dinsdag 22 oktober 2019

Prinsjen van Oilsjt : 1966 : Kamiel Sergant

Kamiel was, zo mocht reeds blijken uit zijn verkiezing in 1963, een kleine rebel. 
Terwijl het reglement duidelijk voorschreef dat er geen Aalsters mocht gebruikt worden tijdens de shows, deed hij het toch. 
Hij werd in 1964 uitgesloten van een nieuwe deelname gezien hetzelfde reglement ook voorschreef dat een regerend prins zich het jaar van zijn prinsschap niet opnieuw mocht kandidaat stellen. 
In 1965 steunde hij kandidaat Simon, en in 1966 besloot Kamiel dus om zich opnieuw zelf op de kandidatenlijst te laten zetten. 

Kamiel moest het opnemen tegen maar liefst 5 tegenkandidaten. De ‘zware gevallen’ waren Jean Paul De Boitselier en Roger Cleemput. Het zou dus een heftige strijd worden. 

Kamiel zorgde voor een primeur. Waar vorige verkiezingen zich eigenlijk op de avond zelf afspeelden, lanceerde hij de trend van het campagne voeren. 
Hij liet aanplakbiljetten aanbrengen en ging de stad in met een autokaravaan, fanfare en spandoeken. 

En het hielp. In de zaal waren tientallen spandoeken te zien, en grote groepen supporters hadden zich duidelijk al een mening gevormd over hun toekomstige prins, nog voor het eerste woord gezegd of het eerste lied gezongen was. 

Kamiel kwam heel verrassend uit de hoek. Zo kondigde hij de val van de regering aan, tot grote verbijstering van de aanwezige prominenten, waaronder ook enkele ministers. 
Hij liet ook zien dat hij over een fors aantal stembanden beschikte en bracht met het lied ‘Het Poepentheoter’ het ontbreken van een Cultureel Centrum in de stad ter sprake. 

De prins kreeg dat jaar volgnummer 44 toegewezen in de stoet en in plaats van in het begin van de stoet, zoals tegenwoordig het geval is, sloot de prins toen de stoet af. 

Hij beloofde ook om in 1968 opnieuw een gooi te doen naar de titel … zo plezant vond hij het …

Na deze verkiezing tot nieuwe prins en een ijskoud prinsenjaar nam hij ook deel aan de verkiezing van ‘prins der prinsen’. Dat was een verkiezing onder alle prinsen van België. 
Hij moest er een toespraak van drie minuten houden, wat uiteraard geen probleem bleek voor de welbespraakte stadsgenoot, en won ook dit spektakel. 

In een artikel uit de ‘Gazette van Aelst van 02/02/1967” staat te lezen dat de belevenissen van een prins carnaval en zijn bloemenfee soms uiteenlopend van aard waren,

“Wat mij het best heeft bevallen", zei bloemenfee Annik, met haar schalkse kapoenogen, "was mijn verkiezing zelf. De manier waarop ik deze afdwong viel buiten kijf, de talrijke supporters en een groot gedeelte van het publiek zorgden ervoor". 
En natuurlijk : Annik hééft supporters ! Toen ze tien jaar oud was, liet zij zich als één van de allereersten inschrijven in de toenmalige, juist opgerichte, balletschool. Het was vermoeiend, zeer vermoeiend, zegt ze, heel wat moeilijker dan bloemenfee spelen. 
Stel U voor, 2 uur per dag oefenen, dat gaat ook boven een meisjespetje. Op 14 jarige leeftijd werd ze lid van de Aalsterse Turnkring en twee jaar later speelster bij BBC Okapi. Zo kan men hedentendage de Aalsterse bloemenfee regelmatig zien optreden met de damesploeg van Okapi, die de leiding heeft in de rangschikking. Dat zij ‘all round’ is, weten we nu, maar wat met de verplichtingen die ze heeft als bloemenfee ? 

De weekends zijn nu druk bezet, we gaan omzeggens elke zaterdag of zondag ergens op carnaval of bloemenvisitie, maar … ‘s anderendaags moet ik fit zijn voor de wedstrijden van Okapi, en ‘s maandags om 6 uur het bed uit want … ik ben ook eindejaarsstudente aan ‘t P.H.T.I. te Gent. 
Dat de bloemenfee dan ook niet enkel lief en mooi is, maar ook als 5 talige secretaresse een waardige vertegenwoordigster is van Aalst en zijn bloemen, hoeft geen betoog ! Waarvoor ik nu nog het meeste angst heb, is de carnaval zelf, drie zware dagen en vier zware nachten staan mij te wachten, maar ja, zij is ook al sinds twee jaar lid van de carnavalsgroep ‘Van Jongsaf Oan’ (tussen haakjes gezegd, dezelfde groep die voor haar een schitterende carnavalswagen maakt). Wat een veelzijdige Annick, een onbetwistbare vaandeldraagster van Carnaval. Zij zelf werd immer geboren op die carnavalszondag van 1948. 

Naar dit alles had Don Camillo I 1963 en Kamiel I 1966 (twee verschillende namen in 1 en dezelfde persoon) stil geluisterd. 
Wat hem van 1963 vooral is bijgebleven zijn de ijskoude carnavalsdagen toen de thermometer ver beneden nul gezakt was. 
Eén van de mooiste ogenblikken van die ambtstermijn was de kennismaking in het besneeuwde Eupen, met de toenmalige prins van Keulen. Dat was Alex 1, advocaat van beroep, die in Belgie maar twee carnavalssteden kende : Eupen en Oilsjt! Toen hij ‘s nachts naar zijn hotel terugkeerde, kende hij ook enkele vrienden meer, waaronder zeker de toen nog onbekende TV ploeg van Echo, die het nuttige aan het aangename had gekoppeld, en eens stevig de eerste carnavalsbloemetjes had buitengezet. 

