Debunne werd geboren als Oscar Debeuf, uit de relatie van
Auguste De Bunne en Bertha Debeuf. Na het overlijden in 1935 van de eerste
vrouw van Debunne, trad het koppel in het huwelijk en werd Oscar als zoon
Debunne erkend.
Hij promoveerde tot doctor in de rechten (1943) aan de
Rijksuniversiteit Gent en was actief in de gewapende weerstand. Na zijn
legerdienst werd hij advocaat aan de balie van Kortrijk. In 1948 werd hij
algemeen secretaris van het Emile Vanderveldeinstituut, het studiecentrum van
de Belgische Socialistische Partij (BSP).
In 1952 werd hij door de partijinstanties naar Aalst
gestuurd om er de interne twist in de plaatselijke BSP bij te leggen. Niet
alleen slaagde hij erin, maar bij de gemeenteraadsverkiezingen van oktober 1952
verloor de CVP de absolute meerderheid en werd Debunne burgemeester, aan het
hoofd van een coalitie van socialisten en liberalen. Van 1954 tot 1956 was hij
eveneens socialistisch volksvertegenwoordiger voor het arrondissement Aalst.
In april 1956 nam hij uit beide functies ontslag in enigszins
mysterieuze omstandigheden, waarbij men hem een tijdje in de kranten als
'onvindbaar' vermeldde.
Hij was verliefd geworden op een jonge medewerkster en
vluchtte in april 1956 met haar. Hij had op het stadhuis een brief met zijn
ontslag achtergelaten en ook zijn ontslag als volksvertegenwoordiger ingediend.
Interpol werd ingeschakeld om hem op te sporen en men vond het koppel een week
later terug ... in Napels. Kort nadien , op de vooravond van 1 mei keerde hij
naar Aalst terug en men vroeg hem om met de fanfare Hand aan Hand mee op te
stappen in de 1 mei-stoet. Hij deed dat ook en de Aalstenaars hadden hem zijn
"misstap" blijkbaar vergeven want hij werd hartstochtelijk
toegejuicht. Maar hij bleef bij zijn besluit om ontslag te nemen en verdween
uit het politieke leven.Bron: In Tegenstroom, de memoires van Bert Van Hoorick,
pagina 282.
Hij werd adjunct-vaste vertegenwoordiger van de Verenigde
Naties bij de Raad voor technische bijstand aan India en Nepal. Van 1960 tot
1967 was hij verbonden aan het secretariaat van de Noord-Atlantische
Verdragsorganisatie (NAVO) in Parijs en werd er directeur van de economische
afdeling in Brussel (1973-1975).
In 1975 werd hij directeur van het Emile
Vanderveldeinstituut - SEVI (tot 1986). In deze periode was Debunne ook
secretaris Internationale Betrekkingen van de (Belgische) Socialistische Partij
(1977-1988) en vertegenwoordiger van de (Belgische) Socialistische Partij bij
de Socialistische Internationale (1976-1989). Hij was ook voorzitter van de
Raad van Advies voor Ontwikkelingssamenwerking van 1978 tot 1982 en voorzitter
van het Fonds voor Ontwikkelingssamenwerking tussen 1982 en 1992.
Vanaf 1990 was hij directeur van het European Institute
for South and South-East Asian Studies in Brussel. Debunne was ook stichter-voorzitter
van de bouwcoöperatieve voor Dender- en Waasland DEWACO.
Publicaties
De kapitalistische concentratie, Gent, 1950
Marxisme en socialisme, Brussel, 1954.Proeve tot benadering van enkele problemen in verband met kunst, Aalst, 1955.
Réévaluation du marxisme, Brussel, 1955.
Literatuur
Paul VAN MOLLE, Het Belgisch Parlement, 1894-1972,
Antwerpen, 1972.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten