Nieuws uit Aalst

--------- Profiesjat Prinsj Karel 'Sjalen' Van de Winkel !!! ------- 't Principoilsjte vandaug es da ge ni te veil complementen mokt en genietj van 't leiven ! - - - - - - - Covid-19 : Blijf aub toch voorzichtig en denk aan uw medemens !! - - - - - - - Deel enkel berichten van officiële bronnen om fake news te vermijden !!! - - - - - - - -

woensdag 23 oktober 2019

Prinsjen van Oilsjt : 2007 : Klaus Gabrio

Klaus Gabrio (De Klaus), een 42-jarige garagist vanop de Dendermondse  Steenweg, is verkozen tot de nieuwe prins Carnaval. Hij volgt hiermee Michel Picqueur op. Chris Boone (Den Boein) werd eervol tweede en Kevin Meert (De Meert) kreeg het brons. 
Klaus had de meeste supporters in de Florahallen en kreeg ook van 23 van de 25 juryleden de eerste plaats. Hij bracht dan ook een ijzersterke show, al pakte Den Boein ook bijzonder knap uit.

De prinsenkiezing in 2007 werd gekenmerkt door het nieuwe systeem van kaartenverdeling vooraf.

Klaus Gabrio zat een week voor de kiezing eigenlijk al met de handen in het haar. Hij en zijn team, net als de andere kandidaten, zouden de volgende dagen 450 ingangskaarten voor de prinsenverkiezing moeten verdelen en niemand wist eigenlijk hoe ze daar zouden moeten aan beginnen. "

Klaus vertelde in belg.be :

“We hebben veel en veel te veel aanvragen voor het aantal kaarten dat we kunnen verdelen. We kunnen er geen exact cijfer op plakken, maar we kunnen onze 450 kaarten zonder veel problemen toch drie keer verkopen". De vraag overstijgt, met andere woorden, ruimschoots het aanbod”.

“Dit jaar heeft de dienst organisatie van de Stad Aalst, de organisatoren van de prinsenverkiezing, gekozen voor een nieuw systeem om de kaarten te verdelen omdat de vorige jaren problemen waren bij de voorverkoop van de felbegeerde entreekaarten. Om die klip te omzeilen werd geopteerd voor een alternatief systeem, vooral omdat resoluut geweigerd werd een publieke verkoop te houden. In eerste instantie werd gedacht aan een verkoop langs het internet, maar dat vonden de kandidaten geen goed idee. Daarom kregen zij de hete aardappel doorgeschoven en verkopen zij nu elk één derde van de 2550 kaarten”.

“Op algemeen verzoek van de ingeschreven carnavalgroepen verdeelden de drie kandidaten samen begin deze week al elk 400 kaarten aan die groepen. Dat laat hen nog 450 kaarten om zélf te verkopen. "De telefoon heeft niet stilgestaan en mijn deur is helemaal platgelopen. Mijn campagneteam weet niet meer van welk hout pijlen maken. 
Het staat buiten kijf dat onze kaarten binnen Aalst blijven. Maar waar moeten we beginnen om ze te verdelen? Reservaties zijn langs verschillende kanten binnen gekomen. Bij mij in de garage, bij mijn campagnemedewerkers, via e-mail. Het is dus in elk geval al onbegonnen werk om de "eerste 450" een kaart te bezorgen want dat valt niet te controleren. Moeten we dan gewoon een lottrekking houden en alle namen in een pot steken om er 450 uit te trekken? Dan moet ik zo veel mensen uitsluiten die veel voor mij gedaan hebben. Of mijn familie thuis laten. Dat kan ik toch ook niet maken?"

"Ik wil me daarom nu al excuseren voor dit niet te overziene probleem. We moeten zo veel mensen uitsluiten, dat ik mezelf deze week nog bij veel mensen onpopulair moet maken. Als ik zie wie hier allemaal kaarten kwam vragen, maar nu uit de boot zou kunnen vallen, dan schaam ik me. Maar we kunnen gewoon niet aan de vraag voldoen. Daarom een boodschap aan de mensen die we deze week moeten ontgoochelen: ik hoop dat jullie langs gelijk welke weg toch nog in de flora binnen geraken zaterdag, maar hoop vooral dat niemand mij dit kwalijk neemt. Wij, de kandidaten hebben dit systeem in de handen geschoven gekregen en we moeten er het beste van maken. Maar dat is verdomd moeilijk", aldus Klaus.

De kaarten raakten uiteindelijk toch verdeeld, en de show vond plaats.

Klaus verklaarde onomwonden dat hij enkel meedeed om te winnen en dat hij daar dan ook zijn uiterste best zou voor doen.

De 42-jarige garagist deed het met flair, duidelijk ontspannen, met zin voor een kwikslag en vooral met een enorme dosis gezonde humor. Op die manier veroverde hij moeiteloos de harten van de jury en de  ruim 3000 aanwezige carnavalisten.

Zijn thema luidde: “Klauskes-Kermis”. Als een volleerd cirkusspeaker bewoog hij zich in een flikkerend kermisdecor. Langzaam, luid, goed verstaanbaar en met veel maturiteit richtte hij zijn verbaal geschut vooral naar de lokale politici, en verroverde zo vlotjes de harten van de meeste Aalstenaars.

In de einduitslag bleek De Klaus overheersend te zijn op alle vlakken :


                            Kennis van Aalst                    Jury     Publiek                        TOTAAL

1. De Klaus                  351                                820      452                               1.623
2. Den Boein                360                                640      311                               1.311
3. De Meert                 289                                 540      237                               1.066

Voor Klaus was deze prinsverkiezing en het daaropvolgende prinsenjaar een feest waarin hij zich ten volle kon uitleven. Als burgemeester voor drie dagen – en meer moest dat voor hem écht niet zijn – animeerde hij de doortocht van de stoet op de Grote Markt. Hij wandelde ongevraagd als een heuse regisseur en gewapend met een draadloze microfoon langsheen de tribunes en tussen de carnavalsgroepen. De goedlachse garagist zong, danste en bewoog zich, grappend en genietend van zijn succes.

Prins Klaus zal echter de geschiedenis ingaan als de prins met de kortste ambtstermijn ooit. 
Omdat Carnaval 2008 reeds op 3 februari valt, beslisten de organisatoren om de prinsverkiezing 2008 reeds op 15 december 2007 te laten plaats grijpen. De Aalsterse prinsenrevue en zijn afscheidsfeest waren voor Prins Klaus dan ook een koppel valabele afsluiters van een succesvolle, plezante en vooral onvergetelijke ervaring.

Uit een interview komende uit Het Nieuwsblad (11/2/2007), komen we volgende dingen te weten over Klaus.

Hij stelde zich jaren terug al eens kandidaat, maar greep toen naast de titel. Gelukkig maar, vindt hij zelf ,,Ik besef nu pas ten volle welke taak ik heb gekregen en wil die dan ook naar behoren uitvoeren."

Klaus was de man die (letterlijk) wel wat gewicht in de schaal kon werpen, al ging hij de voorbije maanden wel van 124 naar 108 kilo. ,,Pure stress'', verklaarde hij. ,,Ik heb de voorbije tijd mijn gezondheid wat verwaarloosd en daar voel ik nog altijd de weerslag van. Op de verjaardagsfeestjes van mijn vrouw en dochters viel ik gewoon in slaap. Ik was doodop. Gelukkig is de stress nu voorbij en kan ik weer genieten, al heb ik de combinatie van werken (Klaus baat een garage uit) en de verplichtingen die bij een prinsentitel horen, wel wat onderschat.''

Klaus heeft in de Nuits Saint-Georges van Yvan De Boitselier (de zoon van carnavalslegende Jean-Paul) en zijn vrouw, een vast tafeltje. Dat hoort nu eenmaal bij een prinsenstatus.

Alcohol komt er echter niet op tafel. Klaus is in 2001 gestopt met drinken. Hij zegt uiteraard niets tegen mensen die alcohol gebruiken te hebben, maar zelf is hij een mens van extremen.  Hij weet dat hij zijn grenzen niet kent, en niet ‘gewoon’ kan stoppen na 1 glas.

Pas toen zijn dochtertje hem zei, pa, je was alweer eens zat , is het beginnen dagen. Hij had toen ook al een ongeval gehad, en is toen in therapie geweest.

Dat hij echter een echte doorzetter is, zou blijken tijdens zijn deelnames aan de verkiezing. Er werd gefluisterd dat hij niet zou kunnen zingen of dansen, wat op de prinsenverkiezing werd weerlegd.

Met veel dank aan zijn team, want hij heeft uiteindelijk maar uitgevoerd wat hem was opgedragen. Hij vertelt dat hij maar het topje van de ijsberg was, en dat meer dan honderd mensen zich hebben ingezet, opdat hij de titel van prins zou kunnen halen.

Luisteren zou compleet tegen zijn natuur ingaan. Hij verklaart zelfs dat hij al moeite heeft om naar zijn vrouw te luisteren.

Hij heeft zich wel een heel jaar aan de afspraken gehouden. Clark van Mere heeft hem leren zingen en hij heeft ook leren bewegen.

Klaus is een ander mens geworden, al vindt hij eerder dat hij geëvolueerd is. ,,Ik ben in se nog altijd dezelfde Klaus. In 1994 was ik 29, maar bijlange niet rijp om de stad te vertegenwoordigen. Tijdens mijn show gooide ik kippen in het publiek en dat soort dingen. Ik dacht nooit na bij de dingen die ik deed. Ik dacht dat de wereld van mij was. Ik stak toeren uit.

Ik reed bijvoorbeeld met mijn zatte botten met mijn snorfiets over de Grote Markt en als de politie me tegenhield en zei dat ik dat je op die plaats niet met een snorfiets mag rijden, antwoordde ik: Jullie mogen dat met de combi ook niet en ik reed gewoon weer weg. Maar ik ben wijzer geworden. Ik ben hier niet op de wereld gezet om vijanden te maken, maar om te genieten.''

Voor vele Aalstenaars is carnavalsprins worden een kinderdroom. Dat was het voor Klaus ... niet.

,,Ik ben al jaren bij De Sjatrellen en prins worden, is een verlengstuk van die carnavalscarrière. Op de vraag wat de eigenschappen zijn van een goeie carnavalsprins, krijg je vaak als antwoord: goed kunnen zingen en dansen .

Maar je mag dat nog zo goed kunnen, als je niet presentabel bent, als je het aan flair en charisma ontbreekt, kun je nooit je stad op een goeie manier vertegenwoordigen. Om tot dat besef te komen, heb je een zekere rijpheid nodig.

Ik besef nu pas ook ten volle welke taak ik heb gekregen en wil die dan ook naar behoren uitvoeren. Onlangs ben ik gaan zingen voor de kinderen van de lagere school van het Sint-Maarteninstituut. Die gastjes konden mijn teksten vaak beter dan ikzelf van A tot Z meebrullen. Er was er zelfs eentje bij die me corrigeerde. Ik was nog zó groot. Dinsdag trek ik naar het lyceum voor de opnames van de Kids Top 20 op VTM. Ik zal daar mijn stad opnieuw met verve vertegenwoordigen.''

Klaus kon ook heel erg genieten van de respons van niet-alledaagse carnavalisten. Een man en een vrouw die hem feliciteren tijdens het winkelen. Of kindjes die elkaar aanstoten, waarna ... ‘ja, ’t is hij wel’ ... volgt.

Ook hield hij erg van de optredens in de bejaardentehuizen. Die meneren en mevrouwen hebben vroeger ook carnaval gevierd, maar moeten nu fysiek wat gas terug nemen. “Zij hebben het carnaval mee groot gemaakt en daar kan je alleen respect voor opbrengen. Dat mogen we niet vergeten. Carnaval moet naar buiten toe de uitstraling krijgen die het verdient.''

,,Volgende zondag wordt voor mij allicht het meest relaxte moment als prins. Dan word ik rondgereden in de stoet. Ik heb in totaal 150 kilo chocolaatjes om naar het publiek te gooien, plus nog een massa snoepjes.''

