Nieuws uit Aalst

--------- 't Principoilsjte vandaug es da ge ni te veil complementen mokt en genietj van 't leiven ! - - - - - - - Covid-19 : Blijf aub toch voorzichtig en denk aan uw medemens !! - - - - - - - Deel enkel berichten van officiële bronnen om fake news te vermijden !!! - - - - - - - -
Posts tonen met het label sportverenigingen. Alle posts tonen
Posts tonen met het label sportverenigingen. Alle posts tonen

dinsdag 19 oktober 2021

Oscar Van Malder - Alkuone

Oscar Van Malder (°1927 - +27/10/2023) is één van de ereburgers van de stad sinds 27 november 2007. 
Maar wie was deze brave man eigenlijk? 


In 1957 startte Oscar Van Malder, leraar lichamelijke opvoeding en danser aan de dansschool van Elza Darciel, met een groep vendeliers (jongens) in de Aalsterse ‘vakschool’, het VTI. 
Vanaf 1969 werden ook meisjes toegelaten en werd ook het dansen iets belangrijker.

Oorspronkelijk was  de naam van de groep ‘Wolfsangel’ maar gezien er toen ook een militantenorganisatie was met dezelfde naam, en om misverstanden te vermijden, veranderde men wijselijk de naam naar ‘Alkuone’. 

De Alkuone is in de Griekse mythologie ‘de ijsvogel’, met zijn schitterende kleuren, sociaal, recht op zijn doel af, hoog en vrij in de wijde hemel. 
Het idee achter de keuze van deze vogel als naam was, dat men hoopte dat deze de groep een mooie en wereldwijde toekomst zou brengen.

Vandaag is Kunstgroep Alkuone vzw een artistieke groep met meer dan 150 leden, medewerkers en bestuursleden. 
De jongens en meisjes van Alkuone volgen dans-, trommel- en vlaggenles bij een dynamisch team van lesgevers en choreografen en de groep wordt ondersteund door een Raad van Bestuur en een Dagelijks Bestuur.

Hier een filmpje om de sfeer wat te kunnen scheppen.


Uit Alkuone ontstond in 1980 de groep Vredon die ook gelijkaardige dans- en vlaggenoptredens geeft en die zeker in een ander artikel aan bod komt.

De vereniging is ondertussen een echte ambassadeur geworden voor onze stad. 
In die hoedanigheid verzorgden zij al verschillende optredens in vrijwel alle hoeken van de wereld. Eén van de hoogtepunten was zeker de openingsceremonie van de Olympische Winterspelen in het Franse Albertville, in 1992. 

Maar is het enkel maar ‘wat’ met een vlag staan zwaaien en een dansje ‘plaçeren’?

Neen, natuurlijk niet!

Alkuone heeft tot doel om jonge mensen hun potentieel aan talenten en capaciteiten te helpen ontdekken, het hoofddoel dat de stichter ooit had en het doel dat men nog steeds voor ogen heeft. 
Zo kunnen ze een eigen persoonlijkheid ontwikkelen in een artistieke en vriendschappelijke omgeving. Alkuone doet dat door het aanbieden van dans, vlaggendans, vendelen en percussie.

Enneuh … ‘maar wat met een vlag zwaaien' wordt heel onderschat als je weet dat zo’n ding toch al gauw een viertal kilo weegt en je daar dus mee staat te jongleren in weer en wind (vooral de wind speelt natuurlijk veel parten).

Vendelen, ook bekend als vaandelzwaaien of vendelzwaaien, is een heuse sport waarbij behendigheid en lenigheid centraal staan. Vaandrig is de naam voor de vendelier, diegene die met de vlag zwaait.

De kledij zelf is ook traditioneel en hangt ook af van de groep of vereniging.

Vroeger werd er gewoon volkskledij gedragen. Een wit hemd , een grijze broek en voor de volwassenen een overhemd en een riem. 

Hier de groep tijdens een optreden op de pikkelingfeesten in Moorsel. 


Over het ontstaan van de sport bestaan grote discussies.
Sommige folkloristen beweren dat er al in de tijden vóór Christus gevendeld werd, anderen zeggen dat het gebruik pas rond de 15e eeuw is ontstaan. 
Ook de plaats waar het ontstaan is, is niet meteen bekend. Feit is dat de vaandel in Europa terechtgekomen is door de kruistochten naar het Heilige Land.

Bij vendelen heeft sierlijkheid de bovenhand in de bewegingen; de figuren vloeien als het ware in elkaar over en het lijkt allemaal zo gemakkelijk … Maar ... kan iedereen met eender welke stok zo’n toeren uithalen? 

Neen, natuurlijk niet. Behendigheid moet er zijn en moet verder uitgebouwd worden!

En er bestaan ook speciale werpstokken die specifiek ontworpen zijn om hoog te kunnen werpen. De vlag maakt dan een mooie draai in de lucht en komt terug beneden op een manier dat die gemakkelijker op te vangen is.

Het verschil met een gewone vendelstok is dat die werpstokken ongeveer de helft lichter zijn.
Ongeveer 2kg ipv 4-5kg. Ook het zwaartepunt ligt meer naar het midden van de stok zodat deze niet als een pijl naar beneden zou ‘schieten’.

Doordat een werpstok sneller valt, dient die uiteraard ook beter bestand te zijn tegen een stootje. De stok is daarom steeds in één stuk en volledig cilindrisch (niet conisch dus). Bij een eventuele breuk kan de houten stok gemakkelijk en relatief goedkoop vervangen worden. 

In de discipline hoogwerpen heeft Alkuone Aalst trouwens een wereldkampioen in zijn rangen. 
Het is Louis François die de wereldtitel binnenhaalde in Namen. Ook in de dames- en jongerencategorie werden er medailles binnengehaald.

Het WK Hoogwerpen werd in mei 2019 georganiseerd door de ‘Alfers Namurois’ en de 'Hoogwerpers van Aalst'. 

Het doel is om via verfijnde techniek en de kracht van de vendelier de vlag zo hoog mogelijk te krijgen. Ook het ontwerp en de stok van de vendel is een heel belangrijke factor. 
Er bestaan 4 categorieën : heren , dames, beloften meisjes en jongens met starthoogtes van 6 tot 8 meter”, aldus Alkuone.

Van uit Aalst trekken trouwens jaarlijks vendeliers van zowel Kunstgroep Alkuone en van Vredon naar deze competitie samen met de Hoogwerpers, waar ook delegaties uit Duitsland, Italië en Zwitserland zijn.

