dinsdag 7 mei 2019

Circus Jhony - De familie Van Lissum

De familie Van Lissum was met zijn Circus Jhony voor velen het laatste écht Belgische circus.
Hun laatste optreden dateert reeds van in 1982. Daardoor is er nog een volledige generatie Aalstenaars die zich de kinderlijke verwondering nog kunnen herinneren bij het aanschouwen van de acts van Circus Jhony.
Hoewel het circus dus als 'Aalsters product' beschouwd wordt, was de stamvader van het circus toch geen Aalstenaar.
Jhony Van Lissum werd namelijk in Brussel geboren, en dit op 6 juli 1891.

Krachtatleet Jhony was van goede komaf en zijn ouders hadden eigenlijk toch liever een andere loopbaan gezien voor hun zoon, een ‘echte’ stiel als het ware. Dat bleek echter utopie te zijn, en het was de liefde die hem in het circusleven deed belanden

Stammoeder was Maria Leschan, die in 1898 geboren werd in Antwerpen. Haar ouders zaten toen wel al in de ‘stiel’. Haar vader, Alexander Leschan, een Hongaar, was gehuwd met Lena Libot, één van de kinderen van het gelijknamige en alom gekende Circus Libot.

Jhony en Maria leerden mekaar kennen door rond te reizen met andere circussen. Met het geld dat ze als artiest verdiend hadden konden ze in 1922 een eigen kleine kiosk kopen, en ze beslisten daarop vrij snel om zelf een circus op te starten.

Circus Jhony zag het levenslicht en vanaf dat ogenblik toerden ze door het hele land.

Jhony stal de show als krachtpatser, Maria en haar zus Diana brachten een voltigenummer

Door een hevige brand in 1926, gingen de tent en al hun bezittingen in rook op, waardoor ze genoodzaakt waren om opnieuw mee te reizen met andere gezelschappen. In het vakjargon werd gezegd dat ze ‘op engagement’ gingen. Dat betekende dat ze zichzelf als circusartiesten verhuurden aan andere circussen.
Tijdens één van die engagementen bij het ‘Cirque de Paris’ werd hun eerste kind, André, geboren.

Het duurde tot 1941 dat ze een nieuwe kiosk konden kopen. Circus Jhony herrees en kon de activiteiten verder zetten ..


De familie bleef tijdens het seizoen (van maart tot november) in België toeren, terwijl de wintermaanden voorbehouden waren voor engagementen in het buitenland.
De kinderen (het bleef namelijk niet bij eentje) maakten de buitenlandse opdrachten echter heel moeilijk tot onmogelijk.
In totaal kregen Jhony en Maria maar liefst 10 kinderen, die één voor één werden ingeschakeld in de wondere wereld van het circus.  Maar dat was voor de kinderen Van Lissum gelukkkig absoluut geen verplichting. De verleiding van het spektakel en de kostuums was zo groot, dat ze stonden te springen om mee te mogen doen. En maar goed ook, want Jhony had zich voorgenomen er de stiel bij zijn kinderen ‘niet in te kloppen’ en hen steeds te laten kiezen wat ze echt graag deden.

De vier zonen en zes dochters :
André (1921-2001), Rachel (1922-2008), Henriette (Jetty) (1928- ...), Madeleine (1928-1974), Theo (1930-2008), Alfonsine (1932-1987), José (1934-...) René (1935-2000), Suzanne (1937-1986) en Marcel (1941-2007)

Een krant schreef in 1947 : 'ge voelt er u werkelijk familiaal thuis'.

Naast ‘het circusdirecteur zijn’ verzorgde Jhony ook zelf acts. Zo had hij onder andere een krachtnummer (dat hij uitvoerde met zijn vrouw Maria en schoonzuster), en een nummer aan de ringen...


Zijn oudste zoon André stond gekend als clown Titi, terwijl zijn broer René de piste betrad als clown Toto. Titi en Toto waren een vaste waarde bij Circus Jhony.


Ze bedachten hun eigen nummers, die vol zaten met creatieve humor. Die humor werd duidelijk geapprecieerd door het grote publiek, want de clowns werden ook vaak gevraagd om op te treden bij de voormalige BRT. De broers waren naast clowns ook acrobaten en verzorgden een koorddansact.

Stalmeester Theo praatte de acts aan elkaar en betrad zelf ook de ring als clown, vooral dan als aangever.

Marcel nam voornamelijk de paardendressuur voor zijn rekening, en trad soms ook op als stalmeester.

De zussen Henriette (beter gekend als Jetti), Alphonsine en Suzanne waren van meerdere markten thuis.