Yvan en zijn vrouw vreesden echter dat Klaus halfweg de stoet al zonder voorraad zou zitten. ,,Heb je zijn handen gezien?'', zegt Yvan. ,,Och, ik heb al een bordje gemaakt voor wanneer de voorraad is uitgeput. Je moet dat wel allemaal zelf betalen, hé'', zegt Klaus. De prins zal worden geflankeerd door zijn twee zussen. ,,Mijn vrouw en de helft van de tweeling vertrekken met carnaval op reis. De andere dochter heeft de carnavalsmicrobe wel flink te pakken en viert wel mee.

De ex-prins zorgde voor een primeur in het carnavalsmilieu door zijn prinsenkostuur te veilen. Dit heeft geen enkele prins hem ooit voorgedaan. De opbrengst van de veiling gaat naar de Carnavalsgroep ‘Geloeif me Goed’, de groep die geteisterd werd door brand, en nu enorme sommen geld moet ophoesten om verzekeringsmaatschappijen en dergelijke te kunnen uitbetalen.

Hij laat zich op deze manier natuurlijk van zijn minst materialistische kant zijn.

In tegenstelling tot vele andere prinsen heeft hij maar één kostuum. Het kostuum dat geveild word, is dus 100 procent uniek en origineel.
Hijzelf  hecht er weinig emotionele waarde aan, en verklaart dat ‘het niet het kostuum is die de prins maakt’.

Zoals alle prinsen liet Klaus Gabrio een kostuum op maat maken.
Hij deed dit echter enkel omdat het een jarenlange traditie is, niet omdat hij het belangrijk vond om in een prinsenkostuum door de stad te rijden.
Sedert zijn verkiezing hangt het in zijn kast, en hangt het daar eigenlijk niks te doen.

Als hem gevraagd wordt, wat hij zal doen als het nageslacht vraagt aan opa om zijn prinsenkostuum eens boven te halen, verklaart hij dat hij dan het verhaal zal vertellen van opa die zijn prinsenkostuum weggeschonken heeft aan het goede doel, om de mensen van Geloeif Mè Goed te helpen. Wat natuurlijk ook mooi is als je dat aan je kleinkinderen kan vertellen.

Prinsjen van Oilsjt : 2006 : Michel Picqueur 'Picqueurken'

De verkiezingen van dit jaar vonden plaats op 4 februari, en er stelden zich maar liefst twee oude-bekenden kandidaat voor de titel van Prins Carnaval 2006. 

De eerste was Michel Picqueur (7/8/1973) die zich in 2004 al eens kandidaat gesteld had, maar toen verloor van Tom Vermeir. 
Eigenlijk reeds van het moment dat de uitslag toen bekend gemaakt werd, is zijn campagne nooit gestopt en het was tijdens de Arendprinsenverkiezing van dat jaar dat hij al ‘officieel’ bekend maakte dat hij het in 2006 opnieuw zou proberen. A
ls eigenaar van een drankenhandel sponsorde hij verschillende groepen en ook in steden buiten Aalst ging Michel bij bevriende groepen campagne voeren. 

Tijdens zijn campagnebal bewees Michel dat hij veel geleerd had na zijn vorige deelname. Hij was een podiumvast entertainer geworden met veel meer vertrouwen, e nook zijn zangkwaliteiten mochten er zijn.   

De tweede bekende en geduchte kandidaat was Patrick De Neve.
Hij werd al eens Prins Carnaval in 1986 en probeerde na 20 jaar nog eens om opnieuw prins te worden. 
Hiermee werd hij de eerste prins die zich, nadat een reglementswijziging het opnieuw toeliet, voor een tweede keer aangaf. 
Patrick voerde zijn campagne met een heel bescheiden budget en wou op die manier aantonen dat geld niet het allerbelangrijkste is om Prins Carnaval te worden. Dat was eigenlijk een beetje een reaktie op zijn tegenkandidaat van wie bekend werd dat hij in 2004 maar liefst 1 miljoen belgische frankskes had geïnvesteerd … om als tweede tee indigen. 

Zijn campagnebal hield Patrick in het zaaltje naast de kantine van de carnavalswerkhallen.  De eerste 500 aanwezigen kregen een gratis pin opgespeld en zijn affiche werd er op een spectaculaire wijze onthuld. Zijn campagnelied werd geschreven door Frank Van Rymenant.

‘De Pat’ was reeds een begrip geworden in Aalst, maar ook ‘Picqueurken’ (ne grote gaat men er nooit van maken) had in de loop der Jaren al bewezen een groot carnavalist te zijn. 

Dat de twee voor heel wat popelende fans zouden zorgen was op voorhand al duidelijk. 

Ook de avond zelf zou verlopen op hoog niveau. 

Patrick bewees dat hij de kneepjes van het vak nog steeds niet verleerd was, en kon de zaal meteen op zijn hand krijgen. 
Een groot publiek entertainen ? Geen probleem voor Patrick die niks noppes podiumvrees had, en er een sterk moment van Aalsterse humor bracht. 
Een show dus die heel goed in mekaar zat. 

De show van Picqueur zat echter meer dan heel goed in elkaar. 
Doorheen de hele show werd op meesterlijk ludieke manier de draak gestoken met de politieke situatie in Aalst en de tanende ster van burgemeester Anny De Maght. 
De grappen waren meer dan geslaagd maar ook bij de liedjesteksten sloeg Picqueur meermaals de spreekwoordelijke nagel op de kop. 

Hij doorspekte zijn show ook met filmpjes waarin hij een satirische blik wierp in de kabinetten van schepenen en burgemeester. 
Na een geweldig optreden sloot hij af met een oproep aan zijn fans: ,,Ik ben twee jaar geleden sportief verloren, hou het dit jaar ook sportief, wat straks ook de uitslag wordt''.

Een oproep dus naar de carnavalisten om het sportief te houden, want de laatste Jaren waren er steeds meer incidenten op te merken na de verkiezingen. 
Natuurlijk is het jammer om te verliezen, maar dat mag zich niet uiten in geweld of vandalism. 

Die uitslag werd een duidelijke triomf voor Picqueur. 

Van de 2447 carnavalisten die hun stem uitbrachten, maakten er maar liefst 1540 het bolletje achter zijn naam rood. Patrick kreeg er 907.

Bij de jury was het verschil zelfs nog groter: maar liefst 21 van de 25 juryleden vonden Picqueur de beste kandidaat waardoor hij het met 1120 punten haalde van Patrick die er 880 achter zijn naam kon laten schrijven. 
Bovendien scoorde Michel op de schriftelijke test met 43 op 50 ook 11 punten beter dan tegenkandidaat Patrick. 
Patrick had dus een verdienstelijke periode achter de rug, maar ook niet meer dan dat. 

Eindscore : 

Op de tweede plaats : Patrick 1677 punten 
Prins van Aalst werd ‘Picqueur’ met 2323 punten

Picqueur mocht dus dik verdiend en met volle vertrouwen aan zijn prinsenjaar beginnen. 
Dat jaar kenmerkte zich trouwens door het feit dat de stoet alweer enorm lang duurde en door het feit dat Possensje – de groep van de prins – voor het eerst de eerste plaats haalde in het klassement bij de Grote Groepen. 

De tweede poging om prins te worden, was dus de goede. De vraag of hij het zou overwegen om nog een derde keer deel te nemen, stuit bij hem op een duidelijke ‘njet’. 
Alhoewel ...
Michel ziet vooral op tegen de campagnes. Mochten er geen eetfestijnen meer zijn die de kandidaten moeten bezoeken, en mocht er geen vermoeiend jaar campagne voeren voorafgaan ... dan misschien wel. 
Enkel de laatste maand, met de repetities, en de show zelf, dat zou hij wel zien zitten. 
Zijn zaak (drankenhandel) slorpt immers heel wat energie op.

Michel sloot zich in 2007 aan bij de Prinsencaemere, voluit de Prinselycke Carnavalscaemere der Aloude kaizerlycke stede tot Aalst, waar hij zich nog steeds elk jaar ‘smijt’ bij hun optredens. 
Hij is één van de weinige prinsen die zich buiten de carnavalsperiode eigenlijk nogal stil houdt. 
Terwijl de meeste zich toch laten horen via sociale media, hoort men van Michel heel weinig tot niets. 
Enkel op affiches prijkt zijn naam heel dikwijls als ‘sponsor’, en dat wordt hem natuurlijk heel hard in dank afgenomen.

Prinsjen van Oilsjt : 2005 :Bart De Nys 'Den Bart'

2005 werd hét jaar van Bart De Nys (°23/05/1969). 

Nadat hij op jong leeftijd de groep ‘Eirg’ had opgericht en hij zich ondertussen ook al jaren achter de schermen nuttig had gemaakt bij andere kandidaten, was het dit jaar zijn beurt om met de scepter te kunnen zwaaien over ‘zijn’ stad. 

Dat hij van jongsafaan al begeesterd was door carnaval is een understatement. 
Zijn vader, François, was één van de grondleggers van het Arendcarnaval en Bart werd dus automatisch ‘meegesleurd’ in de carnavalswereld.
Op heel jonge leeftijd al ging hij kijken hoe de groepen werkten aan de wagens en zijn enthousiasme leidde in 1982 tot het oprichten van een eigen groep. 
Samen met zijn broer richtte hij de groep ‘Eirg’ op, Bart was toen … 12 jaar.

Hij schopte het eind jaren ’80 tot voorzitter en bleef actief op meerdere vlakken. 
Vanaf ’88 schreef hij ook verschillende shows voor enkele kandidaten Arendprins. 
Dit deed hij in samenwerking met Guy Walgraef. Guy hield zich vooral bezig met het uitschrijven van liedjesteksten, Bart was meer te vinden in het uitwerken van de visuele aspecten van de shows, het ontwerpen van decors, kostuums en ‘special effects’. 
Bovendien had hij ook ‘een oor’ voor potentiële hits, en vond hij steeds wel ergens een leuke melodie die enkel nog een Oilsjterse tekst nodig had om door te breken. 

Nadat Bart al heel wat kandidaten bijgestaan had tijdens hun show vond hij het in 2002 tijd worden dat hij zichzelf ook eens in the picture zou plaatsen. 
Hij had dit steeds uitgesteld door zijn steun aan de anderen maar toen zijn groep in 2005 hun 25 jaar bestaan zou vieren, vond hij toch dat ze dit mochten vieren met een prins in hun rangen. 
Bart diende de strijd om de titel te voeren tegen Guy Claus en Kjell Heyman. Beiden hadden al een keer deelgenomen zonder succes. 

Christophe Troch (38), beter bekend als De Floeren, moet zowat de meest gevraagde tekstschrijver zijn in de stad. Hij schrijft de stoetliedjes van zo'n vijftien groepen per jaar, wordt bij elke prinsenverkiezing gevraagd door de kandidaten én schalt tegenwoordig door de boxen in de carnavalshallen met zijn hits met de Fleksies. 
Hij heeft al een vijftigtal liedjes op zijn naam, waaronder de klassiekers Hela Ilse, Florablommekei en Annie, A Leste Daugen Zèn Geteltj. 

'Ik ben de laatste jaren productief geweest en dat heeft me vrij bekend gemaakt in Aalst', geeft De Floeren toe. 'Ik doe nochtans zo veel mogelijk achter de schermen. Ik kwam veel meer buiten toen ik nog in de stoet liep. En toch is het pas de laatste jaren dat mijn bijnaam zo populair is.' 

Hoe dat komt ?
 'Eerlijk gezegd weet ik zelf ook niet wat Floeren betekent. 
De zus van Bart De Nijs is me ooit zo beginnen noemen, maar alleen de mensen rond de Arendwijk kenden me zo. Toen ik 1995 prins carnaval werd, sprak niemand van De Floeren. Toen Bart prins werd, kreeg ik plots wel weer die bijnaam. Ik kan er goed mee omgaan, want ik denk wel dat het een positieve bijklank heeft.'

Ook Guy Claus, de tweede kandidaat van vandaag, was reeds kandidaat Prins Carnaval in 2003 en 2005, maar haalde het toen niet.

Hoewel oorspronkelijk gedacht werd dat Bart de rol van underdog zou moeten opnemen tegen twee 'kleppers', bleek dit helemaal niet zo te zijn. 
Bij het binnenkomen in de zaal werd meteen duidelijk dat zijn kleur, rood, allesoverheersend was. Zijn aanhang bleek dus veel groter dan gedacht.