Louis François gooide maar liefst 13,8 meter en verlengde zo meteen zijn titel van wereldkampioen.


Femke Wouters won bij de dames met 9,5 meter opgevolgd door Barbara de Beer met 9,1 meter. Liese Gabriel haalde een mooie eerste plaats bij de beloften met 9,5 meter gevolgd door Lara Schockaert. Piet Callebaut van Hoogwerpers haalde een mooie 2e plaats bij de heren met 12,6 meter.

Tot zover het hoogwerpen, maar kan je met een werpstok ook ‘gewoon’ sierlijk vendelen? 

Ja hoor, maar het vraagt wel wat gewenning omdat je de stok moet vasthouden met één hand  tussen de eerste en tweede lus van de vlag. Bij sommige groepen die veel werpen nemen ze dit er graag bij. En doordat de stok veel lichter is is de drempel om met grote vlaggen te zwaaien ook kleiner.

Het vendelen wordt vaak gezien als een uiting van het gebed tussen goed en kwaad. 
Elke regio/vereniging heeft zo zijn eigen vendelgebed. 


Kunstgroep Alkuone brengt dans- en vlaggenspektakels op podia en pleinen in België over heel de wereld. Alkuone heeft voor het 50-jarig bestaan de titel 'Koninklijke Kunstgroep Alkuone' gekregen van Koning Albert II. 
Bovendien werd stichter Oscar Van Malder in 2007 'Ereburger van de Stad Aalst'
 
In 2010 is het werkjaar gestart met een reeks optredens op de World Expo in Shanghai te China waar ze samen met de Brusselse Ommegang een echt Belgisch spektakel brachten. 
Midden september trok een delegatie van Kunstgroep Alkuone naar de Wereldtentoonstelling in Shanghai. Samen met de edellieden van de Brusselse Ommegang, de dansers en muzikanten van Rondinella en de steltenlopers van Merchtem waren de Aalsterse vlaggenzwaaiers van Alkuone te gast voor de Brusselse dagen in het Belgisch paviljoen.

De 44 deelnemers brachten op het plein voor het paviljoen drie keer per dag een fragment van de bekende Brusselse Ommegang. 

Jaarlijks voeren meer dan 1400 figuranten op de Grote Markt van Brussel zo een historisch spektakel op dat teruggaat naar 1549 met het blijde intrede van Keizer Karel in de hoofdstad.

Voor de jongens en meisjes van Alkuone was het bezoek aan Shanghai een unieke ervaring. Niet alleen de prachtige, soms gedurfde paviljoenen op de Wereldtentoonstelling spraken tot de verbeelding, maar ook de kleurrijke drukte van de grootstad Shanghai kon hen bekoren.

Momenteel is Oscar Van Malder erevoorzitter van de kunstgroep.

In 2017 bestond de groep 60 jaar en Oscar Van Malder werd 90 !

Wie Aalst een beetje kent, kan het al raden : hoog tijd voor een nieuw bier, 'Den Oscar', genoemd naar de stichter van Alkuone (en dus niet naar de trainer van FC De Kampioenen).
 
Het Oscar-bier werd een lekker voorsmaakje op de festiviteiten. 
Het werd een zacht blond bier met een frisse, hoppige toets. Ideaal als aperitief, dessert, tussendoortje, ontbijt of slaapmutsje".

Tijdens de carnavalstoet van 2017 zagen we de vendeliers dat jaar trouwens ook al in actie. 
Niet als aparte groep maar als gasten bij ‘Lekken en Plekken’. 
De reden van dit gezamenlijk feestje was het 15 jarig bestaan van de carnavalsgroep, én ook het 60 jarig bestaan van de vendeliers, én de 90ste verjaardag van Oscar.
 

 "15 jaar LEP en 60 jaar Alkuone. We vieren feest met vlaggen en wimpels, dansen en zingen met veel gerommel op onze trommel" werd het thema en natuurlijk lieten ze hun kunsten ook daar zien alsof het niets was.

Het was trouwens zeker niet het eerste (noch het laatste) optreden van de groep tijdens carnaval. 
In 1978 mochten ze het publiek opwarmen ter gelegenheid van de 50ste stoet en in vroegere jaren was het zo dat zij steeds de stoet mochten openen met hun eigen act.


Op 3 december 2017 bezorgde de groep de stichter en erevoorzitter dé verrassing van zijn leven door met 90 vendeliers en trommelaars te verschijnen op het feest voor zijn 90ste verjaardag. 
Oscar beloofde toen om voor zijn 100e verjaardag zijn feest op de Heizel te geven zodat er genoeg plaats zou zijn voor 100 vendeliers!!

In september 2021 kwam er dan goed nieuws voor de vereniging. 
De droom van KSA Sint-Jozef Aalst en de Koninklijke Kunstgroep Alkuone werd realiteit want aan de Churchillsteenweg werden de nieuwe gezamenlijke lokalen geopend met ‘Churchill Fest’. Beide Aalsterse jeugdverenigingen waren reeds een tijdje op zoek naar een vaste stek, en aan die zoektocht kwam toen eindelijk een einde.


Burgemeester Christoph D’Haese kwam het gebouw plechtig openen. “Het is formidabel. Bijna dag op dag twee jaar geleden was ik hier ook te gast en werden de plannen voorgesteld. We hebben ons toe samen geschaard achter een bouwproject dat toen nog een verre droom was. Hier aan de Churchillsteenweg werd besloten dat een gezamenlijk gebouw voor de KSA en Alkuone de beste oplossing was”, zei de burgemeester. “Visie en goede wil kan bergen verzetten, dat is bij deze bewezen. Dit lokaal is veel meer dan beton en stenen. Het is een symbool voor de toekomst waar jullie samen de schouders zullen onder zetten.”

Alkuone telt momenteel 175 actieve leden, bezocht reeds 34 verschillende landen en bezit zo’n 1185 vlaggen. 

Op 27 oktober 2023 kwam het droevige nieuws : 'Aalst neemt afscheid van ereburger Oscar Van Malder

Met Oscar Van Malder verliest de stad haar laatste nog levende ereburger”, zegt burgemeester Christoph D’Haese . “Het was een man die Aalst op de internationale kaart plaatste met een unieke en historische kunstdiscipline. Onze gedachten gaan naar de familie en naasten van Oscar Van Malder en naar alle (oud-)leden van Alkuone. Ik ben er zeker van dat Oscars passie nog jaren zal verder leven in hun prachtige spektakels.




