Nieuws uit Aalst

--------- 't Principoilsjte vandaug es da ge ni te veil complementen mokt en genietj van 't leiven ! - - - - - - - Covid-19 : Blijf aub toch voorzichtig en denk aan uw medemens !! - - - - - - - Deel enkel berichten van officiële bronnen om fake news te vermijden !!! - - - - - - - -

vrijdag 29 september 2023

In een Oilsjters smokkelwinkelken / bollenwinkelken / snoepwinkelken

Nen bollenwinkel : snoepwinkel,  
ook gebruikt voor mannelijke geslachtsdelen of vrouwelijke boezem.

Nen bol : een snoepje

De uitdrukking ‘’t es precies nen bollenwinkel’ wil zeggen : ‘alles ligt overhoop’, ‘kort en klein geslagen interieur

De uitdrukking ‘z’heit bollen geiten’ wil zeggen : ‘ze is in verwachting

Smokkelink lag vroeger ‘op ’t schap’, ‘in ’t schof’, ‘in nen bokal’ of ‘in een doeis’. 
Vanuit de winkel kon je het meenemen ‘in e zaksken’ of ‘in e ponjeken’ (= een mandje)



Aronjeschellekes : (gedroogde) sinaasappelschillen, ondertussen ook meerdere fruitsoorten beschikbaar.


Aumerkes / Bomapillen
: snoep met uitgesproken anijssmaak, in Aalst onder andere verkocht door de notoire ‘Boma Boma’
Ingrediëntenlijst: suiker, glucosesiroop, karamelsiroop, kandijsiroop, zoethout, malasse, natuurlijke aroma's van anijs en venkelolie.


Blooskessjikken
: kauwgum waarmee men gemakkelijk bubbels kon maken


Boeterbollen
: karamellen met botersmaak


Brokkelpak
: zakje met allerlei overschotten van de snoepfabriek of winkel, die werden verkocht in een papieren tipzakje met al dan niet een surprise erbij. 
Volgens L.P.Boon in de bundel ‘Brokkelpak’ (Vroom&Dreesman, 1972) : ‘Zo’n pak bestond uit allerlei gebroken koek, door zon verbleekte chocola, stukken van paaseieren, en dergelijke meer. Het was steeds de winkelier zelf, die deze niet meer te verkopen waar in brokjes sloeg, en het tot het zogenaamde brokkelpak samenvoegde. Om het voor de jeugd nog aantrekkelijker te maken werd bovendien tussen de brokstukken ook nog een surprise aangebracht’.
De naam ‘brokkelpak’ wordt ook gebruikt voor een onstandvastig persoon of een deugeniet. ‘Goi zetj toch oeik een brokkelpak zenne’.


Crisis-kerremellekes
: naoorlogse, goedkope, kleine karamellen

Gommekes : in verschillende vormen (oa gummibeertjes). Deze snoepjes worden van gelatine gemaakt, een dierlijk product. Gelatine wordt immers gemaakt van de huid en beenderen van dieren. 
Zie ook zjinzjippen.


Hosties of ‘vliegende schoetels’
:  gekleurde schijfjes van suiker, gevuld met zurig poeder.


Kalisjenaat
: Een stokje van kalisse, zoethoutwortel. In het schoon Vlaams : klishout.
Dit werd verkocht als snoep en het diende om op te zjabberen en te bijten, waaruit dan het kalisjesap loskwam. Als het sap uit het houtje weg is, dan blijven er alleen maar gele vezels over.
Kalis komt van de taal van de Spaanse zigeuners en betekent ‘zwart’. Vandaar ook de herkomst : arm, berooid. Snoep voor de armen, die zich al het suikergoed en andere lekkers niet konden permitteren.


Kasenbannen of ‘zwette rekkers’
: bestonden vroeger alleen in het zwart en rood. Ondertussen ook al verkrijgbaar in meer kleuren (en smaken) . 
In het ‘schoon Nederlands’ : dropveters, hoewel veters (= 'nestels' bij ons) nog een ander snoepje waren (zie 'roei nestels'). 
Opgelet : de vrouwelijke kousenbanden worden ‘sjatrellen’ genoemd.


Kinjekessoiker
: blonde cassonade suiker. 
De naam verwijst naar het kinderhoofdje op de papieren verpakking. 
Ook gebruikt voor doopsuiker gevuld met chocolade of amandelbonen


Knikknakskes
– kleine koekjes in lettervorm


Kremken, kremmeken, potje kaat, kreimgelas
: roomijs, tussen ‘een galet’, op ‘nen toeter’ of ‘een oester’. Te koop in de kremmerie of on de kreemkeire.

Lekstokken / Stampers : grote likcaramel op een stokje


Lievevraakes, guimauvekes
: aanduiding voor snoepgoed op basis van opgeklopt suiker en eiwit en eventueel Arabische gom. In het Nederlands ook wel schuimpjes genoemd. In sommige delen van Vlaanderen voorbehouden voor snoepjes met het uiterlijk van een Onze Lieve Vrouwe beeldje, hoewel er ondertussen ook andere vormen bestaan (zelfs met een chocoladelaagje errond).
Guimauve is een Frans leenwoord dat eigenlijk een aanduiding is voor de paars bloeiende moeras plant Heemst (eng. Marsh Mellow) waarvan het slijmerige wortel-extract gebruikt in het originele recept van dit snoepgoed. Tegenwoordig is dit echter vervangen door maïssiroop.