Het werd ook meteen duidelijk dat zijn show van een hoger niveau was dan de prestatie van zijn medekandidaten. 
Het waren vooral de opgravingen aan de Hopmarkt die in zijn show voor de hoofdmoot zouden zorgen.  ‘Archeoloog’ Bart haalde bijvoorbeeld enkele overblijfselen van de Aalsterse VLD boven, alsook een bebloed mes dat getuige zou geweest zijn van de laatste vechtpartij die plaatsvond op het strijdtoneel van de Hopmarkt. 
Zijn ‘steirke stoeiten’ zou ook één van die grote carnavalhits worden, die jaren later nog steeds wordt meegezongen. 

Naast de Hopmarkt had hij ook het één en het ander te vertellen over de prinsenverkiezingen. Die zorgden immers voor heel wat wrevel en dus ook inspiratie.
Het was toen immers zo dat volgens het nieuwe reglement er een voorverkoop van de kaarten werd georganiseerd, zeer tegen de zin van vele carnavalisten, want men kon maar 2 kaarten tegelijk reserveren. Bart stelde in zijn bijdrage dus voor om voortaan ook een voorverkoop te houden voor de winterfoor … ook met een limiet van 2 jetons.
Met ‘vastelauved vieren ze nimier’ zorgde hij voor de gevoelige snaar, en eerde hij de carnavalisten die ons ontvallen zijn. 
Na dit emo-momentje was het weer tijd voor wat vrolijker werk. 
‘Oilsjt es de kreem’, ook al een klassieker ondertussen, werd opgevolgd door ‘oh oh Oilsjt’. 
Tijdens de intro kwam hij op een Ros Balatum het podium opgereden en dat werd meteen een schitterende afsluiter van een al even schitterende show. 

Later zou blijken dat hij ook op de kennisproef de primus van de klas geweest was, en met maar liefst 600 punten voorsprong op Kjell werd hij uitgeroepen tot nieuwe prins van Aalst. 

Bart moest tijdens de overhandiging van de scepter trouwens even de gemoederen bedaren van het talrijk opgekomen publiek.
Toen burgemeester De Maght verscheen bezorgden zij haar immers een imens awoert geroep omdat ze niet tevreden waren over de gang van zaken in verband met een nieuwe evenementenzaal. 
Bart kwam tussen en vroeg iedereen om ‘on’t zelfste zjiel te trekken’.

Bart koos voor zijn nominette eens niet voor een karikatuur maar voor een tekening van Dennis De Wolf. Die tekening was gebaseerd op ‘Oilsjt es de kreem’.
De nieuwe prins was ook genereus naar zijn petekindje en liet ook een prinsenkostuumpje voor hem maken. Het was het kleinste prinsenkostuum dat Salon Roger in Maaseik ooit zou maken.

Bart werd tijdens de stoet begeleid door ‘De Stinkors’ en gezien hij altijd al achter de schermen had meegewerkt en meegelopen had in de stoet, werd deze carnavalseditie eigenlijk de eerste in 25 jaar die hij volledig zou zien voorbijkomen. 
Tijdens de verbranding dat jaar werd een uitzondering gemaakt op de regel die zegt dat de prins twee liedjes mag zingen.
Omdat zijn liedjes zo populair waren mocht hij er drie zingen, en dat werden ‘azzek de foeir zing stoon’, ‘oilsjt es de kreem’ en ‘oh oh oilsjt’. 
De tot de nok gevulde Grote Markt brulde mee. 

Op de dag van De Prinsencaemere was Bart de eregast, waar hij meteen een dictieopdracht voorgeschoteld kreeg. Die bestond vooral uit woorden met een 'r,' en laat dat nu iets zijn waar Bart de 'gjootste' moeite mee heeft.

Prinsj Antoine Van der Heyden schetste daarna de laatste 15 jaar van Bart, waarna hij verschillende geschenken aangeboden kreeg en zijn liedjes mocht zingen. 

Zowel het campagne- als het prinsenjaar waren niet gemakkelijk voor de nieuwe prins. 
Hij probeerde immers overal aanwezig te zijn, wat faliekant was voor zijn gezondheid. 
Bart werd ziek en hij moest twee keer onder het mes. Daarenboven werd ook zijn vader ziek, wat het prinsenjaar natuurlijk wat overschaduwde. 
Tijdens een bedankingsfeest voor zijn medewerkers wou hij die negatieve gevoelens overboord gooien en vroeg hij zijn vriendin Valéry ten huwelijk. Dit gebeurde met een eigen versie van ‘Geef Me Je Angst’ van André Hazes. 
Ok zijn groep Eirg werd in de bloemetjes gezet.

Bij zijn afscheid op de prinsenverkiezing nam zijn vriendin zijn prinsenkostuum af, waaronder hij een T-shirt droeg met daarop de tekst ‘Bedankt Oilsjteneers’. 
Van Guy Walgraef kreeg hij een marmeren prinsenscepter en van Feestcomité-voorzitter Nicole Ringoir ontving hij een plakboek met krantenknipsels over zijn prinsenjaar. De zaal scandeerde luid 'Merci, den Bart, Merci'.

Bart koos voor De Prinsencaemere. Deze keuze was eigenlijk niet verwonderlijk, omdat het geweten was dat hij erg opkeek naar bepaalde ex-Prinsen van de Prinsencaemere. Zeker bijvoorbeeld naar  Antoine Van der Heyden, die hem altijd gesteund had voor, tijdens en na zijn campagne.

Bart toonde zich meteen een erg actief lid en regisseerde later enkele prinsenrevues. Ook is hij intussen niet meer weg te branden uit de revues en was hij ook te zien op het Oilsjters Zangpalois in 2017 en 2019. 
Daarnaast is Bart ook te horen op de cd's van De Prinsencaemere.

Het bloed kruipt waar het niet gaan kan, en dus bleef hij zich ook na zijn ‘moment de gloire’ opnieuw inzetten voor andere kandidaten. 
En ook op zanggebied bleef hij bezig. 
Bart was in de jaren '80 een graag geziene gast op playbackwedstrijden en daarnaast was hij ook DJ. 
Tijdens zijn carrière zong hij al heel wat carnavalsliedjes en was hij te horen op heel wat cd's van De Prinsencaemere maar ook van verschillende carnavalsgroepen.

In 2006 startte hij samen met Guy Walgraef (ding dong Guyken), Christophe Troch (de Floeren) en Dirk Van de Velde (de Foef) het project Porteplum op. 
Met dit initiatief wilden ze op zoek gaan naar nieuw schrijftalent onder de Aalstenaars. 
Bart maakt vandaag nog steeds deel uit van het team van Porteplum, met wie hij samen De Porteplumboys vormt. 
Doorheen de jaren wijzigde de bezetting wel van De Porteplumboys; Bart en Guy Walgraef zijn de enige originele groepsleden. In 2006 won het lied Vastelauved Vieren Ze Ni Mier van Bart de Porteplumprijs voor ‘de pakkendste schoif’

Toen in 2014 enkel de kandidatuur van Joeri Mens bekend was en er zich geen tweede kandidaat leek aan te bieden, beslisten de drie leden van De Porteplumboys (Bart, Pascal Solemé en Dirk Van de Velde) om het op te nemen tegen Joeri en zo de prinsenverkiezing te redden. 

Op facebook verscheen de opmerkelijke 'status' bij Pascal Solomé.

Hij verklaarde dat de 3 Porteplumboys die eerder al eens Prins waren, zich opnieuw -én deze keer samen- kandidaat zullen stellen in 2015!
"De Porteplumboys vieren in 2015 hun jubelee ... 'CD volume 10',Omdat ze graag één iemand van Porteplum terug als prins willen met hun jubilee, zullen drie Porteplumboys hun kandidatuur stellen voor prins carnaval 2015, met de slogan 'Gelek as vroeger'!"
Ze wilden vooral bewijzen dat er met weinig geld ook een goeie show gemaakt kon worden. 
Bart diende echter al heel snel af te haken wegens tijdsgebrek en gezondheidsredenen en later zou ook Dirk Van de Velde afvallen, omdat ondertussen ook Younes Amri zich aangeboden had. 
Bart en Dirk bleven wel hun maat Pascal, die kandidaat bleef, verder steunen. 
De in mekaar gestoken show van ‘de Salami’ zoals men Pascal beter kent, zou de beste show van de prinsenverkiezing worden, en zou de meeste punten van de jury opleveren. 
De titel van Prins Carnaval dat jaar ging echter naar Joeri Mens.

Nadat hij meer dan 20 jaar voorzitter geweest was van Akv Eirg, kondigde hij eind 2010 aan dat hij de fakkel wou doorgeven. Hij bleef echter wel lid van de groep.

In 2011 presenteerden Bart en Pascal Solemé samen de prinsenverkiezing. Kamiel Sergant, die jarenlang de verkiezing presenteerde, voelde zich uiteraard wat aan de kant geschoven en weigerde toen zelfs om naar de prinsenverkiezing te komen dat jaar.

Nog later zou prinsj Bart zich trouwens ook nuttig maken als co-commentator tijdens de verkiezingen voor TV-Oost. 
Tussen de optredens door mocht hij daar zorgen voor professionele uitleg, en daar hoorden ook enkele straffe verhalen bij natuurlijk.

Prinsjen van Oilsjt : 2003 : Chris Baeten 'Den Baal'

Het waren Chris, Kjell en Guy die dit jaar een gooi deden naar het prinsschap over de stad Aalst. 

- Chris, 24 jaar, had als roepnaam ‘Den Baal’ maar mocht deze naam voor de verkiezingen ‘wegens omstandigheden’ niet gebruiken. Het werd dus ‘kandidaat Chris’. Op het moment van de verkiezingen woonde hij reeds twee jaar in Nieuwerkerken, samen met zijn vriendin. Wegens tijdsgebrek waren er nog geen trouwplannen.
De carnavalsmicrobe sloeg al heel snel toe en hij was lid van de Toerenbizjoekes en Possensje vooralleer hij bij De Saazers terechtkwam … sinds zijn 4 jaar ging hij reeds mee in de stoeten en dus kan hem zeker geen gebrek aan carnavalsspirit verweten worden. 

- Guy Claus (ofte Guy’ken) … naar zijn eigen zeggen beter bekend als ‘Guyken Promille’ (naar zijn frequente bezoeken in de gelijknamige zaak, … en van de promille in zijn bloed) was de tweede kandidaat en met zijn 33 meteen ook de oudste van het gezelschap. Hij werkte als verkoper en was op het ogenblik nog vrijgezel, wat hij zelf een voordeel zag ...
Hij maakte de uitspraak dat elke kandidaat eigenlijk verdient om ‘een stukje prins’ te zijn. 

- Kjell Heyman, de jongste van de drie, was 20 jaar op het moment van de verkiezing. Hij werkte als verkoper. Kjell had als enige hobby carnaval en was lid van Geloeif me Goed. Hij genoot in elk geval van de campagne, van de eetfestijnen tot de evenementen en hoopte op een eerlijke verkiezing in vriendschappelijke sfeer. 

Door het verdwijnen van de Keizershallen diende de prinsenverkiezing uit te wijken naar de hallen van de Aalsterse bloemenveiling Flora. Het was niet de eerste keer dat uitgeweken werd naar deze zaal want iets meer dan 30 jaar daarvoor, in 1972, werd ook al eens uitgeweken naar de bloemenveiling …  het zou trouwens ook niet de laatste keer zijn dat het feestje doorging in deze zaal ...
Deze 50ste verkiezing van prins carnaval beloofde er eentje te worden op hoog niveau.

Het was Guyken die de spits mocht afbijten. Hij bracht een heel aangename en vlotte show, maar het ontbrak misschien wat aan échte hoogtepunten om het verschil te kunnen maken met de latere winnaar. 

Tweede in de rij werd Chris. ‘Den Baal’ was al voor de show gebombardeerd tot de grote favoriet en zijn show, met als titel ‘de toekomst is verzekerd’ draaide volledig rond de jeugd. 
Tijdens zijn show stapte hij als het ware uit een groot toverboek en vertelde in ‘De story van den Baal’ zijn levensverhaal. 

Toen bij de slotscène de zaal verlicht werd met vuurwerk, kwamen kinderen het podium op en zongen samen met Chris het slotlied ‘ne goeie carnaval, ten es me joor geslaugd’ mee.
Het was al meteen duidelijk dat dit een show was van hoog niveau en dat de andere kandidaten zeker nog ‘hun tenen zouden moeten uitkuisen’ om hier tegenop te kunnen. 

Laatste optreden was voor Kjell. Hij had een spectaculair einde in gedachten voor zijn finale, maar dat werd een kleine tegenvaller. Normaal gezien zou hij met een lift boven het podium gebracht worden, maar de lift blokkeerde halverwege … wat uiteraard wel wat punten zal gekost hebben.

Na de drie kandidaten werd afscheid genomen van prins Wim. Het werd een heel emotioneel moment. De zaal leefde helemaal mee met hem toen hij zijn vertrouwde nummers nog één keer mocht zingen Zijn optreden zou echter vooral bijblijven door zijn huwelijksaanzoek aan zijn vriendin … iets waar ze niet over hoefde na te denken en waar dus een enthousiaste ‘ja’ klonk voor de duizenden enthousiaste carnavalisten.

De triestheid van het afscheid sloeg om in vreugde toen bekend werd gemaakt dat het Chris werd die de nieuwe prins zou worden. 
Hij behaalde 1813 punten en dat was meer dan genoeg om de andere kandidaten op afstand te houden. Kjell werd tweede, Guyken derde. 
Ongeveer 4000 feestvierders dansten en zongen mee met het bisnummertje dat de nieuwe prins ten beste gaf. 

Om half twee was het feestje gedaan. Het programma was immers heel strikt getimed en Keizer Kamiel die de avond presenteerde besloot met de woorden dat ‘het aardig gelukt was om op schema te blijven, want dat zoiets niet helemaal evident is’.

‘Den Baal’ werd dus prins 2003, een ‘speciale’ carnavalseditie want het werd de 75ste verjaardag van de carnavalstoet. 

Een verjaardag die werd gevierd met een nieuw décor voor het stadhuis, een "spectaculaire" popverbranding en het Brusselse Manneken Pis die tijdens de driedaagse in aangepast kostuum zou verschijnen.

In feite trok de eerste Aalsterse vastenavondstoet al in 1851 door de straten. De vroegste sporen van een carnavalsviering dateren zelfs van lang daarvoor.

Maar we beginnen pas te tellen vanaf 1923, zei burgemeester De Maght, want sedertdien is carnaval een jaarlijks gegeven, met uitzondering van de oorlogsjaren 40-45 weliswaar. 

Met prins ‘den baal’ had carnavalsgroep De Saazers meteen hun eerste prins in hun rangen. Bij het thema van dat jaar brachten ze trouwens een ode aan ‘hun’ prins en verwezen ze met hun onderwerp ‘Weir toeiveren ons ne prinsj’ meteen naar het toverboek van uit de show. Hierbij maakten ze een parodie op ‘leven en werk’ van Harry Potter;

In februari 2020 kwam de prins in het nieuws.

De broers Geert en Raf Philips van Industrial Textile Products in de KMO-zone Evenbroekveld in Erpe-Mere lanceerden net voor de ‘coronastop’ van dat jaar immers, samen met Chris, een nieuwe productielijn. Daarmee wilden ze naast hun groot aantal van Europese industriële - sommige beursgenoteerde -  klanten ook marktaandeel veroveren bij carnavals-, theatergroepen en (sport)verenigingen. 

De voorbije twintig jaar groeide de firma ITP van deze Aalstenaars uit tot een gevestigde waarde voor wat betreft textiel voor de brand- en arbeidsveiligheid van industriële gebouwen en grote magazijnen. 
Enkele jaren terug verhuisden de twee Aalsterse zaakvoerders hun bedrijf samen met hun vijf personeelsleden van Aalst naar Erpe-Mere maar ondanks deze verhuis bleven ze zoals echte Aalstenaars nog steeds een hart voor carnaval hebben. In de werkhal van het bedrijf speelt onafgebroken Oilsjterse carnavalsmuziek. Ideaal dus voor ex-prins Chris Baeten die sinds 2018 aan de slag is bij ITP.

Met een ex-prins in huis gingen de gesprekken al snel over carnaval. En zo ontdekten ze dat nogal wat groepen op zoek waren naar kwalitatief 3D-borduursel voor hun kostuums. 
Na wat gepraat werd in Japan voor 20.000 euro de laatste nieuwe computergestuurde industriële borduurmachine aangekocht en kreeg ‘Den Baal’ de leiding over een nieuw opgerichte borduurafdeling. De eerste klant was niet toevallig zijn eigen groep ‘Bjein Swanjee’, maar ook op het ‘top secret’-kostuum van prins Yvan (2020) prijkt hun werk.

'Bjien Swanjee' is de AKV die in 2016 werd opgericht door Chris en en enkele vrienden als reactie tegen de druk die er heerst bij de traditionele AKV's. Bjien Swanjee staat voor puur plezier, de punten zijn dus van ondergeschikt belang. Onder andere Vincent en Marcel Delforge en Peter Van Keer sloten zich aan bij de groep die niet zinnens is om maanden aan een wagen te werken. Er worden ook geen eetfestijnen, koekenverkopen of wafelbaks georganiseerd om geld in de lade te brengen. Alles is low Budget en dat moet het ook blijven.

Het was natuurlijk een hele eer om het kostuum van prinsj Yvan te mogen ontwerpen. Niet iedereen krijgt het vertrouwen om aan het prinsenkostuum mee te mogen werken”, vertelt Geert fier. Het resultaat van de andere groepen die passeerden, maakte alvast indruk. “Tot carnaval is onze productielijn volledig vol gepland, maar na de drie dagen feest zijn we er opnieuw helemaal klaar voor”, knipoogt ‘Den Baal’. Carnavals-, theatergroepen, (sport)verenigingen alsook iedereen die nood heeft aan kwalitatief 3D borduurwerk kan – mits levering na Aalst carnaval - ontwerpen doorsturen, laten aanpassen of creëren door Chris.

De machine kan oppervlaktes tot 45 x 52 centimeter aan. Daardoor is vanaf tien stuks heel wat mogelijk op onder andere sportkledij, (bad)handdoeken, petten, en alles wat je maar kan bedenken.
Het blijft overigens niet bij hoogwaardig borduurwerk. Samen met Chris wordt onderzocht hoe werk kan gemaakt worden van het borduren met parels en het integreren van ledverlichting.” De carnavalslijn van ITP belooft een blijver te worden. “Het is leuk om eens iets anders en creatiever te doen, maar onze hoofdactiviteit blijft het vervaardigen van hittebestendig en industrieel maatwerk-textiel voor de Europese brand- en arbeidsveiligheidssector”, besluit Geert.

Den Baal is aangesloten bij de Aalsterse Prinsencaemere.

In oktober 2024 (verkiezing prins '25) wou zoon Seppe het ook proberen om het tot Oilsjterse prinsj te schoppen, maar daar stak 'Sjalen' een stokje tussen. 
Een tweede, eervolle, plaats dus voor de jonge carnavalist waar we ongetwijfeld nog veel van zullen horen ...

Prinsjen van Oilsjt : 2001 : Gary Van Overstraeten

De eerste die zijn kandidatuur officieel aankondigde was Emiel Arijs. 
‘Dé Mil’ was in 2000 ook reeds één van de vijf kandidaten, maar eindigde toen op de derde plaats. Meteen na zijn verlies liet hij weten zich opnieuw te zullen inschrijven voor 2001. Hij besefte wel dat hij nog moest werken aan zijn zangcapaciteiten, het zwakke punt waar het een beetje op aan kwam. 
Hij besliste om zanglessen te gaan volgen bij Patrick De Coninck.
Nadat zijn campagnebal jammer genoeg ontaardde in een vechtpartij, dacht hij eraan om zich terug te trekken. Uiteindelijk zette hij toch door voor zijn dochter en bleef zijn inschrijving lopen.

Later werd ook de kandidatuur van Gary Van Overstraeten officieel bekend gemaakt. 
Gary was al Arendprins geworden in 1993 en in 1998 en hij was de vaste ‘sleppendrauger’ van Prins Den Bremt. Gary zei in 1998 al dat hij in 2001 Prins Carnaval wou proberen worden.
Zijn campagne werd in oktober op gang getrapt met zijn bal in de Sint-Annazaal.

Als naar goede traditie werden tijdens het Driekoningenfeest Mil en Gary officieel als kandidaat prins voorgesteld. Ze kregen er hun officieel kandidatenlint uit handen van waarnemend burgemeester Gracienne Van Nieuwenborgh.

Gary had zichzelf in een duivelspak gestoken, wat een verwijzing was naar zijn campagneaffiche. Zijn entourage was passend verkleed als groene demonen en deelde 'Gary's Gazet: De Gaga' uit in het Belfort. Gary bracht er zijn campagnelied ‘In 't joor 1’ en verkondigde dat hij bij winst voorstander was van het herinvoeren van een Aalsterse Bloemenfee. Gracienne Van Nieuwenborgh antwoordde hierop heel gevat dat ze als feministe eigenlijk eerder opteerde voor een carnavalsprinses en een ‘bloemenpee’.

Mil, met oranje campagnetrui, zong zijn lied ‘Ik stoon der weir’, wijzend op het feit dat het niet zijn eerste poging was om de titel van prins binnen te halen. Hij werd gesteund door heel wat jonge fans, die grote ballonnen met zich meedroegen en in de Belfortzaal los lieten. Als Mil de prinsenverkiezing zou winnen, wou hij een verkiezing voor de Voil Jeannet organiseren.

Het Stedelijk Feestcomité had voor deze prinsenverkiezing gezorgd voor een origineel graffitidecor, dat bij beide kandidaten op de achtergrond te zien zou zijn. Dit werd positief onthaald door de carnavalisten.

De kandidaten moesten natuurlijk ook dit jaar starten met een vaste opdracht, waarbij ze voorgesteld werden door presentator Kamiel Sergant. 
Gary drukte nogmaals zijn hoop uit dat Prins Carnaval opnieuw een Bloemenfee naast zich zou krijgen. Mil hield het natuurlijk bij zijn Voil Janettenverkiezing. 

Na de vaste opdracht was het nog niet duidelijk wie de grote favoriet was; zowel Mil als Gary kregen ongeveer evenveel applaus.
Veel zou dus afhangen van de show die beide heren ten tonele zouden brengen.

Gary had gekozen voor een sober decor, waarbij vooral de echte preekstoel in het oog sprong. Hij begon met Zot Van Graffiti, waarbij meteen duidelijk werd dat hij niet helemaal toonvast zong. In het lied ‘Oeh Lalala’ ging hij stukjes rappen, wat hem duidelijk beter afging dan ‘écht’ zingen.

Bij '’k ben bezeiten van Oilsjt’ had hij het opnieuw wat moeilijker, maar zijn finale kon wel op veel bijval rekenen in de zaal. Ingeleid door kerkmuziek, verscheen Gary namelijk op zijn preekstoel en zong  '’t es Carnaval Halleluja’ op de tonen van ‘It's raining men’ van The Weather Girls.

Het mocht duidelijk zijn : Gary was zeker niet de beste zanger, maar dit hield hem niet tegen om toch moeilijke nummers te brengen, wat beloond werd door de juryleden. Het gaat bij de prinsenverkiezing immers niet om het zingen alleen, maar vooral over creativiteit en spitsvondigheid.

De Mil startte zijn show verkleed als Dirk Martens en bracht enkele sterke stukken, maar op gebied van zang was ook hij zeker niet toonvast, ondanks zijn genomen zanglessen. 
Zijn team probeerde dit wel enigszinds te compenseren met leuke mixen en sterke achtergrondzang. 
In '’k aaf van Oilsjt’ bezong hij zijn liefde voor Aalst en bracht hij een ode aan de Voil Jannet. Hij had zijn ‘kinjerkoesj’ bij zich, die volgeladen was met de typische attributen van de Voil Jeanet. Op het podium werd hij bijgestaan door ondermeer Werner Kinoo.