Zo voerden ze kunstjes uit met en op de paarden, slingerden aan de trapezes en deden aan acrobatie. Suzanne was zelfs zo lenig dat ze ook optrad als slangenmens

Het duiveltje-doet-alles van de familie echter was Josée. Het ging van trapezeacts, langs grondoefeningen, tot acrobatie te paard. Geen uitdaging was haar te groot. . Eén van haar favoriete acts was het zogenaamde ‘tandenwerk’. Daarbij beet Josée in een klein stukje leder dat verbonden was met een touw. Haar broers trokken haar dan omhoog tot ze op ongeveer 10 meter hoogte hing. Daar begon ze dan, met haar tanden bengelend aan een touw, aan een act waarbij ze stuk voor stuk haar mooie jurk inruilde voor een iets meer tot de verbeelding sprekende outfit.

Filmpje van de ontvangst van het publiek ‘plaatse nemen plaatse nemen!’ 
en begin van de act van Josée : 


Eerst werden de hoedenspelden één voor één verwijderd, en liet ze haar hoed naar beneden dwarrelen. Vervolgens ontdeed ze zich vingervlug van haar ellebooglange handschoenen. De kanten stola werd beneden door Jetti opgevangen.
Josée maakte dan de drukknopen van haar jurk los, en langzaam gleed die van haar schouders op de grond. Als ook haar onderrok uit was, had ze tot groot jolijt van het publiek, enkel nog een groenblauwe léotard aan, met bleekblauwe kousen.
Ze kwam zo een paar keer tot aan de grond, om dan door Jetti boven het publiek geslingerd te worden, en hoog in de lucht verschillende bewegingen uitvoerde. Op een bepaald moment trok ze nog een extra rokje aan, met verlichting op batterijen. Terwijl zij opwaarts vloog, deden de broers alle andere lichten uit, en toen ze op dat ogenblik rond begon te draaien, tekende zich een prachtige lichtcirkel af op het plafond …
Een hoogst ongewone discipline die je tegenwoordig nog amper ziet in een circus.

Josées broer René was dan een krak in het tandentrekken. Zo bestaan er beelden waar hij een wagen voorttrekt waarin vier personen zitten …
De beroemde artiest John Massis, die ook een specialist was in het betere 'tandenwerk', zou trouwens zijn stiel bij circus Jhony geleerd hebben.

Hier een filmpje van Josée en René, 
die de wagen met 4 personen voorttrekt : 


Een andere specialiteit van Josée was de publiciteit, net als het naaien van de kostuums.

Ook het herstellen van het wagenpark werd door de familie zelf gedaan.

Waar het circus ook kwam, overal liep het storm, en dat kwam voornamelijk door de sfeer die de familie steeds opnieuw creëerde. Het interieur van de tent was bijvoorbeeld altijd een streling voor het oog. Geen detail werd vergeten, en alles was steeds tot in te puntjes verzorgd. Er hingen overal lusters en er stonden en hingen mandjes met bloemen. De zitbanken waren met fluweel bekleed. Langs buiten was er een geschilderd paneel boven de ingang, met daarop de afbeelding van een Romeinse strijdwagen, die getrokken werd door vier paarden. Vooraleer de voorstelling begon, werden de toeschouwers steeds even vriendelijk ontvangen door de dames, terwijl moeder Maria achter de kassa zat.

Hier een filmpje dat de opbouw en de voorstelling van de artiesten laat zien : 


De artiesten haalden vaak halsbrekende toeren uit, en dat in een tijd toen van strenge veiligheidsvoorschriften en -reglementeringen nog niet echt veel sprake was. De oefeningen werden dan ook meestal uitgevoerd zonder vangnet of harnassen.
Toen André op een dag een zware voetbreuk opliep, bleek uit de röntgenfoto’s dat hij deze eigenlijk al minstens zeven keer had gebroken!
Gelukkig werd buiten een paar beenbreuken en wat spierpijn het gezin van zwaardere ongelukken gespaard.

Dat het circus het tijdens de tweede wereldoorlog moeilijk had, zal niemand verwonderen. De oudste familieleden moesten zich verstoppen voor de Duitsers, en hoewel ze onder druk stonden om de collaboreren met de Nazi's, hebben ze dat nooit gedaan.
Rondreizen deden ze in die periode logischerwijs niet, maar ze speelden wel veel benefietoptredens, en konden via het circus de dagdagelijkse zorgen van de mensen wat doen vergeten.

Circus Jhony hield stand en overleefde bovendien ook de crisis van de jaren ‘50 - ’60 .
Volgens dochters Josée en Henriette lag dat vooral aan de grote samenhorigheid tussen de gezinsleden onderling en de gastartiesten ...


En zoals ze zeggen: “Een goed merk moet je niet van naam veranderen!”

