Nieuws uit Aalst

--------- 't Principoilsjte vandaug es da ge ni te veil complementen mokt en genietj van 't leiven ! - - - - - - - Covid-19 : Blijf aub toch voorzichtig en denk aan uw medemens !! - - - - - - - Deel enkel berichten van officiële bronnen om fake news te vermijden !!! - - - - - - - -
Posts tonen met het label carnaval - geschiedenis. Alle posts tonen
Posts tonen met het label carnaval - geschiedenis. Alle posts tonen

maandag 8 april 2024

Arend carnaval - 'Onzen Arend'

Op zondag 7 april trok een carnavalsstoet doorheen de straten van Aalst ....

Huh? Was dat feestje al niet lang voorbij? Ergens in februari, niet?

Inderdaad ...  Vele steden zullen het ons benijden, maar 'Aalst' kent eigenlijk twee carnavals

De ene, eigenlijk de 'échte', die aan het einde van de feest driedaagse op aswoensdag het begin van de vastenperiode inluidt, en een tweede die rond Pasen gevierd wordt 'oever 't woter', den Orendcarnaval


Niet zo oud, en niet zo groots, maar 'minstens even plezant' als je het aan de deelnemers vraagt. 

Hoe deze tweede carnavalsperiode in Aalst tot stand kwam? 

Wel, het was op 3 november 1979 dat in de Arendwijk het idee ontstond om een wijkcomité op te richten.
Dat zou wat nieuw leven moeten brengen in de buurt, die trouwens aan heel wat hernieuwing toe was.

In tegenstelling immers tot de stenen wijkkernen Mijlbeek, Heilig Hart en Varkensmarkt, moest deze wijkkern volgens de planners uitgroeien tot 'het groene hart', temidden van de buurten Dewaco - Horebeekveld - Dompelstraat en de eventueel nieuw in te planten buurt Boskant (tussen de Botermelkstraat en de Rozendreef). 
Veel ideeën werden gelanceerd, maar bleven eventjes in de 'ontwikkelingsfase'.

Van het idee tot het oprichten van een wijkcomité werd wel onmiddellijk werk gemaakt. Het voor het eerste gelanceerd in café 'Peken Moens' en dit tijdens de viering van Luc Moens, die in Zweden tijdens het wereldbekertornooi met het nationaal juniorenhandbalteam een mooie prestatie neergezet had. 
Luc was keeper van 'Eendracht Vrij Aalst', maar werd geselecteerd voor de nationale ploeg. 
Hij stond in de goal en het was dank zij, onder andere enkele formidabele reddingen van hem, dat ze het toen zo ver geschopt hebben.
 
Aalst op zijn kop dus natuurlijk ... wegens 'nen international' in de rangen.

Tijdens deze viering waren alle sportverenigingen uit de Arendwijk aanwezig. Ook Paul Uyttersprot van de 'Wijksportraad' en François De Schryver van 'De Lustige Vinken' tekenden aanwezig en beide heren waren meteen gewonnen voor het idee.


Er werd één en ander op papier gezet en samen zetten ze hun schouders onder de wijkvereniging. Het werd een soort comité dat overkoepelend festiviteiten in de Arendwijk zou organiseren. Deze wijkvereniging kreeg de naam 'Onzen Arend'.

'Onzen Arend' organiseerde, met de steun van het 'Stedelijk Komitee voor Vrijetijdsbesteding', een eerste vergadering in café Peken Moens, waarop alle verenigingen uit de Arendwijk (Arendstraat, Binnenstraat, Gefusilleerdenstraat, Groenstraat, Kouterstraat, Kruisstraat, Petrus Van Nuffelstraat en Rozendreef) uitgenodigd waren. 

En het bleek een groot succes te zijn. Op deze eerste vergadering werden immers 16 van de 24 verenigingen aanwezig gemeld. 
Polydoor Verstraeten werd verkozen tot voorzitter van 'Onzen Arend' en kreeg Paul Uyttersprot (ondervoorzitter) en François De Schryver (secretaris) naast zich in het bestuur. 

Later werden ze verder aangevuld met één afgevaardigde van elke vereniging uit de Arendwijk. 

Op deze eerste vergadering waren ook de uitbaters van café B.C. Arend, café De Hert, café Peken Moens, café Morta, café Sportvrienden en café 't Plasken aanwezig. Zij zouden omwille van organisatorische redenen geen deel uitmaken van het bestuur, maar beloofden wel hun onvoorwaardelijke steun aan de initiatieven van 'Onzen Arend'.

'Onzen Arend' had als doel om de verenigingen uit de wijk met elkaar te laten verbroederen door samen uiteenlopende activiteiten in de wijk te organiseren en ondersteunen. Door dit initiatief wou men de wijk en haar folkloristische gebruiken doen herleven.

De eerste activiteit werd een duivententoonstelling. Deze vond plaats in café Den Hert op 20 januari 1980. 


Het smaakte al snel naar meer en in februari organiseerde men een kampioenschap golfbiljart in café Morta, waaraan maar liefst 12 verenigingen deelnamen. 

De wijkvereniging kreeg toen ook steun vanuit politieke hoek. Het was immers Minister Marc Galle die de medailles voor de deelnemers aan het golfbiljarttornooi uitdeelde en de finale werd ook bijgewoond door burgemeester D'Haeseleer, die meteen ook aangeduid werd als erelid van 'Onzen Arend'. 
Ook prins karnaval Enrico en kandidaat 1980 Roelandt I waren aanwezig.


In maart volgde een wedstrijd belotten in café B.C. Arend en een maand later werd er een vogelpikwedstrijd georganiseerd in café 't Plasken. 

Zo werden er het hele jaar door verscheidene activiteiten georganiseerd in de ondersteunende cafés.

Door de vele activiteiten werd het bestuur van 'Onzen Arend' al vrij snel uitgebreid. 

François De Schryver bleef actief als secretaris en Paul Uyttersprot werd benoemd tot nieuwe voorzitter van de wijkvereniging. 
Verder werd Julien Vinck aangesteld als erevoorzitter en werd het bestuur aangevuld met Willy Janssens, François De Nys, François Roelandt, Georgette Van de Meersche, Gunther De Schryver, Jan Boeykens, Marc Linthout en Philemon Van den Brempt.

Aan de 'andere kant van 't water' kende men intussen een heel succesvol 'Zomercarnaval van de Koolstraat' en men speelde dan ook hier met het idee om eens 'iets grootser' te organiseren ... een wijkfeest waar men ook op linkeroever zou van spreken. 

Het was Walter Van der Schueren die met het voorstel op de proppen kwam om in de Arendwijk zelf ook een eigen carnavalsfeest te organiseren. 
De wijk werd tijdens 'het grote Aalst Carnaval' immers wat vergeten, alles speelde (en speelt) zich uiteindelijk af op en rond de Grote Markt en het Vredeplein,  en een eigen carnaval zou de wijk zeker een 'upgrade' geven. 
Van der Schueren, die ook eigenaar was van een stokerij, zou deze feesten sponsoren.

Het bestuur nam het voorstel heel enthousiast aan en besliste om 'Arendcarnaval' te organiseren op 8 maart 1981. 
Er werd meteen een aanvraag ingediend bij burgemeester D'Haeseleer en reeds op 7 januari 1981 was alles 'in de sakosj'. De toestemming van de stad voor de organisatie van een eigen carnaval in de Arendwijk was een feit. 

Wat gestart was als volksvermaak met verschillende caféspelen, groeide zo uit tot een eigen, 'grootse' carnavalsviering.

Men had uiteraard niet gewacht op deze toestemming om alvast al werk te maken met het uitwerken van ideeën en werden al de nodige contacten gelegd met verschillende carnavalsgroepen en verenigingen. Toen de goedkeuring er was, werd er niet gedraald en werden deze officieel uitgenodigd om één week na Aalst Carnaval deel te nemen aan de eerste Arendstoet. Dankzij de steun van enkele lokale handelaars, waaronder beenhouwer Jef De Wolf en Walter Van der Schueren van stokerij Van der Schueren, werden de nodige fondsen verzameld.

De vorming van de 1ste Arendstoet vond plaats in de Mijlbekelaan en de Groenstraat, vanwaar de stoet zich op gang trok om vervolgens de Rozendreef, Petrus Van Nuffelstraat, Binnenstraat, Geldhofstraat, Zavelbaan, Ouden Dendermondsesteenweg, Dompelstraat, Binnenstraat en Groenstraat aan te doen. 
De ontbinding vond toen plaats in de Mijlbekelaan. 

De stoet werd voorafgegaan door een reclamestoet met 45 wagens, die om 14u vertrok. De organisatie had De Denderruiters, fanfare De Jonge Garde, De Gentlemens, Sjik, Schiefregt'Oever, De Moikes, De Pikante Kastaars, Door Zemmen Na, De Brikaljons, De Kamillekes en het Davidsfonds kunnen strikken, aangevuld met enkele lokale groepen uit de Arendwijk. 
Langsheen het parcours had men trouwens ook een tribune gezet, waarop 200 personen konden plaats nemen. 
Ondanks het slechte weer, kon deze eerste Arendstoet toch rekenen op heel wat aanweigen. 

De organisatoren toonden zich achteraf heel erg tevreden, al hadden ze toch wel gehoopt op een beetje meer belangstelling en deelneming van de Aalsterse carnavalsgroepen en -figuren van 'oon den oeverkant'. 
Onder de aanwezigen waren wel Europaprins Enrico, Prins Van Oost-Vlaanderen Paul De Wever en Prins Carnaval Stefaan Vinck, maar het Stedelijk Feestcomité had blijkbaar toch wat bedenkingen bij het Arendcarnaval en bleef de grote afwezige.

