Nieuws uit Aalst

--------- Profiesjat Prinsj Karel 'Sjalen' Van de Winkel !!! ------- 't Principoilsjte vandaug es da ge ni te veil complementen mokt en genietj van 't leiven ! - - - - - - - Covid-19 : Blijf aub toch voorzichtig en denk aan uw medemens !! - - - - - - - Deel enkel berichten van officiële bronnen om fake news te vermijden !!! - - - - - - - -

dinsdag 27 oktober 2020

Wijk 9 : Mijlbeek / Beukenhof / Bergemeersen / Zwembad / Zandberg / Kluizen

Afbakening : Moorselbaan, Leo Gheeraerdtslaan, Frits de Wolfkaai (Dender), Brusselbaan, Affligemdreef,
 

Gezien de grote oppervlakte van ‘rechteroever’ heb ik dit gesplitst in twee aparte delen. Eigenlijk valt dus ook dit deel, samen met wijk 8, volledig onder de naam ‘Mijlbeek’
 
Het deel in dit artikel is het meest zuidelijke, vanaf de Moorselbaan bekeken (meer info over het noordelijke deel is te vinden bij wijk 8).
 
Het is aan het einde van de 12e eeuw dat de stad Aalst een grote uitbreiding kende. De economische bedrijvigheid verplaatste zich toen van de Vismarkt naar het nieuwe plein, de Grote Markt, dat onstaan was op de plaats waar de handelsweg van Brugge naar Keulen de eerste stadsvesten (= stadsmuren) kruiste.
Ook op rechteroever (‘oever ‘t woter’ voor de mensen van linkeroever) werd toen een gebied van ongeveer 10 hectare groot in de stadsuitbreinding opgenomen en omwald, zodat de haven veilig binnen de stadsvesten lag.
 
De stadsvesten, of stadsmuren, waren muren waarmee een verdediging tegen vijanden werd gevormd. In de middeleeuwen moest de stad eerst een toestemming van de landsheer verkrijgen, vooraleer een stadsmuur mocht worden gebouwd. De muren kwamen op strategische plaatsen, zodat het verkeer gemakkelijk kon doorstromen, maar ook zodat de toegang tot de stad onmogelijk werd gemaakt van zodra het avond werd. Meestal was er in de muur nog een klein poortje waar men alsnog binnen kon komen, maar dan wel na het betalen van ‘poortgeld’.
Het is onder meer door de opkomst van het buskruit dat de stadsmuur zijn verdedigende functie verloor.
In de 18e en 19e eeuw werden in veel steden grote delen van stadsverdedigingen ontmanteld, omdat de mensen weinig belangstelling hadden voor oude bouwwerken, die destijds als nutteloos werden beschouwd. Hier werden nieuwe huizen of parken aangelegd. De poorten moesten vaak weg omdat zij met hun smalle doorgang hinderlijk waren voor het doorstromen van het toenemende verkeer.
 
De straatnaam ‘Hoge Vesten’ herinnert de Aalstenaars nog steeds aan het feit dat ook hier dergelijke verdedigingsmuren opgetrokken waren.
 
Met het kanaliseren van de Dender in de Aalsterse binnenstad tussen 1863 en 1867 ontstond op linkeroever het alomgekende eiland Chipka. De kanalisatie maakte de Dender toen toegankelijk voor schepen tot ongeveer 300 ton en 1,90 meter diepgang, maar de gelijkgrondse spoorwegbrug over de Dender hinderde het scheepvaartverkeer. 
Ook het wegverkeer kon niet vlot verlopen wegens de talrijke spoorwegovergangen, bijvoorbeeld aan de kruising tussen de spoorweg en de Brusselsesteenweg. 

Daarom werd in 1903 gestart met het ophogen van de treinsporen. Dit gigantische werk werd vijf jaar later voltooid zodat het verkeer zowel over land- als over waterwegen vanaf dat ogenblik geen hinder meer ondervond van het  treinverkeer
Een belangrijk nadeel daarvan was wel dat de verschillende bermen, tunnels en viaducten ervoor zorgden dat ‘Mijlbeek’ nog meer afgezonderd geraakte van het stadscentrum. En er was natuurlijk ook de natuurlijke grens die werd gevormd door de Dender.

Het bekendste gebouw zal wellicht de ‘parochiekerk Onze Lieve Vrouw Bijstand’ zijn, ook wel ‘de keirk van Moilebeik’ genoemd.

De eerste stappen naar een eigen parochie werden gezet door het bisdom in 1846. Het stadsbestuur van Aalst zag echter een parochie in Mijlbeek helemaal niet zitten.