Maskesvlies, aameekesvlies, nonnebillekes
: zeer zacht stuk snoepgoed, bestaande uit een plak gelatine of mellow cake in roze en witte laag


Mintjbollen, moentjbollen
: karamel of harde snoep met muntsmaak


Moilentrekkers, smoelentrekkers
: zure bollen


Moizestrontjes
: hagelslag, chocoladehagel. Ver op den boeterham


Neigerinnetetten, plasjkoppen
: melocake, marshmallowschuim op een koekje, overgoten met chocolade. 


Mogen we tegenwoordig niet meer gebruiken. Maar … het voorgestelde negerzoenen en deze betrokken melocakes zijn niet helemaal hetzelfde. De Nederlandse Negerzoen heeft immers een puntje en is ook gevuld met een zachte Meringue.  
Melo-cakes zijn afgerond en de vulling lijkt ook meer op de taaiere Marshmellow.


Ondertussen dient de naam van beide uitgesproken te worden als 'chocoladezoen'

Neizekes, tsjoepeneizen, neiskes : Snoep in de vorm van een kegeltje (rode of groene) hard van buiten, zacht van binnen door de geleiachtige siroop. Ook ‘kuberdongs’ (naar het Franse : cuberdons). Deze snoepjes eet men best zo vers mogelijk want na enkele weken versuikert de vulling.


Paat de frie – pâtes de fruits
, : vruchtjes, gomachtige snoepjes. Deze fruitpasta is een zoetigheid die wordt verkregen uit fruit gekookt met suiker en pectine. Het geheel wordt in een vorm gegoten en als vierkant of rechthoek uitgesneden. Het was het oorspronkelijk een methode om vruchtvlees te conserveren, vandaar de naam "droge jam".


Pak
: rechthoekig gesneden portie industrieel roomijs, veelal tussen twee wafeltjes geprangd (tegenover een ‘galet’ en een ‘oester’ van écht schepijs)


Patatjes
: marsepeinen bolletjes gerold in cacaopoeder


Pikkerkes
: kleine snoepjes met uitgesproken muntsmaak 


Poepegatjes
: de officiële naam is eigenlijk ‘gewassen kersen’, maar ja, wie zegt dat nu …. Ze zijn gemaakt van Arabische gom in plaats van gelatine, ideaal voor veganisten, maar minder voor mensen met geen al te sterke tanden.



Roei nestels
 : niet te verwarren met 'dropveters' van bij de Nederlanders. Zij gebruiken dit immers ook voor 'kasenbannen' (zie hierboven bij 'kasenbannen').
Bestonden ook in het zwart ('zwette nestels'), en tegenwoordig ook in alle andere mogelijk en onmogelijke kleuren en smaken. 



Sjikletten / Sjikken : kauwgum … het woord ‘sjikletten’ komt eigenlijk van de merknaam ‘Chiclets’
In de oorlog maakte men onderscheid tussen de ‘gewone sjik’ (pruimtabak) en de ‘Ingelse sjikken’, die door onder andere de Canadese soldaten werden uitgedeeld tijdens de bevrijding.
Deze kleine doosjes werden vroeger ook uitgedeeld in benzinestations.



Sjokelat, sjokolat : chocolade in al zijn soorten en vormen, repen, figuurtjes, ...   
Sjokelattentei = chocolademelk, cacaodrank


Smoisteren/smokkelen
: snoepen/smokkelen. 
Ne smoistereer = een snoeper
Niet verwarren met smosteren (= morsen, vuil maken tijdens het eten)

Smokkelderoi , smokkelink : smokkel : snoep in het algemeen 
Smokkelen : snoepen
Smokkelbezze : iemand die veel snoept

Snieballen / sniepateikes (ook wel eens ‘rotte patatten’) : Deze marsepeinen sneeuwbal was een groot succes tijdens vieruurtjes.  De merringue kern (geklopt eiwit) is omgeven door een klein laagje melkchocolade.


Spekken
: suikergebak, snoepgoed van gekleurde suiker en vol van kleur- en smaakstoffen. 


Tutten : lolly’s met een ‘houdertje’ waardoor het geheel op een ‘sjokkememme’ (=fopspeen) leek


Woinbol
: Een wijnbal is een vorm van snoepgoed dat door zijn ronde vorm en wijnrode kleur wordt gekenmerkt, waar het zijn naam aan dankt. Wijnballen zijn vaak per stuk verpakt in vetpapier. De wijnbal is een typisch kermisproduct. Aan een wijnbal moet meestal worden begonnen door er aan te likken omdat hij aanvankelijk te groot is om in zijn geheel in de mond te stoppen. Door het likken wordt de wijnbal kleverig, maar het papier beschermt tegen plakkende handen.


Zier : zuur.   

    E paksken zier : oorspronkelijk een envelop met zuur snoeppoeder en een blikken lepeltje (10 centimen). In de jaren 60 werd dat een plastic lepeltje en/of speeltje (voor 1 frank). 

    Zier berkes – zure snoepballetjes in de vorm van een beertje. Ook in andere vormen, vliegerkes, viskes,  …


    Zier bollen : zure snoepballetjes (het bekendste zijn die van 'Napoleon')

    

Ziere matten : In een zure mat zit citroenzuur en appelzuur. Deze voedingszuren zorgen voor de zure smaak en maken de zure mat dus echt zuur!


    Zierstekken – zure snoep op een stokje of in de vorm van een potlood
    Opgelet : Zietig = zoet / ongezouten



Zjinzjippen : soort zachte drop met Eucalyptus of andere smaak. 
Dit snoepje inspireerde trouwens enkele artiesten … 
Ooit was er in Aalst een carnavalsgroep genaamd ‘AKV D' Elastieke Sjinsjippen’ onder leiding van Prinsj Antoine.
En wie kent niet het liedje ‘Zjinzjippeke van Meilebeik’ van Urbanus? 