Op de algemene vergadering van 'Onzen Arend' van 26 oktober 1981 stelde erevoorzitter Julien Vinck voor om het traject van de Arendstoet uit te breiden, en François De Nys, die ondertussen voorzitter geworden was, had het idee om jaarlijks een eigen Arendprins te verkiezen, naar analogie met 'het grote carnaval'. 
Beide voorstellen werden positief onthaald door de rest van de bestuursleden en werden goedgekeurd.

Door het enorme succes konden steeds meer en meer handelaars en cafés overtuigd worden om mee te werken aan het Arendcarnaval en werden de festiviteiten elk jaar uitgebreid. 

'Onzen Arend' kon ondertussen rekenen op 12 cafés die hun steun verleenden : Peken Moens, 't Plasken, Johny Boys, Krefters, 't Walleken, De Belskens, Parking, Den Hert, BC Arend, Morta, Drie Velden en Zoeten Inval. 

Het traject werd uitgebreid en men kon ook meer carnavalsverenigingen aantrekken. 
Ook bij de Aalsterse carnavalsgroepen was er steeds meer interesse om deel te nemen aan de Arendstoet en het aantal lokale groepen uit de wijk groeide. 
Zo werden AZ77, De Bierleppen, d'Echte Stienaten, De Verstoeitelingen van St.-Gedula en De Clochards van Den Hert vaste waarden in de Arendstoet. 

In 1985 kende men ook daar de opmars van 'het Nominetjen' ... Hierbij het eerste exemplaar van prinsj Willy II uit 1985.


Het aantal deelnemende groepen steeg eind de jaren ’80 tot 50 en aan de reclamestoet namen maar liefst 100 wagens deel.

Met François De Nys en François De Schryver aan het roer kende het Arendcarnaval haar gloriedagen. 

Aan de festiviteiten werd op zaterdagavond ook nog een fakkeltocht toegevoegd en vanaf 1986 werd er ook een een Voil Janettenoptocht en popverbranding georganiseerd op maandag. 

Tijdens de popverbranding zorgde slagerij Ignace Van Stichel jaarlijks trouwens steeds voor een prachtig vuurwerk. 
Men bleef ideeën rapen op linkeroever en naar analogie van de Ajuinenworp werd nu ook een heuse 'Arendworp' georganiseerd. De winnaar mocht hier geen gouden ajuin, maar uiteraard een Gouden Arend in ontvangst  nemen. De publieke belangstelling was groot en tijdens de stoet stond het volk in dikke rijen langs de kant.

In de jaren '90 noemde het organiserend comité zichzelf 'Het Ieneg Echt Orends Fiëstkommetoit' en droegen de leden een typerend kostuum met blauwe buishoed. 
Elk jaar openden ze officieus het Arendcarnaval tijdens een persconferentie in één van de cafés van de Arendwijk. Hierbij mochten François De Schryver of François De Nys het openingslint doorknippen.

Het Ieneg Echt Orends Fiëstkometoit koos elk jaar ook 3 ereleden, of personen die zich ingezet hadden voor het Arendcarnaval

1992 François De Schryver, François De Nys, Walter Van der Schueren

1993 Paul Uyttersprot, Louis De Wolf, Freddy Beeckman

1994 Erwin Steenhaut, Luc Van Der Haeghen, Willy Rijdant

1995 Jan Boeykens, Ronny Verleyen, Marc De Vijlder

1996 Kris De Poorter, Guy Walgraef, Bart De Nys


1995 werd een 'speciaal' jaar : Bij de officieuze opening van het Arendcarnaval in 1995, reikte het Ieneg Echt Orends Fiëstkometoit immers maar liefst 15 Arend-awards uit aan de meest verdienstelijke personen, gebeurtenissen en groepen uit de voorbije 15 jaar van het Arendcarnaval. Dit ging dus met andere woorden over een periode van bij de eerste organisatie tot het jaar 1995.

1981 Organisatie van het jaar :  Orend Carnaval
1982 Prins van het jaar :  Willy Janssens
1983 Sponsor van het jaar :  Vds
1984 Verliezer van het jaar :  Jan Hunninck
1985 Lied van het jaar :  Ja, den Orend
1986 Groep van het jaar :  De Bierleppen
1987 Ontvangst van het jaar :  Jan Boeykens
1988 Inwijkeling van het jaar :  Fons Den Brusseleer
1989 Voil Jeanet van het jaar :  Guy Cornand
1990 Eierworp van het jaar :  Kris De Poorter
1991 Worp van het jaar :  Arendworp
1992 Val van het jaar :  Willy Wauters
1993 Verdwijning van het jaar  : Maarten Van Klink
1994 Duik van het jaar :  Marc De Vijlder
1995 Jubilee van het jaar :  15 jaar Orend Carnaval

Het succes bleef jammer genoeg ook niet op het niveau zoals het ooit geweest was en de interesse voor de Arendcarnaval bleek wat weg te ebben. 

Het tijdperk van François De Nys en François De Schryver, die samen het Arendcarnaval groot hadden gemaakt, kwam jammer genoeg ook stilaan ten einde in die periode. Men kan immers niet eeuwig blijven doorgaan. 

Eind de jaren '90 maakte voorzitter François De Nys al plaats voor Willy Rijdant en in 2005 nam ook François De Schryver afscheid als secretaris van 'Onzen Arend'.

Dat jaar werd de 25ste Arendcarnaval gevierd, waardoor het Arendbestuur uitpakte met een wagen met alle voormalige Arendprinsen en 25 bekers voor de mooiste en properste Voil Janetten. 

François werd ter gelegenheid van deze editie benoemd tot erevoorzitter van het Arendbestuur. 
Zijn secretariaatswerk werd overgenomen door Erwin Steenhaut, die op dat moment al archivaris en webmaster van het Arendcarnaval was. 
Ook François Roelandt (ondervoorzitter) werd dat jaar trouwens gehuldigd voor '25 jaar dienst'.

En ook Dennis De Wolf kreeg en ereschavotje en werd gehuldigd als ontwerper van het Arendembleem. 

Door zware sneeuwbuien was de opkomst dat jaar echter niet zo groot en werd de stoet vooral vanuit de huiskamers gevolgd.

In de jaren 2000 liepen er trouwens nog maar een handvol Arendgroepen mee in de Arendstoet, waaronder De Bierleppen, Akabe, De Gesdoikers, D'Iete Dellen en De Staafkes. 

Jaar na jaar werd het voor het Arendbestuur moeilijker en moeilijker om alles rond te krijgen. 
Vooral op financieel gebied had men wel wat katjes te geselen. Het Arendcarnaval werkte immers zonder subsidies van de stad en moest het vooral van sponsorinkomsten hebben. 

In 2006 onthulde Arendprins Staaf het ontwerp voor een eigen Arendreus. De reus werd een eerbetoon aan François De Nys en liep in 2007 mee in de Arendstoet. François was in 2006 immers onverwachts overleden en een passend eerbetoon was dus zeker op zijn plaats.

In 2007 trok Erwin Steenhaut aan de alarmbel en verklaarde hij in de krant dat het Arendcarnaval met financiële problemen kampte. 
Na 2005 was het bergaf gegaan met het Arendcarnaval. Er was minder interesse van de Aalsterse groepen en ook de sponsorinkomsten namen af. Ook heel wat leden hadden het Arendbestuur ondertussen verlaten en na het vertrek van Andy D'Hoker werd het voor Erwin Steenhaut te zwaar, waardoor hij zelf ook ontslag nam en in de kranten een oproep lanceerde voor versterking en verjonging in het bestuur. 

Deze noodkreet werd duidelijk gehoord en heeft de Arendwijk wakker geschud.

Elke groep voelde zich wat verantwoordelijk en vaardigde één persoon af naar het Arendbestuur. 

Onder impuls van Gustaaf Schouppe en voorzitter Willy Rijdant werd in juli 2007 een herlevingsvergadering georganiseerd. 
Tijdens deze vergadering werden plannen gemaakt voor een nieuwe start van het Arendcarnaval. Het bestuur werd uitgebreid met jong talent en er werd een opsplitsing gemaakt tussen de bestuurskern en de werkgroepen die een welomschreven taak kregen.

Naast Willy Rijdant (voorzitter) en Gustaaf Schouppe (secretaris) werden ook Kristof Roelandt (schatbewaarder), Silvie Hendrickx (PR) en Sven Cardon opgenomen in het Arendbestuur. 

Het nieuwe bestuur stelde het tijdstip van het Arendcarnaval in vraag en in 2008 werd afgestapt van de traditie om het Arendcarnaval één week na Aalst Carnaval te organiseren. 
Diegenen die hadden meegedaan en meegevierd aan die stoet, stonden misschien nog wat wankel op de benen om een week later opnieuw te feesten. Daarenboven redeneerde men dat de Aalsterse carnavalisten hun loon van die maand al opgedaan hadden.

Er werd gekozen voor een nieuwe datum, die het Arendcarnaval ineens met een maand deed opschuiven.  Tegen dan zou het nieuwe maandloon van de carnavalisten immers gestort zijn, en zou er opnieuw plaats vrijgekomen zijn voor drank en eten.

Door deze vernieuwingen en de verjonging in het bestuur raakte het Arendcarnaval er stillejesaan weer bovenop. Ook aan het programma van het Arendcarnaval werd gesleuteld. 