Bronnen

hoogwerpers.be
HLN 12/09/2021 – 14/09/2016 – 29/01/2017
foto Oscar bier : Rutger Lievens (HLN)
Goeiedagradio.be
Het Nieuwsblad 08/10/2010
alkuone.be (info en filmpje)
filmpjes via Youtube 

zondag 7 juni 2020

Rugbyclub RC Aalst

Het moest er ooit eens van komen ...

Nadat Aalst Dendermonde al jarenlang aftroeft met de jaarlijkse rondgang van het fiere ros Balatum (in Dendermonde de 10 jaarlijkse ommegang van den ezel / ros Beiaard) gaan we ook op sportief vlak eens proberen om onze lieve buren te overtreffen.

België heeft niet meteen de reputatie om een rugbyminnend land te zijn, wij houden meer van wielrennen en voetbal, en toch heeft onze buurgemeente reeds jarenlang een niet slecht boerende rugbyclub (om heel eerlijk te zijn, ze staan zelfs aan de top)… terwijl Aalst op dat gebied eigenlijk niets te bieden heeft  


Laat ons vaststellen dat de bekendste rugbyspeler die ooit in onze keizerlijke stee vertoefde eigenlijk de Franse speler Anton Iriart van XV Cors uit Bosvoorde was die in 2015 … in het ASZ terechtkwam na een hartinfarct tijdens een wedstrijd … in Dendermonde.

De hoogste tijd dus om voor wat gezonde concurrentie en tegenstand te zorgen dachten Eline Claes, Peter Marquebreuck en Maxim Pauwels, de drie oprichters van rugbyclub ‘RC Aalst’.

Ze vroegen zich af of het mogelijk zou zijn om in ons Oilsjt te starten met een club die zich zowel sociaal als respectvol zou kunnen profileren in de beleving van de rugbysport.

De ambitie bestond dus al langer, en vooral toen bleek dat er in Oost-Vlaanderen zeker nog plaats vrij was voor enthousiastelingen was men definitief vertrokken.

De club zag eigenlijk al het levenslicht in januari 2020, maar door de heersende coronacrisis en het feit dat ook de rugbyspelers niet meer uit hun kot mochten komen om te trainen, werd de openbaring uitgesteld tot in juni. 
Van zodra de veiligheidsraad bekend maakte dat trainingen in open lucht opnieuw zouden kunnen, stonden de enthousiastelingen al te trappelen van ongeduld om er eindelijk ‘écht’ aan te kunnen beginnen.

Met de steun van de stad Aalst en SportAG is het voor de club mogelijk om te trainen op de terreinen van het Beukenhof en het Osbroek.

Eline, de gloednieuwe voorzitter, komt overgewaaid van de rugbyclub van Gent.
Ze was er trainer en gedurende twee jaar was ze er ook voorzitter, trouwens één van de eerste vrouwelijke voorzitters van België. Zelf heeft ze ook gespeeld, maar omwille van een hardnekkige blessure zal haar taak vooral bestaan uit de dagelijkse leiding van de club.

Peter, die de taak van secretaris op zich neemt, daarentegen heeft helemaal geen verleden in de rugbywereld.
Hij vindt de sfeer het belangrijkste en kijkt er naar uit om deze sportieve uitdaging mee te helpen aangaan.
Hij is ‘zware supporter’ van het team van Zuid-Afrika, de huidige wereldkampioen en probeerde in eerste instantie in Erpe-Mere, zijn woonplaats, al een club op te richten. Het werd echter Aalst …

Maxim, de penningmeester, stond in 2007 aan de wieg van de rugbyploeg van het Sint Jozefscollege en is het spelletje altijd blijven meespelen.
Aan de Univ van Gent was hij dan ook lang speler en trainer van de universiteitsploeg. Sedert 2019 is hij terug actief als speler bij RC Meetjesland maar gezien het zijn droom als Aalstenaar was (hij is van Meldert) om een club in eigen stad te hebben, zette hij ook heel graag zij schouders onder dit project.

Starten doen ze in de regionale competitie, maar de ambities liggen hoger.
Binnen dit en een vijftal jaren zouden ze willen promoveren naar de nationale competitie, liefst dan nog met zowel een vrouwen- als een mannenploeg.  Ook een degelijke jeugdwerking staat op het programma, en als het even kan zou men ook een Mixar-ploeg willen afvaardigen naar het tornooi van Cork in Ierland. Dat laatste zou zelfs al in de agenda van 2021 gemarkeerd staan.

Mixar staat voor ‘MIXed Ability Rugby’ en is een ploeg bestaande uit zowel spelers met als zonder beperking.

Sedert 29 maart 2020 is de club ‘on air’ via Facebook en sedert 4 mei beschikken ze ook over een logo. Het was Johannes Mortier die het goede nieuws kreeg dat zijn ontwerp gekozen werd. We zien duidelijk de rugbypalen en een rugbybal (die eigenlijk ook wel een beetje doet denken aan een ajuintje, niet?)

Het bijpassende motto?    ‘Graalek Oilsjterse Rugby’ …

Op 2 juni werd ook Instagram toegevoegd aan de contactgegevens.

Hoewel rugby een echte contactsport is, zal het tijdens de eerste trainingen vooral over de tactiek gaan. Contact zit er door de corona immers nog niet echt in, maar er zijn wel veel spelsituaties die men perfect kan simuleren. Tackelen bijvoorbeeld zou kunnen geoefend worden op ‘tackle bags’, die na elk contact uiteraard telkens opnieuw zullen ontsmet worden.

De eerste initiatietrainingen vonden plaats op 10 en 12 juni.

Op 27/9/2020 volgde een persbericht van de club : Rugbyclub Aalst gaat entente aan met Lokeren

Met voorlopig 22 aangesloten leden heeft Rugbyclub Aalst alvast een vliegende start genomen ondanks de coronacrisis. Om geïnteresseerde leden ook de nodige matchervaring te laten opdoen, hebben de bestuursleden van RC Aalst en RC Lokeren besloten om de krachten te bundelen.

Lokeren en Aalst waren op rugbyvlak al even on speaking terms, het waren de leden van Aalst die vrijdag op een ledenoverleg de keuze kregen om deze samenwerking op te starten.   RC Aalst zal twee keer per week eigen trainingen blijven organiseren met coach Samuel Drai, maar er zullen ook gemeenschappelijke trainingen komen om op elkaar ingespeeld te raken. De clubs en hun coaches maken hierover afspraken. De spelers blijven ook aangesloten bij de eigen club.

“De bedoeling is om onze spelers ook te laten proeven van een echte wedstrijd. Wie minuten wil pakken en de fysiek testen tegen een echte tegenstander, heeft hiervoor nu de mogelijkheid” aldus RCA-voorzitter Eline Claes.

Aalst en Lokeren zullen in entente competitie spelen, wat maakt dat de thuiswedstrijden zullen doorgaan in Lokeren.  RC Aalst is nog steeds met de stad aan het zoeken naar een geschikt rugbyveld.

De entente kreeg zelfs al een culinaire insteek: Lokerse paardenworst met ajuin klinkt niet slecht.

Eline ziet het als een volgende stap in de ontwikkeling van de club: “we blijven groeien en zullen op termijn zeker met een eigen seniorenteam aantreden. De samenwerking met Lokeren is een goed voorbeeld van streekgenoten die elkaar omhoog duwen. We kijken alvast enorm uit naar de samenwerking.”

Aalst-Lokeren werd ingedeeld in de poule regionale 2 – Oost met clubs als Celtic 3, Vorst, Tongeren en Heusden-Zolder.


Rugby wordt in 121 landen gespeeld door 8,5 miljoen spelers waarvan 2,2 miljoen vrouwen. Het WK rugby is na het WK voetbal en de Olympische Spelen zelfs het 3de grootste sportevenement ter wereld!

De Belgische Rugby Bond (Frans: Fédération Belge de Rugby) wordt afgekort met FBRB en is de Belgische sportbond die verantwoordelijk is voor het organiseren en ontwikkelen van rugby in België. 


De federatie werd opgericht 24 november 1931, was één van de oprichters van de FIRA - Association Européenne de Rugby op 2 januari 1934, en is daarmee dan ook meteen één van de oudste Europese federaties. 
De bond werd opgericht op initiatief van de Rugby Club Français, die in 1910 was opgericht door Jean Rey, een toekomstig eerste trainer van het nationale team. 
Het waren wel de Britten van de British Sport Club uit Antwerpen, opgericht in 1919 en Brussel (1925), die rugby hadden verspreid in België. De eerste raad van bestuur werd gehouden op 20 januari 1932.

De eerste wedstrijd van het nationale ploeg werd georganiseerd 13 maart 1932 en eindigde in een gelijkspel in Nederland, 6-6. Vanaf 1932 speelden ze een jaarlijkse wedstrijd tegen Nederland. 

Ook na de Tweede Wereldoorlog speelde België vooral tegen Nederland. De meeste van deze wedstrijden wonnen ze. 

In de jaren 60 ging België steeds meer tegen andere landen spelen, zoals bijvoorbeeld tegen Spanje. Deze nieuwe tegenstanders bleken echter een maatje te groot voor België en dus kreeg de sport nog niet echt de aandacht die bijvoorbeeld het voetbal toen wel had. 

Vanaf de jaren '80 gingen we echter veel meer wedstrijden spelen en ook tegen steeds meer verschillende tegenstanders uit Europa. 
Het spelritme steeg zienderogen en sedert de eeuwwisseling slaagden de Belgen er dan ook in om gestaag te klimmen op de wereldranglijst. 



Tegenwoordig komt België uit in de hoogste klasse van het Rugby Europe International Championships. Dit is de hoogste Europese klasse onder het gesloten Zeslandentoernooi.

Eén van de bekendste spelers van het Belgische rugbyteam was wel Jacques Rogge, de latere voorzitter van het IOC.

De bond staat in voor de nationale ploegen en de nationale competities, de provinciale competities en de organisatie van districten, clubs, managers, spelers, trainers, onderwijzers en ambtenaren in de rugbysport. 
De FBRB heeft twee regionale takken, namelijk de VRB (Rugby Vlaanderen) in Vlaanderen en de ligue francophone belge de rugby (LBFR) in Franstalig België.

Rugby Vlaanderen ondersteunt logischerwijs in Vlaanderen de clubs die vormgeven aan de groei van de sport. De organisatie voorziet in opleidingen tot scheidsrechter, trainer en een grote focus op jeugdwerking. Voor clubs zijn zij een enorme steun, zowel voor administratieve en materiële steun.

Of men in Aalst al aan het denken is aan de nationale ploeg, dat is niet meteen duidelijk, maar dat men in de nieuwe club niet vies is van enkele straffe statements valt af te leiden uit hun Facebookposts en info op het internet.

“Rugby is a hooligan’s game played by gentlemen, in Oilsjt zentj Ajoinen”

en op 17 mei ter gelegenheid van de internationale dag tegen holibi-en transfobie: 

Bronnen :

HLN 04/06/2020
rcaalst.be
FacebookPagina Rugbyclub Aalst 27/9/2020
Het Nieuwsblad 8/6/2015
sportkipik.be
rugby.vlaanderen/team/sint-jozefscollege-aalst/

dinsdag 21 april 2020

Magda Paepe - Jan Borms : 'Doe mee'


Sedert midden jaren ’70 kon men op zondagmorgen de beentjes strekken en meeturnen met het BRT programma ‘Doe mee’.
Twee Aalstenaars lagen hier mee aan de basis en zorgden er onder andere ook voor dat ‘turnen’ in Aalst steeds een belangrijke plaats in de sport- en ontspanningswereld heeft ingenomen.

Het programma werd uitgezonden op zondagmorgen om 9u00 en  werd herhaald op zaterdag om 14u00. Dat echter niet iedereen akkoord was met het vroege zondaguur, kan gelezen worden in een opiniestukje van 14 maart 1980 :

(BRT tv) Bent u wakker op zondagmorgen? 
Bent u fit genoeg om te turnen op de muziek van ‘Doe mee’? 
Kan u volgen als even later een hoogst interessant programma herhaald wordt? 
Kan u genoeg belangstelling opbrengen voor ‘Konfrontatie’ of ‘Open school’?  
Ik niet, ik wil zoetjes wakker worden en ik heb er een gloeiende hekel aan mijn zondagse pistoletjes op te eten bij Joos Florquin. 
Dat de BRT ons alsjeblief gerust laat en al die uiterst boeiende programma’s, want dat zijn ze, op een schappelijk uur uitzendt

Doe mee’, het BRT-programma met 'tips en tricks' om gezond en fit te leven bevatte onder meer oordeelkundig samengestelde recepten en vertrouwelijke gesprekken met een arts. 
Hun uitgangspunt was dat men het leven niet kan verlengen, maar integendeel wel kan verkorten en dit door onder meer het verwaarlozen van de zogenaamde ‘risicofactoren’
Deze risicofactoren onder controle houden betekent onder andere een degelijk ‘algemeen menselijk prestatievermogen’ opbouwen dat ruimer te zien is dan enkel een ‘lichamelijke prestatie’.

Ook dat laatste (ook wel eens physical fitness genoemd) is op zijn beurt ook ruimer te zien dan enkel maar ‘vrij zijn van ziektes’.
  

De band met het publiek was bijzonder goed, en de kijkcijfers logen er dan ook niet om. Toen de eerste aflevering werd uitgezonden kon men rekenen op 'amper' 35 000 dapperen, aan het eind van het jaar waren dat er al 250 000!

De vijf presentatoren (op onderstaande foto van links naar rechts) Myriam Saels, Magda Paepe, Jan Borms, Johny Voners en Kris Smet, turnden, kookten, en gaven gezondheidstips dat het een lieve lust was.
De drie rubrieken bestonden uit 10 minuutjes turnen met Magda en Jan, 10 minuten in de pot roeren met Myriam Saels en een begrijpelijk dokterspraatje met afwisselend een huisarts, een kinderdokter, een psychiater en een cursus EHBO van het Rode Kruis dat aan elkaar werd gepraat door Kris Smet.

Johny Voners speelde er met plezier en overtuiging ‘het slechte voorbeeld’. Hij was eigenlijk ook een beetje de vreemde eend in de bijt, want hij wist eigenlijk niets af van turnen of koken. Hij was het dan ook regelmatig (gespeeld of echt?) oneens met de raadgevingen van de dokters. 
Wat men hem zeker niet kon verwijten was wel zijn ongelooflijke bereidwilligheid en strijdvaardigheid. 
Iemand nodig met een gebroken been voor de EHBO cursus? 
-> Johny lag al te kermen. 
Iemand nodig om te kijkers te tonen hoe ‘stijf’ sommigen onder ons hier rondlopen? 
-> Johny stond al te trappelen van ongeduld, wel is waar zonder warming-up ...
Iemand nodig om te tonen hoe men best niet in de zetel zit?
-> Johny lag al krampachtig zijn best te doen om toch maar zo diep mogelijk in de kussens te duiken...

En terwijl een boekweitkoek gepromoot werd als zijnde ‘gezonde voeding’ wou Johny het eerder hebben over ‘een klont boter en een goed stuk spek’...  
Laat het nu net Johny Voners zijn die zijn televisie carrière verder zette en later wereldberoemd zou worden door zijn 'dagschotels' in F.C. De Kampioenen' …

Dat de kijker wel degelijk meedeed, bewezen de talrijke lezersbrieven met nuttige wenken, bedenkingen, maar ook opmerkingen als het wat te moeilijk of te technisch werd.

Een goede gezondheid wou men dus bereiken door middel van een bewegend leven, een kwalitatief goede en evenwichtige voeding en een mentale en fysische gezondheid.

Vooral bij het ‘bewegend leven’ werden Magda en Jan betrokken.
Onder de vorm van enkele gymoefeningen poogden zij de kijker te sensibiliseren en hen bovendien op een concrete en aangename manier te helpen door duidelijke instructies te geven.

Magda Paepe en Jan Borms, beiden dus bekend van het programma ‘Doe mee’ zijn beiden geboren in Aalst, in volle oorlogsjaren.

Magda Paepe is de kleindochter van kunstenaar Cyriel Poep, gewezen voorzitter van de Bond voor
Oud-leerlingen van de Academie voor Schone kunsten te Aalst (B.O.L.A.S.K.A.).

Magda is geboren op 28 december 1943 en is in Aalst zeker geen onbekende. Haar ouders hadden een klerenwinkel in de Koolstraat.
Ze is oud-leerlinge van de ‘Dames Van Maria’, beter gekend als ‘De Dams’.  Het grootste deel van haar vrije tijd bracht ze door bij de scouts (gidsen) en bij de balletschool, maar vooral ook bij de ‘Turnkring Aalst’.  
Haar latere studiekeuze bleek dan ook helemaal geen verrassing te zijn : het werd ... LO Sportkot Leuven.


De eerste drie jaren moest ze ‘bij de nonnen’ les volgen. Het werd een toffe maar fysiek zeer zware tijd. Het pendelen tussen Aalst en Brussel maakte dat er eigenlijk enkel kon gestudeerd worden tijdens de weekends, in de vakantie en tijdens de blok.

Ze studeerde af als licentiaat-geaggregeerde HSO lichamelijke opvoeding aan de KUL in 1963. 
Tijdens diezelfde zomer trok ze naar Canada waar ze samen met Valeer Stijnen de colleges en demonstraties van professor Bottu mocht ‘opvrolijken’ met proeven aan de toestellen en ritmische gymnastiek. De professor was naar Canada getrokken om er zijn ‘Scandinave dynamique’ te prediken, een 'nieuwe' soort gymnastiek die hij ook vereeuwigde in een boek.

Na deze twee maanden werd ze opnieuw aan ‘De Dames van Maria’ verbonden, dit keer als turnlerares, en dat zou ze 34 jaar gemotiveerd volhouden.

Intussen was Magda ook gelukkig getrouwd met Jan Borms (1969) en kwamen er ook twee dochters, Kim en Jutta. In 1972 verbleef het jonge gezinnetje gedurende vier maanden in Zuid Afrika.
Jan werkte er als gastdocent, zijzelf kon genieten van haar tweede zwangerschap. 

Ze bleef nog 15 jaar actief in de Turnkring en 10 jaar in de balletschool.

De presentaties in het TV familieprogramma Doe Mee (wat ze gedurende 8 jaar meepresenteerde) werden onvergetelijke ervaringen …

Toen de studerende dochters meer aandacht opeisten stopte ze echter alle nevenactiviteiten en bleef alleen actief met lesgeven op school en tennis na de school.
Op 1 januari 1998 heeft ze er een streep onder getrokken. Van een ‘Kimback’ was toen nog geen sprake en de spreekwoordelijke streep mocht dan ook als definitief einde van de carrière worden beschouwd.

Dank zij de T.B.S. uitstapregeling op 55 jaar begon het zalige leven na de school onder het motto “alles mag, niets moet”. Er kwamen nieuwe uitdagingen zoals antiekrestauratie, bloemensierkunst, gastronomie, tuinieren, Portugees studeren enz.
Het koppel bleef trouw aan skiën, tennis, aerobics, nog meer en verder reizen, de V.S., Canada, Australië, China, Brazilië, Nieuw-Zeeland, India, Zuid Afrika, Namibië, Vietnam, Cambodia, Thailand, Laos, Hawai, Cuba….

Op de eerste plaats wordt er nu genoten van de kinderen en de kleinkinderen.
Kim is psychiater, woont in Kleine Spouwen (Limburg), is gehuwd met Peter Van Lint, gastro-enteroloog, en heeft 4 kindjes (Pepijn, Kato, Dauwe en Mare).
Jutta, die in 2003 Expeditie Robinson won, heeft een eigen praktijk van holistische geneeskunde thuis in Tielrode. Ze huwde op 08/08/2008 met de neef van Hugo Offeciers, Edwin Van Muylder, ostheopaat en acupuncturist. In 2010 kregen ze hun eerste kindje, Merel.

Jan Borms volgde na zijn humaniora H.I.L.O. aan de RUG. Zoekend naar een leeropdracht begon hij
in Aalst als bijzonder leraar turnen in het Stedelijk Lager Onderwijs.
Jan woonde op de Boudewijnlaan, en de buren konden dus wel eens meegenieten als hij aan het trainen was.

Daarna werd hij werkleider va het Hoger Instituut voor Lichamelijke Opvoeding aan de VUB, voornamelijk in de sector ‘Menselijke biometrie en bewegingsontleding’.

In 1963 vertelde hij wat zijn eigenlijke taak was als ‘turnleraar’.

In het beginsel bestaat mijn werk erin de aspiranten – jongens van 13 tot 16 jaar – en de grotere turners de technische aspecten van de turnoefeningen aan te leren.
Bovendien houd ik mij bezig met de conditietrraining. Het is immers gebleken dat de opvoering van de techniek bij een turner niet mogelijk is zonder een passende power-training. om de kracht te ontwikkelen moeten er bijkomende oefeningen verricht worden.
Voor jongens onder de 16 jaar is die training echter volstrekt uit den boze. De nog niet tot volle ontwikkeling gekomen spieren worden door de krachtoefeningen gehypertrophieerd, zodoende dat ze vaak daardoor in hun groei geremd worden. Zo zullen bijvoorbeeld oefeningen met gewichten, die bij volwassenen heilzame gevolgen hebben en de spierkracht verhogen, een schadelijk gevolg hebben voor jongens van minder dan 16 jaar
."


In 1964 mocht de toen 23 jarige Jan, licentiaat in de lichamelijke opvoeding’ als ‘fullbright fellow’ tijdens een studieverblijf van 9 maanden aan verscheidene universiteiten van de staat Oregon (US) research verrichten.

Prof. dr. Jan Borms was in zijn professionele carrière onder meer 
- emeritus hoogleraar aan de Faculteit Lichamelijke Opvoeding en Kinesitherapie van de Vrije Universiteit Brussel, 
- vakgroepvoorzitter en hoofd van de wetenschappelijk eenheid BIOM, 
- Past Founding President van de 'International Society for the Advancement of Kinanthropometry' , 
- verkozen Fellow van de 'American Academy of Physical Education' , 
- fellow, 
- bestuurslid of gewoon lid van vele andere wetenschappelijke genootschappen waaronder het American College of Sports Medicine.


De turnzaal op het Vredeplein heeft hij letterlijk en figuurlijk uit de grond helpen stampen. Het is ook in die periode dat hij aktief is gaan werken in de Stedelijke Turnkring.
En het is ook daar dat hij zijn toekomstige vrouw, Magda, leerde kennen. 
In 1969 huwde het koppel.

Als lid van het Komitee der Turnfederaties was Jan ook betrokken bij het organisatiekomitee voor een rondreis van een Japanse keurturnploeg in 1972. 
Op vraag van de Erembodegemse sportjournalist Louis De Pelsmaeker, bekommentarieerde hij er de demonstratie, en dit vooral omwille van de technische kant van de oefeningen. Hij leerde er veel mensen kennen en kwam in de greep van het mediagebeuren.

Nog later sprak Lambert Van De Sijpe, een streekgenoot uit de Faluintjes, hen aan met de vraag of ze niets voelden voor een gezinsprogramma op TV.
Het sprak het koppel aan, en ze voelden zeker wat voor het concept ‘gezinsgymnastiek’. 

Het koppel nam toen ook het initiatief om Paula Semer (de toenmalige ‘leading lady’ van de televisie) te kontakteren, die hen prompt uitnodigde voor een gesprek.
Intussen, we schrijven december 1973, trad Magda samen met Mevrouw P. Van De Velde op in het TV programma ‘Stress bij de werkende en thuisblijvende vrouw’, een onderdeel van het programma ‘Alledag’.

De besprekingen over een nieuw programma evolueerden gunstig. In de afdeling ‘wetenschappelijke en nuttige programma’s’ kwam de uitzending ‘Doe Mee’ tot stand. In 1974 werden twee proefopnamen gemaakt, die echter niet werden uitgezonden, ofschoon men er toch blijkbaar wel degelijk in geloofde.

Er werd nog wat gefine-tuned en met een nieuwe ploeg, onder leiding van Nic Bal, verscheen het programma dan uiteindelijk toch op het kleine scherm.

Naast ‘Doe mee’ waren ze eveneens betrokken - als een hobby – bij nog enkele andere televisie en radioprogramma’s zoals 'Telegym', 'Gezondheidsmagazine', 'Radioconditietips', …

In 1978 ontving Jan de wetenschappelijke Van Clé prijs en later werd hij bekroond met de 1989 'Philip Noel Baker Research Award' (ICSSPE, Unesco).

Hij was oprichter en hoofdredacteur van de eerste gezondheidsnieuwsbrief in België BodyTalk, Series Editor van de internationaal befaamde Karger reeks 'Medicine and Sport Sciences' en was eveneens chairman van de 'Editorial Board van de International Council of Sport Science and Physical Education' (Status A organisatie bij Unesco en IOC)...
Schrijf dat allemaal eens op je naamkaartje :-) 

Jan was ook gedurende 25 jaar commentator voor de BRT en voor Eurosport van de belangrijkste internationale turncompetities, waaronder wereldkampioenschappen en 6 Olympische Spelen. In totaal nam hij deel aan een duizendtal TV en radioprogramma's.

In oktober 1981 verscheen in een artikel volgende opinie over doping :

Na de Olympische spelen van 1988 verscheen in de krant dat Jan Borms, voorzitter van Turnkring Aalst en leraar lichamelijke opvoeding, voor de BRT televisie in Seoel aanwezig was om deskundige commentaar te geven bij het onderdeel turnen.
Commentaar die door de vele kijkers hoog werd gewaardeerd, met een ‘10’ om het in turntermen te zeggen”.