Zwerte frangen, zwerte Belgas
: zwarte drop (aftreksel van zoethout) in de vorm van een vooroorlogs vijffrankstuk. Eigenlijk hetzelfde als de ‘zwette kasenbannen’ … mor dan anders …


Zwette moizen
: de lekkerste, hoewel er ondertussen al heel wat kleurtjes en andere figuurtjes bijgekomen zijn (moizekes in alle koleren, berkes, letterkes). 




Ne soikeren lippen : een fijnproever, iemand die graag snoept.


Als jullie willen bestellen, doe dit dan in de juiste gewichtsmaten : een haufelken, een tieterken, een eirtfol, ...  Deze zijn allemaal HIER na te lezen. 


Opgelet : sommige woorden komen ook buiten Aalst voor, en, hoewel ze hier ook gebruikt worden, zijn ze dus niet altijd typisch Aalsters!


                      - In een Oilsjterse bienaveroi


Bronnen

Oigen Oilsjterse en snoepkennis
Oilsjtersen Diksjoneir
Snoepzoet.be (foto’s)
Candyonline (foto's)
Hot cuisine de Pierre (foto's)
Bol.com (foto's)
Bram en Aagje (foto brokkelpak)
Valentino Chocolatier (foto’s)
Cuisine AZ (foto’s)
Eigen foto’s 

dinsdag 26 september 2023

De Hoge Vesten - Carnavalswerkhallen

Het einde van de zomer betekent voor heel wat Aalsterse carnavalsgroepen het begin van een nieuw carnavalsseizoen. De sedert 2022 vervroegde prinsenverkiezingen doen daar natuurlijk nog een schepje bovenop en de carnavalssfeer komt dus - samen met de herfst - al heel snel de stad ingewaaid. 


Hier en daar is al afgebroken of wordt er dringend werk gemaakt met het tot schroot herleiden van vorige creaties. Hier en daar worden nieuwe plannen stilletjes aan concreet.
Hier en daar wordt al gelast en geslepen.

Over de vorige carnavalswerkhallen – in de gebouwen van ‘De Couverture’ – werd in een vorig artikel reeds uitvoerig geschreven.  Deze info is HIER nog steeds terug te vinden. 
Daarin staat ook vermeld dat er sedert de jaren ’90 andere plannen waren in verband met de gebouwen van deze oude fabriek. 

In 1995 kondigde het stadsbestuur aan dat de Couverture nu uiteindelijk toch echt plaats zou moeten maken voor een sociale woonwijk. 
Er was hier reeds een tijdje sprake van maar de geruchten werden steeds geminimaliseerd. 

Tot nu dus … Voor vele  carnavalsgroepen zou dit het einde betekenen van hun werkhal in de toenmalige Schoolstraat, ondertussen veranderd in de Bert Van Hoorickstraat. 

Het college van Burgemeester en Schepenen had wel al plannen voor een nieuwbouw, waar de groepen hun onderkomen zouden in kunnen vinden. 
De bouw hiervan werd opgenomen in de stadsbegroting van 1993, maar het plannetje werd een jaar uitgesteld omdat de inkomsten van de stad lager waren dan men gehoopt had.

Het voorziene budget voor de nieuwe werkhal diende te worden aangepast, en er werd afgeklopt op 63 miljoen Belgische frank. 

In 1994 werden de voormalige werkhuizen aan de Hoge Vesten gesloopt en tegelijkertijd werden ook de plannen van het nieuwe bouwwerk bekend gemaakt.

De nieuwe hallen zouden komen op de plaats waar vroeger de rubberfabriek ‘Socété Anonyme pouor le Commerce et l’Industrie de Caoutchouc’, in de volksmond ’t Katsjoeken’, stond en waar in 1899 ‘La Centrale Africaine’ werd opgericht, waar producten verkocht werden die afkomstig waren uit het voormalig Belgisch-Congo. 

Kennen we de naam ‘katsjoeken’ trouwens niet van nog ergens anders? 
Inderdaad, het was de eerste ajuinboer, Albert Verbestel, die ook wel eens deze naam kreeg. 
Dat kwam omdat hij in de buurt van de vroegere fabriek een café had, genaamd … ‘’t caoutchouken …
Over Albert en de ajuinboeren is HIER meer terug te vinden.

Een deel van de carnavalsgroepen had de oude ‘couverture’-hal reeds voor carnaval 1996 verlaten, om hun intrek te nemen rond de nieuwe carnavalshallen aan de Hoge Vesten. 
De resterende groepen spaarden hun verhuis tot na carnaval 1996, waardoor de Couverture na 18 februari 1996 definitief verlaten werd door deze allerlaatsten. 
Bij het verlaten van de Couverture hielden de carnavalisten in 1996 nog het groot afscheidsfeest, waarvan de opbrengst ging naar het carnavalsmonument.

De Couverture werd daarna nog gebruikt als museum door de Privat Fire Brigade. Deze laatste verhuisde later nog naar het industrieterrein in Erembodegem, en vandaar ging het naar de huidige locatie in het Antwerpse. Over dit mooie museum is HIER meer te vinden.

In 2011 zou de werkhal afgebroken worden om plaats te maken voor serviceflats en een rusthuis. Rusthuis Lakendal opende er uiteindelijk in 2014 zijn deuren.
Een ander deel van de Couverture in de Bert Van Hoorickstraat werd ondertussen omgebouwd tot appartementencomplex.

Terug naar de Hoge Vesten nu …

In 1949 had Romain Moeyersoen aan het Aalsterse stadsbestuur de raad gegeven om deze gebouwen aan te kopen.
Zijn raad werd opgevolgd en zo verwierf de stad het hele complex in 1951 voor een prijskaartje van 4,5 miljoen frank. De stad richtte de voormalige rubberfabriekfabriek in als stadsgarage en stadsmagazijn. 
In deze garage had trouwens ook onder andere het Ros Balatum zijn onderkomen.

Sinds 1977 waren de stadsmagazijnen er echter verhuisd en de gebouwen stonden heel lange tijd leeg. 
Men beschikte dus over een grote ruimte waar nog een goede invulling voor werd gezocht.  Die goede invulling werden dus - na een heel lange bedenk- en beslissingsperiode - de huidige carnavalswerkhallen.  

De werken vorderden snel en reeds in 1996 was het complex, met een prijskaartje van ondertussen toch zo’n 80 miljoen frank, klaar. 
Met de bouw van deze carnavalshallen was Aalst de eerste stad in België die door het gemeentebestuur een complex had opgezet voor het maken van carnavalswagens. 

Het begin was uiteraard nog niet hetzelfde als wat we nu kennen. Er werd iets kleinschaliger begonnen. 

In een eerste testfase werd plaats geboden aan 10 groepen, maar na dat deze periode positief werd geëvalueerd, konden er maar liefst 45 groepen er hun intrede nemen. 

De werkhallen werden gekoppeld aan een autonoom gemeentebedrijf, waarvan Jan Dooms de eerste directeur werd, en dat er moest voor zorgen dat de werkhallen zelfbedruipend waren, aangezien de stad in de toekomst financieel niet meer zou tussenkomen.

Aalst zou echter Aalst niet zijn, mochten er toch een paar ‘mankementjes’ voorkomen in de hele procedure. 
Het stadsbestuur had voor alles gezorgd, behalve één dingetje … Ze vergat bij de bouw van de hallen immers een milieuvergunning aan te vragen …  een vergetelheidje ... Tja, maar eentje met mogelijks grote gevolgen natuurlijk.

Het bleek echter allemaal nogal mee te vallen en de vergunning werd uiteindelijk pas aangevraagd … toen de hallen er al stonden. 

Nu, geen drama, er moest niets terug afgebroken worden.  Bij besluit van 1 januari 1996 kregen de werkhallen wel een gedeeltelijke milieuvergunning, maar men kreeg geen vergunning voor de verfspuitwerken, omdat deze volgens de Vlarem-normen niet vergund konden worden. 

Op 26 april 1996 werd daarom aan minister Kelchtermans gevraagd om een afwijking toe te staan op deze strenge Vlarem-normen. 
Wat men vreesde, gebeurde echter ook … De minister weigerde (logischerwijs) deze aanvraag tot afwijking op 6 januari 1997 omdat de werkhallen in een woongebied liggen. 
Voor carnaval 1998 werd ijverig gezocht naar een oplossing, maar de spuitwerken in aanloop van carnaval 1997 werden dus illegaal uitgevoerd.

De stad bleef, ondanks deze tegenslagen, wel verder investeren in de werkhallen. Zo liet de gemeente in 2003 bijvoorbeeld branddetectietoestellen en een inbraakalarm plaatsen. 
De werkhallen zijn nog steeds eigendom van de stad, die erop toeziet dat de groepen in alle veiligheid kunnen werken. 
Natuurlijk, voor niks gaat de zon niet op, en deze groepen betalen ‘in ruil’ dan ook een huurprijs aan de stad. 
Grote groepen betaalden 50 000 Belgische frank per, middelgrote groepen moesten 25 000 frank ophoesten en kleine groepen kregen een prijskaartje van 10 000 frank voorgeschoteld. 
Het elektrisch verbruik moest rechtstreeks betaald worden aan de nutsmaatschappij.

In 2010 tekende een studiebureau in opdracht van de stad Aalst een nieuwe toekomstvisie uit voor de buurt van de Albrechtlaan. Deze studie gaf aan dat de omgeving achter de Varkensmarkt best opnieuw een woon- en winkelwijk moet worden en dat de carnavalshallen daarom misschien beter zouden verhuizen naar loodsen van Syral. 
Toenmalig burgemeester Ilse Uyttersprot gaf aan dat de carnavalisten niet meteen uit de werkhallen gezet zouden worden, maar dat de stad wel nadacht over een eventueel nieuwe locatie

De studies ten spijt (en tot groot jolijt van de carnavalisten) werd de locatie van de carnavalswerkhallen uiteindelijk toch behouden.
De wagenbouwers, elektriciens, ververs en andere creatievelingen konden dus hun hobby verder blijven beoefenen zonder zorgen.

Zonder zorgen?  Wel, niet meteen …

In 2012 doken elektriciteitsproblemen op in de werkhallen, tot groot ongenoegen van de groepen. 

Vaak tijdens minutieus snij-, las- of verfwerk liet de elektriciteit de carnavalisten in de steek. 
Het verbond vzw Carnavalist Tot in de Kist trok aan de alarmbel, waarna schepen Ann Van de Steen beloofde om alles in orde te brengen. 

In 2013 kwam ‘Ding-Dong-Guyken’ Etienne Grillaert (‘Paken’) aflossen. Etienne stond jarenlang, samen met Luc Vermeiren (‘Paroi’) in voor het toezicht in de hallen, en kon vanaf dan genieten van zijn pensioen. 
Het was Guy Walgraef die het roer overnam, en meteen ook de ‘ding dong’ in de hallen opnieuw invoerde om dringende (en ook niet dringende) boodschappen meteen wereldkundig te maken.
Ding-Dong …  Het izomokot is geopend’, ‘Ding-Dong … het izimokot wordt gesloten binnen 15 minuten’, ‘Ding-Dong … het izimokot is gesloten’, …  

In 2014 werd er werk gemaakt van de elektriciteitsperikelen in de hallen. Zo werd ledverlichting aangebracht in de hallen en werden alle elektrische circuits deftig uitgetest en hersteld waar nodig.