In 1878 liet Judocus de Cock een Corneliuskapel oprichten langs de Moorselbaan maar de pastoor van Aalst weigerde om deze in te zegenen omdat in het centrum reeds de Sint-Jozefskerk opgericht was en ook al als parochiekerk erkend werd.
Uiteindelijk werd de druk te groot en besliste de gemeenteraad op 13 december 1899 alsnog om een parochie op te richten in Mijlbeek.
 
De Corneliuskapel werd vanaf 12 mei 1901 als parochiekerk gebruikt.
Omwille van het grote aantal gelovigen die daar de dienst wou bijwonen, bleek de kapel al snel te klein en reeds in 1902-1903 werd de nieuwe kerk opgetrokken.
 
Op 20 maart 1902 startten de graafwerken, maar al snel ontdekte men enkele grote problemen. De zachte ondergrond bleek ongeschikt voor de bouw en de kerk werd dus een 60-tal meter naar achter verschoven. Op die manier ontstond ook het bekende ‘voorplein’, dat nog steeds aanwezig is.
De inwijding vond plaats op 27 september 1903 en daarmee was de eerste kerk van de parochie Mijlbeek een feit, net als men trouwens toen ook kon spreken van de eerste dorpskern in deze wijk.
 
Niet enkel de kerk, maar ook de iets verder gelegen grot van Mijlbeek, speelde een heel belangrijke rol in het religieuze leven van vele Mijlbekenaars.
Deze grot bevindt zich op het grondgebied van 'Pausipone', wat tussen 1834 en 1959 het buitengoed was van de paters Jezuïeten.
Over de Grot van Mijlbeek, die trouwens nog steeds te bezoeken is, is HIER meer terug te vinden : 

Op enkele meters van de grot vond ook het interparochiaal speelplein 'Beukenhof' later zijn plaats.

Op het domein Beukenhof bevindt zich momenteel een Centrum voor Leerlingenbegeleiding (CLB), maar was vroeger, toen het domein een stuk groter was, een rustoord "Pausipone" genaamd. Het was het buitengoed voor de leraars en leerlingen van het Jezuïetencollege. Vanaf 1835 trokken de meeste paters, de magisters en de scholastieken hier tijdens de grote vakantie naartoe. De nabijgelegen watermolen (nog steeds te zien aan de beek achter het voetbalveld) werd speciaal aangekocht om voor het nodige water daarvoor te zorgen.
Het domein werd in 1958 verkocht en de gebouwen werden afgebroken. Ze maakten plaats voor een PMS-centrum (nu het CLB), een speelplein, sportaccommodatie en het café. Een deel van het toen wel zeer grote domein werd verkaveld.
Het zwembad van Pausipone werd een zandbak.
Het domein werd opengesteld op 2 augustus 1959.
Wat onmiddellijk opvalt is de enorme mammoetboom die boven het café uit torent en zorgt voor een mooi zicht.

Het betonnen brugje aan de molen over de Molenbeek, achter het Beukenhof, was in 2017 dringend aan vervanging toe. Ondertussen kun je er terug veilig oversteken.

"De brug werd aangetast door betonrot en was daardoor in zéér slechte staat" zei schepen Ann Van de Steen . "Om veiligheidsredenen werd dan ook besloten om deze te vervangen door een duurzamer alternatief. Bezoekers en voorbijgangers kunnen er weer op een veilige manier passeren”. De nieuwe brug die werd geplaatst had een prijskaartje van zo’n 16.000 euro.

Over dit brugje en de watermolen is HIER meer te lezen.  

Tussen de kerk en het zwembad vinden we de thuisbasis terug van basketbalclub ‘Okapi’,reeds lang geleden bezongen door Keizer Kamiel Sergant :
 
Oon de keirk van Moilebeik speltj den Okapi
In een zool zoei gralék schoein en fantastisch Sjik
Speilen mé den baal da doen die maanen zoei gezwindj
We roepen OKAPI OK, ziet dagge wintj
 
Een beetje verder vinden we het Zwembadpark, dat eigenlijk een rol opneemt als ‘zorgpark’. Dit betekent dat het park vlot toegankelijk werd gemaakt en werd uitgerust met sport- en recreatievoorzieningen.
Aan het zwembadpark werd in 2012 een Finse piste aangelegd. De piste gaat rond het zwembad en de vijver en wordt verlicht. Het idee om ook via de terreinen van het rusthuis Mijlbeke te gaan werd echter niet uitgevoerd.
De piste is 935 meter lang en is minimaal anderhalve meter breed. Ze bestaat uit een drainerende onderlaag met een laag boomschors er bovenop, wat de kans op blessures aanzienlijk vermindert en tegelijkertijd ook zorgt voor een aangename ondergrond om op te lopen.
Op vrijdagavond 28 juni 2013 om 19.30 uur wer de piste ingelopen met een massaloop.
 
De bouw van het nieuwe stedelijk zwembad van Aalst kon in augustus 2019, enkele maanden later dan aanvankelijk gepland, starten.
De planningen hadden heel wat voeten in de aarde toen enkele buurtbewoners bezwaar aantekenden tegen het geplande buitenbad. Uiteindelijk werd dat idee dus ook niet weerhouden.
Het nieuwe bad, met onder meer 232 meter aan glijbanen, kost 51 miljoen euro.
Begin 2021 zou een eerste deel klaar zijn, tegen maart 2022 is het hele complex afgewerkt, maar ‘Covid’ bracht al wel wat vertragingen met zich mee, waardoor dit schema hoogstwaarschijnlijk niet meer haalbaar is.
Over de bouw van het nieuwe zwembad, en ook over de hele geschiedenis van het ‘zwemmen’ in Aalst is HIER meer te lezen  
 
Voor Mijlbeek betekende de komst van de spoorweg in 1853 een grote verandering omdat het traject van Brussel dwars door de Bergemeersen liep en langs een draaibrug de Dender overstak waardoor niet alleen de scheepvaart veel hinder ondervond maar waardoor ook de beide stadsdelen van elkaar gingen vervreemden.
 
Het station Aalst-Oost was het voormalige goederenstation aan de Bergemeersen. Het lag aan spoorlijn 50 tussen het station Aalst en het station Erembodegem.
De toegang van het station lag aan de Leo Gheeraerdtslaan naast het kruispunt met de huidige Treinstraat. Het werd geopend op 1 augustus 1889 om het station van Aalst (dat naar aanleiding van de opening hernoemd werd tot Aalst-Noord) te ontlasten van het toentertijd alsmaar toenemende goederenvervoer over het spoor.
Op 1 november 1892 werden bij het goederenstation ook een openbare opslagloods en een douanekantoor geopend.
Tegenwoordig is het voormalige goederenstation gesloten en wordt het enkel nog gebruikt voor leveringen aan de naastgelegen zetmeelfabriek Tereos (‘den Amylum’).
Ook de vroegere opslagloods is afgebroken.
Het douanekantoor in de nabijheid van het goederenstation verhuisde in 2004 naar het industrieterrein Wijngaardveld.
 
Eén van de drie konkers aan de brug, naast het openbaar urinoir (in 1970 waren er zo'n kleine 20 openbare waterplaatsen in Aalst) en het alom gekende escargotskraam (scherregossenkraam) leidt naar de Molendries, één van de straten die, alhoewel op de rechteroever gelegen, binnen de vroegere stadswallen viel.
Over ‘de konkers’ is HIER meer te lezen  
 
De 'Molen' uit ‘Molendries’ slaat op de moutmolen die hier vroeger stond, 'Dries' duidt op de driesprong van wegen. Vroeger stonden hier in de buurt wel meerdere molens, maar deze blijven tegenwoordig slechts verder leven in de straatnamen ‘Molenstraat’ (linkeroever) en ‘Molendries’.
 
Ook het lokaal van de Socialisten, ‘het Volkshuis’, was hier gevestigd en vanaf de jaren twintig vond men hier ook ‘Cinema Moderne’ terug, dat later herdoopt werd in ‘Cinema Vooruit’.
 
De Moorselbaan is een heel belangrijke invalsweg tot Rechteroever én van daar ook tot het stadscentrum.
Doordat haar rol als ‘poort tot het centrum’, met een enorme toevloed aan ‘transitverkeer’ van zowel auto’s als vrachtwagens, de laatste jaren zo groot is geworden, is de straat jammer genoeg in een neerwaartse spiraal terecht gekomen en heeft het de omgevingskwaliteit heel sterk aangetast.
Heel wat handelszaken sluiten hun deuren en vinden geen nieuwe eigenaars meer, de karakteristieke arbeiderswoningen worden door private ontwikkelaars getransformeerd tot appartementen, fietsers en voetgangers worden door de obstakels op de smalle voetpaden verplicht om zich tussen het autoverkeer te Mengen, …
 
Heel wat verkeer wil zeggen dat men zijn auto ook ergens moet kwijt geraken. Het Hoveniersplein wordt dan ook intensief gebruikt als centraal gelegen parkeerplaats dichtbij het centrum.
Een deeltje van het plein werd wel ingericht als groen –en speelruimte voor de onmiddellijke omgeving, maar toch haalt de buurt hier maar weinig voordeel uit.
 
Op het pleintje vinden we de kantoren van Wijkteam ‘Kern Rechteroever’ (KRO) van de politie.
De KRO staat hier vooral in voor wijkwerking, onthaal, interventie, slachtofferhulp, lokale recherche, handhaving openbare orde en verkeer.
Het project ‘wijkdienst’, dat wordt gestuurd door de lokale politie ontstond omdat men negatieve signalen had doorgekregen met betrekking tot de omgeving.
Deze negatieve signalen leidden tot de uitdrukking ‘soert van oever ’t woter’, een term waarmee er door de bevolking van de Aalsterse linkeroever naar de inwoners van de Aalsterse rechteroever verwezen wordt.
Doordat enorm veel Oilsjteneers deze term gebruiken, maakt deze ondertussen ook deel uit van het collectieve geheugen van de Aalstenaars, wat natuurlijk geen goed doet aan het imago van de buurt.
 
Wanneer men echter mensen bevraagt over de toestand op rechteroever kan men vaststellen dat het er blijkbaar toch niet allemaal zo slecht is.
‘Oever ‘t woter’ blijkt immers nog een plaats  waar mensen hun buren nog kennen en waar het sociale weefsel (‘ buren helpen elkaar’) nog net iets meer aanwezig is dan op andere plaatsen in de stad. En ja, die solidariteit valt het meest op bij de huidige bevolking, al zijn velen ook niet van deze buurt afkomstig.
 
Op het pleintje bevindt zich verder ook nog het ‘Monument voor de onbekende vrijwilliger’. Over dit ‘hand’ is HIER meer info te lezen.  
 
Verder betekent het Hoveniersplein ook de doorsteek naar een parkeerterrein en de carnavalswerkhallen aan de Hoge Vesten. De loodsen staan op de plaats waar vroeger de Stedelijke Werkhuizen gevestigd waren.
 
De werkhallen worden van september tot maart intensief gebruikt door de carnavalsverenigingen als werkruimte voor hun praalwagens.  Heel veel stemmen gaan op om deze hallen te ‘hertekenen’ want de beschikbare werkruimte is er te klein geworden voor het grote aantal carnavalsgroepen, wat een efficiënte werking en een brandveilige werkomgeving in de weg staat.
In April 2016 woedde trouwens een hevige brand in de hallen aan de Hoge Vesten. Het vuur ontstond rond 20u en zorgde meteen voor een immense rookpluim. De brandweer van Aalst werd bijgestaan door korpsen van Ninove, Wetteren, Lede en Denderleeuw, en ook een helicopter van de federale politie werd ingezet. Dank zij deze helicopter kon er zeer gericht geblust worden, wat natuurlijk niet kon beletten dat de schade gigantisch groot was.
 
De Hoge Vesten, de vroegere ingang van de Werkhuizen, is de straat die grotendeels gebouwd is bovenop de Molenbeek (of een zijarm van de Dender). In Aalst is dit straatje bekend door die vroegere Werkhuizen en ook door het café Kaoutchoucken dat werd uitgebaat door de carnavaleske ajuinboer Albert Verbestel.
Het café werd genoemd naar de fabriek die er actief was tot voor de Tweede Wereldoorlog.
Over Albert Verbestel is HIER meer te lezen.   
 
In de buurt kende men een reeks zogenaamde ‘ingangen’ of ‘impasses’, smalle straatjes waar men als het ware op mekaars lippen diende te leven.
Zo waren er bijvoorbeeld de ingang of koer Bonner (Hoge Vesten), de Radijzengang (Molendries), de Wortelgang (Molendries) en de ingang ‘Klein Begijnhof’ (Binnenstraat).
 
In 1988 kreeg Eendracht Aalst het akkoord van de stad voor het inhuren van 44 are braakliggende stadsgronden aan de Zandberg. Hier zou men een sportcentrum met drie voetbalvelden aanleggen., ideaal voor de uitbouw van de jeugdploegen. Op die manier zouden daarenboven op andere terreinen plaatsen vrij komen voor liefhebbersploegen.
Zandberg werd trouwens ook het trainingsterrein van de eerste ploeg van ‘den Iendracht’ en ook de vrouwenvoetbalploeg ‘de Kamillekes’ vond er hun thuishaven.
 
Men kan natuurlijk niet voor iedereen goed doen en in 1995 volgde wat wrevel van de boogschutters, die ook hun stekje hadden op de Zandberg.
 
Met een nieuwe kantine, nieuwe beschermdraad en leden die regelmatig gingen schieten, verliep alles daar enkele jaren heel goed. Daar kwam echter verandering in toen in de zomer van 1995 ‘den Iendracht’ besliste om het naast hun tweede wip gelegen voetbalveld te laten heraanleggen met een kunststof grasmat. Deze mat zou 10 miljoen Belgische frank kosten en de club was natuurlijk bang voor eventuele beschadigingen door vallende pijlen.
Daar men geen conflict wou en zeker niet wou opdraaien voor eventuele ontstane kosten aan hun terrein, was de schuttersclub genoodzaakt om voorlopige schietingen uit te schrijven op één wip.
 
Omdat er daardoor steeds minder schutters aangetrokken werden, werd tijdens de daarop volgende winter druk overleg gepleegd met het stadsbestuur en Eendracht Aalst om tot een oplossing te komen.

De wippen stonden al eerder op de Zandberg, al van vóór Eendracht Aalst er het ene voetbalveld na het andere liet aanleggen en nu zouden de schutters moeten wijken!” was de (logische) reaktie van de benadeelde club. Vergelijk het met de discussies of Tereos plaats moet maken of, verderafgelegen, of de nachtvluchten op Zaventem moeten afgeschaft worden.  De discussie herleidt zich dus tot één vraag : “Wie was eerst?
 
Er komt uiteindelijk een oplossing uit de bus, waarbij men 2 nieuwe kapwippen zou plaatsen naast de kantine. De stad Aalst hielp voor de nodige goedkeuringen. Eendracht Aalst zou de wippen daarenboven zelf bekostigen en Aalst-Park ging een afbetalingsplan voor 10 jaar aan. In ruil mocht de voetbalploeg het oude schuttersplein huren van de stad Aalst om een zoveelste oefenterrein aan te leggen.
Het duurt nog tot eind augustus 1996 eer alles in de juiste plooien valt en de wippen afgewerkt zijn.
 
Over deze buurt valt uiteraard nog enorm veel meer te vertellen, en ik zal deze inleiding dan ook regelmatig updaten.
 
Hieronder nog een overzichtje van alle straten in deze buurt.  Voor diegene waar een link staat : klik er gerust op, het is een link naar meer uitleg over deze bepaalde straat.
 
Alle straten van deze regio alfabetisch gerangschikt
 
1 Meistraat - Affligemdreef - Apostelstraat - Appelstraat - Baron Romain Moyersoen Park - Beekstraat – Bergekouter - Bergemeersenstraat - Beukendreef - Bleekveld - Borreput - Brusselse steenweg - De Gheeststraat - Dennenboomstraat - Doolhofstraat - Engelstraat - Frits De Wolfkaai - Grotstraat - Hakelenberg - Het Klein Eeckhout - Hof Leeuwergem - Hof Somergem - Hof ten Bergestraat - HogeVesten - Hoveniersplein - Hoveniersstraat - Hyacinthenstraat - Immerzeeldreef - Klaterbaan - Kloosterweg - Kluisdreef - Koeistraat - Laborstraat - Lambrechtstraat - Langestraat - Leo Gheeraerdtslaan - Linthout - Louis Camustraat - Molendries - Moorselbaan - Moutstraat - Nederveldstraat - Negen Dagwand - Onze Lieve Vrouwplein - OudeWatermolenstraat - Ouden Aardeweg - Overhammedreef - Overhammekouter - Pastoor Lauwereysstraat - Potaardestraat - Putbosstraat - Rerum Novarumstraat - Rustoordstraat - Schietbaan - Sleedoorn - Snoekstraat - Steenland -  Ten Berg - Treinstraat - Varkensmarkt - Walstraat - Wijngaardstraat - Wortelland - Zandberg - Zwembadlaan      
 
 
Bronnen :
 
monumentaltrees.com
foto 1977 via MadeInAalst  
Nieuwsblad 12/5/2017 – 10/04/2012
swecobelgium.be
federatie van de Vlaamse historische schuttersgilden
De Standaard 3/8/2019
Foto ingang Klein Begijnhof via ‘Delcampe’
De Voorpost 10/6/1988
Bronnen zoals aangegeven in de verschillende artikels die gelinkt zijn.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten