Nieuws uit Aalst

--------- 't Principoilsjte vandaug es da ge ni te veil complementen mokt en genietj van 't leiven ! - - - - - - - Covid-19 : Blijf aub toch voorzichtig en denk aan uw medemens !! - - - - - - - Deel enkel berichten van officiële bronnen om fake news te vermijden !!! - - - - - - - -
Posts tonen met het label carnaval - andere. Alle posts tonen
Posts tonen met het label carnaval - andere. Alle posts tonen

donderdag 24 maart 2022

Nominettes - Linjekes

Linjekes verzaumelen’ … Het is reeds sedert 1954  een heuse traditie in het Aalsterse. 
Sinds dat jaar bracht bijna elke Aalsterse Prins een eigen lintje, beter gekend als 'Nominetje' uit, om te kunnen uitdelen aan het publiek tijdens de carnavalsdagen.

Tegenwoordig zijn er zelfs heuse ruilbeurzen waar de gegeerde kleinoden verhandeld worden en een nieuwe eigenaar vinden, vaak tegen heel wat centjes of ander ruilmateriaal. 


Hoe het allemaal zo ver is kunnen komen? 

Wel, het was na de Eerste Wereldoorlog dat ene zekere Albert Butaye, een Ieperling, naar Aalst kwam. 
Albert was op 28 maart 1891 geboren in Ieper en had heel wat weefervaring opgedaan tijdens zijn verblijf in Engeland tijdens de oorlog. 

Vanaf 1915 werkte hij bij 'Factory F.L. Edmunds', maar het was steeds zijn droom geweest om zelf een weverij op te richten. 
Dat deed hij dan ook vrij snel. 

Hij verhuisde naar onze stad en hij huurde twee ateliers in de Nijverheidsstraat (de huidige dr. André Sierensstraat) … Het begin van zijn droom.

Hij kocht weefgetouwen in Frankrijk, startte in oktober 1919 en op 14 april 1920 werd het bedrijf ingeschreven in de handelsregisters van Aalst.  
Het textielbedrijf werd opgestart onder twee namen : ‘A. Butaye Tissagiers ‘ en ‘La Nominette’ en specialiseerde zich in het maken van naametiketten. 


Van waar de naam ‘Nominette’ ?
Wel, het was de Franse naam ‘Mominette’, een klein glaasje sterke alcohol (bijvoorbeeld Absinthe, Pastis of Ricard), die hiervoor zorgde. 


Albert zou zich immers specialiseren in de kleine witte naamlintjes met rode letters, die de meesten onder ons nog wel kennen. En van ‘klein’ naar dit mooie Franse woordje was dan  maar een kleine stap. 
Ook een klein of jong meisje werd trouwens ‘Mominette’ genoemd (een beetje zoals onze ‘bakvis’), en ook een klein flesje droge, witte wijn kreeg deze benaming wel eens.
De witte etiketjes met de rode letters werden het handelskenmerk van Albert en gezien ‘La Nominette’ de enige weverij in België was die dergelijke etiketten maakte, en de scholen en internaten heel wat heil zagen in het gebruik ervan (‘die gastjes zouden anders toch alles waar hun naam niet instond, verliezen') werd het een overdonderend succes.

‘La Nominette’ moest al snel uitbreiden en tussen 1930 en 1940 ging men van 16 naar 30 personeelsleden, bijna een verdubbeling van het personeelsbestand dus. 


Uiteraard kende men, net als zovelen, een moeilijke periode tijdens de Tweede Wereldoorlog en in 1947 werd Jean Butaye, de zoon van Albert, medeaandeelhouder van het bedrijf dat de nieuwe naam 'S.A. Tissage La Nominette' kreeg. 

In 1952 stapte vader Albert uit de zaak en nam Jean het volledige beheer van het succesvolle bedrijf over. 

Tot daar het succes van de Nominetjes ...?
Neen hoor, het moest eigenlijk allemaal nog beginnen!

Toen hij in 1954 Prins Carnaval werd, liet prins Frans De Boitselier ('Mister Dancy') een geweven naamlintje maken door de firma 'La Nominette'. Dit lintje zou hij uitdelen aan het publiek tijdens carnaval, als aandenken aan zijn prinsenjaar. 


Toen de prins ook in 1955 en 1956 verkozen werd, liet hij opnieuw dergelijke naamlintjes maken, en hierdoor startte hij een nieuwe traditie, die tot op vandaag nog steeds in ere gehouden wordt.

In 1961 had Karel De Naeyer voor het eerst geen lintje als Prins Carnaval. Toen hij in 1962 een tweede keer verkozen werd, draaide hij echter bij en liet er alsnog eentje maken. 
Op zijn lintje liet hij zowel het jaartal 1961 als 1962 zetten, zodat hij één lintje kon uitdelen voor de twee jaar dat hij Prinsj was.


In de periode 1968-1969 lieten de Prinsen geen naamlintjes maken bij Nominette. 
Zowel Kamiel Sergant als Luc Peirlinck opteerden in 1968 en 1969 voor kartonnen plaatjes die rond de nek gehangen kon worden. 


Opvallend is dat in 1969 wél naamlintjes van Nominette gemaakt werden voor … Victor De Saedeleer. 
Victor verloor toen de Prinsenverkiezing, maar riep zichzelf uit tot 'Prins van de Linkeroever'. 
Als zelfgekroonde Prins liep ook hij mee in de stoet en deelde zijn lintjes uit aan het publiek, in tegenstelling dus tot de echte Prins Carnaval.


In 1970 ging de Filature du Canal failliet. De gebouwen stonden over te nemen waardoor La Nominette de kans kreeg om haar bedrijventerrein te verdriedubbelen. Uiteraard lieten ze zich deze kans niet voorbij gaan en de verhuis naar de ‘Filature’ werd een feit. 


Jean-Paul De Boitselier schakelde in 1970 als Prins opnieuw over naar de lintjes van Nominette, maar in de periode 1977-1979 verkozen Prinsen Edy De Neve, Michel Cleemput en Enrico Le Clair een klever van Rupa in plaats van een geweven lintje van Nominette. 
In deze periode waren de lintjes van Nominette echter nog steeds aanwezig in de stoet, Kamiel Sergant zette immers als Keizer de traditie verder en bleef zijn lintjes uitdelen, onder andere ter gelegenheid van de 50ste stoet in 1978. 


Op 31 juli 1979 overleed Albert in Houthulst. Hij werd 88 jaar.

Vanaf 1980 werd opnieuw overgeschakeld naar de traditie van geweven lintjes voor de Prins.

Jean Butaye breidde de Jaquard smalbandweverij uit en de firma werd verder gemoderniseerd. Zo deed een directe computersturing zijn intrede en werd er overgeschakeld van katoen naar rayonne, fibranne en polyester. 

Het bedrijf bleef verder groeien in de jaren '80 en 90' en de productie van het bedrijf werd opgetrokken.
Steeds meer etiketten, bandjes, naamlintjes en emblemen werden geweven. 
De leiding van het bedrijf was ondertussen overgegaan naar Philip Butaye, de kleinzoon van oprichter Albert, en Jozef Van Steendam..

De gebouwen in Aalst waren intussen sterk verouderd, waardoor verzekeraars moeilijk begonnen doen in verband met veiligheids-, hygiëne- en andere voorschriften en regels. 
Daarenboven beperkte de overheid ook nog eens een langlopende milieuvergunning in de tijd, waardoor er eigenlijk geen andere optie was dan om te verhuizen.
In 1989 werd bekend dat La Nominette een nieuwe locatie aan het zoeken was. Hierbij was een bedrijventerrein in Erpe-Mere een belangrijke optie. 

In 1995 was het dan zo ver en trok Nominette naar een gloednieuw fabrieksgebouw in Erpe-Mere.


Zes jaar later, we schrijven 2001, kwam het bedrijf in handen van het Zweedse textielbedrijf ‘Nilörn’. 


De focus van de Zweden lag echter niet meer op de Nominetjes, helaas. Geldgewin kwam op de eerste plaats en men bood lang niet meer de gekende kwaliteit aan. 
Er kwam meteen ook een einde aan de aangeboden kortingen voor de prinsen en kandidaat-prinsen, een beslissing van de nieuwe directie. 

