als lijsttrekker de gemeenteraadsverkiezingen. D'Haese haalde maar liefst 5799 voorkeurstemmen. Hij won het van de toenmalige burgemeester Ilse Uyttersprot, die 5720 voorkeurstemmen haalde.
Een nipte persoonlijke overwinning dus.

Sinds 2013 is Christoph dus burgemeester van de, volgens hem, charmantste stad van Vlaanderen. Christoph wil een echte burgervader zijn . Bij een brand of ramp is hij steeds paraat om lief en leed te delen. Die bekommernis en het gevoel mee te kunnen besturen overtuigden hem. Christoph is dan ook heel bewust in de nationale politiek gestapt. Ondertussen heeft hij de smaak te pakken en beseft hij als geen ander dat je voor je regio ook in de hoofdstad heel veel kan betekenen. Een steentje bijdragen voor een veiliger en charmanter Vlaanderen dus.
Kwatongen beweren steeds dat hij 'mediageil' is. Overal waar de pers is, is ook hij te vinden. Persoonlijk kan ik me niet vinden in deze stelling, want het lijkt me eerder andersom. Waar Chrisoph is, komt ook de pers aandraven ... Hij is ook op vele plaatsen te vinden, en ook op de meest onmogelijke uren en dagen, waar geen pers is ...   Ik neem als voorbeeld een ongevalletje aan de carnavalswerkhallen, waar hij 'kot in de nacht' paraat was ... zonder pers.

Als burgemeester ziet hij uiteraard veel thema’s passeren, maar de civiele veiligheid en de juridische werking van het land dragen zijn bijzondere interesse weg. Als jurist werd hij jarenlang geconfronteerd met het abominabele niveau van een inefficiënte wetgeving en dat drijft hem om mee te kneden aan doelmatige wetten. Ook veiligheid is een van zijn stokpaardjes. Zijn drijfveer is dat kinderen een veilige plek moeten hebben om op te groeien, te sporten en plezier te maken. Met concrete maatregelen wil hij naar een confederaal land waar de burger niet wakker hoeft te liggen over drugs en onveiligheid. De straffeloosheid en het gedoogbeleid moeten een halt worden toegeroepen. Non multa, sed multum. Niet veel,maar wel grondig (Christoph spreekt graag al eens een woordje Latijn ...)

Christoph D'Haese (N-VA) cumuleerde eind 2013 van alle Belgische politici het meeste bezoldigde mandaten: 17 in totaal, zo is te lezen op cumuleo.be. De meeste van die mandaten zijn een rechtstreeks gevolg van zijn taak als burgemeester van Aalst. Nu hij parlementair is geworden, heeft hij enkele mandaten moeten doorgeven aan collega's. "Ik leef dag en nacht voor mijn job", zegt hij.

In maart 2014 liet de burgemeester zien dat politici niet persé saai hoeven te zijn, maar dat ze ook goed kunnen lachen. Als Aalstenaar ziet Christoph het als zijn opdracht om voor humor en ambiance te zorgen, zonder dat zijn gerechten aan kwaliteit moeten inboeten. Elk bord moet volgens D’Haese een schilderijtje zijn, want je eet ook met je ogen vindt hij. En dus neemt hij deel aan 'Komen eten' het kookprogramma op 'vier'.

Als voorgerecht geen typisch Aalsters gerecht als smoutenbollen met pickles, maar wel een Italiaanse melanzane parmigiane. Als hoofdgerecht serveert Christoph rack van ree met ballade van groenten. Volgens de gastheer van vanavond laat de ware meester zich kenmerken door de beperking: het moet niet overdreven veel zijn, maar wel lekker. Een andere keukenwijsheid volgens D’Haese: “schoon vlees is als een schone vrouw: je moet het respecteren en met zachtheid behandelen.”

Nog in 2014 kwam er opnieuw een klein 'schandaaltje' over een Aalsters burgemeester in de pers. Na 'de torenpoeper' bleken we nu ook te beschikken over 'een muiler'.
6 Oktober van dat jaar : De stadsfuifzaal Cinema in Aalst werd op een wel heel aparte manier geopend. Zangeres Fanny Willen van de groep Kenji Minogue kuste de burgemeester vol op de mond. En dat werd natuurlijk vastgelegd op de gevoelige plaat. 


Uit de website van Christoph, artikel geschreven na de verkiezingen van 2014, waar zijn partij rum 2 procent klom, onthouden we vooral volgende :

>> 
Politiek is er voor de mensen. Misschien ben ik een dromer, maar ik ben in de politiek gestapt omdat ik ervan overtuigd ben dat ik mijn steentje kan bijdragen voor een veiliger en charmanter Aalst. In Aalst werk ik daar nu al meer dan een jaar heel hard aan en ik heb het gevoel dat we goed bezig zijn. De stad zit nu in een positieve, opgaande spiraal. Daaraan mogen meewerken geeft me enorm veel voldoening. 

Als jurist ben ik jarenlang geconfronteerd geweest met een verschrikkelijk, abominabel niveau van inefficiënte wetgeving, zodat ik graag deel zou willen uitmaken van een orgaan dat wetten kneedt en maakt. Voor een meer leefbare samenleving.