Terzelfdertijd werd ook geprofiteerd van het feit dat alle groepen hiervoor alles buiten dienden te zetten.
Er kwamen geschilderde veiligheidszones en verschillende ‘gevaarlijke’ punten kregen de nodige signalisatie en aandacht ... en de kuismachines draaiden overuren.


Er kwam een duidelijke aflijning binnen in de hallen, en de izomokoten, verfkoten en lasruimtes werden aan grondige controle onderworpen. Niets ontsnapte aan het toeziend oog van controleorganen en brandweer en er werden lijstjes gemaakt met op- en aanmerkingen naar de groepen toe. 


Uiteindelijk verliep alles vlot en rustig, want de meesten zagen echt wel het nut in van werken in veilige omstandigheden.

Nog in 2014 sloot het stadsbestuur ook nog een extra verzekering af voor alle inboedel in de werkhallen, gedurende de carnavalsweek. Dit gebeurde naar aanleiding van de gebeurtenissen rond de zaak ‘Geloeif Mè Goed’, een groep waarbij alle leden aansprakelijk gesteld werden gesteld voor een brand aan hun wagen in een externe loods.

De binnenkant stond dus in orde … De buitenkant - die er in de beginjaren maar wat troosteloos bij stond, had de laatste jaren ook al een hele metamorfose ondergaan.

Lieven Piron, die als artiestennaam WAF gebruikt, had immers aan de stad voorgesteld om de hallen te bewerken met graffiti. In eerste instantie werd er wat getwijfeld aan het idee, maar uiteindelijk stemde men in met dit gewaagde voorstel. 
Zo kregen de werkhallen in 2002 kregen een eerste graffiti-kunstwerk van WAF. 

Over deze kunstenaar is HIER meer te lezen. 

Lieven voerde het spuiten gratis uit; de stad betaalde de voorbehandeling van de gevel en de spuitbussen (ook een mooi bedragje natuurlijk gezien de oppervlakte die werd bewerkt).

Elk jaar zou er naar aanleiding van de carnavalsbeurs een stukje van de werkhallen bespoten worden. 
In 2006 werd de 40 meter brede voorgevel van de werkhallen eindelijk afgewerkt. 

WAF had ondertussen ook versterking gekregen van graffititeam ‘Alosta’ en in 2016 werden ook de muren van ‘Halle 13’, de carnavalskantine aangepakt.

Een nieuw ‘drama’ drong zich echter op. 

Nog in 2014 bleek niemand geïnteresseerd om de carnavalskantine verder uit te baten. 

Griet Moereels en Sven Ghysels hadden na negen jaar beslist om hun concessie niet meer te verlengen (zij zouden een nieuwe zaak openen aan zee), en de stad vond niet meteen een nieuwe gemotiveerde kandidaat-uitbater. Men contacteerde de vzw Carnavalist tot in de Kist met de vraag de kantine eventueel tijdelijk uit te willen baten, maar ook zij waren niet geïnteresseerd in het voorstel


De stad wijzigde het concept ‘kantine’ naar ‘pop-upcafé’, en Griet en Sven werden toch nog eventjes bereid gevonden werden om de uitbating nog eventjes voor hun rekening te nemen. 
Tijdelijk weliswaar … Het pop-upcafé zou geopend worden van december tot maart.

In september 2015 kon de kantine opnieuw geopend worden zonder limieten. Er werden ondertussen immers nieuwe concessiehouders gevonden die de komende 9 jaar zouden instaan voor de uitbating.
 
Steve De Backer en Steffi Van den Steen werden de nieuwe uitbaters en doopten de kantine meteen om tot ‘Halle 13’, een ‘zaak’ die beschikt over twee vergaderzalen en een ondertussen vernieuwde feestzaal.
Zo kan de zaal ook gebruikt worden voor bedrijfsfeestjes, communiefeesten, en dergelijke.
Het hoeft dus niet echt carnavalsgerelateerd meer te zijn.


Op 27 april 2016 kenden de carnavalshallen een zwarte dag. Toen vond er immers een grote brand plaats in de carnavalshallen. De brand ontstond door een onvoorzichtigheid met een slijpschijf bij AKV Geschalotterd. 


Aanwezige carnavalisten zorgden er samen voor dat de brandweer vrije toegang kreeg. Er stonden immers enkele wagens 'in de weg' en die werden door de helpende handen deskundig opzij gezet. 


De snelle aanwezigheid van de brandweer kon jammer genoeg niet vermijden dat er een enorme schade was. Hal 1 en hal 10 werden door de brand volledig verwoest en hal 2 en 9 werden zwaar getroffen door water- en rookschade. Een ruimte van ongeveer 500 m² ging verloren. 
Gelukkig konden de andere delen wel gevrijwaard worden.


Een ongewild 'mooi' beeld dat de treurnis bij het Aalsterse carnavalsvolk heel goed weergaf ...


Deze brand was niet alleen een materiële catastrofe, maar ook emotioneel lag dit voorval zwaar bij de Aalsterse carnavalisten.

De groepen Geschallotterd, Tes Ter Oever, De Loizemaanen, De Zoipers, De Zwiejtzoel'n, De Zwiejtollekes, Dest-Goe Schief, Zwisj, De Zjieverleppen en De Toerenbiejoekes verloren immers alle werkmateriaal, mechanieken, wagens en trekkers door de brand en zagen zich genoodzaakt van ‘0’ opnieuw te moeten beginnen. 