Prins Gary Van Overstraeten kan daar jammer genoeg van meespreken, want hij kreeg datzelfde jaar daardoor de ‘eer’ om als eerste prins de volle pot te betalen voor zijn lintjes, wat toen 8 frank per stuk was. 
Ne vrièn hap uit zijn budjet dus.

Om de kosten toch iet of wat te kunnen drukken, besliste hij toen wel om de gebruikelijke bestelling van 8000 stuks dat jaar te verminderen naar 5000 stuks.

In 2007 kende men een periode van sociale onrust bij de werknemers van Nominette. 

De Zweedse hoofdzetel gaf steeds meer werk aan de Portugese en Aziatische vestigingen en steeds minder aan het dochterbedrijf in Erpe-Mere en dus deden al vrij snel geruchten de ronde als zou het bedrijf opnieuw verkocht worden.

Waar rook is, is vuur en de onrust bij de werknemers bleek volkomen terecht te zijn, want op een bijzondere ondernemingsraad werd een week later meegedeeld dat de productieafdeling in Erpe-Mere gesloten zou worden. 
Enkel de verkoopafdeling en een kleine weefafdeling bleven in Erpe-Mere.
39 Mensen verloren hun job.

Na enkele moeilijke jaren werkten er in 2009 nog 11 personeelsleden in Erpe-Mere. 
Deze personeelsleden richtten zich vooral op het uitwerken van concepten voor labels, maar het produceren gebeurde niet meer in Erpe-Mere. 
Na al de herstructureringen werd het steeds duidelijker dat Nilörn volledig van Nominette af wou.

Het bedrijf stond dus bijna aan de afgrond, maar dankzij het Nederlandse bedrijf Van Engelen en Evers BV, dat Nominette in 2009 kocht , kreeg men toen opnieuw een commerciële boost. 


De labels worden nu wereldwijd via een eigen webshop verkocht en de productie van de geweven lintjes vindt opnieuw plaats in Erpe-Mere.

Ook deze firma - ondertussen EE Labels - heeft reeds een lange geschiedenis achter de rug, en dat ging natuurlijk ook gepaard met nieuwe logo's. Hieronder zien jullie de evolutie van de logo's van deze firma. 
1900, 1930, 1939, 1960, 1986, 2000 en als (voorlopig?) laatste het nieuwe logo van 2020.


Het was, vroeger zeker meer dan nu, 'een eer' zo'n hebbedingetjes te krijgen. Tegenwoordig houden de prinsen het ook niet meer bij 1 linjeken, maar maken ze er een hele verzameling van in verschillende kleuren, met verschillende ontwerpen, andere details, enzovoort. Ook is het nu de gewoonte om er een verzamelblad of zelfs verzamelboek van bij te houden en zelfs de druk- en weeffouten brengen geld in het laatje. 

Het grootste lintje staat op naam van prins Wim Delclef, die bij zijn afscheidsconcert de aanwezigen voorzag van 'Wimonetjes'. 


Op deze speciale 'Nominette' werd een foto van Prins Wim, samen met zijn dochter Lina afgebeeld. Deze creatie was toen het grootste textiellintje dat Nominette ooit gemaakt had. 
Bovendien was het voor Nominette de eerste keer dat ze werkten met een foto op een geweven lint. Enkele personeelsleden van Nominette hadden hiervoor een speciale opleiding gevolgd

Dat de Nominetjes heel vlot van de hand gaan, dat is zeker. 

Het bleef ook niet bij de prinsjen carnaval. Ook prominenten, carnavalsgroepen, verenigingen allerhande, cafés en zelfs winkels vonden intussen de weg naar de nominetten, en zien in het stukje textiel een mooie bron van reclamemogelijkheden


En dank zij de periode dat Aalst Carnaval Unesco-erkenning had, verdienen deze Nominetjes natuurlijk ook een plaatsje in het stukje 'Cultureel Werelderfgoed'!

In 2011 bracht de firma Nominette, naar aanleiding van haar 90-jarig bestaan, textiellintjes uit ten voordele van 'Mensen Helpen Mensen', de organisatie van Kamiel Sergant die zich inzet voor de armoede in Aalst. 
De jubileumnominette droeg het opschrift 'Keizer Kamiel' en de jaartallen '1432-2011'. 
Het lintje was geïnspireerd op het eerste Prinsenlintje van Frans De Boitselier uit 1954. 


Het jaartal 1432 verwees naar het ontstaan van carnaval in Aalst. De 50 stuks vlogen de deur uit en brachten 1000 euro op. 
Deze som werd door eigenaar Marc Evers overhandigd aan Kamiel Sergant. Naar aanleiding van hun negentigjarige bestaan bracht Nominette toen ook een vlag uit met een Voil Janet met ajuinhoofd, een pak friet en enkele glazen bier in de handen.

De Nederlanders wisten niet waar ze het hadden, en hadden het succes (en de verzamelwoede) van de Nominetjes in het Aalsterse nooit zo hoog ingeschat. 

'Al van dag één werden we door verzamelaars en carnavalsgroepen gecontacteerd', vertelt manager Oscar Van Iersel in Het Nieuwsblad van 9 februari 2012. 

'Het was al gauw duidelijk dat de Nominette in deze streek iets heel speciaals en belangrijks is. Zelf hebben we jammer genoeg geen enkel lintje meer in huis. Met enkele verzamelaars legden we daarom een digitaal archief aan. 'In de 'index' van de firma, te vinden via http://carnavalslintje.be/index.php, kan je alle ontwerpen sedert 1954 nog eens rustig bekijken


In 2011 kwam er in Aalst ook een tweede linjekesbedrijf op de proppen. 
 
Het waren Peter De Bruecker (52) en zijn zoon Karel (21) die met het Aalsterse bedrijf Linjekes.be die de rechtstreekse concurrentie zouden aangaan met Nominette, de ‘concullega’ uit Erpe-Mere. 

Ook zij bleken van in den beginne heel succesvol te zijn. 
Dat het druk zou worden, dat wisten ze, maar dat het zo’n grote vaart zou lopen, had ook Peter De Bruecker echter niet verwacht toen hij in 2011 zijn eerste lintje maakte. Het onderwerp was de ‘Toerenpoeper’, een toen heel populair onderwerp bij de carnavalisten.

Hoe het eigenlijk allemaal begon ? In 2011 ontstond de ‘Oitgeranzjeirde Jury’ - een groep carnavalisten die niet meer in de jury van de stoet mochten zitten en dan maar een eigen jury oprichtte - en die groep wou ook een lintje uitbrengen. 
Nadat ze de prijs opgevraagd hadden bij de bestaande producent van lintjes, dachten ze : ‘Dat kunnen we zelf beter en goedkoper’. 

Het ontwerp sloeg in als een bom ... . Het lintje was gebaseerd op het bruine toeristisch infobord dat vroeger naast de E40 stond. 
Iemand had, naar aanleiding van een 'privémomentje' van toenmalig burgemeester Ilse Uyttersprot,  toen op de E40-bord twee ‘toerenpoepende’ mensen getekend. Zeer leuk, en dus maakten ze daar een lintje van. 


Het werd eerst enkel verdeeld via carnavalswinkel Liebaut, maar al snel was ook de interesse van de andere carnavalswinkels gewekt. 

De eerste 1.000 lintjes waren dus ongelooflijk snel de deur uit, en Linjekes was definitief "gelanceerd”

In 2017 bracht 'de Sjampetter' (Dirk Verleysen - voorzitter Feestcomité en oprichter van de FaceBookpagina 'Oilsjtpositief') ook een lintje uit bij deze firma. 



Goh, de Nominettekes … Toen de prinsen carnaval ermee begonnen, was men zich duidelijk niet bewust van het succes die de linjekes / Nominetjes zouden hebben. 
Ondertussen zijn die oude lintjes een heel pak geld waard. Elke verzamelaar wil natuurlijk een zo complete mogelijke collectie van de carnavalslintjes van de prinsen hebben, en de prijzen schieten dan ook de hoogte in. 