De apotheose van zijn lied ‘Oilsjterse toestanden’, op de tonen van ‘Lalala’ van Kabouter Plop, zorgde voor heel wat ambiance in de zaal.. Hij vergeleek Aalst met nen annekesnest, maar door de zenuwen had hij een black out en vergat hij gedurende enkele ogenblikken zijn tekst. Hij herpakte zich wel bij ‘Profiteirt van die dauge’n, een lied over zijn grootvader die hem carnaval leerde kennen, maar bij zijn slotnummer ‘Oilsjt’ kwamen ook opnieuw de zenuwen hem parten spelen.  Het moest ook toegegeven worden dat dit lied eigenlijk ook te hoog gegrepen was voor Mil.

Hoewel de avond volledig goed verlopen was, bleken er bij de stemming toch enkele problemen op te duiken. 
Er was een poging tot fraude vastgesteld en achteraf sprak men uiteraard opnieuw bijna over niets anders dan over het bedrog. 
De stad leek er, ondanks verschillende initiatieven en pogingen, maar niet in te slagen om een sluitend systeem te vinden voor de stembusgang. Dit jaar had men ervoor gekozen om te werken met een stempelsysteem, gekoppeld aan de toegangskaart. Wie een kaart had, kreeg één stempel. Bij de stemming moest men de toegangskaart dan inruilen voor een stemkaart, waarbij de toeschouwers een tweede stempel kregen. Deze tweede stempel moest ervoor zorgen dat men geen tweede keer kon gaan stemmen. Maar enkele carnavalisten bleken door het aanbrengen van een speciaal product de stempel toch te doen verwijderen, waardoor ze dan uiteraard ook een tweede keer konden gaan stemmen.
Weer discussie dus, maar uiteindelijk keek niemand daar nog van op. Het is elk jaar wel iets met die verkiezingen, men wordt er (jammer genoeg) een beetje gewoon aan. 

Tijdens de stemronde waren er optredens voorzien van onder meer De Prinsencaemere, De Stinkors en natuurlijk ook afscheidnemend Prins Bart Van den Neste. 

Iets voor één uur kwam men tot de deliberatie van de avond, waarbij de punten van de jury bekend gemaakt werden. In totaal werden er 1913 geldige stemmen uitgebracht.

Met 95,5 punten kreeg Gary de voorkeur op Mil, die 87,5 punten kreeg. 
Er was duidelijk geen rekening gehouden met de mindere zangprestaties van beide kandidaten, want de juryleden hadden eigenlijk nog relatief hoge punten toegekend aan beide kandidaten. Een goed teken natuurlijk want het is niet de bedoeling dat de prinsenkiezing een soort van ‘voice van Aalst’ zou worden. 
Men moet het hebben van creativiteit en een goeie stem is natuurlijk heel aangenaam maar geen must om de ziel van carnaval te vertolken. 
Van het publiek kreeg Gary bijna dubbel zo veel stemmen als Mil, waardoor hij de nieuwe Prins Carnaval van Aalst werd.

Kandidaat Jury Publiek Totaal

Gary 95,5 punten = 999 punten 1217 stemmen 2216 punten
Mil 87,5 punten = 915 punten 696 stemmen 1811 punten

Achteraf waren er niet veel lovende woorden voor de kwaliteit van de prinsenverkiezing. Zo schreef Het Nieuwsblad "Globaal genomen was deze prinsenverkiezing inhoudelijk één van de zwakste sinds vele jaren. Maar daarmee willen we niet gezegd hebben dat Gary een slechte Pprins zal zijn”.

Mil was erg teleurgesteld met zijn tweede verlies op rij en vooral het feit dat de zenuwen hem de das omgedaan hadden, kon hij zichzelf maar moeilijk vergeven. 
Toen hij later te horen kreeg dat er mogelijk gefraudeerd werd, brak hij volledig. 
"Het was het niet waard om alles te geven, ze hebben mij nooit aanvaard”, was zijn geëmotioneerde boodschap.

De Gary werd een ‘specialleken’.
Hij heeft enkele speciale hobby's zoals daar zijn reënactment, zwaardvechten en larp, maar ook carnaval staat natuurlijk in het rijtje van zijn favoriete tijdverdrijven. 
Gary hield tijdens de carnavalsdagen, samen met zijn makker 'Den Bremt,' café 't Crayeken op de Grote Markt open, het café dat ze dan voor de gelegenheid omdoopten tot het ‘Ajoin Music café’.

Op Ajoin Music zijn beide heren tussen de Aalsterse songs door al verschillende jaren te horen met de meest ludieke Aalsterse reclamespots van het hele univesum.
De naam ‘Ajoin Music’  zorgde in 2015 trouwens voor heel wat discussies. 
Na ‘City Music’ claimde immers ook ‘Goeiedag radio’ de naam. Vanaf november dat jaar zouden ze beide carnavalsradio maken en ze dreigden beiden met juridische stappen als de tegenpartij ook de naam ‘Ajoin Music’ zou gebruiken. 
De ene Ajoin Music is dus van City Music van Philippe Van Gerven, de andere van Goeiedag Radio van Ives De Bondt. Die twee radiozenders beweerden alle twee dé stadsradio van Aalst te zijn. Met hun slogans zetten ze beiden dan ook hun Aalsterse identiteit in de verf.
'Echt van Oilsjt'  stond voor City Music en 'Wij zijn Aalst' werd geroepen door Goeiedag Radio. Er zijn vanaf dat ogenblik dan ook twee radiostudio's voor carnavalsmuziek in Aalst: die van City Music in Hertshage en die van Goeiedag Radio op de bovenste verdieping van het Brasserie K-gebouw op het Keizersplein.

De twee radiozenders zouden ook reclame in het Aalsterse dialect uitzenden. City Music kon daarvoor altijd al rekenen op de humor van Yves Van Den Bremt en Gary Van Overstraeten - 'De Gary en den Bremt', maar ook Goeiedag Radio was bezig om evenwaardige reclameboodschappen te maken. "Het zal de bedoeling zijn om op zijn Aalsters reclame te maken. Dat was ook de sterkte van de zender", zei Peter Van den Bossche op de voorstelling van de Goeiedag-Ajoin Music. 
Want het is immers wel zo dat de meeste leden van het vroegere Ajoin Music-team naar Goeiedag zijn overgelopen. Op de persconferentie zaten bekende gezichten als Danny Verhulst, Bart Van Den Borre, Peter Van den Bossche, Luc Vermeiren en Sven De Smet. "Wij zijn Ajoin Music, want kijk maar, het volledige Ajoin Music-team is hier", aldus Ives De Bondt.

Uiteindelijk werd Goeiedag bedeeld met de naam ‘Oilsjt Mjoezik’ en bleef men aan Hertshage de naam ‘Ajoin Music’ behouden. 
Gary bleef, samen met zijn maat Bremt bij Ajoin Music, waar ze tot op de dag van vandaag nog steeds zorgen voor de humoristische noot in de reclameboodschappen. 

Maar natuurlijk is Gary ook verantwoordelijk voor enkele grote carnavalhits.
Zo zijn zijn ‘Kiekenlieken’, ‘’k Ben bezeiten van Oilsjt’, ‘Halleluja’, ‘een poepsjikke madam’, en ‘stomme kalle’ vaste waarden op elk feestje.

Gary sloot zich na zijn prinsenjaar aan bij de Prinsencaemere, waar hij zich ook een vaste gast mag noemen op de activiteiten en shows.

Prinsjen van Oilsjt : 2004 : Tom Vermeir 'Tommeken'

Net zoals elk jaar (of toch meestal) werd opnieuw uitgekeken naar de prinsenverkiezingen van Aalst.
En net zoals elk jaar zat de zaal (in dit geval de Florahallen) opnieuw volgepakt met enthousiaste carnavalisten. 
De sfeer zat er natuurlijk weer van in het begin goed in .
Tom (°25/09/1974)  was reeds gekend als tekstschrijver van verschillende kandidaat prinsen en stoetliedjes.
Echt beroemd werd hij door in 2000 samen met Tony Swings het nummer ‘Aal wie da ni springt’ op de wereld los te laten. 
Tom hield het niet bi zingen alleen, en maakte zich ook verdienstelijk in de carnavalswerkhallen. Ook waren zijn cartoons al verschenen in verschillende blaadjes.

Tom kon rekenen op een enorm sterk team. Namen als Christophe Troch (de Floeren) en de Prinsjengarde zijn zeker niet de minste, en de steun van hen is ook zeker een boost.

Tom deelde tijdens zijn campagne stickers uit met de slogan ‘carnavalist tot in de kist’. 
Een slogan die later nog een begrip zou worden in de carnavalswereld.
Tijdens de laatste dagen van de campagne deelde hij trouwens ook warme wafels uit in de werkhallen. Een mooi gebaar want iedere carnavalist weet dat het er bitter koud kan zijn. 

Tegenkandidaten waren Michel Picqueur en Luc Dieu, die eerder het onderspit al eens moest delven. 

De show van deze avond verliep volgens het gekende stramien. 
Eerst moesten de kandidaten de kennisproef tot een goed einde trachten te brengen. 
Daarna werd hun show beoordeeld door jury en tenslotte werden ook de publieksstemmen een belangrijk onderdeel van de avond. 

Nadat zijn tegenkandidaten al het beste van zichzelf hadden gegeven tijdens hun show, mocht al bij de opkomst van de nummer 3 blijken dat de verwachtingen heel hoog waren. 
De supporters van Tommeken overklasten het gebrul van de andere bezoekers en als het op het volume van het geroep zou aankomen, kwamen de anderen er zelfs niet aan te pas. 

Tom trok de laatste twijfelaars nog over de streep met een prachtige show, waarin eigenlijk alles vervat zat wat een Aalstenaar na aan het hart ligt.
Met een heel sterke show en liedjes geschreven door Christophe Troch en Frank Van Rymenant (meesters in de Aalsterse schrijfkunst) kon het niet mis gaan.

Hij kwam op als Dirk Martens in een decor dat bestond uit ‘Estaminet bij Det’, het cafédecor dat velen zullen herkennen als het typische carnavalscafé dat tegenwoordig nog steeds te bewonderen is in ’t Gasthuys.
Zijn intro maakte meteen al duidelijk dat de show vol Aalsterse elementen zou zitten. 

“500 joor vastelauved in Oilsjt, op orrizjineile en deskoendjege woize verwoerd en in beldj gebrocht. Achter de mieren van ’t aad ospetool, ier on de poeirt van ’t Oilsjters Carnavalsmuseum, begintj vandaug et wonderlekke meisleipende verhool van kandidoot prinsj Carnaval Tommeken’”

Met ‘Nen Oilsjt’neer’ en ‘Olé santé’ had hij publiek en jury meteen aan zijn kant, maar het pleit werd zeker beslist met het nummer ‘Carnavalist tot in de Kist’, waarin hij het had over ‘zijne miester’. Een heel tof en aangrijpend nummer, nu nog steeds trouwens, dat ondersteund werd door beelden van vorige popverbrandingen op een groot scherm.

Bij de bekendmaking van de punten bleek dat Tom ook heel goed had gescoord op de kennisproef. Hij haalde maar liefst 45/50 terwijl Dieu 36 punten schoorde en Picqueur 34.
De show van Tom werd logischerwijs ook als beste bestempeld door zowel jury en publiek en Tom werd uitgeroepen als prins 2004.

Voor de volledigheid  : 

1. Tommeken 1097 zaalstemmen
2. Picqueur 970 stemmen
3. Dieu 65 stemmen

Tom had op alle vlakken goed gescoord en het was dan ook meer dan logisch zijn dat hij aan het einde van de avond met de scepter mocht zwaairen.

De kersverse prins bleef eerst als versteend staan en zakte dan neer op zijn knieën. Het begon door te dringen, en de tranen liepen over zijn wangen. 
Wat hij altijd gezien had als zijn grote droom was bij deze werkelijkheid geworden. 

Tweede werd dus ‘Picqueurken’ maar deze zou de strijd zeker niet opgeven. Hij moest en hij zou ooit prins worden, en begon eigenlijk onmiddellijk opnieuw met campagne voeren. 
Met zijn drankenhandel sponsorde hij verschillende groepen en ook in steden buiten Aalst ging de campagne verder. In 2004 maakte hij tijdens de Arendverkiezing zelfs al kenbaar dat hij in 2006 opnieuw zou proberen om zijn droom waar te maken. 
De tweede plaats van dit jaar was dus eigenlijk de ideale springplank naar het latere succes. 