De stad zocht een tijdelijk alternatief en via de verzekering werden de getroffen groepen vergoed. 
Dit keer zonder noemenswaardige problemen, want Aalst zat nog met een enorme kater omwille van een vorige brand uit 2004 bij ‘AKV Geloeif mè Goed’. 

De leden van deze groep werden zelf aansprakelijk gesteld en moesten zelf alle kosten betalen die de brand aan hun praalwagen veroorzaakte in een privéhal. 
30 Leden, waarvan enkelen ook deel uitmaakten van hetzelfde gezin, ontvingen daarom een aangetekend schrijven van verzekeraar Axa met de mededeling dat er per lid 24.100 euro moest betaald worden tegen 10 december 2017

De Aalsterse meerderheidspartijen CD&V, N-VA en SD&P kwamen op 27 november van dat jaar wel overeen om een financiële bijdrage te leveren. Die stond gelijk aan 10 procent van de schuld of zo'n 2.410 euro per getroffen carnavalist, met een maximum van 2.500 euro per dossier. Dat betekende voor veel carnavalisten een klein duwtje in de rug, maar de wrangheid bleef natuurlijk bestaan.

Gelukkig had men geleerd uit dit voorval en kon men bij deze brand wel aanspraak maken op een goede verzekering. Al een geluk dat deze verzekeringspolissen in 2014 nog grondig werden nagekeken en aangepast, anders zou zich hier wel eens een nieuw financieel drama kunnen afgespeeld hebben.

Negen van de tien getroffen groepen mochten van de stad verhuizen naar de Baka-hallen op het Wijngaardveld en Dest-Goe Schief mocht de plaats in de carnavalshallen van De Steijnzoel’n gebruiken

Reeds aan het einde van 2016 werd gestart met de heropbouw van de getroffen loodsen. 

Eind oktober 2017 kon de firma Bolckmans starten met de heropbouw van de vernietigde loodsen en dat gebeurde vlot: de ruwbouw was af midden december en de technieken tegen eind december. 


Met Kerstmis waren de nieuwe hallen klaar. 

Deze nieuwe hallen werden op brandweeradvies uitgerust met koepels om rook- en warmteontwikkeling af te voeren en de loodsen werden ook voorzien van een binnenwand, een brandmuur, die een eventuele brandoverslag tussen de hallen moet vermijden. 
Die brandveiligheidswerken werden in 2018 trouwens ook in de andere hallen uitgevoerd.

De stad betaalde maar liefst 150.000 euro om de carnavalshal te laten voldoen aan de hedendaagse normen van brandveiligheid.

In anderhalve maand tijd werden hallen 1 en 10 heropgebouwd. De kostprijs van de heropbouw bedroeg 541.302 euro, waarvan 432.571 euro gedekt werd door de brandverzekering. 

Op carnavalsmaandag (27 februari 2017), konden de getroffen groepen, na de stoet, de heropgebouwde loodsen opnieuw binnenrijden.

De nieuwe loodsen kregen ook een passend graffitilaagje van kunstenaars WAF en Caz. In hun kunstwerk werd gewerkt met vlammen, opdat de brand niet vergeten zou worden.


Dat er trouwens goed op toegekeken wordt dat alles (brand-) veilig kan verlopen, is ook een verdienste van de vzw Carnavalist Tot In De Kist  en SomatiFIE uit Erembodegem. 
Zij voeren immers jaarlijks een controle uit van de brandblussers die zich in de hallen bevinden. 

Het was prins carnaval 2011, Kristof Devos, die contacten legde met deze firma. Hij verkreeg toen dat er een aantal brandblussers geschonken werd aan de groepen. 
De vzw Carnavalist Tot In De Kist zorgde er daarna voor dat deze samenwerking nog uitgebreid werd en leidde tot een jaarlijkse controle van de apparaten. Dit gebeurde deels gratis, deels aan ‘vriendenprijzen’. 
Op die manier worden apparaten die niet meer voldoen onmiddellijk vervangen.

In november 2020 werd, na 10 jaar samenwerking, trouwens de 2000ste blusser gecontroleerd … Iets wat zou leiden tot een bedankingsreceptie, ware het niet dat Covid hier roet in het eten kwam strooien. 
De firma werd wel in de bloemetjes gezet tijdens een live-uitzending van Oilsjt Mjoezik.

In de zomer van 2018 kenden de hallen een nieuw drama. Op 4 juni van dat jaar viel toezichter Luc Vermeiren (alias de Paroi) van het dak van de werkhallen terwijl hij bezig was met onderhoudswerken aan de dakgoot. Luc brak drie ruggenwervels en zijn pols, waardoor hij niet meer kon terugkeren als toezichter van de werkhallen. Luc zal tot aan zijn pensioen in ziekteverlof worden gesteld.
De gevolgen van een uitzichtloos toekomstperspectief, hevige pijn en medicatie leidden in 2023 tot het jammere heengaan van de geliefde toezichter. 
Meer over deze geliefde toezichter is HIER te lezen.

Toezichters Carnavalswerkhallen Hoge Vesten

1995-2018 Luc Vermeiren (Paroi) (+2023)  
1995-2013 Etienne Grillaert (Paken) 
2013-2022 Guy Walgraef (Ding-Dong Guyken)
2016-heden Herman De Neef  
2022-heden Jeroen Camu  
 
Fotootje van de twee eerste toezichters : de betreurde 'Paroi' en 'Vaderken' ... 


De toezichters stonden en staan in voor de goede gang van zaken op het terrein. 

Zo zijn ze verantwoordelijk voor het onderhoud en de veiligheid, maar ook op het logistieke vlak moeten ze bij de pinken zijn. 