In 2011 overleed François De Schryver. Voor zijn dood verbleef hij enkele jaren in woonzorgcentrum Denderrust in Herdersem. Het is steeds de traditie geweest dat de nieuwe Arendprins zich een dag na de verkiezing ging voorstellen bij hem. Voor hij naar het woonzorgcentrum verhuisde, volgde hij het Arendcarnaval mee vanachter zijn raam. Op de begrafenis was ook een delegatie van het Aalsters Feestcomité aanwezig.  De priester omschreef François als volgt: “François was geen carnavalist. Hij verkleedde zich nooit. Het bleef beperkt tot het opzetten van een buishoed. Hij was wel een sociaal mens. Zijn engagement voor de arendcarnaval was er voor de mensen die niet naar Aalst konden gaan om daar de stoet te volgen.” De leuze van François De Schryver was ‘Laat onzen Orend onzen Orend blijven’. 
Ook François kreeg zijn eigen reus. Als eerbetoon werd in de Arendstoet van 2011 immers een reus van hem gemaakt om de stoet te openen.

De Voil Janettenstoet verdween en het Arendcarnaval eindigde vanaf 2012 niet meer op maandag, maar op zondag. Hierdoor verhuisde de popverbranding naar zondag. De fakkeltocht bleef voorlopig wel behouden. Eén dag minder feesten dus, maar dat zou niks mogen doen aan de ambiance ... In tegendeel zelfs ... 

In 2013 werd het Arendcarnaval dan nogmaals in een nieuw kleedje gestopt. Er werd een feesttent opgericht aan het Horebekeveld, vanwaar de stoet zou vertrekken. Alle festiviteiten zouden voortaan gecentraliseerd worden rond het buurtpleintje van het Horebekeveld. Het Arendbestuur, waarbinnen Kristof Roelandt een belangrijkere rol innam, wou daarmee de sfeer van de vroegere wijkkermis rond het Horebekeveld terugbrengen. Hierdoor verhuisden de Arendfestiviteiten van de Binnenstraat en de Botermelkstraat naar het Horebekeveld.

Amper twee jaar later gingen er binnen het Arendbestuur trouwens enkele stemmen op om het allemaal nog wat kleinschaliger aan te pakken en 'Arendcarnaval' te laten evolueren naar een buurtfeest zonder stoet. 
Dat jaar vond het Arendcarnaval erg laat plaats en voor het eerst werd het feest pas na Pasen gevierd. 

Op de affiche stond voortaan ook 'Arendkermis' en niet meer 'Arendcarnaval'.  
Er werd op vrijdagavond gestart met de opening van de feesttent en een kroegentocht. Op zaterdag was er dan het kindercarnaval, met de terugkeer van een verkiezing van Jeugdprins en Jeugdprinses. 
‘s Avonds waren er optredens in de feesttent en op zondag ging de Arendstoet door de straten van de Arendwijk. 
Met dit nieuwe concept verdwenen ook de traditionele fakkeltocht en popverbranding uit het programma. De hoofdingrediënten van het vernieuwde Arendcarnaval zouden de Arendverkiezing, de feesttent en de Arendstoet worden. 
Met de Zakkeschoiters telde de stoet nog maar één echte Arendse groep meer ('den iejnegsten orendse groep'). 

Hier hun lintje uit 2014 waarin ze dit feit nog eventjes belichtten : 


Na Arendcarnaval 2015 zouden echter ook zij uit de stoet verdwijnen.

Toen burgemeester D'Haese verklaarde dat er in Aalst eigenlijk maar plaats was voor één carnavalsstoet, zag het Arendbestuur de toekomst niet echt rooskleurig in. Men kon wel blijven rekenen op logistieke steun van de stad, maar moest ook begrijpen dat aan alles een einde komt en men niet eeuwig kon blijven doorgaan met de stad doormidden te snijden en twee maal dergelijk groots evenement te organiseren. 

Het Arendcarnaval kon echter overleven en via sociale media werd de boodschap 'Den Arend is niet dood' verspreid. De organisatoren planden het feest voortaan tijdens het paasweekend en in 2018 kwam er een subsidie van 5 000 euro van de stad Aalst.

Dat zou trouwens niet de enige 'link' met Aalst worden. Terwijl de prinsenverkiezingen in Aalst elk jaar (ja, elk jaar) voorzien worden van de nodige commentaren, complottheorieën en duistere zaken, was 'den Orend' hier een beetje buiten schot gebleven. 
Tot 2018 echter.  
Jerry Vinck, alias 'De Voegel', werd in juli van dat jaar even geschorst als Arendprins, nadat er verschillende klachten over hem binnengekomen waren bij het Arendbestuur. Het was de eerste keer dat een regerende Arendprins een sanctie kreeg opgelegd. Hij werd op non-actief gezet tot aan de avondmarkt in de Arendwijk eind augustus

Het 'carnavalsgedeelte' zakte ondertussen nog wat  verder weg, en in 2019 liepen er nog amper 13 carnavalsgroepen mee in de Arendstoet. De stoet kon daardoor ook niet langer beschouwd worden als het hoogtepunt van het Arendcarnaval. 
De festiviteiten in de feesttent, met optredens van verschillende lokale, nationale en internationale artiesten, lokten wel heel wat volk. 

In 2019 konden we in Het Laatste Nieuws lezen dat het Arendcarnaval mogelijks aan haar voorlaatste editie bezig was. 
Kristof Roelandt, voorzitter van het Arendbestuur, beweerde in het artikel dat burgemeester D'Haese de Arendstoet liever kwijt dan rijk was en zag niet echt het nut meer in het steken van geld en tijd in de organisatie als er geen steun kwam. 


Roelandt stelde dan maar voor om er na de 40ste Arendstoet mee op te houden, maar pleitte er tegelijkertijd wel voor om zeker de Arendprinsverkiezing nog te behouden en om de verkozen Arendprins eventueel in de Aalsterse stoet te laten meelopen.

Deze 40ste stoet bleef echter op zich wachten, want zowel in 2020 en 2021 kon het Arendcarnaval niet doorgaan door de coronapandemie. 

In 2022 werd enkel de feesttent opgezet, waar onder anderen enkele voormalige Arendprinsen, de Nederlandse Jettie Pallettie en Sam Gooris voor optredens zorgden. 
Door de coronapandemie werd de Arendstoet dat jaar nog niet georganiseerd en was er ook nog geen nieuwe Arendprins gekozen. 
Het Kinder Orend Carnaval, met de verkiezing van de jeugdprins en -prinses, ging wel door en de drie kandidaten Arendprins, die al sinds 2020 campagne voerden, mochten hun playbackshow brengen in de tent. Tijdens Orend & Friends op zondag zongen voormalige Arendprinsen en carnavalisten hun carnavalliedjes.

Op Pasen 2023 kon de 40ste stoet dan eindelijk toch door de straten van de Arendwijk gaan. 




De eerste Arendstoet na het coronatijdperk werd trouwens een succes, met 25 reclamewagens en 20 carnavalsgroepen. Ook de groep De Zakkeschoiters, de laatst overgebleven Arendgroep die er na 2015 mee gestopt was, tekende opnieuw aanwezig. 
Door het mooie weer daagde er heel wat volk op, waardoor het Orendbestier besliste wellicht toch verder te gaan met de organisatie van het Arendcarnaval, inclusief de Arendstoet.

In 2024 zou de Arendcarnaval eens niet op Pasen plaatsvinden, maar een week later, en dat omdat 'De Ronde van Vlaanderen' tijdens het voorziene Paasweekend doorheen de stad trok.
 
Op zondag 7 april was er dan de 41ste stoet door 'de woik den Orend', onder toeziend oog van het Arendbestuur, de 'prinsjen van 'n Orend' en Orendprinsj '24 Nico Poppe Leo!

Het zonnetje was van de partij en er was al meteen een goede ambiance. Het mag duidelijk zijn, de 'Arendcarnaval' staat terug op het juiste spoor!
Dat was trouwens ook de boodschap van regerend Arendprins Nico Poppe Leo die het volgende verkondigde : 
"Ik ben speciaal voor dit weekend op de begraafplaats bij de twee François’ om goed weer gaan vragen. 
Een eerbetoon aan de twee oprichters van Arendcarnaval. Ze hebben aan mij gedacht ... Het is al een tof carnavalsweekend geweest. 
Eerst ben ik vrijdag gaan aperitieven bij ‘den berremiester van den Orend’, ‘s avonds was er de officiële opening van de feesttent. 
Zaterdag was er de kindernamiddag met heel veel kinderen. Zaterdagavond was er een kippenvelmoment, want prins Staaf heeft nog eens een liedje gezongen in de tent. Daarna hebben we een feestje gebouwd”
"Den Orend leeft nog, schrijf maar op. Het carnaval is nu 40 jaar oud, mijn doel is de 50ste verjaardag. Dan zijn we koninklijk"

Kristof Roelandt is al jaren een van de drijvende krachten achter het Arendcarnaval. “Vandaag rijden er 20 groepen mee in de stoet en er is een lange reclamestoet. Goed weer en dat is toch heel belangrijk. Ik ben tevreden over hoe het is verlopen. Er is veel volk geweest

Goeie reclame dus voor 'den Orend' en alles wijst erop dat ze daar inderdaad terug op de goede weg zijn. 


In de aanloop van de stoet in 2023 werd de Prinsenvereniging "De Prinsjen van 'n Orend' opgericht
Naar het voorbeeld van de Prinsencaemere en De Prinsengarde voor Prinsen Carnaval van Aalst, zou de nieuwe vereniging de Arendprinsen verzamelen. 


Het logo van de vereniging werd ontworpen door Dennis De Wolf en tijdens het Arendcarnaval van 2023 werd het kostuum van de nieuwe vereniging voor het eerst getoond aan het publiek. De Arendprinsen dragen een zwart kostuum en een zwart-witte prinsenhoed, waarop aan de zijkant hun prinsenjaar en naam geborduurd staat.