Dankzij de vele eigen acts was Circus Jhony ook minder afhankelijk van gastartiesten (die betaald moesten worden). Zo moesten er van de 10 eigen optredens slechts 2 acts ingehuurd worden. Dat waren dan vooral acts met wilde dieren, zoals olifanten.
Bovendien draaiden niet alleen de eigen kinderen mee in het circus, ook de aangetrouwde familie werkte ijverig mee. Achter de schermen zorgde Diana Leschan, zuster van Maria en door de kinderen Van Lissum liefkozend ‘metje’ genoemd, bijvoorbeeld voor het huishouden.
Hierdoor raakte Circus Jhony natuurlijk iets makkelijker uit de kosten dan andere circussen, en konden ze makkelijker het hoofd bieden aan de ‘moeilijke tijden’.

Vanaf 1947 trad het circus jaarlijks op in Aalst. Aanvankelijk overwinterde de familie in het Antwerpse. Later huurden ze twee hangars in Baasrode. Volgens Josée wou haar vader altijd huren, nooit kopen. Jhony vreesde immers voor mogelijke ruzies over erfenissen en dat wou hij te allen tijde vermijden.
Omdat de familie al eerder overwinterde in Herdersem en Terjoden kenden ze de streek goed. Zoon Marcel kende zelfs meer dan alleen de streek, want hij had ‘kennis’ met de dochter van het Aalsterse café ‘Charleston’.

Toen Jhony in 1957 onverwacht overleed (hij overleed tijdens een speelreeks in Neerpelt op 68-jarige leeftijd) nam Maria, tegen dan alom gekend als ‘Madame Jhony’, de algemene leiding van het circus over. De concurrenten voorspelden dat dit wel eens het einde zou kunnen betekenen van het familiecircus, maar de samenhorigheid bleek echter opmerkelijk. Enkel dochter Rachel verliet rond haar 23ste het circus om te huwen met een burgerjongen die het circusleven niet echt zag zitten …

Via een zekere ‘Mie Sigaret’ slaagden ze erin een terrein te huren in de August Marcelstraat. Vanaf 1964 werd Aalst dan uiteindelijk de definitieve thuisbasis van het circus.
Tijdens de winter werden op die plek de nieuwe acts ingestudeerd en bleef het gezelschap trainen om ‘scherp’ te staan tegen het nieuwe seizoen.

Helaas braken vanaf het einde van de jaren ‘60 moeilijke tijden aan voor het circusleven. Vele circussen ondervonden veel hinder van de opkomende televisie. Deze veranderende mentaliteit onder invloed van een verhoogde levensstandaard zorgde ervoor dat het steeds moeilijker werd om de circustent gevuld te krijgen.
De échte doodsteek kwam er volgens Josée echter na de invoering van de BTW. Ook de strenge sociale wetten voor het circuspersoneel deed menig circus de das om. Veel steden of gemeenten verhoogden daarenboven ook nog eens de staangelden waardoor het bijna onmogelijk werd voor de rondtrekkende gezelschappen om uit de kosten te komen en de boel draaiende te kunnen houden.

Dat de Aalstenaar Circus Jhony ondertussen volledig in zijn hart had opgenomen, blijkt uit het feit dat het lot van het circus zelfs tot in de gemeenteraad werd opgevolgd. Men brak er een lans voor wat men ‘een waardevolle volksculturele bedrijvigheid’ noemde, die ondanks de vele moeilijkheden niet teloor mocht gaan.
De familie Van Lissum had zich dan ook heel geliefd gemaakt dankzij de vele liefdadigheidsoptredens die ze verzorgde. Dat was het idee van stamvader Jhony, die voor benefietoptredens steeds elke onkostenvergoeding weigerde.
Die geweldige traditie werd trouwens ook enthousiast verdergezet door zijn kroostrijk gezin.

Tijdens één van dergelijke optredens werd toenmalig burgemeester Marcel De Bisschop uit het publiek gehaald om deel te nemen aan een act. En zo gebeurde het dat de toenmalige burgervader door een olifant volledig ‘ingezeept’ werd voor een zogenaamde scheerbeurt.

Het clownsduo Toto en Titi, (René en André) en Theo meestal in de rol van aangever, was erg geliefd bij het publiek Maar de Van Lissums zelf sloten Aalst ook in hun hart.
Zo was René, alias clown Toto, 10 jaar lang lid van carnavalgroep ‘De Lodderoeigen’. Heel wat afgedankte onderstellen van Circus Jhony belandden zo bij de carnavalgroep, wat altijd goed meegenomen is natuurlijk.

Ondertussen trad ook al de derde generatie Van Lissums aan.
Karoly, het zoontje van clown Toto herinnert zich nog hoe hij als driejarig ventje de titel van ‘jongste clown ter wereld’ toebedeeld kreeg. “Ik heb nog een keer of twee, drie kunnen optreden”, aldus Karoly, “en mijn clownschoentjes en -kostuum heb ik nog altijd.”