Op de dagen dat de stoeten doorgaan bijvoorbeeld, moeten ze zien dat de groepen in de juiste volgorde buiten kunnen rijden zodat ze zonder problemen plaats kunnen nemen …
Dat is niet altijd evident, zeker al niet als bijvoorbeeld groep 1 en 2 in dezelfde hal zitten, maar groep 1 in ‘den A’ moet lopen en groep 2 ‘in de C’ zit. 

Beetje vooruit, beetje achteruit, binnen, buiten, terug naar binnen, …   het is altijd een heel indrukwekkende operatie die ook steeds voor heel wat ‘supporters’ zorgt bij aanvang van de carnavalsdriedaagse. 

Ook moeten de mensen binnengelaten worden in ‘hun’ hal en moet deze na vertrek weer goed afgesloten worden.  Uiteraard na controle of er niets aan het smeulen is of er nergens een kortsluiting of ander probleem te melden is. 

Ook het regelen van afval (izomo, gevaarlijke producten, …) staat op hun takenlijst en daarnaast is er natuurlijk ook de administratieve rompslomp …

Stopt het na carnaval? Neen! Uiteraard niet. 
Heel wat groepen lopen nog mee in de zogenaamde 'buitenstoeten', en dienen ook binnen- en buitengelaten te worden. En ze moeten eventueel nog wat dingetjes aanpassen of vervangen op de wagens. 
En er zijn ook enkele Aalsterse groepen die meedoen aan bloemencorso's van onder andere Blankenberge. 
Deze wagens moeten dus ook nog eens aangepast kunnen worden en ook zij moeten zich op de voorziene data kunnen aanmelden aan de andere kant van het land. 

Wel een job met afwisseling dus, en dus heel wat meer dan enkel maar ‘toezicht houden’.

In januari 2022 werd er een klein relletje gemeld in de lokale pers. 

Op Rechteroever immers, binnen de Aalsterse stadsring, was er sinds maandag immers een algemeen betalend parkeerregime ingevoerd. Omdat ook de Hoge Vesten (en dus ook de Carnavalswerkhallen) tot dat gebied horen, moesten ook de carnavalisten die aan de praalwagen wilden werken, vanaf dat ogenblik dus ook betalen om hun auto er achter te laten. Dat werd (uiteraard) niet op veel enthousiasme onthaald. 
Eén van de in november ’21 geplaatste parkeerautomaten werd zelfs vernield, nog voor hij in werking kon treden. 


Gezien carnaval Aalst heel wat bezoekers naar onze stad lokt, en dit dus een ideaal promotiemiddel is, werd geopperd om de artiesten die dit allemaal mogelijk maken gratis te laten parkeren. 

De zaak werd voorgelegd op het schepencollege en men verkreeg het akkoord om het parkeerverbod tijdelijk aan te passen. Er zou dus gratis kunnen geparkeerd worden tot vier weken voor de dag van het uitrijden van de zondagstoet. 
Ondanks deze ‘regeling’ kregen toch nog heel wat carnavalisten parkeerboetes onder de ruitenwissers geschoven en het had heel wat overredingskracht en motivatie nodig om alle plooien toch ietwat glad te kunnen strijken.

De voorbereidingen in de aanloop naar de carnavalsdagen zorgen jaarlijks trouwens voor een verhoogde activiteit in en rond de carnavalswerkhallen. Wie 'verhoogde activiteit' zegt, zegt natuurlijk ook meteen 'verhoogde veiligheidsmaatregelen'. Om de veiligheid immers te kunnen garanderen, wordt sedert 2016 de doorsteek van het terrein van de carnavalswerkhallen met het Bleekveld afgesloten. 
Doorgaand verkeer is immers levensgevaarlijk voor overstekende carnavalisten die, vaak met de handen vol, de straat dienen over te steken van hun camionette naar de hallen.
En ... enkele auto's hebben het al mogen ondervinden, overstekende carnavalisten met materialen in de handen zijn ook niet meteen veilig voor de lak van auto's ...

Hoewel de stad steeds met aandrang vraagt om in de buurt van de hallen rekening te houden met het rijverbod én het parkeerverbod tussen de hallen, wordt dit toch wel vaak met de voeten getreden.   Mensen, dit reglement is van cruciaal belang voor de doorgang van de hulpdiensten bij noodinterventies ...  Hou er dus rekening mee, akkoord of niet!

Dat de carnavalshallen heel wat betekenen voor de carnavalisten, mag ook blijken uit het feit dat sommige muurschilderingen heel wat herinneringen en gevoelens kunnen oproepen. 
Zo werd 'het nieuwe stuk' dat opgericht werd na de fameuze brand opgesmukt met figuren en vlammetjes die doen herinneren aan de vuurzee. 
Maar ook personen krijgen er een plaatsje. 

Na het overlijden van Cyriel Troch (de oudste en bekendste 'voil janet'), Ilse Uyttersprot (ex-burgemeester), Kamiel Sergant (keizer) en Luc 'Paroi' Vermeiren (toezichter), werden zij in 2022-2023 bedacht met een mooie beeltenis op de muren ...

Over Cyriel Troch
en de voil janetten is 
HIER meer te lezen. 


Over Ilse Uyttersprot is HIER meer te lezen
Over Keizer Kamiel Sergant is HIER meer te lezen


Over Luc Vermeiren is HIER meer te lezen.


Op woensdagavond 17 mei 2023 kregen sommige carnavalisten een kleine flashback naar 2016.

Omstreeks 20.30 uur ontstond immers een kleine brand in de carnavalswerkhallen waar op dat moment heel wat aanwezigen waren. Enkele groepen waren immers druk bezig met afbreken en opruimen.
Door slijpwerken die daarmee gepaard gaan, sprong er jammer genoeg een vonk over op een wagen en vatte deze kort vuur. De brandweer werd meteen verwittigd, maar de aanwezigen namen ook onmiddellijk verschillende brandblussers ter hand om het vuur te blussen. Ze slaagden hier in voor de brandweer aanwezig was, waardoor verdere schade vermeden werd. Er werd nog even een korte controle uitgevoerd maar de hallen werden opnieuw ‘veilig’ verklaard.  Dit voorvalletje haalde het nieuws, maar was eigenlijk maar heel miniem.  
Hier een beeldje van 'de schade' die werd aangericht. De moeite eigenlijk niet om te vernoemen, zoals u kan zien. 


Het was trouwens niet het eerste 'incidentje' na 'de grote brand', en het zal ook het laatste zeker niet zijn. Sommigen halen het nieuws, andere niet, gewoon omdat de nieuwswaarde ervan eigenlijk onbestaande is.

Wel heeft de aanwezigheid van de aanwezige brandblussers én het geven van brandbestrijdingscursussen door de brandweer toch zijn nut getoond.  

De carnavalsbeurs die elk jaar gehouden wordt in september, is ook steeds aanleiding voor een nieuwe episode in de graffiti-saga

Ditmaal werden de muren volledig geel gespoten, waarop onder andere een reeks van zelfportretten tevoorschijn kwamen. 
Het 'zelfportret' van WAF werd een 'speciaal' werk met een hondenhoofd ('waf', snap je?). 


Een vooraf afgesproken thema was er niet dit jaar, elke artiest mocht volledig zijn ding doen. 

Nadat in 2022 een portret van enkele carnavalisten werd gemaakt, vroegen sommige zich af wie ze dit jaar op de muur gingen zetten, maar dat was natuurlijk de bedoeling niet. 
Indien alle verdienstelijke carnavalisten een dergelijke afbeelding zouden moeten krijgen, dan zouden de muren al gauw vol staan en zou er zich een groot plaatsgebrek opdringen. 

De acht artiesten, waaronder dus ook WAF en Mattis ‘Tesda’ Van Schuylenbergh, werken onder de naam 'Team Alosta' naar goede gewoonte hun werken nog nauwgezet af, zelfs al is de beurs afgelopen en moeten ze het dan stellen met heel wat minder supporters. 

En zo gaan we stilletjesaan een nieuw jaar in met de hallen ... Een nieuw jaar vol afbraak, sorteren, lassen, izomosnijden, verven, opruimen, meten, wegen, zagen, kloppen, vijzen, vloeken, lachen, ...
Voor 56 van de 71 groepen die deelnemen aan de stoet gebeurt dit dus hier in de carnavalswerkhallen. Voor de overige groepen gebeurt dit in andere hangars, garages en magazijnen. 

Voor allemaal geldt trouwens dat het aftellen naar de volgende driedaagse begonnen is.  Een nieuwe driedaagse waar de nieuwe creaties opnieuw kunnen voorgesteld worden aan het publiek.

Je kan op voorhand natuurlijk zelf eens je hoofd binnensteken in de hallen en je laten onderdompelen in de creatieve wereld van 'den Oilsjteneer', maar je kan ook een geleid bezoek boeken. 
Bij een dergelijke uitgebreide rondleiding van 2 uur, breng je voorafgaand of aansluitend ook een bezoek aan het carnavalsmuseum, waar je de geschiedenis van Carnaval ontdekt. Deze rondleiding bevat tevens een korte filmvertoning met impressies van de carnavalsdriedaagse.

De uitgebreide rondleiding kost 70 EUR (max 25 personen per gids) en duurt 2 uur.
Opgelet: deze wandeling is niet mogelijk op maandag (sluitingsdag museum).



Bronnen

Voor Allen 31/03/2000
Eigen info vergaderingen carnavalsgroepen
Eigen foto’s plaatsing veiligheidssignalisatie en ledverlichting
Foto muur : Art on Train : graffiti-art-on-trains.blogspot.com
Foto Paroi en Vaderken @ Rutger Lievens (RLA), HLN 01/05/23
Foto parkeerautomaat HLN 29/11/2021
Foto brandje : Carnavalaalstkoentje
De Voorpost Speciale Karnavalsuitgave (1979) 07/09/1973 – 25/01/1980 - 21/03/1980
Het Nieuwsblad 28/10/1993 -  05/06/2018 – 25/01/2001 – 02/02/2016
CarnavalAalstKoentje
TV Oost 01/05/2023
Info rondleiding carnavalshallen 2012
Persregiodender.be 01/05/2023 – 04/05/2023
Foto Konterverkiert Geert De Rycke @ HLN 23/02/2020
Foto WAF 23 - HLN
De Aalsterse Gilles - instagram
FB-pagina Luc Vermeiren
Foto Konterverkiert Geert De Rycke @ HLN 23/02/2020
De Aalsterse Gilles - instagram
De Volksgazet 08/09/1907
Het Volk, 28/10/1993
HLN 09/12/2000 - 09/12/2006/04/2003 – 29/10/2012 – 28/12/2012
Foto's brand : Mozquito en eigen foto's
Foto Steffi en Steve : Het Nieuwsblad - 19/06/2015
Recht en Vrijheid, 28/05/1922 – 17/09/1922 – 05/11/1922
De Volksstem, 10/04/1923 – 05/06/1928
De Gazet van Aalst 11/04/1946 – 28/09/1950 – 17/11/1957 – 04/06/1959
De Voorpost 21/03/1980