Hét pronkstuk in de carnavalsverzameling van Tom Huybrechts bijvoorbeeld is het carnavalslintje van prins Fransky De Boitselier alias Mister Dancy. Niet de eerste Prins Carnaval van Aalst, dat was Robert Renoncourt een jaar eerder, maar zoals eerder al vermeld wel de eerste die carnavalslintjes of 'nominetten' liet maken. 

"Ik heb naar die van 1954 lang gezocht. Ik ben in 1998 beginnen verzamelen en in tien jaar tijd had ik alle lintjes van alle prinsen, behalve die van 1954. 
Uiteindelijk heb ik hem kunnen kopen voor 650 euro in 2008. 
Tegenwoordig betalen ze voor dit lintje 1.000 tot 1.500 euro, omdat het zo zeldzaam is."

Zo’n lintje zou trouwens zelfs ooit eens verkocht zijn voor 2.000 euro. 
Als je weet dat een nieuw carnavalslintje per stuk 30 cent kost, dan is het overduidelijk een goeie investering voor iemand met veel geduld.

Ondertussen laat zowat iedereen in Aalst een lintje maken. Carnavalsgroepen, prinsen, maar bijvoorbeeld ook Eendracht Aalst om 20 jaar Europees avontuur te vieren, een koppel dat gaat trouwen, een organisatie voor het goede doel (denken we bv aan de linjekes van 'run 4 hope' ten voordele van Stichting tegen Kanker...), beenhouwer Daens, …

Typisch Aalst, jazeker, want overal elders is de pin om je vest te spelden nog steeds een pak populairder. 
Stilaan echter beginnen mensen uit naburige gemeenten ook al onze 'linjekesgewoontes' over te nemen. Zo zijn er al vragen binnen voor lintjes voor de carnavals in Zottegem, Denderleeuw en ... tja, zélfs ... Dendermonde.”

Wie textiel en zeker confectie zegt, denkt daarbij meteen aan de problematiek van uitwijking naar lageloonlanden of, dichter bij huis, Noord-Frankrijk, vooral vanaf de jaren '90. 

Toen de etikettenweverij Nominette voor de dringende noodzaak stond om de aftandse panden in Aalst te verlaten; een operatie die zeker 5 miljoen euro zou kosten, zou dit een gedroomde kans geweest zijn om gunstiger oorden op te zoeken. 
Toch koos het management uitdrukkelijk niet voor uitwijking naar het buitenland en werd verhuisd naar het naburige Erpe-Mere.

De familie Butaye is er tot op vandaag nog steeds de hoofdaandeelhouder van het bedrijf. 

Gedelegeerd-bestuurder is Philip Butaye; directeur-bestuurder is Jozef van Steendam. Wat meteen opvalt is dat op de naamkaartjes van geen van beiden hun functie staat vermeld. Geen pronkerigheid dus bij het labeur van Nominette.

Nominette heeft een machinepark van 54 jacquard-weefgetouwen waaronder 14 nieuwe naaldweefgetouwen en 40 breedweefgetouwen. 


Het verhuizen naar de nieuwe inplanting ging gepaard met een investering van om en bij de 4,5 miljoen euro. Tegelijk werd beslist om ook 1,5 miljoen euro in de modernisering van het machinepark te steken. Met eigen middelen die ruimschoots de vreemde middelen overtreffen, was de financiering geen probleem al preciseert men liever niet hoe de vork precies in de steel zit.

Nominette - volgens Butaye en Van Steendam vermoedelijk de vijfde grootste etikettenweverij in Europa - is goed voor twee miljoen etiketten en naamlintjes per dag

De geweven etiketten maken 80 procent uit van de omzet, de naamlintjes vertegenwoordigen 15 procent. De rest komt van borduurwerk en gedrukte etiketten. 
De geweven etiketten worden besteld door zowat alle confectiemerken uit Europa waarbij orders voor miljoenen stuks niet vreemd zijn. 
Nominette heeft eigen standaard- of decoratiemotieven; een collectie etiketten met onder meer Walt Disney figuurtjes. 
Van de omzet van 5,5 miljoen euro wordt 65 procent in de buurlanden gerealiseerd.

Een belangrijke markt is Frankrijk. Misschien vreemd dat Nominette met zijn productieafdeling niet richting Nord-Pas-de-Calais trok? 

Van Steendam: 'Tussen de aankoop van de garens en het eindproduct genereren we een toegevoegde waarde van 85 procent. 
Alles daartussen is activiteit; activiteit van mensen. Als u ziet dat 40 procent van ons personeel (103 werknemers) bedienden zijn, dan merkt u meteen het verschil met de confectie waar het misschien om drie bedienden gaat op 100 laaggeschoolde arbeiders. 
Wat hier gebeurt is vrij complex. De waarde van Nominette hangt af van de kracht van het personeel. Dat valt in Frankrijk niet van nul af aan te herbeginnen'.

De expertise van het personeel, van CAD-CAM-afdeling tot fabrieksvloer, hield Nominette dus in de buurt van Aalst. 
CAD-CAM wordt als één term genoemd met betrekking tot de automatisering in een productieomgeving, maar is eigenlijk een samenvoeging van twee afkortingen.
'CAD' staat voor “Computer Aided Design”. Hiermee wordt bedoelt dat producten worden ontwikkelt en vormgegeven doormiddel van een computersysteem. 
De tweede afkorting ‘CAM’ staat voor “Computer Aided Manufacturing”. Hiermee wordt aangegeven dat producten daadwerkelijk worden gefabriceerd of geproduceerd doormiddel van software op de computer.

Dit had misschien anders afgelopen, hadden ze bijvoorbeeld in West-Vlaanderen gevestigd geweest en de combinatie uitwijking en behoud van personeel dus iets makkelijker was geweest. 

Hét probleem ligt overigens niet zozeer bij de personeelskosten.

Terwijl de confectie de afgelopen jaren massaal en versneld richting lageloonlanden trok, voelt Nominette zich best lekker in hartje Europa. De lageloonlanden beheersen de 'métier' van etiketten weven helemaal niet. 
Wat zij afleveren is echt ondermaats. 

'We kregen van een confectiebedrijf uit India ooit de vraag - het was bijna een smeekbede - om voor hen een etikettenweverij te installeren. Maar onze technologie exporteren? Nooit!', zegt Butaye.

'Micro-economisch maak ik mij weinig zorgen. Nominette is een gezond bedrijf. Wat ons echt verontrust is de macro-economische omgeving. Wat men ook beweert: het klimaat is zeer slecht. Toch hebben de aandeelhouders geopteerd voor het voortbestaan van het bedrijf. Maar geloof ons: de investeringen zijn gebeurd met de vlag halfstok.'

In 2012 verscheen de website carnavalslintje.be, waarop alle Aalsterse 'nominetten' verzameld werden. 
Het idee werd uitgewerkt door verzamelaars Chris Van Goethem en Lieven Goubert. 
Bij de overname van Nominette door EE Labels ging het archief verloren, waardoor de verzamelaars op zoek gingen naar alle bestaande carnavalslintjes, die gemaakt werden door Nominette. 
De firma werkte graag mee bij het aanleggen van dit nieuwe digitaal archief. De website wordt jaarlijks geüpdatet door Lieven Goubert

Of er al ‘linjekes’ geweest zijn die voor enige controverse gezorgd hebben? 
Ja hoor, al lag dat niet aan het bedrijf dat ze vervaardigde, maar aan het onderwerp. 

In 2019 zag het er immers naar uit dat Aalst Carnaval opnieuw voor ophef zou zorgen. 
Er doken al heel snel signalen op dat de Aalsterse carnavalisten de toen heel actuele Unesco-rel niet uit de weg zullen gaan. Zo waren er bijvoorbeeld de 150 unieke carnavals-lintjes. Op die lintjes, of linjekes, stonden Joden afgebeeld op dezelfde stereotiepe manier als het jaar ervoor: mét haakneus en hoge hoed.  


En het is net die voorstelling die sommigen niet graag zagen komen. Het Forum van Joodse Organisaties vond het pure provocatie, en dat terwijl er nog altijd een verzoeningsgesprek bezig was over de controversiële praalwagen van ‘De Vismoilen’ uit de vorige stoet.