De tijd zat het circusleven echter niet mee. Door de reeds eerder aangehaalde invoering van de btw en sociale wetgeving voor circussen en het verhogen van het standgeld in steden en gemeenten, werd het reizen moeilijker, en daarenboven ging ook de gezondheid van moeder Jhony steeds maar achteruit.

Door deze ziekte van de ondertussen 84-jarige ‘Madame Jhony’ (Maria werd de circustent in het seizoen 1982 uiteindelijk niet meer opgesteld. Wat in eerste instantie een tijdelijke forfait was, bleek achteraf jammer genoeg ook het definitieve einde te zijn van het gerenommeerde circus. Om haar kinderen te behoeden voor ruzies en onmin om het verdere beheer van het circus, besliste ze om er definitief mee op te houden.. Ze bleven wel nog een tweetal jaren optreden in zalen, tot ze dan uiteindelijk de beslissing namen om er helemaal mee te stoppen. Maria had reeds tien jaar eerder in een kranteninterview voorspeld dat haar kleinkinderen een andere job zouden moeten kiezen.

Na meer dan 60 succesvolle jaren behoorde Circus Jhony tot het collectieve geheugen van de Aalstenaars

3 Maart 2023 : Een stukje Belgische circusgeschiedenis is niet meer. In een woonzorgcentrum in Aalst is Henriette - Jetty - Van Lissum op 97-jarige leeftijd overleden (°10 november 1925 in Maaseik). 
Zij werd beschouwd als 'de paardenmadam' en was, samen met haar zus José, nog een stukje levende geschiedenis van het roemrijke circus. 

Vandaag zijn er nog vijf afstammelingen van Circus Jhony die de naam Van Lissum dragen: uiteraard José (die nu als enige van de 10 kinderen nog overblijft), haar nichtjes Mariska en Tamara, en neef Käroly met zijn dochtertje June. Mariska, de dochter van Marcel, houdt in haar Aalsterse tattooshop annex circusmuseum de herinnering aan haar circusverleden levendig

Op 2 januari 2015 opende Mariska immers de ‘Cirk Star Tattoo’ in de Pontstraat. .Met die naam én de shop wou ze het verleden van haar familie, waar ze erg trots op is, in leven houden. 
Het etalageraam 'ademde' het verleden van het circus.
Haar tattooshop heet niet alleen Cirk Star Tattoo maar werd ook ingekleed als een minimuseum vol verwijzingen naar haar familiegeschiedenis. Familiefoto's van uit hun circustijd, maar ook oude kisten die ze overal meenamen en bijvoorbeeld een saxofoon behoorden tot het decor. Aan elk voorwerp zat en zit nog steeds een herinnering. 
Die saxofoon was bijvoorbeeld van Frans de circusdwerg, haar beste vriend toen ze jong was, want toen waren ze, naar haar eigen zeggen, ongeveer even groot (zie ook de groepsfoto hierboven in het artikel).

Als echte ‘Oilsjtenes’ is ze, uiteraard, gespecialiseerd in carnavalstattoos. Zelf is ze lid van carnavalsgroep Krejeis en ze heeft dus redelijk veel contacten kunnen opbouwen via de carnavalswereld. De mensen kennen haar en van het een komt het ander. Zelf vindt ze het fijn als ze speciale 'Oilsjterse' details kan stoppen in haar tattoos. Zo heeft ze laatst een tatoeage gemaakt van twee kleine Mexicaantjes met een fles tequila en op die fles millimeter klein zette ze 'Oilsjt'.

In oktober 2023 verhuisde Mariska haar tattooshop. De naam 'Cirktattoo' bleef, maar die is nu terug te vinden op de Leo de Bethunelaan 111.

Ook Käroly stapte in het bedrijfsleven en was eigenaar van de frituur 'Pomme d'Alost', een frituur die niets anders dan lovende kritieken kreeg door amateurs en specialisten, en dit zowel voor de steeds vriendelijke bediening als voor de kwaliteit van het eten zelf ...
Zelf proeven lukt jammer genoeg niet meer, 'Pomme d'Alost' - Geraardsbergsestraat 64 is ondertussen niet meer.


Bronnen :

BRT beeldarchief : alle filmpjes
circuscentrum.be : interview met Henriette en Josée Van Lissum 
CircusMagazine/14/50 van 01/03/2017 : interview met Henriette en Josée Van Lissum

1 opmerking:

  1. - Via Facebook - Wat een spannende geschiedenis ! Dankuwel om het met ons te delen !!! - Joske Bogaert

    BeantwoordenVerwijderen