De sensationele verkiezingsstrijd in 1966 zal iedereen wel bijgebleven zijn. 
Er waren een groot aantal kandidaten, allen aan elkander gewaagd. 
In één woord, Aalst werd overspoeld door aankondigingen allerhande. 
Het behalen van die titel in 1966 was voor Kamiel dan ook wel de mooiste herinnering. 
Bij die verkiezing, zegt hij, hebben alle kandidaten hun steentje bijgedragen tot het opvoeren van een stunt die heeft bijgedragen tot een degelijk goed gevoerde, reclame voor de Oilsjterse carnaval in het algemeen. 
De ‘zogeheten’ ontvoering van Dendermonde, samen met enkele leden van het stedelijk Feestcomité, en de kennismaking aldaar met de kopvleesetende massa, was alweer een onuitwisbare sensatie. 

En dan, maart 1966, toen we, spijts het forfait van talrijke prinsen die met de deelname van een Aalsterse prins niet erg waren ingenomen, naar Mechelen gingen. Daar wordt elk jaar de titel ‘prins der prinsen’ toegekend. 

Voor de Eerste maal in de Aalsterse carnavalsgeschiedenig werd een Aalsterse prins daar tot ‘prins der prinsen’ gekozen, en dat was een titel die we met 48,5 op een totaal van 50 punten zeker niet hadden gestolen. 
Het was dan ook een genoegdoening voor de heren Van De Perre en Wauters en al mijn supporters die de reis hadden meegemaakt. 

Kamiel bracht vernieuwing, schwung, plezier ... 
Hij trok voor het eerst met fanfares naar de halle en bleef bij elke verkiezing altijd even sportief. 
Hij was de allereerste die de verkiezingen ook kleurde met talrijke ‘Stemt Kamiel’- borden, strooibiljetten, aanmoedigingen, spandoeken, ... 
Tijdens de verkiezingen zelf was er lawaai, animatie, verkiezingssfeer, ... kortom ... carnavalsstemming alom. 

Waarom werd er geen grotere ruimte voorzien voor dit feest vroegen velen zich af, toen enkele honderden mensen de toegang tot de zaal werd ontzegd bij gebrek aan plaats. De verkiezing vond plaats op vrijdag 4 februari in de Stadsfeesthalle in de Schoolstraat. We kunnen dus wel stellen dat de roep naar een aangepaste zaal hier zijn oorsprong vindt. Decennia later blijkt dit nog steeds een probleem te zijn. 

Eén voor een kwamen de kandidaten de zaal binnen,. Een beetje nerveus en onwennig, en eigenlijk totaal onopgemerkt namen ze plaats naast het podium in een vergeten hoekje. Voor het podium zaten, wel duidelijk zichtbaar, de notabelen, die hun voorbehouden stoeltje duur betaald hadden.

Een puik Aalsters orkest probeerde heel alleen de zaal warm te krijgen met stemmingsliedjes, en toen ineens verscheen de afvaardiging van Blankenberge op het toneel, samen met onze eigen regerende prins Simon. Ze waren wel wat laat, maar dat kwam omdat ze sinds zeven uur vredig aan de feestdis gezeten hadden, in de omgeving van de eeuwige vlam. Ze zagen er prachtig uit,  met hun mooie hoeden. Vooral onze prins stak de kroon met een prachtige carnavalsbolhoed, die jaarlijks werd uitgeleend door ons achtbaar Feestcomité.

Er heerste spanning in de zaal tijdens en na de gekruide redevoeringen van onze kandidaat-prinsen, ons voorgesteld door de lieve bloemenfee, begon het allemaal “voor echt”. 
Kamiel zorgde voor de ‘farce majeure’ dat jaar. Niet alleen deed zijn ‘Oilsjters Lied’ het formidabel, maar in zijn rede ging hij zelfs zover dat hij niet alleen de aanwezigen op de hoogte stelde van de val van de regering, maar dat hij met deze melding ook de aanwezige minister compleet verraste. Zelfs deze gaf toe ‘nog nooit zo vlug zijn informatie te hebben gekregen’. 

Daarmee kenden we ook meteen de sterkste troef van Kamiel : spontaan inspelen op de actualiteit, vooral Aalsterse actualiteit. 

Een kleine anekdote nochtans. Kandidaat prins Willy was nog aan de beurt, en reeds kwam een der lieve juffertjes van onze vaderlandse verenigingen de stembrieven ophalen. Zo heel alleen zonder controle van een lid van het feestcommiteit. Er moesten nog twee kandidaten spreken, en ze deed reeds haar ronde. Dat was fout natuurlijk, en daar kwam toen uiteraard heel wat commentaar op. 

Anders niets dan lof voor de inrichters, die niettegenstaande hun gekleurde bril, steeds eensgezind de verkiezing van onze Prins Carnaval tot een der topgebeurtenissen trachten te maken. 

De hoop was er dat het toekomend jaar allemaal nog beter zou worden. Ze krijgen dan een krediet van maar liefst 600 000 Franken, waar men natuurlijk al iets mee kan presteren.  Daarenboven hebben ze de steun van de ganse bevolking. 

“Hoe meer kandidaten zich het volgende jaar zullen aanbieden, hoe meer verscheidenheid wij bij de verkiezing zullen krijgen”, klonk het opgewekt. 

Dat Aalst de carnavalsstad bij uitstek is, hebben de echte Oilsjteneers die vrijdag nog eens bewezen.

--- Een overzicht van alle prinsen die onze stad kende tot hiertoe is HIER te vinden ---

Geen opmerkingen:

Een reactie posten