In 2020 kwam er beter nieuws en werd de 100ste verjaardag van het bedrijf gevierd, iets wat natuurlijk niet zomaar aan de aandacht mocht ontsnappen. 
Ter gelegenheid van deze gebeurtenis werd een speciale carnavalsbrochure uitgegeven, samen met … 2 geweven lintjes. De leuze? 

100 joor gooren ver te spooren” (100 jaar garen om te sparen). 


De opbrengst van de brochure ging integraal naar de vzw Levensvreugde. 


Het volledige lintjesarchief van Nominette is terug te vinden door op onderstaand logo te klikken. 



Ook andere 'Oilsjterse dinges' verzamelen? 
Klik op de foto hieronder en laat je meeslepen in het verleden via de site 'Oilsjt Verzaumelt' 



Tot slot van dit artikel nog 'een streepje muziek'. 
Van Nominette heb ik geen liedje teruggevonden, maar hier in elk geval het liedje 'De Linjekesmaan' van Linjekes.be



Bronnen

'De Tijd' 16/11/1995 
2dehands.be
nominette.be
website linjekes.be 
website Nominette
Denderend Aalst, 1 november 2013
Het Nieuwsblad, 10/01/2007 – 17/02/2007 – 12/02/2011
De Voorpost, 03/02/1989 – 15/12/1989
Het Volk, 2/06/2001
HLN 7/062001 – 8/01/2010 – 25/01/2003
http://carnavalslintje.be
foto Fabriek van La Nominette : Denderend Aalst - 01/11/2013 - Verzameling J.Depryck
Liedje 'De Linjekesmaan' : via Youtube 
lalanguefrancaise.com/dictionnaire : Prononc.: [mominεt]. Étymol. et Hist. 1. [Ca 1880 «fillette» (s. réf. ds Cellard-Rey)] 1920 (Sain. Lang. par., p.113); 2. 1894 «petite absinthe» (Virmaitre, Dict. arg. fin-de-s., p.186). Dér. de môme*; suff. dimin. -inette (-in*, -et*).

vrijdag 12 november 2021

Aalsterse Carnavalsradio's

Oh, wat zijn we in Aalst toch verwend. 

In onze regio kennen we al jaren verschillende radiozenders die leuke muziek afwisselen met praatprogramma’s, verzoekjes en informatie. 


Wie kent ze niet : ‘Radio 2000’, ‘Radio Aalst’, ‘Radio Omroep Aalst’, ‘Ajoin Music’, ‘Aktiva’, ‘Alro’, ‘Avanti’, ‘Caroline’, ‘City Music’, ‘Flamingo’, ‘Flash’, ‘FM Aalst’, ‘Goeiedag Aalst’, Hofstade’, ‘Imago’, ‘Katanga’, ‘Laser’, ‘Contact’, ‘Mars’, ‘Mi Amigo’, ‘Monica’, ‘Mooyzo’, ‘Oilsjt Mjoezik’, ‘Sirius’, ‘Radio Vrij Aalst’, ‘West’ en ga zo maar door. 
De meesten intussen gestopt, maar enkele zijn nog steeds in de ether.

Maar liefst 24 op 24 uur en 7 dagen op 7 kunnen we, in de aanloop naar de carnavalsdagen, onze favoriete carnavalsliedjes beluisteren op de lokale zenders. 
Inderdaad, sedert enkele jaren hebben we in de aanloop naar carnaval verschillende carnavalszenders die de ether vullen met vrolijke deuntjes.

Vandaag de dag zijn dat er drie : Ajoin Music, Oilsjt Mjoezik en laatst nieuw bijgekomen Radio Kamiel
Hoe het zo ver is gekomen?

Het fenomeen ‘carnavalsradio’ bestaat eigenlijk al sedert de jaren ’80. Tijdens de carnavalsperiode werden op sommige zenders met heel veel plezier carnavalsprogramma’s uitgezonden. 
Muziek, interviews en weetjes vulden de ether en de carnavalisten stemden massaal af op deze frequenties. 

De kop hierin werd afgebeten door Radio Vrij Aalst


Het was Aalstenaar Gust Van Nuffel die er in 1984 al voor zorgde dat men elke maandag tussen 20:00 en 22:00 kon afstemmen op zijn programma dat werd gemaakt vanuit de studio in Erembodegem. Dat programma werd gepresenteerd door Keizer Kamiel Sergant, wat vele jaren later zou leiden tot de naamgeving van de nieuwste zender ‘Radio Kamiel’.
Het waren vooral de carnavalisten die in de toenmalige Couverture aan hun wagens aan het werken waren die zich lieten meeslepen door de muziek op 103,7 FM en 104,2 FM.

Een zevental jaar later, in 1991, kwam er ook Radio Avanti bij


Dat werd de zender waar Bart Van den Borre zijn spreekwoordelijke ei kwijt kon en zich kon uitleven met zijn programma ‘Radio Ajoin’, een programma dat - zeker qua naamgeving - later nog voor heel wat geanimeerde gesprekken zou zorgen. 

Dat werd een non stop carnavalsprogramma dat in de ether kwam tijdens de drie carnavalsdagen. 102,9 FM was toen ‘the place to be’. Zij zonden uit vanuit de Sint Jozefstraat.

In 1999 werd door radio Avanti beslist dat ze de programmatie van TopRadio (nog steeds bestaande) en Radio Mango (gestopt in maart 2008) zouden overnemen. 


Dat betekende meteen ook het einde van 'Radio Ajoin' van Bart op Avanti. 

Niet het definitieve einde echter van de programmanaam. Het programma werd overgenomen door Radio Contact (gekend door zijn dolfijn). Het was in de jaren 2000 dat zij vanaf januari elke maandag zorgden voor sfeer. 


Deze uitzendingen gingen door van in het Forum en werden gepresenteerd door Danny De Bruyn, Peter Van den Bossche en Sven De Smet (in Aalst beter gekend als ‘Plop’). 
De frequenties ‘to be’ werden 93,0 FM en 105,1 FM. 

In 2006 werd deze frequentie nog aangevuld met een internetradio en ook Bart Marcoen en Stijn Verdoodt vervoegden de ploeg van de steeds maar groeiende radio. 

‘Radio Ajoin’ was nog tot en met 2008 te horen op Radio Contact.
 
Een jaartje eerder, we schrijven 1 februari 2007, werd ook Ajoin Music, een onderdeeltje van City Music, opgericht. 


Het waren Luc Vermeiren (beter gekend als ‘Paroi’), Bart Van den Borre , Danny Verhulst en Philippe Van Gerven die hiermee rechtstreeks de concurrentie aangingen met het programma Radio Ajoin van Radio Contact. 

Concurrentie leidt wel eens meer tot een samenwerking en dit was voor deze zenders ook niet anders. In december 2008 besloten ze samen te werken en zo werkte de ploeg van Radio Ajoin mee aan de programmatie van Ajoin Music. Dit alles was te horen op de frequentie 107,8 FM.

Wat begon met een paar weken carnavalsradio in februari werden uiteindelijk drie maanden non stop radio. 
De klok rond zond Radio Ajoin carnavalsprogramma’s uit en de Aalsterse reclameboodschappen van Gary Van Overstraeten en Yves Van den Bremt werden een enorm succes.
De zender zorgde ook voor live verslaggeving van de zondagsstoet en groeide uit tot een graag beluisterde en volwaardige radiozender. 

Toen barstte echter een bom in de radiowereld

Het team van (de originele) Ajoin Music leefde in november 2014 nog volledig in peis en vree. Deze situatie veranderde echter snel, en in juni 2015 was er in het Aalsterse land te horen dat er een haar in de boter zat tussen twee bestuursleden : Bart Van Den Borre en Philippe Van Gerven.
Er woedde een hevige strijd om de naam en frequentie van Ajoin Music verder te mogen gebruiken. 
 
In het kort : 

Bart Van Den Borre nam in 2014 een patent op de naam 'Ajoin Music' omdat hij vermoedde dat het bestuur hem eruit wilde. Daarop legde Philippe Van Gerven (City Music - de zender achter de carnavalsradio) de naam 'Ajoin Music' neer bij het merkenregister. 
En ... alsof het nog niet alles is : in tussentijd raakte ook nog bekend dat een (toen nog onbekende) derde partij ook de radiofrequentie 107.8 FM van Ajoin Music had gekocht.
 