In de Arendstoet van 2023 waren de leden in de stoet te zien op een wagen van De Lodderoeigen.
Bij de intussen ook steeds langer wordende lijst, vinden we trouwens heel wat bekende namen en gezichten terug. 
In 1982 werd, naar een idee van François De Nys, een eerste Arendprinsenverkiezing gehouden. Heel wat kandidaten zagen (en zien nog steeds) de Arendverkiezing als een eerste test voor een mogelijke deelname aan de Prinsenverkiezing van de stad Aalst. 

Mooie voorbeelden hiervan zijn Willy Rijdant, Michel Heck, Loeken Tatjen, Kris De Poorter, Bart Neirinckx, Pascal Solemé, Dirk Van de Velde, Christophe Troch, Gary Van Overstraeten, Ivo De Troyer, Peter Van Nuffel, Kenny D'Hondt, Kevin Meert, Dennis De Wolf en Raf Sidorski ...    
Hen zagen we voor het eerst op de Arend, alvorens ze zich kandidaat stelden voor de titel van Prins Carnaval van Aalst.

Hierbij de lijst van de Arendprinsen (met daaronder hun medekandidaten)

2024 Nico Poppe Leo
                Seppe Dufour



2023 Jordy Matthieu
                Kimberly Smets, Debbie D'Haeseleer

2022        Bram Bassleer (verlenging wegens Covid-19)

2021        Bram Bassleer (verlenging wegens Covid-19)

2020        Bram Bassleer (verlenging wegens Covid-19)

2019 Bram Bassleer
                Kristof Henkens, Shana Flores, Kris De Smet

2018 Jerry Vinck (De Voegel)
                Katleen Arijs 

2017 Joerie Kiekens (Kiekes)
                Christoph Van de Gucht

2016 Tim Den Haese (Potrel)
                Jel Christien

2015 Evy Heck
                Sven Van Wymeersch, Charlotte Roelandt (Charloes), 
                Serge Monsieur (De Spersj - opgave tijdens de campagne)

2014 Nick De Schutter
                Saskia De Doncker

2013 Davy De Wolf (Batjes)
                Kris De Smet 

2012 Christophe Corthals (Cali)
                Jonathan Vlassenbroek

2011 Eric Dooms (Den Dooms)
                Christophe Corthals (Cali) 

2010 Sven Van Wymeersch
                Michael Cornand (Miki)

2009 Kenneth Van Der Cammen (De Cammen)  

2008 Dennis De Wolf
                Dirk Coppens, Raf Sidorski

2007 Dave Tanckeré (Den Dave)
                Tom Huybrechts

2006 Gustaaf Schouppe (De Staaf)
                Kenneth Van Der Cammen (De Cammen)

2005 Veronique Dierick (Vero)
                Pieter De Schrijver (De Pieje) ,Dave Tanckeré (Den Dave)

2004 Kevin Meert (De Meert)
                Dave Tanckeré (Den Dave), David Van Gijsegem (De Wiëken)

2003 Kenny D'Hondt
                Serge Monsieur (De Spersj)

2002 Steve De Backer
                David Van Gijsegem (De Wiëken)

2001 Nico Van Goethem (De Zjoeben)
                Gustaaf Schouppe

2000 Mark Suys (Suysken)
                Gunther Leeman

1999 Andy D'Hoker (Friebel 'n Eren)
                Henri Hereman (opgave - niet opgedaagd op Arendverkiezing)

1998 Peter Van Nuffel (Den Board)

1997 Filip Van Eygem

1996 Jean-Paul Ledegen

1995 Ivo De Troyer

1994 Peter Bassleer

1993 Gary Van Overstraeten
 
1992 Christophe Troch
                Jean-Paul Ledegen

1991 Evert De Wuffel
                Gunther Leeman, Octaaf (Octaafken)

1990 Dirk Van de Velde
                Patrick Van de Meerssche

1989 Pascal Solemé
                Bart Neirinckx

1988 Kris De Poorter (Kris I)
                Michel Heck

1987 Geert Van den Eede
                Michel Heck, William De Smedt, Kamiel Hendrickx

1986 Herman Verleysen
                Geert Van den Eede

1985 Willy Rijdant (Willy II)
                Jan Hunninck 

1984 Jean Lievens (Jean I)
                Dirk Corthals, Jan Hunninck, Patrick De Nijs

1983 Freddy Heck (Freddy I)
                Freddy Neirinckx, Patrick De Nijs, Jean Lievens

1982 Willem Janssens (Willy I)

In de beginjaren werden er naast een Arendprins ook nog een Jeugdprins en -prinses verkozen. Het Jeugdprinsenpaar mocht niet ouder zijn dan 12 jaar. 
In 1994 stapte men af van deze verkiezing, omdat er geen kandidaten meer gevonden werden.

Hier het erelijstje jeugdprins - jeugdprinses :

1993 Gregory Hoebeeck     &  Karolien
1992 Davy Van der Haegen & Stephanie Ledegen
1991 Kris Van de Velde  
1990 Bart Van der Haegen & Vanessa Cleemput
1989 Davy Van Biesen & Isabelle De Vleeschauwer
1988 Bart Marcoen     &         Ann De Wolf
1987 Bart Marcoen     &         Ann De Wolf
1986 Geert Marcoen    &         Evy Heck
1985 Denis De Backer    & Belinda Petit
1984 Mike De Schryver    & Danielle Verschueren
1983 Dirk Bogaert     &         Veronique Bogaert
1982 Dirk Bogaert     &         Veronique Bogaert

In 2011 wou ''t Vralek Orends Fiestcomitoit' de verkiezing van een jeugdprins en -prinses opnieuw tot leven brengen. Dit verkondigden ze op een ludieke manier in de stoet tijdens het Arendcarnaval.  
Hun kreet was echter een maat voor niets ...  Het concept jeugdprins/-prinses was definitief afgevoerd. 
Vanaf 2015 werd tijdens het kindercarnaval wel opnieuw een jeugdprins- en prinses verkozen ...

Maar ... na al dat carnavals- en wijkfeestengeweld toch nog eventjes ver terug de geschiedenis in, want ... vanwaar komt de naam 'den Arend' eigenlijk? 

Wel, in de Binnenstraat bevond zich sinds 1739 de herberg 'In den Dobbelen Arend'. Deze bevond zich recht tegenover de huidige Arendstraat, wat sinds 1932 een zijstraat is van de Binnenstraat.
Zoals vroeger vaak het geval was, werd de herberg een herkenningspunt en werd in de pers de zaak ook vernoemd als plaatsbepaling 

"De batimenten van twee woonsten, staende op chynsgrond van het bureau van Weldadigheyd, te Aelst-Mylbeke, aen den dobbelen Arend, ..."

... en er vonden natuurlijk ook activiteiten plaats, zoals openbare verkopen, vogelschietingen, ...
Deze advertentie komt uit De Denderbode van 13/07/1856


De naam wordt in dagbladadvertenties nog teruggevonden tot in de jaren 20.
De Daensisten kozen de koer van deze herberg vaak uit als ideale plaats voor hun toespraken. 

Na verloop van jaren werd de buurt vernoemd naar deze populaire herberg. Later werd 'In den Dobbelen Arend' verkort naar 'den Arend'.

Er is lang twijfel geweest, maar vermoedelijk stevenen we recht af op een nieuwe, succesvolle editie 2025!


Bronnen

De Voorpost 09/11/1979 - 21/12/1979 - 18/01/1980 - 02/05/1980 - 30/01/1981 - 04/12/1981 
HLN 06/07/2018 - 10/02/2004 - 21/01/2018 - 16/04/2022 - 07/04/2024
Het Nieuwsblad 10/02/2004
De Denderebode 06/03/1853
Café Peken Moens FaceBook
Chipka April 2016 - juni 2022
Carnavalslintje.be
De Vastelauvedgazet 1995 - 1997
Oilsjtmjoezik (affiche 2023)
De Streekkrant 22/02/1985

woensdag 8 februari 2023

Aalst, 'the day after UNESCO'

Carnaval Aalst 2020 …  het werd een speciale editie … 
Voor 'nen Oilsjteneer' niks nieuws onder de zon natuurlijk, want deze periode is elk jaar 'spesjool'. 

Het is voor 'de buitenwereld' (en die is groot) blijkbaar nodig om tegenwoordig alles wat met Aalst te maken heeft af te breken en te klasseren onder noemers als 'racisme', … zelfs de Holocaust werd er bijgesleurd.  
Het gaat zelfs zo ver dat het Europese parlement bezorgd was om 'Joodse clichés' tijdens carnaval. 

In een open brief (20/2/2020) van Europarlementslid Frédérique Ries (MR) lezen we 'Vorig jaar weigerden de organisatoren en de lokale autoriteiten het antisemitische karakter en de problematische impact van de praalwagen te erkennen' … 

De figuren zouden racistische stereotypen en zelfs samenzweringstheorieën promoten en bijdragen tot neerbuigende reacties op de Joodse gemeenschap.
Men riep dan ook op 'om maatregelen' te nemen zodat Aalst carnaval geen platform voor antisemitisme en haat blijft'. Er werd dan ook aangedrongen bij de pers, die natuurlijk massaal aanwezig was, om geen beelden of foto's te publiceren met dergelijke wagens erop.

Volgens de Joodse gemeenschap is antisemitisme geen mening, geen opinie en geen karikatuur. Men vraagt zich af of de carnavalisten een gebrek aan inbeeldingsvermogen hebben en niet bij machte zijn om zich het gruwelijke lot van de Joden tijdens de Holocaust voor te stellen.

De carnavalisten, en bij uitbreiding ondertussen ook bijna de gehele Aalsterse gemeenschap, vragen om dringend alles eens 'deftig' in beeld te brengen, en nuance aan te brengen bij eventueel gevoelige karikaturen. 
Laat carnaval iets plezierigs blijven … een uitlaatklep … 

Het is alle jaren al zo geweest dat carnaval negatief afgebeeld wordt …  
De prachtige wagens, kostuums, maquillage, … De muziek, de ambiance, … Niets van dat alles … Wat gemeld wordt in de pers is dat er 'x' aantal arrestaties waren, dat er 'x' ton vuil is achtergebleven en dat er 'x' aantal personen werd behandeld wegens dronkenschap.

Er werden 'maatregelen' genomen , misschien niet diegenen die de 'Aalst-bashers' zich voorstelden, maar toch. 
De politie draaide in totaal maar liefst 825 shiften om de feestvierders te beveiligen. Het dreigingsniveau bleef op 2 (en dat is niet anders dan voor de rest van het land).
Het parcours werd verkeersvrij, er kwamen versperringen langsheen het parcours … dat kenden we ook van de vorige jaren, maar wat nieuw is, is dat het parcours in 2020 'hermetisch afgesloten' werd. Bestuurders konden deze zone enkel betreden mits goedkeuring van de veiligheidscel.

Op 20/2/2020 riep de Israëlische minister van buitenlandse zaken, Israel Katz, trouwens op om het carnaval in Aalst te veroordelen en te verbieden. Dit deed hij in een boodschap op twitter gericht naar de Belgische overheid.

De schrik voor provocatie zat er blijkbaar diep in. Nadat men eerder toelating had gekregen van zowel Eendracht Aalst, de veiligheidsdiensten, politie en stad Aalst, werd onder andere ook de carnavalsmatch 'gecensureerd'. Dit onder druk van de KBVB en Voetbal Vlaanderen. Het was namelijk zo dat men een tifo (spandoek) had gemaakt met een verwijzing naar Unesco en Joden ...

Er werd gedreigd met zware sancties indien het doek toch getoond zou worden, gaande van zware boetes, wedstrijden zonder thuispubliek tot zelfs weigering van de licentie (!). Gezien men de club niet in problemen wou brengen, heeft men besloten de geplande tifo te annuleren ... maar 'het moge duidelijk zijn dat we dit niet zomaar laten passeren', aldus de organisators 'Onion boys 17', 'Blackwans' en 'OPC'.

Het zijn trouwens diezelfde instanties die ook 'het organiseren van collectieve acties' verbieden omtrent 'hetzelfde thema'.
Dus ... verboden om zich als groep in hetzelfde kostuum te hullen en één bepaald onderwerp uit te beelden.

Een Aalstenaar iets verbieden? 

‘Verbieden’ misschien niet, maar ‘laten nuanceren’ wel. 
Burgemeester D’Haese bleef en blijft het carnaval met heel zijn hart verdedigen maar roept de carnavalisten wel op om de controverse niet extra op te zoeken en niet te kwetsen om te kwetsen. 
Als we de gevoeligheden uit de weg kunnen gaan, of een thema kunnen visualiseren zonder dat het kwetst, roep ik op om dat te doen’, aldus de burgemeester in ‘De Ochtend’ op Radio 1 (21/2/2020). ‘De kritiek komt vooral van mensen die het feest nog nooit hebben meegemaakt. Het is iets wat je moet vatten, een soort omkeringsritueel. Man wordt vrouw, rijk wordt arm, wit wordt zwart. Dat draagt niet altijd de prijs van esthetiek of fijnzinnigheid, maar dat is un eenmaal Aalst, waar de vrijheid van expressie getoond wordt’.

De stoet ging dus door, en het moet gezegd : er was bijna geen controversie te bespeuren. 
Slechts enkelen hadden zich alsnog verkleed in jood, maar hoofdprobleem werd nu blijkbaar de fijnzinnigheid en de taal die zo eigen is aan de Aalstenaar. 
Zo werd 'de klaagmuur' in het Oilsjters 'de klaugmier', waarna de carnavalisten zich presenteerden als mier … Leuk gevonden woordgrapje, maar niet voor de internationale pers die in de mieren zelfs mestkevers dachten te zien … een beeld dat tijdens de Holocaust voor nog meer vernedering zorgde voor de joodse bevolking.

Unia - het forum voor gelijke kansen - kreeg heel veel klachten, en de burgemeester kwam onder vuur te liggen. Hij ontving zelfs een hele boel haatberichten en ook doodsbedreigingen.

Onder het motto van ‘Spotten en beledigen mag … kwetsen ook … maar de vraag is : moet het ook?” : Aalst Carnaval, … het zal altijd een feest van voor- en van tegenstanders blijven, maar ze moeten van onze satire afblijven …


N
atuurlijk : reacties lokken reacties uit … Het stond als een paal boven water dat er in 2020 nog meer karikaturale voorstellingen van Joden te zien zouden zijn. De internationale pers keek mee naar de 92 stoet … met argusogen …
En we haalden opnieuw de pers … net als we dat al 91 jaren deden.  
Al 91 jaar 'verwoiten' en 'in malkanders zakken schoiten' … 
Al 91 jaar humor, soms op het randje en inderdaad soms er ook lichtjes over … maar nooit met de bedoeling te kwetsen!
Het werd in elk geval een prachtige stoet, met veel minder (bijna geen !) verwijzingen naar joden. Aanwezigen waren het er unaniem over eens … een prachtige stoet zonder verwijten …

Ik vermoed wel dat sommige 'stoetverslagen' van toonaangevende media al op voorhand geschreven waren.  Soms zo'n harde woorden vol haat … ongelooflijk voor een medium wat 'neutraal' zou moeten zijn.

Had dit allemaal niet zo gepolariseerd geweest door de media, er was geen kat die er nog over zou spreken. 
Nu was het natuurlijk een 'hot topic', waar enkele (!) carnavalisten natuurlijk opsprongen … meer dan 5000 anderen deden dit niet. 

… In Aalst is nooit gesproken over 'holocaust' … dat woord is er bij gehaald door de media. 

De betrokken groep hield in 2019 een sabbatjaar (omdat ze het jaar daarop groots wilden uitpakken met hun jubileum, en dat deden ze dan ook) … vandaar de link naar de sabbat … en Joden … 
Niks meer en niks minder … 

't Was een prachtige stoet, enkel bepaalde media en de interim eerste minister zagen dit niet … 80000 toeschouwers dachten er in elk geval wel anders over!

Aalst carnaval … het feest van de verdraagzaamheid?
Het zal nog niet voor de eerste jaren zijn vrees ik.

Maar laat ons nu even nakijken hoe dit allemaal zo ver is kunnen komen ... 


Het was in november 2007 toen toenmalig gemeenteraadslid Vera Van der Borght een voorstel indiende om carnaval in Vlaanderen te laten opnemen op de lijst immaterieel cultureel erfgoed van de Unesco. De UNESCO – ofte United Nations Educational, Scientific and Cultural Organization, is opgericht als bijdrage aan de vredesopbouw, armoedebestrijding, duurzame ontwikkeling en interculturele dialoog door onderwijs, wetenschap, cultuur en communicatie.

Sedert 1972 streeft dit orgaan ook naar de bescherming van werelderfgoed en stelden ze daartoe een lijst op. Vanaf 2003 werd ook immaterieel erfgoed opgenomen. Dit wil zeggen dat ook ‘dingen’ als muziek en dans, feestelijke evenementen, sociale organisaties, kennis en toepassingen in verband met de natuur en het Universum, of de vaardigheden van ambachten vanaf dan konden worden opgenomen in deze lijsten.

Om op deze internationale lijsten te kunnen komen, moet men een eerste ‘schifting’ in eigen land doorkomen. De commissie van het Vlaams Parlement keurde in februari 2008 aldus het voorstel goed om het ‘georganiseerde carnaval in Vlaanderen’ te erkennen als ‘cultuurvorm’.

Later dat jaar werd dan ook de lijst ingediend bij UNESCO.

In 2008 ‘won’ echter de ‘bloedprocessie van Brugge’ het pleit, mede door het feit dat de stad Aalst vergeten was om in het dossier te vermelden dat ‘Aalst Carnaval’ reeds was opgenomen in de lokale (Vlaamse’ lijst voor immatrieel erfgoed. De stad besliste dan om het dossier een jaar later opnieuw in te dienen.

Op de site van UNESCO zelf lezen we :
Aalst Carnival
Inscribed in 2010 (5.COM) on the Representative List of the Intangible Cultural Heritage of Humanity
© 2008 by Freddy Herssens / AVP

When the three-day Aalst Carnaval begins each year on the Sunday before the Christian Lent, it is the culmination of a year of preparation by the inhabitants of this city in East Flanders in northern Belgium. 
Exuberant and satirical, the celebration features a Prince Carnaval, who symbolically becomes mayor and receives the key to the city in a ceremony marked by ridicule of the city’s actual politicians; a procession of effigies of giants and ’Bayard’, the horse from the Charlemagne legends; a broom dance in the central market to chase away the ghosts of winter; a parade of young men dressed as women with corsets, prams and broken umbrellas and a ritual burning of the carnival effigy – accompanied by shouts insisting that the feast will go on for another night. In addition to the carefully-prepared floats of official entrants, informal groups join the festivities to offer mocking interpretations of local and world events of the past year. The 600-year-old ritual, drawing up to 100,000 spectators, is a collective effort of all social classes and a symbol of the town’s identity in the region. Constantly recreated by new generations, the ancient carnival’s collective laughter and slightly subversive atmosphere celebrate the unity of Aalst.
De ’5.Com' staat voor de ‘vijfde editie van het intergouvernementele comité’, die plaatsvond in het Kenyatta International Conference Centre in Nairobi (Kenia) van 15 tot 19 november 2010.