In 1989, tijdens de uitzending van het Wereldkampioenschap turnen’  in Stuttgart stond hij er zelfs alleen voor.  Louis de Pelsmaeker mocht thuisblijven en mocht luisteren naar ‘de specialist’. 
Jaren later mocht ook journalist Carl Huybrechts niet mee naar de Olympische Spelen in Los Angeles. In een interview verklaarde hij ‘Het is duidelijk dat het feit dat ik niet naar LA mag een uiting is van desappreciatie. Gewoon het feit om door de hoofdredacteur niet in de ploeg te worden opgenomen om naar Los Angeles te gaan is echter een ontgoocheling. Vooral omdat er wel iemand bij is die met de sportredactie niets te maken heeft (en die laatste was, inderdaad …)

Zijn carrière, waartoe ook de Turnkring behoorde (de eerste stappen zette hij reeds vanaf 1959 als trainer in het kunstturnen), was meer dan een gewone hobby in termen van tijd, inzet, engagement en toewijding. 
Zijn droom dat de stad Aalst uiteindelijk ook zou kunnen beschikken over een volledig uitgeruste turnhal is intussen werkelijkheid geworden met de opening in het najaar van 2016 op de site Schotte.

https://www.turnkringaalst.be/
De Turnkring Aalst, die het levenslicht zag in 1946 is ondertussen ‘Koninlijke Turnkring Aalst’ geworden. 

Het turnen in de vereniging in een eerste periode -van de stichting tot het begin van de zestiger jaren- onderscheidde zich van meet af aan van de schoolse lichamelijke opvoeding, onder meer door het zogenoemde toestel turnen, waarbij vooral het sportieve element opviel.

Het doorgedreven zogenaamde "Olympisch turnen" deed z’n intrede in de jaren ‘60. Enige jonge ambitieuze trainers (Jan Borms, Magda Paepe, Cor Van der Goeten) voerden zowel de kwaliteit als de kwantiteit van de trainingen gevoelig op. Het resultaat liet niet lang op zich wachten. 
Op enkele jaren tijd veroverde de kring meer dan 30 regionale en nationale titels. Het absolute hoogtepunt was 1964 met 4 nationale jeugdtitels en de trofee van de sportverdienste van de stad Aalst.

Vandaag staat de koninklijke turnkring open voor zowel recreatieve gymnasten als voor gymnastiek op competitieniveau (tumbling en acro).

Magda en Jan ...
Een koppel dus dat heel veel betekende 
voor de Aalsterse (en nationale en internationale) turnwereld !

Meer info over de turnkring : HIER 


Bronnen :

Viering Jan Borms (via turnkringaalst.be)
HLN 11/1963 (via turnkringaalst.be)
HLN 1977 (via turnkringaalst.be)
HLN 9/1967 (via turnkringaalst.be)
Aalsters Nieuw Magazine van februari 1976 (via turnkringaalst.be)
Teletop januari 1980 (via turnkringaalst.be)
‘Telegym’, BRT 1981, Magda Paepe en Jan Borms
KUL : prom64.one
De Voorpost 11/11/1988
delcampe.be
ronnydeschepper.com (interview Carl Huybrechts) 6/7/2016
Dag Allemaal oktober 1989

dinsdag 10 maart 2020

Du Parc

In DIT artikel had ik het al over de hele geschiedenis van 'Du Parc' (eigenlijk 'Bosteels-De Smeth'),
een bedrijf met een heel lange geschiedenis in Aalst … tot op het moment dat het verkeerd ging, het bedrijf verdween en de gebouwen stonden te verkrotten.

De oude Du Parc-site werd menigmaal opgeschrikt door brand en vooral het oude directeursgebouw aan de overkant van sporthal ‘Schotte’ moest er na de renovatie van deze laatste dus verschillende keren aan geloven. Op den duur was het niet verantwoord meer … Muren stonden op instorten, alle stabiliteit was verloren en het pand werd onveilig gemaakt door junkies, spelende kinderen enz.

Bij één van de laatste branden in het oude directeursgebouw (we spreken over 2015) werd trouwens beslist om het gebouw gecontroleerd te laten uitbranden. Enkel de muren bleven dus nog staan.

In de andere gebouwen was het alsof men alles ineens heeft moeten bij mekaar rapen en halsoverkop is vertrokken. Persoonlijke spullen van arbeiders, computers, machines, bobijnen, … het lag er nog allemaal zoals op de laatste werkdag.




Er werd een archeologisch vooronderzoek gedaan om na te gaan of er waardevolle archeologische resten waren op de site. Ook werden er gegevens verzameld over de geografische en landschappelijke structuur van het gebied.
Du Parc was dus verlaten sinds 2001, maar tegen het eindejaar van 2019 kwam daar, na lang getouwtrek met de curatoren en de stad, toch verandering in.
Investeerder Hans De Neef leek eerst geen sloopvergunning te krijgen voor het leegstaande fabriekspand omdat er geen ecologische brug voorzien was in zijn plannen, maar toen men na wat vertraging toch inzag dat het beter was om het project te laten doorgaan, is het snel gegaan.

Er werd maar liefst 7 miljoen euro geïnvesteerd in de herontwikkeling van de vroegere kousenfabriek en in de gerenoveerde gebouwen kwamen er een klim- en bolderzaal, een zaal voor socio culturele events, een zaal voor crossfit, een trampolinepark, een binnenspeeltuin, een judozaal, een multifunctionele sportzaal en een restaurant.

Begin 2020 is men alles nog aan het afwerken en optimaliseren, maar het belooft zeker een prachtstukje renovatie te worden, met oog op het verleden.
De historische site van Du Parc wordt na deze fikse opknapbeurt verhuurd aan bedrijven en verenigingen die op zoek zijn naar 'iets speciaals' … een inspirerende werkomgeving, een aangename plaats om te sporten, … Het kan er allemaal.
De gebouwen werden volledig gerenoveerd met respect en aandacht voor de uitstraling van het historische. De statige gevels bleven behouden en de binnenkant kreeg een grondige opknapbeurt.

De oude fabriekswanden (5000 m2) werden gestraald en de staalstructuur werd brandwerend gemaakt. Eind december 2019 werd nog eventjes een exploitatieverbod ingesteld voor alle activiteiten omdat de stedenbouwkundige vergunningen nog niet volledig in orde waren en de verzekering ontbrak.

Alles kwam echter in orde, en de projecten konden starten ...

Volgende projecten vonden er hun onderkomen :

National Culinary team :  zij kunnen er trainen met een keukenbox om deel te nemen aan nationale en internationale wedstrijden, en ze geven er ook workshops.

SuperShe. : een centrum specifiek voor vrouwen waar richtlijnen worden gegeven omtrent gezondheid en sport. Ook fitness en workshops.

De Speelerij : onder het motto : 'je stopt niet met spelen omdat je oud wordt, maar je wordt oud omdat je stopt met spelen' is er ook een vernieuwende binnenspeeltuin aanwezig. Er is een polyvalente zaal die te huur is voor familiefeesten, communiefeesten, babyborrels en nog van dat leuks. Kleur en vrolijkheid doen het grijze industriële verleden dat zich tot nog niet zo lang geleden op deze plaats bevond.


Het Leerstadion : educatieve sportkampen tijdens de vakantie waaronder lesssen, individuele begeleiding of in groep, voorbereiden examens, vakspecifieke begeleiding

Les Créateurs du Parc : is een polyvalente ruimte van 1400m2 waar creatief experiment, innovatieve ambities, artistieke mensen en creatief (startende) ondernemerschap samensmelten. Een plek waar mensen dingen bedenken, maken en gepassioneerd zijn in hun metier! Een interessante dynamiek tussen industrieel erfgoed in combinatie met creatieve bedrijvigheid. Les Créateurs du Parc biedt atelierruimtes aan voor zowel kunstenaars als creatieve ondernemers en bezit eveneens een galerijruimte van +/- 112m2 voor zowel individuele tentoonstellingen als groepstentoonstellingen.
In de workshopruimte van +/- 95m2 kunnen kunstenaars en creatieve ondernemers workshops of lezingen geven voor creatieve mensen met een bijzonder initiatief.

De Bonnetterie : het evenementenbureau ‘A Point Events’ laat in samenwerking met ‘Ecco La Luna’ op deze nieuwe locatie teambuildings voor bedrijven of andere groepen toe in een polyvalente zaal. De zaal kan ook voor andere, recreatieve doeleinden gebruikt worden. Hierbij kan ook drank en eten voorzien worden. Er is meer dan 500 m2 aan evenementenruimte voorzien, wat dus heel wat mogelijkheden creëert..

Fit Center Du Parc : organiseert naast sportlessen gaande van Fitclub tot Bootcamp, van Strong by Zumba tot Nia Dance, van Hatha Yoga tot Boxing, van Wandelen tot Run2GetFit, ook Voedingsbegeleiding, Beautyworkshops en Kookworkshops. 16 zelfstandige sport- en voedingscoaches slaan de handen in elkaar voor het aanbieden van de lessen en workshops waar zonder abonnement kan voor ingeschreven worden. Ervaringsdeskundigen helpen je om fitter te worden. Bootcamps en conditie- en krachttrainingen gaan bij goed weer door in het park. Het groen dat de site omringt wordt dus ten volle benut. Ook de lessen 'nordic walking' vinden hun plaatssje in het prachtige stadspark.

De 'bouwpolitie' heeft de werken in september 2019 eventjess gedeeltelijk laten stilleggen. Er was immers geen geldige vergunning voor één van de projecten die er zich zou vestigen. De projectontwikkelaar had 200 vierkante meter voorzien voor een lingeriewinkel, met daarbij ook ruimte voor verwijzingen naar het verleden van de textielsite.  Een textielmuseum dus,  maar gebonden aan een winkel. Vermits de site staat ingekleurd als zone voor dag- en natuurrecreatie … mag er geen handel gedreven worden op de site. Een nieuwe plek voor de winkel (Fidouica) werd gevonden op het Vredeplein.

Nadat de historische gebouwen een nieuwe thuishaven werden voor de jeugd, dienden ook de krakers van de oude directeurswoning een nieuw onderkomen gaan zoeken.

Pascal Van Geert en zijn zus Jasmine openden op 7/3/2020 een 'unieke foodbeleving aan het stadspark in Aalst'. 
Table du Parc’ werd een nieuw ontbijt-, lunch- en brunchrestaurant waar de gasten verwend worden met herkenbare gerechten van gezonde, biologische en lokale ingrediënten.

Mindfoodness en onthaasten staan hier op de eerste plaats - naast heerlijk eten natuurlijk! 

Broer en zus Van Geert zetten niet zomaar lekkere gerechten op de menukaart. Ze leggen de focus op gezonde voeding, met biologische en lokale ingrediënten. Zo willen ze hun klanten bewijzen dat gezond eten geen beperking, maar een meerwaarde is.
De gezonde menukaart wordt trouwens onderbouwd met hun specifieke kennis en ervaring rond voeding’.

Zo zal Pascal Van Geert de keuken leiden. Hij is een hobbykok met een uit de hand gelopen passie voor culinaire verwennerijen en enkele theoretische opleidingen achter de kiezen. Jasmine is dankzij haar job als orthomoleculair voedings- en levensstijltherapeute de perfecte vrouw om de perfecte menukaart op te stellen. Zij gaat namelijk op zoek naar het juiste voedingspatroon om je lichaam optimaal te laten functioneren en je energieniveau op te krikken.

De ligging van de site is alvast ideaal om de drukte eventjes te ontlopen ... aan de rand van het stadspark van Aalst,  ... en de hongerige sporters vinden snel genoeg een smakelijke en gezonde maaltijd.

De transformatie van de site is indrukwekkend. 
Toen ik vroeger ging wandelen in het park viel de enorm slechte staat van de gebouwen onmiddellijk op ... kapotte ramen, platgewaaide omheiningen, vervallen tot en met ...


Tegenwoordig is het er totaal anders.
De huizen aan de straatkant werden afgebroken, enkel het directeursgebouw werd behouden, opgekalefaterd en opengesteld als restaurant.
De fabrieksgebouwen bleven staan, werden grondig aangepakt en staan momenteel 'te blinken' alsof er nooit iets gebeurd is.

Na Schotte werd dit dus een tweede enorme verandering in de buurt van de Kapellekensbaan.
Louis Paul Boon zou het allemaal niet goed meer herkennen … Ondinneke evenmin. 


Bronnen

seniorennet.be ‘mindfoodness’
duparc.be
foto’s FaceBook
tvoost.be 5/9/2019
feestzaalaalst.be
openvld.be
despeelerij.be
raap belgie - rapport 059 site Du Parc 2017
De Standaard 21/12/2019
HLN 3/10/2018 - 22/5/2019
rei-projects.be