Als vader van 2 kinderen en burgervader van meer dan 80 000 Aalstenaars zet ik mij elke dag in om hen een veilige plek te garanderen waar ze kunnen opgroeien, werken, sporten en plezier maken zonder zorgen. Ik streef met concrete maatregelen naar het Vlaanderen van morgen waar u niet wakker hoeft te liggen over drugs en onveiligheid. De straffeloosheid en het gedoogbeleid zullen we een halt toeroepen zodat uw en mijn kinderen kunnen opgroeien in een charmant en veilig Vlaanderen.

In plaats van eindeloos verder te palaveren vind ik het de hoogste tijd om de handen uit de mouwen te steken en te werken aan een nieuw hoofdstuk in onze geschiedenis.

Ik heb gekozen voor Vooruitgang. Jullie nu met mij mee.
Bedankt aan de 22677 stemmers!
<< 

22 677 voorkeurstemmen ! ... Hij nam toen het mandaat van volksvertegenwoordiger op. In de Kamer houdt hij zich vooral bezig met binnenlands bestuur, justitie en veiligheid. 

Onzen 'Dozje' doet het dus helemaal niet slecht, ook nationaal laat hij van zich horen.

Een verlengde ambtstermijn was het gevolg van de verkiezingen in 2018, waarbij D'Haese wel onder vuur werd genomen omdat hij niet wilde praten met het Vlaams Belang, die dat jaar ook in Aalst een monsterscore verzamelde. In het kanton Aalst had NVA weliswaar meer stemmen dan Vlaams Belang maar voor het Vlaams parlement was het omgekeerd, en bleek Vlaams Belang de populairste te zijn. 'Ik heb gemengde gevoelens' verklaarde de burgemeester onmiddellijk na de verkiezingen.

De onderhandelingen verliepen dus heel stroef, maar na het nodige 'riezje en krakiel' werd toch opnieuw een akkoord gesloten met CD&V en Open VLD.
Zelf spreekt de burgemeester van een 'veilige, rechtse coalitie, zonder haar sociaal gelaat te verliezen'. 

Dat het zo moeilijk verliep kwam door het feit dat NV-A de verkiezingen won, maar de onderhandelingen met CD&V en Open VLD heel stroef verliepen. De eerste onderhandelingen eindigden in een 'njet', waarna er ook gesproken werd met sp.a en Lijst A. Ook dat draaide echter op nies uit, want er was geen draagvlak voor de rechtse coalitie die D'Haese zocht. 
De onderhandelingen met CD&V en Open VLD kregen een tweede kans en dit keer konden ze wel tot een vergelijk komen.

In 2019 kon de Vlaming stemmen op D'Haese voor het parlement, waar hij opkwam op de tweede plaats. Hij werd herkozen met 31 670 voorkeurstemmen.


2019 werd trouwens ook een 'speciaal jaar' op gebied van carnaval.
Het begon allemaal met een ludiek onderwerp van carnavalsgroep De Vismooil’n.

Zij staken tijdens carnaval 2019, weliswaar volledig ongewild, het spreekwoordelijke vuur aan de lont. Ze zouden dit jaar niet meedingen naar de prijzen, ze kozen om het eens een jaartje rustig aan te doen en dus kozen ze voor het thema 'Sabbatjoor'. 
De verontwaardiging die erop volgde, was ongezien. Joden uit binnen- en buitenland beschuldigden Aalst carnaval van antisemitisme. Er werd gefocust op de haakneus van de ‘joodse’ carnavalskoppen, ook al hadden die carnavalisten alleen maar een carnavalskop gerecycleerd. Dezelfde kop deed het jaar ervoor nog mee in de stoet als kruisvaarder (origineel gemeenteraadslid Michel Van Bremt).

Het schandaal nam (veel te) grote proporties aan, en UNESCO ging er zich ook mee bemoeien.

In september 2019 mochten burgemeester Christoph D’Haese (N-VA) en schepen Jean-Jacques De Gucht (Open Vld) het gaan uitleggen op het hoofdkwartier van de organisatie in Parijs.  Beide heren schetsten de context van Aalst carnaval aan het twaalfkoppige evaluatiecomité, en achteraf hadden ze het over ‘een goed gesprek’.
Het klonk allemaal goed, en het was nu wachten op een definitief oordeel van de instantie, … maar het zou allemaal zo geen vaart lopen werd geopperd.

In oktober echter, er was dus nog geen uitspraak, leek het allemaal echter opnieuw te gaan escaleren.

In oktober echter, er was dus nog geen uitspraak, leek het allemaal echter opnieuw te gaan escaleren. 
Dit keer waren het enkele carnavals’linjekes’ die de Joodse gemeenschap opnieuw deden briesen. 
Het Forum van Joodse Organisaties (FJO) was helemaal niet opgezet met de lintjes.