De comitéleden die toen beslisten om ook Aalst in die lijst op te nemen waren Albanië, Azerbeidzjan, Burkina Faso, China, Kroatië, Cuba, Cyprus, Czechie, Grenada, Indonesië, Iran, Italië, Japan, Jordanië, Kenya, Madagascar, Marokko, Nicaragua, Niger, Oman, Paraguay, Spanje , Venezuela en Zuid Korea.

Samen met Aalst Carnaval werden toen ook nog enkele andere Belgische feesten genomineerd : Houtem jaarmarkt, en  Krakelingen en Tonnekesbrand in Geraardsbergen

Aalst voldeed aan alle voorwaarden en kreeg een positief advies van de jury, en het volksfeest werd in november 2010 toegevoegd aan de Representatieve Lijst van het Immaterieel Cultureel Erfgoed van de Mensheid van UNESCO.

De beslissing dat Aalst carnaval ‘satisfies the criteria for inscription on the Representative List’ werd toen heel hartelijk onthaald in Aalst. Eindelijk erkenning voor al dat harde werk van duizenden Aalstenaars …


Het was burgemeester Ilse Uyttersprot die het certificaat overhandigd kreeg op 4 maart 2010, aan de vooravond van carnaval.

Om de erkenning te vieren werd een heus volksfeest georganiseerd. Dit gebeurde op en rond de Grote Markt op 26 november 2010. Alle hoogwaardigheidsbekleders waren aanwezig, enkel Ros Balatum moest verstek laten gaan, omdat de kostuums van de vier heemskinderen in herstelling waren.
Ook de burgemeester was afwezig omwille van de perikelen met de brandweer die periode.
De toenmalige schepen van cultuur Dylan Casaer en de burgemeester wilden de erkenning van UNESCO natuurlijk graag uitspelen als toeristische trekpleister van de ajuinenstad.

Nog in 2009 kwamen ze dus aandraven met plannen om een heus pretpark op te richten met als thema ‘Oilsjt Carnaval’. Iets zoals Disney, maar dan voor de Aalstenaars.

Dit idee belandt (mede door een oproep voor een écht carnavalsmuseum door Jan Louies, die een pretpark maar niks vond) in de vuilbak en in plaats van een pretpark werd werk gemaakt van een carnavalswandeling.

Het was echter niet allemaal rozengeur en maneschijn in Aalst.

In maart 2011 was er een kleine opstand van onder meer Jacquy De Pauw. Hij kon zich maar moeilijk vinden in enkele onderwerpen en liedjesteksten.
Zo hekelde hij de liedjestekst van de Saazers op de parachutemoord, alsook het onderwerp van Schiefgodddeweg waarbij Afrikaanse kuisvrouwen als dik en lui werden voorgesteld.

Hij vond, net als eigenlijk heel veel mensen, dat de thema’s in de carnavalsstoet steeds maar etremer en extremer werden, maar uiteindelijk werden er geen klachten ingediend.

In 2013 was het dan wel ‘patat’. De leden van de losse groep Eftepië beelde toen de SS-VA uit. Dit was een parodie op de NVA (met zogenaamd 'SS verleden'). De groep liep toen in de stoet mee als SS-officieren.


De toenmalige directeur-generaal van de UNESCO, Irina Bokova, kreeg toen enkele beelden hiervan te zien en publiceerde meteen een verklaring op de website van UNESCO.

“Ik ben diep verontwaardigd over de nagemaakte nazi-treinwagon die paradeerde op Aalst carnaval …”. “Ik ben diep geschokt door deze onaanvaardbare daad, die een belediging is voor de herinnering aan de 6 miljoen Joden die in de Holocaust gedood werden. Het druist in tegen de waarden van de VN-organisatie, die steeds ijvert voor wederzijds begrip, verdraagzaamheid en vrede”

Burgemeester Christoph D’Haese werd hierop aangesproken en vond dat men alles in een juiste context moest plaatsen. Hij betreurde wel het gebeurde en zou de groep vóór carnaval ook al hebben aangesproken over het ‘weinig carnavaleske thema’.
Toch werd echter enkel maar geadviseerd maar niets verboden onder het motto van ‘vrije meningsuiting’.

Vanuit de Vlaamse regering kwam daarop de reactie van Vlaams minister Joke Schauvliege die een brief schreef naar UNESCO en hierin de hele context verdedigde. 
Het Forum der Joodse organisaties kreeg reageerde hierop : “Wij hebben met ontsteltenis en verbijstering moeten vaststellen dat U de uitspattingen van het Aalsters carnaval vergoelijkt. U lijkt niet te begrijpen dat de verwijzingen naar de tragedia van WOII, die tot op heden onuitwisbare sporen heeft nagelaten bij de Joodse gemeenschap, traumatiserend zijn”.

Hier bleef het echter bij, en de hele storm waaide wat over. Het is inderdaad zo dat Aalst écht met alles lacht en de spot drijft met soms nogal ‘riskante’ onderwerpen … en ja, … soms gaat men daar vrij ver in ... 


In 2018 ging het opnieuw mis …

Een toeschouwer merkte tijdens de stoet een SS-vlag op bij ‘De Droeve Apostelen’ en hij diende klacht in bij de UNESCO.


De burgemeester vond de kritiek sterk overdreven, en hij herhaalde dat hij nooit censuur zou laten opleggen aan het carnaval.
De klacht kwam wel tot bij de zetel van UNESCO in Parijs, maar stierf daar een stille dood.


Tot in 2019 … het jaar dat ‘De Vismooil’n’ een sabbatjaar zouden nemen en enkele roze Joden meenamen in de stoet om dit te accentueren ... geen slechte bedoelingen (uiteraard), maar toch bleek dit in het verkeerde keelgat te zijn geschoten.


Eén man startte alles op, en enkele weken later werden verschillende dreigbrieven ontvangen door zowel de burgemeester als de carnavalsgroep.

Het regende ineens klachten en vanuit UNESCO kwam van Ernesto Ottone de melding dat ‘de satirische geest van Aalst carnaval en de vrijheid van meningsuiting niet kunnen dienen als een doek voor dergelijke manifestaties van haat’. De karikaturen zouden ingaan tegen de waarden van respect en waardigheid … en dit terwijl de betrokken ‘kop’ er eigenlijk eentje was die in een vorige stoet ook al eens had meegedaan als kruisvaarder … en in nog een andere stoet als lid van het Feestcomité ...

Er werd klacht ingediend bij Unia, het gelijkekansencentrum, maar zij besloten dat er uiteindelijk geen antidiscriminatiewetten overtreden waren. De klacht werd dus geseponeerd.

De Joodse gemeenschap die eerst ook even gedreigd had met het vertrek van de diamantsector uit ‘ons racistisch land' eiste wel excuses. 
Michael Freilich (Joods NVA kandidaat voor de kamer in Antwerpen)  riep op tot ‘historische bewustwording en bemiddeling’. Hij sprak partijgenoot Christoph D’Haese aan op het gebruik van op geld beluste Joden met haakneuzen, … beelden die in het verleden vaak gebruikt werden om de Joden in een slecht daglicht te plaatsen en te vervolgen. Het verweer van onze burgemeester dat er ook spot gedreven wordt met priesters en politici werd afgedaan met ‘priesters en politici werden nooit vervolgd’

Het Simon Wiesenthal Center, een Joodse organisatie met hoofdzetel in de VS, vond dat Aalst de reputatie van Belgie als gastland van de Europese instellingen bezoedelde. Er werd een open brief geschreven naar federaal minister van Binnenlandse Zaken Pieter De Crem, en er werd een (Amerikaanse) petitie opgestart om Aalst Carnaval van de UNESCO lijst te halen.

De status van ‘immatrieel cultureel erfgoed’ zou dan uiteindelijk toch op de agenda van UNESCO komen. De burgemeester en schepen Jean-Jacques De Gucht trokken in september 2019 naar het hoofdkwartier in Parijs om er ons volksfeest te gaan verdedigen. Beiden verklaarden ze achteraf ‘een goed gevoel’ te hebben bij de besprekingen die toen gevoerd werden, en het zou dus allemaal nogal lijken mee te vallen.
Op 12 december 2019 zou de definitieve beslissing van UNESCO vallen.

Via social media werden heel veel meningen geuit, maar het bleek toch dat een overgroot deel van de Aalstenaars een verder lidmaatschap van UNESCO niet meer zag zitten. Ze zagen zich beknot in hun vrijheid, en het woord ‘vrije meningsuiting’ kwam meerdere malen aan bod.

In oktober 2019 werden ‘linjekes’ gemaakt met opschriften als ‘UNESCO, wa’n klucht’, 'weir lachen me iederiejn', 'ze lachen oeik me ons', ... Deze slogans werden vergezeld van … afbeeldingen van onder andere Joden … en natuurlijk vloog het Forum van Joodse Organisaties hier opnieuw onmiddellijk op.


Zij zagen hier een provocatie in (en geef ze maar eens ongelijk natuurlijk) en eisten opnieuw dat Aalst carnaval van de lijst zou verwijderd worden.


Uiteindelijk werd beslist om niet te wachten op een beslissing van UNESCO, en het was burgemeester D’Haese die via de media op zondag 1 december 2019 liet weten dat Aalst de erkenning van Aalst Carnaval als immatrieel erfgoed terug zou geven aan de UNESCO.  
De burgemeester verklaarde : “Wij houden de eer aan onszelf, en nemen afstand van de UNESCO-erkenning …”, “Wij zijn geen antisemieten of racisten” …

Hierbij de volledige persverklaring van burgemeester Christoph D'Haese :

"Aalstenaars hebben het gehad met de groteske verwijten. Wij zijn geen antisemieten of racisten. Wie dat blijft beweren, is te kwader trouw. Aalst zal altijd de hoofdstad van spot en satire blijven. Wat men ook probeert: wij laten ons de vleugels niet knippen. Van alle humoristen zijn Aalstenaars de dappersten. Daarom houden wij de eer aan onszelf en nemen we afstand van de Unesco-erkenning."

In de nooit geziene storm van verwijten en verdachtmakingen hebben de meeste Aalstenaars - in casu de geviseerde carnavalisten - de afgelopen weken en maanden zeer sereen gereageerd. Tijdens de carnavalsstoet van maart 2019 had geen van de 80.000 toeschouwers langsheen het parcours aanstoot genomen aan de praalwagen van de carnavalsgroep De Vismooil'n. Aan die praalwagen was an sich ook niets verkeerd: de karikaturale 'koppen' waardoor sommige joodse organisaties zich geschoffeerd voelden werden vroeger ook reeds gebruikt maar dan geënt op thema's van - onder meer - kruisvaarders. Het thema van de geviseerde groep was 'een sabbatjoor', en ook niets meer dan dat.

Plots heette het, opgefokt door bepaalde media en zonder veel kritische zin overgenomen door vertegenwoordigers in de hoogste Unesco-regionen, dat de Aalsterse carnavalisten "antisemitisch" en "racistisch" zouden zijn. Niet voor het eerst werd geopperd om Carnaval Aalst te schrappen van de lijst van immaterieel erfgoed.

Ondergetekende is meermaals in de pen gekropen om de intenties van de Aalsterse carnavalisten te duiden. In vrije tribunes en in televisiestudio's werd de insteek van carnaval en van onze folkloristische tradities omstandig verduidelijkt. Door middel van open brieven, persberichten en in directe dialoog met vertegenwoordigers van joodse organisaties en Unia werden argumenten naar voor gebracht die de specifieke context - net die context is alles - duiden. Een delegatie van het Aalsterse schepencollege ging in Parijs op constructieve wijze de Aalsterse zienswijze vertolken. Een uitgebreide inhoudelijke argumentatienota werd neergelegd.

Het is belangrijk dat wij inhoudelijk dat punt inzake vrije meningsuiting hebben gemaakt. Dat wij hebben kunnen toelichten dat er in Aalst nooit kwaadwillige of racistische intenties zijn. Dat choqueren, uitvergroten en parodiëren net inherente kenmerken van carnaval zijn.

Omdat de waarheid haar rechten heeft, en mede aangestuurd door het sterke rechtvaardigheidsgevoel dat eigen is aan de Aalstenaars, hebben wij ons verdedigd. Het is trouwens opvallend dat wij van de man in de straat, in Aalst maar zeker ook daarbuiten, alleen maar steunbetuigingen hebben ontvangen, net omdat de publieke opinie zeer goed aanvoelt wat carnaval inhoudt. Zélfs gelijkekansencentrum Unia stelde met zoveel woorden dat er geen kwaadwillige intentie was en dat er geen wetten werden overtreden. Dat Unesco in het ontwerpbesluit over Aalst zowat letterlijk het omgekeerde beweert ("Unia (...) confirmed that the representations of Jewish communities are indeed anti-Semitic"), reveleert een vooringenomen requisitoir van een in deze kwestie compleet wereldvreemde organisatie.

Wij hebben ons terzake dan ook nooit veel illusies gemaakt: bij diegenen die Aalst per se het label "racistische stad" wilden opkleven vielen onze argumenten sowieso in dovemansoren. Het proces van Aalst bij Unesco was al gemaakt. Barbertje moet hangen.

Naarmate de hetze steeds meer op een lastercampagne jegens Aalst en haar culturele en politieke vertegenwoordigers ging lijken, groeide bij de Aalstenaars het besef dat bij Unesco maar weinig eer te rapen valt. De Algemene Vergadering die over minder dan een maand in Colombia zal plaatsvinden, en waar de schrapping van Aalst Carnaval op de immateriële erfgoedlijst geagendeerd staat, is wat ons betreft dan ook verworden tot een farce.

Wij zijn - naar het woord van wijlen Johan Anthierens - niemands meester, maar ook niemands knecht. Derhalve willen noch zullen wij ons laten stigmatiseren als een racistische stad. Onze carnavalisten willen niemand doelbewust kwetsen, maar humor en satire zitten in het Aalsters DNA en dat willen we alleszins zo behouden. Wij aanvaarden dus niet dat ons carnaval internationaal wordt gebrandmerkt als een racistisch evenement.

Voor de Stad Aalst is het duidelijk: wij willen niet langer verbonden zijn met een organisatie die de specifieke context van ons carnaval, en de prachtige tradities die met dit volksfeest samengaan, niet wíl begrijpen. Wij zullen Unesco deze week nog schriftelijk laten weten dat wij van de erkenning immaterieel erfgoed formeel afstand nemen. Er zijn nu eenmaal grenzen aan wat een humorist verdragen kan. Voor ons geen Unesco-schoonmoeder meer.

Dit alles maakt dat Aalst Carnaval in 2020 niet langer vermeld zal staan op de lijst van Immaterieel Cultureel Erfgoed. Het weze zo. Voor Unesco is Aalst Carnaval dan wel vogelvrij, maar voor het grote publiek blijven we een grootschalig volksfeest met een uitgesproken spottend, anarchistisch en politiek-maatschappelijk satirisch karakter.

Laat duidelijk zijn dat we ook tijdens de volgende editie(s) van carnaval nooit de bedoeling hebben te kwetsen om te kwetsen, maar evenmin zullen we onszelf bovenmatig censureren of de vleugels laten knippen. Aalst blijft een veilige haven voor satirici, en geen Algemene Vergadering die daaraan iets zal veranderen. Wij doen voort. Of zoals men in Aalst zegt: weir doeng voesj...

Christoph D'Haese - Burgemeester & Carnavalist - Federaal Volksvertegenwoordiger

En op 13 december 2019 kwam dan de bevestiging van UNESCO zelf. In een mededeling bevestigen dat ze 'carnaval Aalst' verwijderd hebben van de lijst van het immaterieel cultureel erfgoed.
Ze vinden dat 'racisme en discriminatie' geen plaats hebben op die lijst. 
De vertegenwoordiger van Oostenrijk sprak over puur racisme, en zei dat zij als UNESCO niet gaan bepalen hoe een stad hun traditie moet beleven. Ze doen het zoals ze willen, maar dan wel zonder de zegen van UNESCO. We willen hier een rode lijn trekken. We kunnen zulke manifestaties niet toelaten en ervan wegkijken'.

Soit, Aalst carnaval is nu geen UNESCO erfgoed meer, maar dat wil natuurlijk niet zeggen dat er in de toekomst niet met arendsogen naar onze carnaval zal gekeken worden … 
Het mag dan voor de enen 'spot' zijn, voor de anderen wordt 'op lange tenen getrapt' … maar één ding is zeker … het is allemaal niet zo zwaar bedoeld, en als het er op aankomt 'trekt nen Oilsjteneer on't zelfste zjiel' ...

Op 16 januari 2020 verschijnt het bericht dat het Agentschap Wegen en Verkeer een onderzoek is gestart of het infobord langs de E40 in Aalst moet aangepast worden.
Nu Aalst carnaval officieel geen deel meer uitmaakt van het Unesco werelderfgoed is het de vraag of het symbool van Unesco (rechtsonder op het bord) dan ook asap moet verwijderd worden. 



Op 17 januari, amper een dag later dus, kwam de bevestiging van 'wegen en verkeer' : het logo zou binnen de volgende maand verdwenen moeten zijn. 

Chris Vinck daarentegen, mag op zijn beide oren slapen … of hij moet verwijderd worden, daar is helemaal geen sprake van … 

20 januari dan … het 'neen-ja' spelletje gaat door.
De Vlaamse Unesco Commissie zegt dat het niet nodig is om het toeristisch infobord aan de E40 in Aalst aan te passen nu carnaval geschrapt is als Unesco-erfgoed. 
In de stad staat er immers ook nog een belfort dat als Unesco-werelderfgoed is erkend. Agentschap Wegen en Verkeer zegt dat wellicht niet nodig zal zijn om het bord aan te passen.

De Vlaamse Unesco Commissie heeft het Agentschap Wegen en Verkeer ingelicht over haar standpunt. “Het gaat allemaal om de verwarring rond de term ‘Werelderfgoed’ in de pers en bij het brede publiek”, zegt Lukas Van Damme van de Vlaamse Unesco Commissie.
 
“Op het bord staat immers het Unesco-logo met het logo voor Werelderfgoed, en dat is terecht want in Aalst staat er ook een belfort dat deel uitmaakt van de serie ‘Belforten in België en Noord-Frankrijk’ dat als Werelderfgoed is erkend, zoals bepaald in de 1972 Conventie over Werelderfgoed. Dat is enkel van toepassing is op onroerend erfgoed (gebouw, site, landschap).”

Het carnaval van Aalst is en was nooit ‘Werelderfgoed’, want het betreft geen onroerend erfgoed. 
Het stond wél op de representatieve lijst voor Immaterieel Cultureel Erfgoed van de Mensheid, zoals bepaald volgens de 2003 Conventie hierover voor tradities, feesten en ambachten. De schrapping van Aalst carnaval van die lijst hoeft dus geen enkele invloed te hebben op de erkenning voor het belfort van Aalst en dus het Werelderfgoed- en Unesco-logo op het bord”, zegt Lukas Van Damme.

Sylvie Syryn van Agentschap Wegen en Verkeer laat weten dit te bekijken, maar dat het bord wellicht zal blijven staan.

Een week voor carnaval werd het bord trouwens 'aangepast', maar niet door officiële instanties. Gezien het belfort nog steeds als werelderfgoed beschouwd wordt (er is nooit sprake geweest om dit gebouw van de lijst te halen), werd het maar - symbolisch - in brand gestoken. 
En gezien er dan geen belfort meer is dat zorgt voor Unesco-erkenning, werd meteen ook het logo van deze organisatie doorstreept.
Een ziekelijke 'grap', en zeker geen humor in terug te vinden, maar wel ergens een logische reactie op iets wat uiteindelijk werd uitvergroot, opgeklopt en overdreven in de pers. Aktie vraagt om reactie, en velen denken niet verder na over hun daden. 

Heel 2020 bleef het stil omtrent deze kwestie. Carnaval 2021 werd sowieso afgelast omwille van de covidpandemie en de 'jodenkwestie' verdween volledig uit het nieuws.

Tot op 21 januari 2021. 

Centrum voor Gelijke Kansen Unia is een nieuw onderzoek gestart na een klacht tegen de voorzitter van de koepel van Aalsterse Carnavalsverenigingen, Sven De Smet.
Hij zou op sociale media een antisemitische uitspraak hebben gedaan. 
Het zou gaan om een reactie op een Facebookpost met een foto van de wagen van De Vismooil'n naar aanleiding van enkele lockdownfeestjes bij de Joodse gemeenschap in Antwerpen.

Unia neemt de klacht ernstig en onderzoekt de zaak. Er wordt ook contact opgenomen met Sven De Smet. Noch Unia, noch Sven willen voorlopig meer kwijt over de zaak. 
.. en de 'zaak' was dus weer aan het rollen. Sven krijgt enorm veel steun van de Aalstenaars, maar de klucht omtrent dit thema blijft dus duren..... 

Vorig voorval bleek toch weer 'een scheet in een fles' te zijn, en de gemoederen bedaarden al weer heel snel. 

Alles opgelost? 

Neen hoor!

We schrijven 7 februari 2023.  Aalst maakt zich klaar voor een eerste stoet sedert drie jaar maar blijkbaar zijn er toch altijd een paar die roet in het eten moeten komen strooien. 
Dit keer is onze carnavalsbeleving niet naar de zin van de Franstalige groenen. 

Kamerlid Simon Moutquin (Ecolo-Groen) vraagt op 8/2/23 in de Kamercommissie Binnenlandse Zaken bevoegd minister Annelies Verlinden (cd&v) welke “gepaste maatregelen” ze zal nemen tegen eventuele “racistische of antisemitische karikaturen”. 
Daar blijft het echter niet bij.  Hij pleit ook voor “arrestaties” van personen die een “racistische houding” aannemen en vraagt zelfs naar een mogelijk verbod op carnaval.

Onze burgervader, Christoph D'Haese, schoot natuurlijk onmiddellijk uit zijn sloffen en kroop in zijn pen. 
Op Facebook lanceerde hij volgende mededeling : 
“Van alle humoristen zijn de Aalstenaars de dappersten. Wij zullen niet plooien voor Franstalige intimidatie.   
In aanloop naar Aalst carnaval nemen de Franstalige groenen het volksfeest in Aalst opnieuw in het politieke vizier. Morgennamiddag zal Simon Moutquin, parlementslid voor Ecolo-Groen, in de bevoegde Kamercommissie aan minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden vragen in hoeverre zij “gepaste maatregelen” zal nemen tegen eventuele “racistische en/of antisemitische karikaturen” tijdens carnaval. Het groene Kamerlid suggereert “arrestaties” van personen die een “racistische houding” aannemen en vraagt zelfs naar een mogelijk verbod van carnaval (“Une interdiction du festival est-elle envisageable?”). 
Hierover parlementaire vragen stellen, en zelfs arrestaties en een verbod opwerpen, dat  is toch compleet absurd. Andermaal wordt Aalst carnaval geviseerd. Ik heb daar werkelijk genoeg van. J’en ai marre, om het ook even te zeggen in de taal die Ecolo-Groen het best begrijpt.   
Ik heb reeds meermaals gesignaleerd dat de vrije meningsuiting zich in dit land zich op een hellend vlak bevindt. We moeten hiertegen weerwerk bieden. Binnen de specifieke en temporele context van carnaval moet heel veel mogelijk zijn, dat heeft zelfs Unia in het verleden al verklaard. De Franstaligen proberen de negatieve gevoelens omtrent ons formidabele volksfeest opnieuw op te poken. Wij zijn geen racistische stad. Wel behouden Aalstenaars zich het grondrecht voor om met alles te kunnen lachen. 
Onze carnavalstraditie gaat zeshonderd jaar terug in de geschiedenis. Het zal niet Ecolo of de Groenen zijn die deze formidabele traditie zal verbieden.  
Het spreekt voor zich dat wij niet onder de indruk zijn van Franstalige intimidatiepogingen. Aalst plooit niet. De carnavalstoet zal zijn zoals elk jaar: niet bewust kwetsend, maar wel doordrenkt van spot en satire, waarbij geen enkel heilig huisje overeind blijft. Van alle humoristen zijn en blijven de Aalstenaars de dappersten. Ik ga ervan uit dat ook de minister van Binnenlandse Zaken hierover bijzonder duidelijk zal willen zijn.”

 
Eén van de bekendste onderdelen van Aalst Carnaval, waarmee het UNESCO avontuur eigenlijk allemaal begonnen is, is de stoet met tientallen praalwagens. Jaarlijks lokt deze optocht meer dan 80.000 toeschouwers. Een 80-tal ‘officiële groepen’ stappen mee in de zondags- en maandagsstoet, waarin tal van actuele thema’s satirisch benaderd worden. De voorbereidingen beginnen meestal maanden op voorhand en elke groep doet zijn best om het publiek te verbazen met tot in de puntjes afgewerkte praalwagens en kostuums. Daarnaast lopen ook nog meer dan 200 ‘losse groepen’ in de stoet. Dit zijn kleinere groepen van carnavalisten die geen grote praalwagens bouwen, maar wel makkelijk op de actualiteit kunnen inspelen op een ludieke manier. Zij vormen het zogenaamde ‘peper en zout’ van de stoet.

Voorop in de stoet lopen de Aalsterse Gilles. Deze ontstonden eind jaren 1920 naar het voorbeeld van ‘de Gilles de Binche’ maar werden al gauw een vast onderdeel van Aalst Carnaval. De Gilles lopen met hun typische kostuum voorop in de zondagsstoet, waarbij ze sinaasappelen naar het publiek gooien. Het geluid van klompen, bellen en trommels kondigt de komst van de vasten aan.
Op maandag bedwingen de Gilles de wintergeesten met hun traditionele bezemdans op de Grote Markt.

In de stoet dansen ook de stadsreuzen mee: Iwein en Lauretta, Keizer Kamiel, Ons Paula, Floreken en Florisken. Ook het Ros Balatum, als parodie op het Ros Beiaard van ‘derp d’ (= Dendermonde), keert jaarlijks terug in de stoet.

Op dinsdag is het dan de beurt aan de Voil Janetten, duizenden als vrouw verklede mannen trekken dan door de straten van Aalst. De échte Oilsjterse Voil Janet valt makkelijk te herkennen aan haar bontjas (vellen frak), een kinderkoets, een vogelkooi met haring, een (kapotte) paraplu en een lampenkap als hoofddeksel. Het belangrijkste element van de Voil Jeanet is echter zijn mentaliteit om de spot te drijven met alles en iedereen, in de eerste plaats met zichzelf. De Voil Janet is een voorbeeld van een typisch omkeringsritueel tijdens Carnaval, waarbij man vrouw wordt om de gangbare maatschappelijke orde te verstoren.

De typische satire en spot vinden we ook terug in de Carnavalsliedjes die in het Aalsterse dialect gezongen worden.
Ook de prinsenverkiezing, de ajuinworp en het verbranden van de vastenavondpop behoren tot de jaarlijkse rituelen.

Aalst Carnaval is een volksfeest met een grootschalige beleving doorheen alle bevolkingslagen dat teruggaat tot 1432 … en dat zouden ze willen verbieden … ?


Bronnen :

immatrerieelerfgoed.be/nl/erfgoederen/Aalst-carnaval
ich.unesco.org/en/RL/Aalst-carnival-00402
HLN 1/12/2019 - 20/01/2020 - 08/02/2023
Social media persverklaring 1/12/2019
TV Oost 22/10/2019
brusselstimes.com 21/10/2019
kunstenerfgoed.be
nieuws365.be
knack.be/nieuws/tag/Aalst-50327
knack 6/3/2019
faro.be 21/2/2013
rtbf.be (foto eftepie)
nieuwsblad.be (foto droeve apostelen)
Wegen en verkeer 16/1/2020
De Tijd 19/2/2020
De Morgen - Belga 19/2/2020
HLN 19/2/2020
Twitteraccount Israel Katz
msn.com 21/2/2020
Onion Boys 17 20/2/2020 - OB17/Blckwns/OPC.