De prins koos voor een donkerpaars kostuum, waarop honderden glittersteentjes geborduurd waren. 
Ook had hij een lange cape, waarop de karikatuur vanop zijn affiche geborduurd werd, samen met zijn drie dochtertjes die als elfjes afgebeeld werden, naast de naam van zijn groep ‘de Poipeplekkers’. 
Op zijn borst stond ‘Carnavalist tot in de kist te lezen’. 

Het jaar van prinsj Tommeken werd wat overschaduwd door de brand die tijdens dat jaar de toekomst van ‘Geloeif me goed’ zou hypotikeren. 
Hun tractor vatte ’s nachts brand en er was enorm veel schade in de loods.  Toen bleek dat de groep verzekerd was tijdens de stoet, maar niet erna, brak een ware procedureslag los, die nog jaren een donkere wolk over Aalst zou laten waaien.

2004 Werd meteen ook het jaar van de oprichting van vzw ‘Carnavalist tot in de kist’ om GMG te steunen. De naam die verwijst naar de slogan uit het prinsenjaar van Tom.
Nu nog steeds waakt deze vzw over de veiligheid van de groepen en gaan zij in discussie met het feestcomité om het beste er uit te kunnen halen, zowel voor de stad als voor de carnavalisten. 

Bij de popverbranding noemde Nicole Ringoir hem ‘de beste prins die Aalst zich had kunnen dromen’. De laatste woorden van de prins waren ‘Oilsjt ik zing a geren’.

De prinsengarde die de campagne van Tommeken hard had gesteund kon natuurlijk ook een wederdienst verwachten. In oktober 2004 mocht hij reeds optreden tijdens de carréshow en op prinsjkesdag 2005 werd hij officieel lid van de garde.

De toen 30 jarige Aalstenaar was en is nu ook gekend als notoir tekstchrijver.
Zo werkte hij onder meer mee aan de geslaagde Carré show van de Prinsengarde. Hij schreef samen met anderen liedjes voor de show, werkte mee aan het decor en trad zelf nog op tijdens de show ook.
Ook steunt hij verschilllende kandidaten door het schrijven van liedjes en/of teksten, wat hem natuurlijk de titel ‘prinsenmaker’ opleverde. 
Na de prinsenverkiezingen helpt hij ook mee met verven … en blijft hij stoetliedjes schrijven … Een beig bazeken dus.
De prins blijft zweren bij het ‘traditionele carnaval’. Geen Vredeplein of Grote Markt toestanden dus voor hem maar wel ‘caféeken in caféeken oit’.

De prins heeft zich in 2006 ook laten verleiden voor de gemeenteraadsverkiezingen. Hij stond toen op plaats 25 bij de VLD. De verkiezingsaffiche deed heel wat stof opwaaien. 
De drie kandidaten van de VLD (Dominique Van den Eynde, Joke De Swaef en hijzelf) stonden immers naakt op de affiche, weliswaar met de ‘delicate delen’ netjes verborgen achter een berg ajuinen.

In 2007 werd hij beloond met de ‘Gaa Porteplum’ voor zijn hele oeuvre en hij won tevens de ‘Gaa Porteplum’ in de catagorie ‘pakkendste schoif’.  Dat omwille van het liedje ‘Carnaval in d’oeiren van e kindj’.
In 2009 werd het liedje ‘Carnavalis tot in de Kist’ verkozen als beste liedje in de Dido top 1000 en in hetzelfde jaar stelde hij samen met Wim Delclef het album TW Mjoezik door.
Alle liedjes werden door hem geschreven, en hijzelf en Wim zorgden zelf voor het inzingen.

Het jaar daarop mocht hij de ‘Gaa Porteplum’ in ontvangst nemen voor ‘’t Es ter oever’ en schreef hij de show voor zijn broer David, die toen verloor van Kenny D’Hondt, en in 2012 was hij er ook bij toen zijn toenmalige vriendin Stephanie de eerste vrouwelijke prins van Aalst werd.
Liedjes als ‘’k em et vlaggen’, ‘hela hola Nicole’, ‘’k voel me teretteterei’ zulllen eeuwig in ons geheugen gegrift zijn, net als ‘mondjagnacht es da vierweirk’ en ‘hey psst loistert insj’ die Peter in 2013 ten gehore bracht.
2014 werd dan het jaar van Werner Kinoo met ‘’in ’t zicht van de zwette maan’, ‘besporingen begot’, … en ook voor prinsen Joeri, Dennis, Raf en Bart zorgde hij voor onvergetelijke schrijfsels.

Uiteraard is deze lijst zeker onvolledig.
Zijn muziekcarriere beschrijven? Daar is immers geen beginnen aan.
Hierbij enkele van zijn hits … 

‘carnavalist tot in de kist’
‘den besten toid van gans ’t joor’
‘deiremonne stinkt’ (met Christophe Troch en Gie Van De Meerssche)
‘ten gommen ne gank’
‘nen oilsjtneer’
‘olé santé’
‘de moment supreme’
‘vandaug es oilsjt’ (met Wim Delclef)
‘’t jobken van me leiven’ (met Werner en Ronny)
‘carnaval in d’oeiren van e kindj’
‘aal wa dagge zegt da zedde zelf’ (met Michel Heck)
‘’k hem ne giele nacht zitten zoipen’ (met Chris Boone)
‘’k wil giel oilsjt zing dansen’
‘de benje van Jan De Lichte’ (met De Poipeplekkers)
‘be de poliesje’ (met Frank Van Rymenant)
‘in de kas’ (met Werner Kinoo en Patrick De Neve)
‘formidaubel’

Een muzikaal talent is dus het minste wat je hem kan noemen. Door het feit dat hij ook heel wat liedjes schreef voor andere (ex)prinsen werd hij ook ‘prinsjenmauker’. 
Voor zijn toenmalige vriendin, Stephanie, schreef hij ook de show. Stephanie werd toen prins.

Prinsjen van Oilsjt : 2002 : Wim Delclef

2002 Werd een speciaal jaar gezien dan voor de 50ste keer een prins zou regeren over het Aalsterse land.  De ‘affaire’ Kakalaki indachtig weten we ondertussen al dat dit dan slechts de 49ste verkozen prins zou zijn, maar wel de 50ste die effectief ‘prins’ mag genoemd worden.
De verkiezing vond plaats op 19 januari in de Keizershallen. 
Er waren dat jaar 4 kandidaten om Prins Carnaval 2002 te worden, 3 mannen en 1 vrouw. 

Ook dit jaar diende burgemeester Anny De Maght aan te manen tot een sportief verloop van de wedstrijd. Dat bleek nodig want reeds de voorronde van de verkiezingen kenmerkte zich door een spijtig incident. 
Tijdens een opwarming van kandidaat Ivo heeft een supporter van een tegenkandidaat een brandblusapparaat leeggespoten in zijn gezicht. Ivo zelf kwam er dank zij zijn pet enkel met de schrik vanaf, maar één van de danseressen liep wel oogschade op. 

Wim Delclef (°27/03/1974) wou het na zijn verlies in 2000 zeker niet opgeven en probeerde ook dit jaar nog eens om toch Prins van zijn stad te worden. Zijn grote zangtalent was bij de vorige poging uitmuntend gebleken en hij zou dus zeker een te duchten tegenstander kunnen zijn voor de andere kandidaten. 
Zijn groots opgezet campagnebal stond in het teken van 'Back toe de fjoetsjer' en het werd al snel duidelijk dat hij één van de te kloppen kandidaten zou worden. 
Op zijn website kon je daarenboven verschillende promo-artikelen bestellen en hij werd ondersteund door een heel ervaren team met onder andere de (oude) rotten in het vak : Pascal, Foef, Kristof, Tony, Bart, Den Bremt en Gary. 

De tweede kandidaat werd Ivo De Troyer en ook hij had al enige podiumervaring opgedaan.
Ivo werd in 1995 namelijk al uitgeroepen tot Arendprins en hij had al lang aangekondigd dat hij ooit ook eens zou meedingen voor de titel van Prins Carnaval. 
Dat werd werkelijkheid en in 2002 zou hij ook zijn kans wagen. Ook Ivo had al een uitgebreide website klaar om zijn public-relations te onderhouden en zijn merchandisespulletjes aan de man te brengen.

De derde kandidaat werd nog eens een vrouw. Het was intussen al twaalf jaar geleden dat Christiane De Strooper zichzelf kandidaat stelde, en ook dit jaar zou er dus een vrouw meestrijden voor de begeerde titel. 
Terwijl de campagnes van haar tegenkandidaten al volop bezig waren, besloot Inge Rijdant van carnavalsgroep De Droeve Apostelen immers ook voor wat extra concurrentie te zorgen tegen al dat mannengeweld. Inge, die ook al ex-ajuinprinses was, werd in haar strijd om de scepter van Aalst hevig gesteund door haar echtgenoot, prins Peter Vereecken. Inge organiseerde eens geen campagnebal, zoals de meeste andere kandidaten in het verleden maar ook nu deden, maar wel een speciale Inge-dag, een dag waarbij verschillende kindvriendelijke activiteiten op het programma stonden. 

Op het allerlaatste nippertje kwam er ook nog Den Dieu (Luc Dieu) bij.
Luc was onbekend bij het grote publiek, maar achter de schermen had hij wel al heel wat ervaringen opgedaan in ‘het wereldje’. Zo had wel bijvoorbeeld meegewerkt aan de show van ex-kandidaat Prins Carnaval Bazaar. Ook hij ging dat jaar niet naar de verschillende bals en eetfestijnen maar hield het veel kleinschaliger en bescheidener.

Op het Driekoningenfeest dat plaatsvond in de Ridderzaal van het Belfort werd, volledig volgens de traditie, de volgorde van de optredens voor de Prinsenverkiezing bepaald. Een vogelpikspel zorgde ervoor dat Luc als eerste moest optreden, gevolgd door Wim, Ivo en Inge. 
Het zou de eerste keer zijn dat Luc ook eens in de schijnwerpers zou staan in plaats van erachter, en iedereen had de mond vol van deze ‘geheimzinnige kandidaat’.
Zou hij verrassend uit de hoek komen en een bedreiging vormen voor de favorieten, of had hij toch beter in de duistere coulissen gebleven om daar ‘zijn ding’ te doen. 
Het werd een gespeculeer van jewelste en iedereen had er wel een eigen mening over. 
De beste voetballers zijn zeker niet de beste trainers, een waarheid als een koe, maar misschien zou het dit keer wel anders worden? 

Den Dieu beet zoals gezegd de spits af en hij stelde zichzelf voor als een werkzoekende cowboy. Daarna bracht hij een hilarische  sketch over de Eurokabas. 
Hij zorgde met een lied voor een proteststem tegenover het feit dat de prinsen zich geen tweede keer zouden mogen aangeven om de titel binnen te halen. Daarmee maakte hij zichzelf natuurlijk populair bij het publiek, maar of dit ook bij de jury zo zou begrepen worden, bleef een vraag. Een andere vraag was trouwens of de jury zijn geplayback zou appreciëren, want in het reglement stond duidelijk vermeld dat alles live diende te gebeuren.  
Ter staving van zijn protest had hij een filmpje gemaakt en tijdens de show liet hij dus de stemmen van enkele ex-prinsen horen die lieten weten maar al te graag nog eens te kunnen  deelnemen in de toekomst. 
Luc bleek een eerlijke kandidaat te zijn, die er geen schrik voor had om toe te geven dat hij eigenlijk niet heel veel moeite in zijn show had gestoken. Hij riep het publiek zelfs op om niet voor hem te stemmen maar wel voor één van zijn tegenkandidaten. 
Wie kon hem eigenlijk niet schelen, hijzelf rekende op geen enkele zaalstem. 

Inge koos voor een eerder sober decor en had haar show bijna volledig gebaseerd op de televisieshow 'Het leven zoals het is'. 
Een mooie show en Inge bewees dat ze ook wel mooi kon zingen, iets wat niet iedere kandidaat gegeven is.
Heel subtiel maar toch kordaat maakte ze aan het publiek duidelijk dat carnaval niet enkel een mannenzaak was, en die constatatie werd ondersteund met het liedje 'Onzjier ei me gien flotjen gegeiven'.  Zonder fluitje dus, maar wel met een portie lef, wat zeer geapprecieerd werd door het opgekomen publiek dat haar beloonde met een daverend applaus.