"Bij de carnavalsstoet was er duidelijk een gebrek aan inlevingsvermogen en kwam Aalst in de wereldpers. Dat er nu opnieuw afbeeldingen worden gelanceerd, met dezelfde stereotiepe haakneus en hoeden, is een pure provocatie. Dit zijn cartoons met een onvervalste antisemitische insteek", aldus woordvoerder Knoop in HLN.

De burgemeester veroordeelde de actie van de carnavalisten opnieuw niet. “Ik heb geen zin om de vleugels van de carnavalisten te knippen. De timing is niet zo gelukkig, op een moment dat Unesco nog moet beslissen over Aalst carnaval, maar het is niet zo simpel om als Aalsters burgemeester dit aan Unesco te duiden, in tijden dat het antisemitisme in stijgende lijn zit in Europa. Al denk ik niet dat dit de beslissing van Unesco zal beïnvloeden. Het is ook geen actie van de stad, maar van een individu”, zegt de burgemeester van Aalst. 

Het leidde uiteindelijk tot een breuk tussen UNESCO en Aalst. Aalst wou niets meer van UNESCO weten, en omgekeerd. Carnaval 2020 werd een editie die door de hele wereld nauwlettend in het oog werd gehouden, en ja hoor ... die enkelingen die zich verkleed hadden als Jood haalden de krantenkoppen ... 

Een geluk bij een ongeluk misschien (hoewel dit zeker niet de juiste woordkeuze is) dat deze carnavalseditie ook wat in het vizier kwam van Corona. Hoewel er nog niet echt een dreiging was, was er toch al wat onzekerheid onder de bevolking. Ook de daaropvolgende weken, toen het virus echt uitbrak was dit eigenlijk een goed 'afleidingsmanoeuvre' van de Jodenkwestie en werd er over deze zaak met geen woord meer gerept in de pers. 
Uiteraard wordt verwacht dat dit issue aan het eind van dit jaar opnieuw de kop zal opsteken. 

Dat 'Dozje' geen gemakkelijke ambtstermijn zal gehad hebben, dat is nu al zeker. Naast de bovengenoemde 'carnavalskwestie' in 2019, had hij dat jaar ook af te rekenen met een 'schepenkwestie'. Hierover is meer te lezen in het artikel over ex burgemeester Ilse Uyttersprot : HIER
...
En nog is het niet gedaan ... Na de voorgenoemde kwesties was er in 2020 ook het Coronavirus.
De burgemeester had de bevolking beloofd om voor mondmaskers te zorgen die veel beter en sneller zouden aankomen als diegene die de regering had voorzien.
Uiteindelijk - na veel vijven en zessen - werden de mondmaskers ontvangen en bedeeld, maar bleken ze veel te groot te zijn. Uiteraard leidde dit tot grote hilariteit maar ook frustratie bij vele Aalstenaars. Naast de vele selfies met een reuzemasker waren immers ook veel negatieve commentaren te horen via sociale media.
Uiteindelijk een stormpje in een glas water, want het mondmaskerprobleem was niet het belangrijkste. Ook andere gemeenten hadden met gelijkaardige problemen te kampen en hét grote probleem was natuurlijk het virus zelf ... Wat men de burgemeester allerminst kon verwijten is dat hij enorm adequaat communiceerde in deze crisis. Regelmatige updates werden gegeven aan de bevolking en correcte acties werden genomen (zo ondermeer het ter beschikking laten stellen van hotels als opvang, enz).

Het virus was toe aan de tweede golf toen een nieuw drama Aalst overschaduwde. Ex-burgemeester Ilse Uyttersprot werd op 4/8/2020 vermoord aangetroffen.  Christoph D'Haese kreeg opnieuw een moeilijke periode voorgeschoteld, ditmaal uiteraard meer op emotioneel dan op politiek vlak. De politieke 'strubbelingen' tussen de twee wegen uiteraard nooit op tegen leven en dood.

D'Haese is momenteel dus burgemeester met volgende bevoegdheden : politie, hulpverleningszone, juridisch advies, bestuursondersteuning, contracten, GAS, integrale veiligheid & noodplanning, stadsmarketing en communicatie, verzending, preventie en bescherming, strategische planning, ict, livc, evenementen.
Hij zetelt in volgende bestuursorganen : college van burgemeester en schepenen, nv volkskrediet De Toren, vzw beschuttende werkplaatsen (MAAAT), vzw Festival van Vlaanderen Gent en Historische steden, vast bureau OCMW, pensioenfonds - comité van toeziccht, algemene vergadering ASZ av, raad van bestuur ASZ av, directiecomité ASZ av, autonoom gemeentebedrijf stadsontwikkeling Aalst (AGSA), integraal drugsbeleid, managementteam, provinciaal raadgevend comité van Oost Vlaanderen, kenniscentrum Vlaamse steden, audio welzijnsvereniging (OCMW), raad van bestuur ASZ av, besluiten burgemeester, gemeenteraad.

Bronnen

christophdhaese.be
n-va.be/wie-is-wie
Wikipedia 
tv oost
cumuleo.be
newsmonkey.be
showbizzsite.be
fiche Christoph D'haese, kamer van volksvertegenwoordigers
HLN 21/10/2019