In het lang : 

Ajoin Music was in 2014 amper drie dagen in de ether toen Bart Van Den Borre - 'Beireken Ajoin' - op 25 november het merk 'Ajoin Music' liet registreren als zijn eigendom. 


Bart zat al sinds zijn twaalfde in het milieu van de Aalsterse lokale radio's en hij was ook één van de pioniers van carnavalsradio. 
Ajoin Music kan dus ergens wel beschouwd worden als ‘zijn’ baby. 
 
Beireken begon als tiener bij radio Caroline. Later was hij terug te vinden bij radio Avanti. Zij maakten zoals eerder al vermeld toen reeds een voorloper van Radio Ajoin. In het weekend van carnaval en de daaropvolgende feestdagen, werd dag en nacht carnavalsmuziek gespeeld. 
Hij ging daarna naar Top Radio en Radio Mango en het was dus eventjes gedaan met de carnavalsradio, ... maar dat duurde maar eventjes. 

Met City Music kwam de carnavalsmuziek weer op antenne. 
Er was een heuse Ajoin Music-carnavalwerkgroep, die carnavalspins uitbracht, voor promotie zorgde en ook meeging in de stoet.

In het bestuur van City Music zat toen vier man, waarvan er twee uit Aalst waren. 

Na een tijdje had Beireken echter meer en meer het gevoel dat er voor de echt carnavaleske ideeën en de Aalsterse mensen minder plaats was. Er was minder en minder Aalsterse inbreng, en hij had de indruk dat het geld eigenlijk het belangrijkste drijfpunt geworden was van de zender. 
Hij vond het ook helemaal niet logisch dat Ajoin Music gerund werd door iemand van Ternat, namelijk Philippe Van Gerven. 

Toen hij een collega hoorde vertellen dat hij Ajoin Music zou bedacht hebben, heeft hij het merk laten registreren om verdere discussies te kunnen vermijden.
Toen Philippe Van Gerven echter ontdekte dat Van Den Borre de rechten op de naam had laten vastleggen, deed hij hetzelfde. 
De eigendom van de naam Ajoin Music werd dus betwist door de beide partijen en ze geraakten er helemaal niet meer uit. 

Philippe Van Gerven kondigde echter een doorstart aan van de carnavalsradio.

Men zou blijven uitzenden vanuit de studio in Ternat, maar ze openen in juni 2015 Studio Ajoin aan Hertshage. Ze wouden meer visuele radio brengen, multimediaal werken, helemaal mee zijn met de tijd. 
Ajoin Music was te beluisteren van november tot carnaval en de andere negen maanden werden gevuld door ‘Studio Ajoin’, dat garant stond voor ambiancemuziek, hits uit vervlogen jaren en hier en daar ook een carnavalsnummer natuurlijk. 
Maar blijkbaar zijn er kapers op de kust", zei Van Gerven, die overigens wel de beroemde (beruchte ?) Aalsterse reclamestemmen Gary en Bremt in zijn kamp kon houden.

“In dezelfde periode dat Bart Van Den Borre de naam liet registreren, is zonder mijn medeweten ook de radiofrequentie gekaapt", zegt Van Gerven. "We huurden die en na twintig jaar heeft de eigenaar de huur opgezegd en verhuurd aan een hogere bieder. 
Daardoor zullen we dus geen Ajoin Music meer kunnen uitzenden op 107.8 FM, maar wordt het 106.7 FM. 
We zullen op Studio Ajoin ook doorheen het jaar carnavalsmuziek brengen, live-uitzendingen verzorgen en originele radio maken."

Bart Van Den Borre zegt dat hij echt niet wist wie de radiofrequentie uiteindelijk huurde. 
Hij bleef er wel bij dat hij eigenlijk de ‘vader’ van Ajoin Music was. Van Gerven van zijn kant claimde het idee om een Aalsterse zusterzender van City Music te lanceren. 

Het verdict was dat er dus uiteindelijk twee carnavalszenders naast mekaar zouden moeten bestaan.

De twee carnavalsradio's waren eigenlijk net identieke tweelingen. Ze claimden niet enkel allebei de naam 'Ajoin Music', maar ze wilden vanaf november 2015 ook beiden drie maanden non-stop carnavalsmuziek draaien en carnavaleske radio maken. 

Bart Van den Borre had intussen zijn overstap gemaakt naar Stadsradio Goeiedag Aalst. 


De discussie bleef natuurlijk … De ene Ajoin Music (van City Music - Philippe Van Gerven), en de andere Ajoin Music (van Goeiedag Radio - Yves De Bondt) ... het werd een bittere strijd om de luisteraars naar zich te trekken en te houden.
De twee radiozenders beweerden allebei dé stadsradio van Aalst te zijn, en met hun slogans zetten ze ook allebei hun Aalsterse identiteit in de verf: 

"Echt van Oilsjt' claimde City Music.

'Wij zijn Aalst' brulde Goeiedag Radio.

Naast de twee stadsradio’s waren er op dat ogenblik natuurlijk ook twee radiostudio's voor carnavalsmuziek: die van City Music in Hertshage en die van Goeiedag Radio op de bovenste verdieping van het Brasserie K-gebouw op het Keizersplein.
 
Nog een vergelijking was dat de twee radiozenders ook allebei reclame uitzonden in het sappige Aalsterse dialect. 
Bij City Music kon men daarvoor nog steeds blijven rekenen op de humor van de ‘anciens’ Yves Van Den Bremt en Gary Van Overstraeten (beter gekend als 'De Gary en den Bremt), maar Goeiedag Radio probeerde daarop natuurlijk ook om evenwaardige reclameboodschappen te kunnen maken. "Het zal de bedoeling zijn om op zijn Aalsters reclame te maken. Dat was ook de sterkte van de zender", zei Peter Van den Bossche op de voorstelling van de Goeiedag-Ajoin Music. 

Het was wel zo dat de meeste leden van het vroegere Ajoin Music-team naar Goeiedag zijn overgelopen. Op de persconferentie zaten dus bekende gezichten als Danny Verhulst, Bart Van Den Borre, Peter Van den Bossche, Luc Vermeiren (‘Paroi’) en Sven De Smet. "Wij zijn Ajoin Music, want kijk maar, het volledige Ajoin Music-team is hier", aldus Ives De Bondt.
 
Philippe Van Gerven van City Music vroeg zich een tijd geleden nog af wie de nieuwe huurder was van de frequentie 107.8 FM, waar jarenlang Ajoin Music mee is uitgezonden. De eigenaar die geen zaken meer wou doen met City Music is toen echter boven water gekomen. 

De nieuwe eigenaar was Goeiedag Radio en zou er Ajoin Music mee uitzenden. Als Van Gerven nog durft Ajoin Music te gebruiken, volgt er waarschijnlijk een rechtszaak, was te horen in het kamp van Goeiedag Radio. "Wij alleen hebben de rechten op Ajoin Music", zegt Bart Van den Borre, die een patent nam op de naam. "Als iemand anders het gebruikt, gaan we daartegen in."

Philippe Van Gerven echter is ook van zijn kant heel duidelijk: "Wij gebruiken die naam al negen jaar en zullen die ook op de tiende verjaardag van Ajoin Music gebruiken. 

Burgemeester D’Haese heeft ooit verklaard dat het niet is omdat je als eerste een patent hebt neergelegd dat je ook het recht aan je kant hebt (weliswaar was dit in een dispuut rond een carnavalsgroep, en dus niet in dezelfde context). We zullen dat niet van ons laten afpakken", zegt Van Gerven, die nog de Facebookpagina en website van Ajoin Music op zijn naam heeft staan. "Voor de rest is iedereen vrij om carnavalsradio te maken. Weet u dat dezelfde mensen ook de namen Ajoin en Oilsjt hebben gepatenteerd? Moeten we straks ook bij hen aan de kassa passeren als we die woorden gebruiken?"

Het geschil zou voor de rechtbank uitgevochten worden en tegelijk kwamen ook oneerlijke marktpraktijken én plagiaat van het logo op tafel te liggen. 

De nieuwe frequentie van Goeiedag (meteen dus ook de oude van City Music), 107.8 FM, werd door City Music in de ‘wachtperiode’ gevuld met Tiroler- en andere tingel tangel-muziek. Dat was natuurlijk iets waar men zeker niet tevreden mee was in het andere kamp. Uiteraard, want men hield er de potentiele luisteraars mee weg. 

De carnavalsradio’s waren in het jaar 2015 dus uitgebreid ‘talk of the city’, en met een eventueel pijnlijke rechtszaak in het hoofd besliste Stadsradio Goeiedag Aalst uiteindelijk om een toegift te doen, en hun carnavalszender om te dopen tot ‘Oilsjt Mjoezik’.


Vrijdagavond, 13/11/2015, is de nieuwe carnavalszender Oilsjt Mjoezik dan uiteindelijk ook voorgesteld aan de carnavalisten. Dit gebeurde in ‘Halle 13’ (de cantine aan de werkhallen), ... op de ondertussen berucht geworden frequentie 107.8 FM.

Het hernieuwde project was in handen van carnavalisten en Aalsterse radiomakers van het eerste uur. 
Vooral ex prinsen Picqeur, Tommeken, Frank Van Rijmenant, Bart De Nijs, Jurgen Cooman en De Foef stonden in voor de heropstart van de zender met ludieke items. De zender wou overigens een nog breder draagvlak als vroeger en geeft ook aan andere carnavalisten de kans om mee te doen. 
De programmadirecteur voor deze zender werd Danny Verhulst (van Radio Contact). Hij zorgde samen met Luc (‘Paroi’) voor de programmasamenstelling.

In 2015 was deze groep exact 10 jaar bezig met de carnavalsradio, de live uitzendingen, de carnavalsgroep, de gekende fuif en vele andere zaken. Ze waren dus vooral heel blij dat het project kon blijven voortbestaan op zijn vertrouwde frequentie 107.8 FM. En wat meer was, het is een op en top Aalsters project geworden. Jammer van de hele juridische heisa over de naam. 

Ze verklaarden echter échte carnavalisten te zijn, en geen ruziemakers en dat daarom de focus 100% op carnaval blijft liggen, liefst onder de originele, naam maar vooral met een sterke inhoud. Dit waren de gevleugelde woorden van bezieler Bart ‘Beireken’ Van den Borre, tijdens de voorstelling van Oilsjt Mjoezik in de carnavalskantine. 

Ajoin Music veranderde dus naar ‘Oilsjt Music’, en ‘de Nacht van Ajoin Music’ werd al even snel omgedoopt tot ‘de Nacht van Oilsjt Mjoezik’.  Via de website oilsjtmjoezik.be kon men kennismaken met de medewerkers en ook de stream wereldwijd beluisteren.

Op 25/11/2016, een jaartje later, stond in Het Nieuwsblad te lezen dat er opnieuw iets broeide in het landschap der carnavalsradio's in Aalst. De alternatieve radio Katanga zou meestappen in het bootje van Oilsjt Mjoezik, en dus was de concurrentie met Studio Ajoin compleet. 


De strijd om luisteraars en advertenties liep hoog op.

Radio Katanga, sinds 2016 gevestigd in een nieuwe studio in de De Ridderstraat in Aalst (vroeger waren ze gevestigd in café ‘De Gele Limonade’), stond vooral bekend als meest alternatieve speler in de regio. 
De verbazing was dan ook groot toen net die radiomakers op 24 november 2016 bekendmaakten op de carnavalskar te willen springen en ook carnavalsmuziek te gaan draaien. Katanga stapte dus mee in het bootje van Oilsjt Mjoezik, de carnavalszender van Stadsradio Goeiedag.

Verkocht de zender zijn ziel? 

Volgens Ralph Lliano van Radio Katanga ‘helemaal niet’.
“Na de carnavalsperiode, vanaf 1 maart (2017) dus, herneemt Radio Katanga gewoon haar uitzendingen. We spreken dus zeker niet over een overname of stopzetting. We stemmen onze producten gewoon beter op elkaar af. Daarom lenen we onze frequentie 105.1 FM graag even uit.”
 
Ingewikkeld ? Dan hebt u het nieuws uit december 2016 nog niet gehoord. 

Aalst kreeg toen, naast zijn twee carnavalsradio's (met Katanga eigenlijk drie), ook voor het eerst de evenementenradio Xmas FM
Xmas FM stond voor leuke kerstmuziek en soft-lounge versies van bekende songs. De initiatiefnemer hiervan was Tom Callebaut. 


De radio had uitzendingen op de frequentie 88.1 FM, en dit van 25 december tot en met 7 januari. Dat gebeurde met een tijdelijke licentie voor evenementenradio's. De radio was online al van start gegaan via livestream op www.xmasfm.be en werd op Kerstmis officieel de ether ingestuurd.

Tom Callebaut, die al de nodige ervaring had als radiostem en technicus bij onder meer Q-music verklaarde :  “Omdat steeds minder radiostations kerstmuziek opnemen in hun programmering, hebben we een uniek muzikaal aanbod. Op de kerstmarkt van Aalst zenden we live uit vanop de ijspiste. Bij ons mag je kerstmuziek verwachten, en heel af en toe ook een gezellige knuffelrockplaat. Elke vrijdag en zaterdag barst het feest los: dan draaien we dansmuziek, net als op kerst- en oudejaarsavond. Wie op ons afstemt, hoeft geen deejay meer te zoeken.”

Callebaut heeft thuis in Meldert een volledig uitgeruste studio. Zijn zendapparatuur staat op de SULBB-gebouwen in de Hertshage (ja hoor, waar ook ‘City Music’ zijn thuisbasis heeft) ... 
Afgezien van vrijdag, zaterdagavond van 20 tot 22 uur en zondag van 10 tot 12 uur, wanneer Xmas op de ijspiste zat, werd vanuit Meldert uitgezonden.

Het team van Callebaut bestond uit vier personen. Hij bevestigde reeds dat, als Xmas FM een succes is, ze overwegen om misschien ook een zomervariant op poten te zetten ...  
En daarna naar een themazender rond carnaval ? ... Het idee was er wel maar zover is het (tot hiertoe) nog niet gekomen ...
We gaan dus rustig verder met onze andere carnavalsradios. 

Op 1/12/2016 werd carnavalsradio Oilsjt Mjoezik opnieuw opgestart. Het project dat vorig jaar gedurende drie maanden door Goeiedag radio (107.8) werd ingevuld is zoals reeds vermeld ook een tijdlang ook een samenwerking geweest van de twee Aalsterse radio’s Stadsradio Goeidag Aalst en Radio Katanga.
De carnavalsmuziek was nu via frequentie 105.1 te beluisteren, maar ook via de stream kon je gemakkelijk volgen. In de programma’s werd volledig de kaart getrokken van de Aalsterse eigenheid maar dan wel met aandacht voor ‘een beetje niveau’, aldus de woordvoerders. 

“Wij willen de carnavalswereld op een positieve manier aandacht geven en onder de aandacht brengen”, luidde de insteek van de radioploeg. 
Oilsjt Mjoezik kon rekenen op de knowhow van Aalsterse radiomensen. Het was ook voor de eerste keer in het bestaan van de lokale radio’s dat de ene radio reclame maakt voor de andere en andersom. Oilsjt Mjoezik en Stadsradio Goeiedag werden door het stadsbestuur ook uitgekozen als geprefereerde media sponsor.

Het werden – na heel wat discussies - dus uiteindelijk twee radio's op drie frequenties, maar gezien de nieuwe elementen die in 2017 boven water kwamen (een herschikking van het radiolandschap, opgelegd door de overheid), zag het er toen naar uit dat er toch ergens dringend een strijdbijl zou moeten begraven worden, indien iedereen met zijn hobby verder wenst te doen. 

Er waren dus verschillende muziekzenders maar de kans is heel groot geweest dat we het met veel minder hadden moeten stellen.
Vlaams minister van Media Sven Gatz wou in 2017 namelijk nog maximaal 3 frequenties toekennen aan lokale radio's, terwijl er in het Aalsterse toen maar liefst zes lokale radiozenders actief waren. 
Het plan van Gatz zou in voege treden op 1 januari 2018 en op dat ogenblik hadden we in Aalst volgende radio's’ 
 
Club FM (93.0 FM), 
Radio Maria (90,0 FM), 
Studio Ajoin (106.7 FM), 
City Music (102.7 FM) – Studio Ajoin / Ajoin Music
Goeiedag radio – Oilsjt Mjoezik (107.8 FM) 
Katanga (105.1 FM).
 
In het hertekende plan van de minister zouden er naast de nationale radio's vier ketenradio's komen die elk een pakket kregen van een 15-tal frequenties in centrumsteden, waarmee ze over het hele land zouden kunnen uitzenden. 
Elke ketenradio kreeg in zijn pakket ook een Aalsterse frequentie.
De minister heeft toen beslist om de frequenties van Club FM, Radio Maria, Studio Ajoin en City Music in die vier pakketten te steken. 

De frequenties 105.1 FM (Katanga) en 107.8 FM (Goeiedag Radio) zouden in elk geval bestemd blijven voor lokale radio, dat ligt al vast. 
In het plan werd daarenboven de frequentie van radio PROS uit Haaltert (105.8 FM) ook aan één van de Aalsterse frequenties gelinkt, waardoor er in de toekomst dus twee zenders verkregen werden in Aalst.
Eéntje die zou  uitzenden op de frequentie van Katanga en één zender met een frequentie in Aalst en Haaltert.
Welke zenders er exact zouden verdwijnen en wie welke frequentie uiteindelijk toegewezen zou krijgen, lag echter nog niet vast. 

Tot 27 januari konden de betrokken radiozenders bezwaren en argumenten indienen. Daarna diende elke zender een nieuwe aanvraag in te dienen, en uiteindelijk werden de radiozenders met de beste punten de frequenties toegewezen. 
Bij City Music stond men in elk geval positief tegenover deze regeling. Men was daar overtuigd dat ze een goeie motivatie konden voorleggen, wat duidelijk te zien was aan het enthousiasme dat men aan de dag legde om Ajoin Music te maken. 
Ook de video's die gestreamd werden via de website waren een groot pluspunt, aldus Philippe Van Gerven van City Music en Studio Ajoin. 

Hij vond het niet jammer dat er nu een plan gelanceerd werd om de lokale radio's te waarderen, maar wel dat dit tot gevolg heeft dat er ook frequenties voor lokale zenders gaan verdwijnen.
In het plan dat besproken werd, moesten de luisteraars van City Music binnenkort afstemmen op een andere Aalsterse frequentie. Want dat is al zeker : of City Music de erkenning nu binnenhaalt of niet, haar frequentie zal sowieso gebruikt worden door een nieuwe ketenradio.
Door deze situatie stond de luxe die de Aalstenaar heeft met twee carnavalszenders – Studio Ajoin en Oilsjt Mjoezik – natuurlijk opnieuw zwaar onder druk. 

"Misschien tijd om terug samen te komen? Ik zou al die vrijwilligers die bij Ajoin Music zijn weggegaan om Oilsjt Mjoezik te maken met open armen ontvangen", zei Van Gerven in een interview met HLN op 20/1/2017. 

"Samenwerken is de toekomst en wij doen het al met Goeiedag, Katanga en Oilsjt Mjoezik. Wij staan trouwens open voor iedereen, niemand wordt uitgesloten. 
Twee carnavalsradio's, je voelt aan dat dat een moeilijke zaak zal zijn in de toekomst. Tenzij de twee zenders die die programma's nu maken allebei een frequentie kunnen bemachtigen en zo kunnen verder doen. Ik relativeer dit allemaal, voorlopig is het een denkoefening van de Vlaamse administratie", zegt Ives De Bondt.

Het verdict bleek uiteindelijk nog mee te vallen want zowel City Music (Ajoin Music) als Stadsradio Goeiedag Aalst (Oilsjt Mjoezik) kregen de gegeerde licenties. Een pak van hun hart en dat mocht blijken uit de verschillende vreugdekreten uit de betrokken studio's (Ik was toen persoonlijk net bij Goeiedag aanwezig)

City Music verkreeg het pakket met frequenties 107.8 en 105.8FM, terwijl Oilsjt Mjoezik mocht verder werken op 105.1FM. 
Natuurlijk was het zo dat er naast 'winnaars' ook 'verliezers' waren, niet iedereen kon gelukkig gemaakt worden. 
Radio Katanga, de radiozender met 35 jaar geschiedenis in Aalst, kreeg geen licentie meer en verdween jammer genoeg uit de ether. 
Nog een andere zender die geen frequentie meer kreeg, was Radio PROS

Ter gelegenheid van carnaval 2020 was Radio PROS ook gestart met een internetradio, die zich concentreerde op Aalst Carnaval. 
De internetzender heette ‘PROS in ’t Oilsjters’ en zij zorgden van 1 oktober 2019 tot 30 april 2020 24/24 voor Aalsterse carnavalsmuziek, met elke donderdag een live-uitzending. 


Dezelfde formule werd nog eens herhaald tijdens de carnavalsperiode in 2021.

2021 … Opnieuw een herschikking van de radioscene in Aalst.

In de zomer van dat jaar was er een overname van de frequentie van Stadsradio Goeiedag Aalst door Radio Omroep Aalst


Enkele sleutelfiguren van Goeiedag zochten en vonden hun heil bij de buren in Ninove (Radio Ninove), maar dat was dus zeker nog niet het einde …

Begin november werd immers bekend gemaakt dat deze Radio Omroep Aalst niet enkel de banden met Goeiedag maar ook die met Oilsjt Mjoezik zou doorknippen en tijdens de maanden rond carnaval zelf met een nieuwe radiozender zou starten: Radio Kamiel


Er zal daarbij nauwer samengewerkt worden met Ajoin Music (van City Music) en beide zenders zouden als broer en zus naast elkaar bestaan. Exit Goeiedag dus.

Ajoin Music wordt de hitzender, en Radio Kamiel zal zorgen voor de retromuziek.
De naam Radio Kamiel is een eerbetoon aan de betreurde keizer Kamiel Sergant. De dochters van de keizer (Mia, Veerle en Hilde) werden benoemd als meter van de zender, terwijl David Van de Steen (één van de slachtoffers van de Bende van Nijvel) de functie van ‘peter’ zou invullen. 

De programmaleiders Danny Verhulst en Philippe Van Gerven kwamen tot de overeenstemming dat adverteerders op beide zenders te horen zullen zijn, en dat City Music en Radio Omroep Aalst ook buiten de carnavalsperiode zouden blijven samenwerken. 
Radio Kamiel is te beluisteren via 97.7 FM of www.radio-kamiel.be

Na de bekendmaking van deze samenwerking kwam echter ook de ‘oude’ Goeiedag Aalst crew terug boven water en verkondigde dat ook Oilsjt Mjoezik programma’s zou blijven maken. 
Door het ontbreken van een frequentie gebeurt dit dan als internetradio, maar dat mag volgens Bart Van den Borre, nog steeds de ‘leading man’ achter Oilsjt Mjoezik geen enkel probleem zijn. Binnen een paar jaar is het toch gedaan met de FM frequenties en op dat ogenblik zal de zender onmiddellijk klaar zijn voor de sprong vaan de toekomst.


Oilsjt Mjoezik is natuurlijk ook gekend van in de carnavalsstoet, waar ze als carnavalsgroep al jarenlang te zien en te horen zijn. Ook dit zal blijven bestaan. 
De bekendste medewerkers Peter Van den Bossche, De Schaa Meikes, Luc Vermeiren, Sven De Smet en Stijn Van der Heyden blijven zich inzetten voor Oilsjt Mjoezik. 
Patrick Barrez maakte de overstap naar Radio Kamiel en Ajoin Music.

De radio’s kan je via volgende links streamen : 





V e e l    l u i s t e r p l e z i e r   ! ! !