De show van Wim, de grote faforiet, werd een spectaculaire belevenis, nog nooit gezien in Aalst. 
In een prachtig decor, volledig opgebouw in de science-fictionsfeer opende hij met ‘Hoeigvliegers, da zen d’ajoinen’. Het niveau van deze kandidaat was zoals al langer geweten van heel grote klasse. 
Hij zorgde onder meer voor een video, waarin hij de eerste steen mocht leggen voor de langverwachte ‘nieuwe evenementenhal’, ‘de nieve zool’ waar menig Aalstenaar al lang van droomde, en jaren later nog steeds moet van dromen. Zijn decor werd ondersteund door flikkerende lichtjes, ruimteveren, een prachtige sterrenhemel … je zag zo Neil Armstrong voor je verschijnen.
Op het einde van zijn show 'vloog' Wim, met behulp van een hoogtewerker, letterlijk boven het publiek waarmee hij zowel de aanwezige carnavalisten als de juty duidelijk imponeerde. 

De vierde kandidaat, Ivo, wachtte dus de aartsmoeilijke opdracht om nog beter te doen, en hij zette dan ook meteen zijn beste beentje voor. Hij was naar eigen zeggen best wel tevreden dat hij na zijn grootste concurrent mocht optreden en toonde helemaal geen vrees, in tegendeel. Hij wist nu dat hij alles moest geven en dat gaf ‘m een extra paar vleugeltjes.
Zijn decor bestond uit twee grote kerstbomen waarbij op het einde van de show, nadat hij een soort toverspreuk had uitgesproken, de lampjes aangingen. 
Ook Ivo bleek goed bij stem te zijn en loste de verwachtingen van zijn supporters zeker in en, het zou vandaag de dag waarschijnlijk niet meer op die manier kunnen, hij kwam heel goed weg met zijn kwinkslagen en gelach met vrouwelijke agentes en pedofiele pastoors. 
Vuurwerk, glitters en naar beneden dwarrelende pluimen vormden de spectaculaire apotheose van zijn show. 

Vier prachtige shows hadden de toeschouwers dus op hun bord gekregen, maar toch was het algemene idee dat Wim het er het beste vanaf bracht.
Dat bleek ook uit de punten.
Zowel het publiek als de jury bedachten hem met de meeste punten, zodat Wim de titel van 50ste prins van Aalst mee naar huis kon nemen. 

De puntenverdeling: 

- Wim: 101,5 jurypunten en 1.172 zaalstemmen
- Ivo:   97,5 jurypunten en    705 zaalstemmen 
- Inge:   95,5 jurypunten en    114 zaalstemmen 
- Den Dieu:   65 jurypunten en         13 zaalstemmen

‘De Wim’ en Ivo bleven ook na de verkiezing heel actief in het carnavalsmilieu. 

Wim werd lid van de Prinsencaemere maar kon er zijn ‘ei’ als begenadigd zanger en tekstschrijver jammer genoeg niet ten volle kwijt.  De activiteiten van de caemere lagen niet echt in zijn verwachtingen en hij kon er zijn plannen niet realiseren. 
Hij beklemtoonde dat hij met niemand persoonlijk problemen had, het was gewoon niet wat hij gehoopt had om te vinden. 
Hoewel hij bevestigde dat een overstap naar de prinsengarde niet aan de orde was, maakte hij in 2003 toch de stap naar de ‘andere’ ex-prinsenvereniging.

In 2010 werd het echter allemaal wat veel om te blijven combineren met werk, familie en andere drukke bezigheden en diende hij zijn ontslag gegeven bij de prinsengarde.
Wim had toen net nieuw werk, twee kindjes en daarenboven verwachtten zijn vrouw Leen en hij in oktober een baby. 
Hij vertrok dus zeker niet met ruzie maar deelde wel mee dat zijn beslissing onomkeerbaar was. 
 
Wim stond, samen met Gunther Kinoo en Gilles Van Schuylenbergh aan het wiegje van de facebookgroep ‘Echte voil Jeanet’.
Die groeide uit naar de huidige ‘VJEGT’ (Voil Janet es gien travestie), die ijvert voor het ‘correcte’ uitbeelden van de voil janet. 

Ivo bleef ook in ‘het milieu’ en tijdens de corona lockdown in 2020 zorgde hij voor enkele hilarische filmpjes opgenomen in het sportcentrum waar hij werkzaam is. Dat werd hem echter niet door iedereen in dank afgenomen, hoewel het wel degelijk een schitterend moment van carnavaleske humor was. 
Ivo bleef ook niet werkloos toekijken in een leeg sportcentrum en werd vrijwilliger in een woonzorgcentrum. Ook alweer nen Oilsjteneer met een hart dus, eender wat ze van onze ajoinenstad mogen beweren. 

Wim blijft met enkele superhits vast vertegenwoordigd op elke carnavalsviering. 
Zeker ‘Adieu men stad’ en ‘’t groeit conseir’ zullen de geschiedenis van Aalsterse muziek ingaan. 

Prinsjen van Oilsjt : 2000 : Bart Van De Neste

Ondertussen zijn we veranderd van millenium en de eerste prinsenverkiezing kenmerkte zich meteen door de opkomst van maar liefst vijf kandidaten. 
Het was misschien het speciale jaar dat aantrok, wie zal het zeggen, maar één ding is zeker : het werd Bart van De Neste die het pleit zou winnen. 

Steven Van Wesemael was lid van De Lodderoeigen en werd bij het schrijven van zijn show geholpen door Guy Walgraef.
Op zijn affiche werd hij afgebeeld op een bankbiljet van 2000 frank. Zijn campagnelied was Ni Gepeldj Of Gedroid

De tweede kandidaat, Wim Delclef, was lid van Schiefgoddeweg en gooide met zijn campagneliedjes ‘Onze Grammaire’ en ‘Zie Naa Ne Kier Nor Moine Kop’ hoge ogen . Wim omringde zich niet door de minsten en in zijn campagneploeg kon hij rekenen op Guy Cornand, Johan Viette, Michel Heck, Frank Van Rymenant, Peter Vereecken en Johan Delclef.
Tijdens zijn campagne bewees hij in het goede Oilsjterse hout gemaakt te zijn en hij deed dat via een stunt in Dendermonde. Verkleed als pastoor trok hij met zijn team naar ‘ginderachter’ om er de Ros Beiaardroute in te zegenen. Na zijn rondgang werd hij zelfs ontvangen op het stadhuis van Dendermonde, waar hij onder meer de zangeres Vanessa Chinitor mocht ontmoeten

Voor Yvan De Boitselier was de Prinsenverkiezing niet nieuw, want hij had reeds meegedaan in 1991, toen hij verloor van Michel Heck. 
Yvan was geen lid van een carnavalsgroep, maar wel erg gekend in carnavalsmiddens. Zijn vader Jean-Paul en grootvader Frans werden immers meermaals Prins Carnaval, Frans zelfs keizer,  waardoor Yvan ‘carnavalvieren’ met de paplepel werd ingegeven.

Nummertje vier, Bart Van den Neste, was met zijn 18 jaar de jongste van de kandidaten. Mocht hij Prins Carnaval worden, dan zou hij meteen uitgeroepen worden tot de jongste Prins allertijden. 
Met zijn campagneliedjes Ik Ben Bart Van Op De Mert en De Kleinsjten Van 'n Oeip ontpopte hij zich tot een niet te onderschatten kandidaat.

De vijfde kandidaat werd Mil Arijs. Emiel (Mil) Arijs van De Poipeplekkers bleek een populaire kandidaat te zijn bij de Aalstenaars en hij liet zich voor het schrijven van zijn show bijstaan door Werner Kinoo en Tom Vermeir.
De zangstem van Mil was echter niet heel sterk, waardoor hij in zijn show niet enkel liedjes zou brengen, maar ook voor meer verbale humor zou zorgen.

De campagnes verliepen in een sportieve sfeer. De vijf kandidaten zongen zelfs samen het lied ‘De Voif Ver 2000’. 
In de laatste weken voor de Prinsenverkiezing leek de sfeer echter serieus om te slaan. 
Men sprak over intimidatie en bedreigingen onder de kandidatenteams, en het liep zo hard uit de hand dat burgemeester Anny De Maght zelfs moest tussenkomen.

Er kwam een officiële waarschuwing dat, als er gevochten zou worden voor de bekendmaking van de uitslag op de Prinsenverkiezing, er geen nieuwe Prins gekozen zou worden en het ambtstermijn van Prins Tony automatisch zou verlengd worden. Ook dat zou een primeur voor het carnaval zijn, al zou dit zeker niet voor positieve persverslagen zorgen. Ook het imago van Aalst zou (nog?) slechter in beeld gebracht worden en de term ‘marginaalst’ zou dan misschien toch ergens gerechtvaardigd worden. 

Zo ver kwam het echter niet. 
De avond werd opnieuw gepresenteerd door de geliefde Keizer Kamiel. 
Elke kandidaat beschikte toen over 20 minuten show.

Wim Delclef mocht als eerste de bühne op en pakte de Aalstenaar al van bij de eerste noot bij de keel. Hij ging de emotionele toer op met Adieu Men Stad en had het over de attributen van de Voil Jeanet in zijn lied Den Teleshop.
‘Adieu men stad’ zou in de loop der jaren uitgroeien tot één van de meest emotionele liederen over onze stad, en kan ondertussen meegezongen worden door enkele duizenden stadsgenoten. 

In Oilsjterse Toestanden bezong Wim de Aalsterse stadswacht, de gemeenteraadsverkiezingen en de plannen voor de Keizershallen. Als slot bracht Wim 't Groeit Conseir, terwijl hij op zijn voetstuk naar boven steeg. Wim bewees zijn talent als zanger en bracht een show met veel glitter en speciale effecten. Het Groeit Conseir zou zelfs elk jaar opnieuw nog gespeeld worden tijdens de verbranding op dinsdagavond. Het emotionele, trage stuk dat afgewisseld wordt met snellere stukken heeft de carnavalist duidelijk aangesproken.

Tweede in het rijtje werd Mil. Hij was zoals reeds eerder was gebleken niet de meest begenadigde zanger en hij was zich hier bewust van. Op het podium liet hij zich dan ook vocaal bijstaan door Werner Kinoo en hij zette in op lokale politieke thema's. Mil had wat last van de naweeën van griep en dat was duidelijk te zien en te horen tijdens zijn optreden. 

Hij bezong zijn liefde voor Aalst met Oilsjt Mèn Stad. En hij voerde in de gedaante van verschillende schepenen een telefoongesprek met burgemeester Anny De Maght.
Anny werd trouwens gespeeld door … Werner. In Millenium Carnaval had Mil het over het carnaval in het jaar 2000 en afsluiten deed hij met Dansen In De Stroten.

Yvan deed voor de tweede keer mee en hij opende met ‘Super Yvan’, een lied waarin hij bezingt hoe hij als acteur terug keert uit de VS.
De rode draad door de show van Yvan was dan ook de filmwereld, wat ook nog in de verf gezet werd door zijn liedjes Cinema Paté en De Vastelauved Movie.

Daartussen verscheen Yvan ook nog als Maryvan Monroe op het podium, waarbij hij als kuisvrouw van het stadhuis zong van Ik Schier Al Joren Lank en zo de geheimen van de stadsbestuurders blootlegde. 
Ik schier al joren lank … Wie kan het niet meezingen, werd ook al een hit om nooit meer te vergeten. 

De show van Yvan zat vol typisch Aalsterse humor, maar dat werd jammer genoeg niet altijd goed begrepen door het jongere publiek.

Hoewel er dus vijf kandidaten waren, was er dit jaar geen preselectie en mochten ze allemaal meedoen Nummer vier werd zo Steven. 
Hij viel tijdens zijn show vooral op met het lied De Peiremeiles, waarmee hij voor een emotioneel moment zorgde en met Om Te Fiesten Zemmen 'n Iesten maakte hij meteen aan het publiek duidelijk waar de Aalstenaars zo gekend voor zijn.

Steven bracht op het einde van zijn show een lied op de tonen van Thriller van Michael Jackson, maar hij liet jammer genoeg wat steken vallen. De danspassen waren alles behalve perfect en ook de zang was niet van topniveau meer. 

Geef vier zonder vijf dit jaar en ook Bart mocht het beste van zich geven en zijn kans wagen op de prinsentitel. 

In Weir Zoeken Nor Den Bart begroette hij de zaal en daarna zong hij vol lof over de Aalsterse stoet. Hij beschreef daarenboven hoe een echte Aalstenaar eigenlijk in mekaar zit in Ik Ben Zoei Bloi op de tonen van een K3-liedje.

De techniek liet het even afweten, maar Bart bleef ongestoord verder doen met zijn optreden. Met een scooter reed hij op het podium om er als een echte Ciske De Rat het lied Ver Nen Oilsjt'neer te brengen, terwijl vuurwerk afgestoken werd. 
Ondertussen werden op de achtergrond ook beelden getoond van het werk in de carnavalshallen, de stoet en de popverbranding. Tijdens de show was ook Patrick De Coninck van The Groovies als danser op het podium te zien, wat de professionele aanpak zelfs een professioneel tintje gaf.

Vijf prachtige shows dus, de ene al wat meer dan de ander, en het moment supreme was aangebroken. Het afscheid van Prinsj Tony die zijn prinsenpak ruilde voor een pak met witte muts en oortjes werd natuurlijk opnieuw een emotioneel moment, maar het was zeker : van Tony zouden we zeker nog horen. 

Terwijl de kiezing zich had aangekondigd als ‘gevaarlijk’ was het toch de hele avond rustig gebleven. 
De kandidaten en de supporters gedroegen zich heel sportief tegenover mekaar en er was geen sprake van enig incident.
Daar kwam een beetje verandering in toen een jurylid maar 4,5/10 gaf aan Steven.
Het waren trouwens niet enkel de aanhangers van Steven die begonnen te discuteren, neen, de hele zaal begon te pruttelen. Zij vonden dat geen enkele kandidaat ‘een buis’ verdiende voor zijn show.

Het is wat het is, en het veranderde niet. 
Voor de jury haalde Bart het met 543 punten. 
Yvan werd tweede met 534 punten
Wim kreeg de derde plaats toegewezen met 525 punten
Steven en Mil sloten het rijtje af met respectievelijk 453 en 438 punten. 

Het publiek had hetzelfde idee voor de winnaar en zette Bart op de eerste plaats met 1047 punten. 
Voor hen was het wel Wim die tweede mocht zijn (517 stemmen) en de derde plaats was voor Mil (476). Een veel betere positie dus voor Mil die daarmee zowel Yvan als Steven achter zich liet (respectievelijk met 273 en 178 stemmen achter hun naam). 

De rekenmachientjes werden bovengehaald en men kwam tot volgende einduitslag. 

Bart Van den Neste haalde het met 1547 punten. 
Tweede werd Wim Delclef met 1042 punten. 
Derde plaats was voor Mil Arijs met 914 punten. 
Vierde werd Yvan De Boitselier met 807 punten.
Vijfde en hekkensluiter was Steven Van Wesemael met 631 . 

Mil vroeg zich openlijk af of er geen geval van fraude was. Hij vroeg zich af waar al zijn stemmen naartoe waren en had het over bedrog op grote schaal. 
Zijn uitspraken haalden de nationale pers en werden uitgezonden in het programma ‘het leven zoals het is – de prinsenverkiezing’ op ‘Eén’. 
Deed een beetje denken trouwens aan de uitspraken van ene Donald Trump die dezelfde twijfels had over zijn stemmen tijdens de presidentsverkiezingen in 2020.

Bart haalde het dus, en ssssst Bart werd geboren in … eiremonne op 07/07/1981. Hij werd meteen de jongste prins carnaval ooit.
De carnavalsdroom van Bart begon al heel vroeg. Hij groeide op in het hartje van Aalst en trad er als kind al op in het café van zijn ouders. Dat café kennen de meeste Aalstenaars ook wel, we spreken hier namelijk over het ‘Paviljoen’, opengehouden door Carlos Van den Neste en Nicole Bosseman. 
Dat hij kon entertainen was geen geheim en hij mocht dan ook vaak een optredentje ten beste geven bij de wedstrijden van Okapi Aalst in het Forum. 

Bart was in 2000 net 18 geworden en hij studeerde aan de hotelschool Spermalie in Brugge. 
Zijn studie moest hij dus combineren met het campagnevoeren maar dat nam hij er graag bij. 

Door zijn jonge leeftijd kreeg Bart natuurlijk ook aandacht van de nationale pers. Zo was hij te zien in het Hart van Vlaanderen op VTM en verscheen hij in TV-Expres.

Op de carnavalsraadzitting speelde Bart handig en ludiek in op zijn jonge leeftijd. 
Hij had voor deze speciale gelegenheid cadeautjes meegebracht voor de gemeenteraadsleden. 
Cadeautjes die hij gaan halen was bij Prémaman. 

Keizer Kamiel kreeg een doos naalden, om steken te kunnen geven. 
Burgemeester De Maght kreeg een roze babydoll cadeau. 
De zaal trakteerde hij op snoep onder de vorm van tutten

De stadssleutel was dit jaar gemaakt in de vorm van een brandweerslang. Het was immers dit jaar dat de pompiers opnieuw toegelaten werden op de Grote Markt.
Bij de popverbranding vertrouwde hij de aanwezigen toe dat hij die avond toestemming gekregen had van zijn vader om nog zo laat op te mogen blijven. 

In april, op paaszaterdag, was Prins Bart aanwezig bij de verkiezing van Mister en Misses Vrièt die doorging in café 't Plasken. Hij had tijdens deze feestavond zijn prinsenscepter ‘veilig’ weggestopt achter de discobar, maar in de late uurtjes moest hij vaststellen dat zijn scepter ‘gaan vliegen’ was. Bart zat diep in de put en niemand wist wie de scepter meegenomen had. 
Enkele dagen later kreeg hij uiteindelijk toch zijn scepter terug, maar de daders bleven onbekend.

Tijdens zijn afscheidsbal in De Burcht zongen zijn tegenkandidaten Mil, Wim en Steven een verrassingslied voor hem en van zijn groep kreeg hij een kopie van de prinsenscepter, omdat hij toch nog een aandenken zou hebben nu hij de originele moest overhandigen aan de nieuwe prins. 

De afscheidnemende Prins beloofde trouwens om er bij de stad voor te ijveren ook een zesde pompier toe te laten op de Grote Mark. Het afscheid werd een groot feest, de politie is toen maar een keer of drie-vier komen vragen om het wat stiller aan te doen. 

Na zijn prinsenjaar koos Bart ervoor om toe te treden tot de Prinsencaemere
Eigenlijk een logische en te verwachten keuze, want zijn team in 2000 bestond al voornamelijk uit leden van De Prinsencaemere. Ook had hij al deelgenomen aan de revue Studio Miljaar eind 2000.

Bij zijn toetreding in de Prinsencaemere werd hij op de korrel genomen over het feit dat hij in zijn prinsenjaar gebuisd was voor zijn studies aan de hotelschool. 
De ex-Prinsen gaven hem daarom een herkansing en lieten hem koken.
De juryleden waren Johny Cooman en Karel De Naeyer en binnen de tijdslimiet van1000 seconden moest Bart een koud gerecht maken
Hij liet zich hierbij assisteren door Pascal Solemé wat natuurlijk hilarische taferelen opleverde.
De proevers durfden Bart niet opnieuw te buizen, want anders zou hij 't Paviljoen niet meer binnen mogen..

Bart werkte jaarlijks mee aan de activiteiten van de Caemere. Zo trok hij in 2003 op prinsendag het kostuum van Robert Waterschoot uit 1958 aan, om deze te eren voor zijn 50 jaar Prins. 
Het kostuum van Robert had hij trouwens al eens aangedaan in 2000 tijdens de prinsenrevue Studio Miljaar. 
Bart was verder nog te zien in vele sketches in de Prinsenrevues en op het Oilsjters Zangpalois in 2017 en 2019. In 2017 zorgde hij er met Ver Nen Oilsjt'neer voor een pakkend moment, door het lied op te dragen voor zijn vader, die begin dat jaar overleden was.

Ook Bart heeft al heel wat carnavalsklassiekers op zijn repertoire staan. Een groot deel is terug te vinden op de cd’s van de Prinsencaemere. 
In 2011 stapte hij even in een speciaal project met Chris Boone,  Bart Neirinckx en Toon 't Kint. Samen vormden ze de groep ‘De Beaters’ en brachten twee full cd’s uit. 
Zijn meest gekende liedjes zullen ongetwijfeld ‘ver nen Oilsjt’neer’ en ‘’t was men madam’ zijn, beide ondertussen tot de status ‘klassiekers’ en nog vaak te horen tijdens de carnavalsdagen. 

Bart waagde zich naast de carnaval ook aan de politiek en voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2006 mocht hij op de lijst van de Aalsterse VLD staan. 
Hij raakte echter niet verkozen in de gemeenteraad, maar bleef zich wel ijverig inzetten voor de partij. 

Zo werd hij in 2007 in het bestuur van de Aalsterse Jong VLD verkozen van waaruit hij pleitte voor het huren van de Flora voor de prinsenverkiezing van 2008 en een toename van het aantal kermisattracties op het Vredeplein. 
Daarnaast diende hij in 2009 een voorstel in tot herziening van de voorschotten die plaatselijke verenigingen moesten betalen bij de huur van een zaal in De Werf.
Hij verenigde dus zowel politiek als carnaval en probeerde beide wat meer te laten samenwerken. 

Zijn inspanningen werden opgemerkt en in 2010 werd hij verkozen tot nieuwe voorzitter van Jong VLD Aalst. Bij de gemeenteraadsverkiezingen in 2012 kreeg hij de 10de plaats op de lijst. Ditmaal behaalde hij 1116 voorkeursstemmen en raakte hij verkozen als gemeenteraadslid. Binnen de gemeenteraad pleitte hij voor meer recreatiemogelijkheden in het stedelijk zwembad van Aalst. Bart was ondertussen ook voorzitter geworden van Open VLD Aalst Centrum.

In 2013 liet Bart zich opmerken tijdens de gemeenteraad, door een foto van het koningspaar op zijn tafel te zetten. De N-VA had het portret van het koningspaar immers uit de raadszaal laten verwijderen en met zijn actie wou Bart op een ludieke manier aantonen dat hij het niet eens was met de beslissing van de N-VA. De politieke activiteiten van Bart werden in het nationaal bestuur van zijn partij opgemerkt en bij de federale verkiezingen van 2014 kreeg Bart de 10e plaats op de federale lijst.

Binnen de Aalsterse gemeenteraad bleef hij ook erg actief. Zo volgde hij mee het dossier voor een nieuwe tribune voor Eendracht Aalst op, stelde hij voor om Aalstenaars in hun eigen dialect te laten trouwen en lag hij aan de basis van sms-parkeren in de stad. Ook bij het dossier van het nieuw te bouwen zwembad had hij enige inbreng.

In 2018 kreeg Bart de 4de plaats op de gemeenteraadslijst, waarbij hij 1191 voorkeurstemmen binnenhaalde. Samen met N-VA en CD&V werd een akkoord bereikt om een coalitie te vormen, waarbij Open VLD recht had op één schepenmandaat. De partij moest kiezen tussen Jean-Jacques De Gucht en Bart Van den Neste. Uiteindelijk werd De Gucht schepen, terwijl Bart voorzitter werd van intercommunale Ilva. Daarnaast bleef hij ook gemeenteraadslid van Aalst. 

In de politiek is het Bart natuurlijk, maar in carnavalsmiddens spreekt men eerder van ‘Beireken’. 
Beireken uitte trouwens kritiek op de prinsenverkiezingen in 2018 omdat er geen sprake meer was van ex-prinsen. 
Dat werd ruimschoots rechtgezet in de verkiezingen van 2019 en 2020 waar heel wat ex-prinsen een nummer mochten brengen in afwachting van de bekendmaking van de stemmen.
Bart content, iedereen content … Het was trouwens maar logisch dat we ook de ex-prinsen wat in de spotlights houden. Het is dank zij hen dat er vele initiatieven gelanceerd werden en het is dus ook dank zij hen dat we tegenwoordig nog carnaval kunnen vieren zoals het nu is.