Bronnen

FB Radio Kamiel - voorstelling op 11/11/2021
FB Stadsradio Goeiedag Aalst
Nieuwsuitzendingen Goeiedag Aalst
Magazine Goeiedag Aalst
FB City Music
Het Nieuwsblad 2/10/2015
info vrije radio’s : rudygybels.be/vra/Radio_Vrij_Aalst
Live info Radio Goeiedag tijdens interview en toekenning frequentie

zaterdag 6 november 2021

Domino's

Domino’s … als je het tegenwoordig aan de jeugd vraagt van waar ze het woord juist kennen, zullen ze vaak antwoorden dat het een beroemde Pizzazaak is.  
Natuurlijk is dat ook een juist antwoord, maar om hen wat cultuur bij te brengen, kunnen we het dan ook even hebben over een ‘raar figuur’ dat 'in vroeger tijden' opdook tijdens de carnavalsdagen. 

De geschiedenis van dit ‘fenomeen’ begint eigenlijk al in de 15e eeuw bij de opmars van de pest. 
Vanaf de 16e eeuw verschijnen er zogenoemde pesthuizen, waar pestlijders werden ondergebracht, vaak samen met leprozen (lepralijders) en dollen (krankzinnigen). 

Een pestmeester, meestal een monnik, droeg een lange jas en een masker dat wat leek op een pinguïnsnavel. 
Dit masker was gevuld met kruiden (onder andere jeneverbessen en boerenwormkruid) om de kwade dampen tegen te kunnen gaan. 
 

De pestmeesters bezwoeren de zieke met de vers ‘benedicamus domino’ (‘laten wij de Heer zegenen’ – psalm 117)… wat leidde tot de naam ‘domino’ … wat in Aalst, Antwerpen en Gent vooral vanaf de jaren ’30 ook leidde tot de opkomst van de domino’s die we kennen van carnaval.

De Aalsterse domino’s hadden het ergens horen ‘waaien’ en wouden dus ook de mensen ‘bezweren’. Daar kwam natuurlijk weinig van in huis, en in de plaats daarvan werd het ‘verwijten’... de typische bezigheid van de Aalsterse carnavalist ...

Over de traditie van het verwijten in Aalst is HIER trouwens meer te lezen. 

Het kon natuurlijk allemaal anoniem gebeuren, en daardoor werden deze donkere figuren niet steeds even enthousiast onthaald op feestjes. 

Het ‘Land van Riem’ verbood in 1933 om een dominokostuum te dragen omdat het niet feestelijk of kleurrijk genoeg zou zijn. 
Een jaar later volgde het Tyrolerbal en het verkleedbal van de Fotografische kring van Aalst met dezelfde beslissing. 

Wat verboden is, wordt aantrekkelijk natuurlijk, en dus trokken de Aalstenaars zich niet veel aan van de verboden en bleven ze zich verkleden in deze mysterieuze figuren die de bijnaam van ‘zwarte plekken’ kregen … (terug naar de oorsprong van de pest‘builen’ dus).

Belangrijke verkooppunten zoals huis Maria D’Hondt en huis Vlasschaert-Ghijsbrecht voerden een heuse reclamecampagne en verklaarden beiden dat ze dominopakken hadden voor iedereen … alle maten!

De figuur bleef goed verkopen en werd populairder hoewel er op de meeste bals wel gevraagd werd om voor een ander kostuum te kiezen. 
Zo bijvoorbeeld ‘Bij de Catharinisten’ in 1948 : 


Op de meeste bals … behalve dan op het Dominobal dat voor het eerst in 1948 georganiseerd werd door de Bond van Politieke gevangenen der stad Aalst. 
Dit bal werd een voltreffer en tot in 1957 kon men er ‘genieten’ van deze sombere figuren. 


Even bestond de angst dat de domino zelfs de populariteit van de ‘voil Janet’ in het gedrang zou brengen, zelfs ‘Zwarte Piet’ werd blijkbaar even verdrongen …


Voor sommigen was het er allemaal wel wat over. In 1949 lezen we in een verslagje van de stoet van dat jaar : 

"'t was al Domino dat men zag. 
Veel te veel domino's en da trekt op niks. 
Da's zo zwart, eentonig en te arm aan kleuren.
Awel, ze moesten de zwarte domino's verbieden. 
Zou het niet veel schoner zijn moesten al die domino's costumen in verschillende kleuren zijn …”

Begin jaren ’50 waren er nog enkele voorstellen geweest om een heuse optocht voor domino’s te organiseren. Eén domino zou symbool staan voor de prins, en aan het eind van de stoet zou deze dan verbrand worden, wat meteen het einde van de carnavalsperiode zou betekenen. 

Het voorstel werd niet aanvaard, het bleef bij een bal, en de volgende jaren diende de domino wat in te boeten aan populariteit, onder meer ook door enkele gevallen van agressie door de ‘anonieme’ groep.

Er kwam tijdens de stoet van 1960 nog een soort eerbetoon (of misschien klaagzang) tijdens de stoet van dat jaar, toen ‘De Loebassen’ uitpakten met hun onderwerp ‘Dood aan de domino’s', maar midden jaren '60 verdween hij dan toch volledig uit het carnaval, samen met het typische verwijten trouwens.

De populariteit van de domino was vooral te danken aan het goedkope kostuum. Lang en zwart en met een masker erbij … onherkenbaar voor anderen, en dus gemakkelijk om mekaar te verwijten. 
In het begin gebruikte men een zwarte strook stof of een stuk geperst karton met twee gaatjes, later kon men rekenen op plastieken maskers.

De verschillende groepen Domino’s konden mekaar herkennen aan kleine merktekens die werden aangebracht op het kostuum of aan attributen zoals kettinkjes die werden meegedragen. 


Ze mogen dan wel uit ons carnavalsmilieu verdwenen zijn, toch zijn er nog steeds enkele dingen die herinneren aan deze speciale figuren. 

Enkele werken van Peggy Wauters bijvoorbeeld, een kunstenares met Aalsterse roots die werkt met heel expressieve, soms ook dramatische of grappige figuren. 

Soms maak ik met opzet barstjes en scheuren. De structuur van de klei is belangrijk, de huid is dan ook zichtbaar. Door het ontbreken van de symbolische betekenis, krijgen de beelden iets mysterieus. Ook combineer ik vaak metaal met klei, zoals spijkers en sleutels, of vorken. Door bestaande voorwerpen een ander doel te geven dan dat ze voorbestemd waren, word het weer boeiend, zoals vorken een voet worden voor een beker’.

Maar het gaat hier over de domino’s natuurlijk. 
In het werk van Peggy vinden we bijvoorbeeld ‘De 12 domino’s’  terug. 


Deze komen uit de Silver bullet series, een werk van 30 x 21 cm, gemaakt in 2013.
Tweedimensionaal getekend met Stift, Krijt en Potlood.
 
En ook 'de 4 domino’s' zijn prachtig. 


Dit kunstwerk komt uit ‘The Painting series’. 8 x 6 cm, gemaakt in 2011, 
Tweedimensionaal geschilderd met olieverf op doek.

In de Gentsestraat is er ook het café ‘Domino’s’. 
In een eerste versie waren de ramen versierd met afbeeldingen van dominoblokjes maar tegenwoordig vinden we er de kappen van de beroemde/beruchte figuren in terug. 

Het café werd in 2021 gesloten onder druk van de coronapandemie. Eind van het jaar echter gaat de zaak opnieuw open en hoopt als vanouds op haar vast cliënteel. 

De domino is dus niet echt ‘lijfelijk’ meer aanwezig tijdens de carnavalsperiode, toch is en blijft het een veelbesproken figuur. Een donkere figuur die voor heel wat controverse heeft gezorgd. 
Men was er voor of men was er tegen …  maar de herinnering zal blijven bestaan, zelfs voor diegenen die ze niet bewust hebben meegemaakt. 


Bronnen

Liebaut
Peggywauters.com
De Denderbode 13/2/1887 
Het land van Aalst 13/2/1887
De Aankondiger 13/3/1947
foto sint en domino : Facebook groep ‘Aalst-Ezelspleintje – terug in de tijd’
De Gazet van Aalst 1/2/1948 – 21/3/1946 – 13/3/1949 – 28/1/1951